direct naar inhoud van 3.3 Archeologie
Plan: Kom Breskens
Status: vastgesteld
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.1714.002bpbre10-VP01

3.3 Archeologie

Als toetsingskader voor archeologie geldt het archeologiebeleid van de Provincie Zeeland, zoals verwoord in de Nota Archeologie 2006-2012.

Op de Indicatieve Kaart Archeologische Waarden (IKAW) is het gehele plangebied aangeduid als zone met een zeer lage en lage trefkans op archeologische waarden. Dit houdt in dat er binnen het plangebied een zeer lage of lage kans is op het aantreffen van archeologische waarden tot de Late Middeleeuwen.

Volgens de Archeologische Monumenten Kaart zijn in het plangebied geen archeologische monumenten aanwezig. In de directe omgeving bevindt zich een terrein van hoge archeologische waarde (monumentnummer 13 621). Dit betreft het restant van het voormalige fort Frederik Hendrik uit het begin van de 19e eeuw.

Op basis van het Zeeuws Archeologisch Archief (ZAA) en Archis2 zijn geen archeologische vindplaatsen bekend.

In het verleden zijn wel enkele archeologische onderzoeken uitgevoerd binnen het plangebied (onderzoeksmeldingsnummer 17.038 en 17.185). In beide gevallen werd geen aanwijzing gevonden voor de aanwezigheid van archeologische waarden.

Op basis van bovengenoemde gegevens en het provinciaal archeologiebeleid wordt archeologisch (voor)onderzoek niet noodzakelijk geacht.

Het is niet uit te sluiten dat binnen het plangebied, ondanks de vrijstelling voor archeologisch onderzoek op basis van het huidig provinciaal archeologiebeleid, toch relevante archeologische sporen en vondsten in de bodem verborgen zijn en dat deze in de uitvoeringsfase van eventuele graafwerkzaamheden aan het licht komen. Voor dergelijke vondsten bestaat een wettelijke meldingsplicht op grond van artikel 53 van de Monumentenwet. Om er voor te zorgen dat aan deze wettelijke plicht wordt voldaan bij het eventueel aantreffen van sporen en/of vondsten tijdens de uitvoering van de werkzaamheden, zal de navolgende tekst in de vergunningen worden opgenomen:

"Ondanks de vrijstelling voor archeologisch onderzoek is niettemin de kans aanwezig dat archeologische sporen en vondsten in de bodem aanwezig zijn en dat deze in de uitvoeringsfase van de uitbreidingswerkzaamheden aan het licht komen. Voor dergelijke vondsten bestaat een wettelijke meldingsplicht ex. artikel 53 van de Monumentenwet. Bij graafwerkzaamheden dient men dan ook attent te zijn op eventuele vondsten. Opdrachtgever verplicht de aannemers om attent te zijn op eventuele vondsten en/of sporen tijdens de werkzaamheden en verplicht hen archeologische vondsten onverwijld te melden bij de Stichting Cultureel Erfgoed Zeeland (SCEZ) te Middelburg, tel: 0118-670870."