direct naar inhoud van 1.2 Planopgave: primair consoliderend bestemmingsplan
Plan: Kom Breskens
Status: vastgesteld
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.1714.002bpbre10-VP01

1.2 Planopgave: primair consoliderend bestemmingsplan

De opgave van het voorliggende bestemmingsplan omvat:

  • het opnemen van de kern Breskens in één bestemmingsplan, met uitzondering van het bedrijventerrein Deltahoek en het noordelijk van de kern gelegen dijktracé en buitendijks gebied langs de Westerschelde (waaronder strand, havengebieden en Waterfront Breskens);
  • het vastleggen van (legaal) bestaand gebruik en functies in een actuele bestemmingsregeling;
  • het overnemen c.q. continueren van het in het recent (in 2008) vastgestelde bestemmingsplan Centrum aangegeven planologisch beleid en regeling;
  • het opnemen van (die) ruimtelijke ontwikkelingen en veranderingen waarover planologische zekerheid bestaat (dit zijn bijvoorbeeld ontwikkelingen/projecten waarvoor een vrijstellingsprocedure danwel ontheffingsprocedure is doorlopen).

Het gaat dan ook primair om een consoliderend bestemmingsplan. Eventuele nieuwe initiatieven zullen afzonderlijk van dit bestemmingsplan worden beoordeeld en indien van toepassing, een separate planologische procedure doorlopen. De ontwikkelingsmogelijkheden in dit plan zijn wat dat betreft beperkt en kleinschalig. Er zijn twee locaties waar in aanvulling op het vorenstaande, specifieke ontwikkelingsmogelijkheden worden geboden.

In het plan is voor een potentiële ontwikkeling(slocatie) gekozen voor het planinstrument van wijzigingsbevoegdheid ex artikel ex artikel 3.6 lid 1 onder a van de Wet ruimtelijke ordening. Deze keuze houdt in dat een aantal sectorale onderzoeken kan worden uitgesteld tot het moment van concrete planontwikkeling. Voor een aantal (andere) aspecten zal bij de vaststelling van het bestemmingsplan (globaal) moeten zijn aangetoond dat de voorgenomen ontwikkeling uitvoerbaar is. Deze onderzoeken zijn uitgevoerd en de resultaten hiervan zijn in de plantoelichting opgenomen.

Bij de gewijzigde vaststelling van het bestemmingsplan is de uitbreiding van de C1000-supermarkt aan de Burgemeester van Zuyenstraat opgenomen. Oorspronkelijk is ervan uitgegaan dat het uitbreidingsplan voor de C1000 op de huidige locatie, zou worden overgenomen in het bestemmingsplan Kom Breskens nadat de procedures zouden zijn afgerond. Thans blijkt dat voor een passende afronding van de artikel 19 WRO-procedure, het nodig is zorg te dragen voor een eenduidige afstemming tussen de artikel 19 WRO-procedure en de procedure voor het bestemmingsplan Kom Breskens, waarin het ruimtelijk beleid en de regeling voor de gehele kern wordt opgenomen. Daarbij is van belang dat het altijd de bedoeling is geweest het bestemmingsplan Kom Breskens op enig moment op dit onderdeel aan te passen, ongeacht het consoliderende karakter. Nog belangrijker is dat de gemeenteraad op diverse momenten consistent besluiten heeft genomen die zijn gericht op het mogelijk maken van de uitbreiding van de C1000 op de huidige locatie.

Een nadere toelichting, motivering en onderbouwing op dit planonderdeel zijn opgenomen in bijlage 7. De daarin opgenomen passages inzake bijvoorbeeld onderzoek en beleid betreffende de distributieplanologische structuur zijn evenzo belangrijk als de inhoud van de hoofdstukken van deze toelichting. Er is voor een afzonderlijke bijlage gekozen om er voor te zorgen dat alle aspecten in de juiste samenhang worden weergegeven en daaruit op logische wijze het beleid en de bestemmingsregeling voor de C1000, inclusief de uitbreiding, voortvloeien. Relevant daarbij zijn onder meer de overzichten van onderzoeksresultaten, het beleid en uitspraken van de Rechtbank alsmede actuele gegevens over de huidige distributieplanologische structuur en de kracht van het centrumgebied.

Voor het overige is sprake van een consoliderend plan, waarbij de noodzaak vervalt van onderzoek en toetsing met betrekking tot de planologische haalbaarheid en financieel-economische uitvoerbaarheid van (onderdelen uit) het plan. Wel zullen aanwezige waarden binnen het plangebied moeten worden vermeld en benoemd, maar er behoeven geen ontwikkelingen te worden getoetst op mogelijke gevolgen voor deze waarden. Wel heeft overeenkomstig de in het Besluit ruimtelijke ordening opgenomen verplichting de watertoets plaatsgevonden en zijn in relatie tot de bestemmingsregeling enkele milieuaspecten nagelopen en beoordeeld.