Plan: | Buitengebied |
---|---|
Status: | vastgesteld |
Plantype: | bestemmingsplan |
IMRO-idn: | NL.IMRO.1714.001bpbui10-VG01 |
Twee aspecten staan gelet op het voorgaande centraal bij de planopgave:
Doelgericht
Het Gebiedsplan West Zeeuws - Vlaanderen (gebiedsdekkend voor de gemeente Sluis) en de gemeentelijke nota Beleid (voormalige) agrarische bedrijven (nota B(v)ab) bieden een uitstekende basis voor het bestemmingsplan. Deze nota's bieden veel informatie die actueel is en dus een goede onderlegger kan vormen voor het nieuw op te stellen bestemmingsplan; het wiel hoeft niet opnieuw te worden uitgevonden.
Afgestemd op opgaven
In het planproces zal met name worden ingezet op de specifieke voor het buitengebied van Sluis relevante opgaven. Zoals hiervoor aangegeven staan daarbij inhoudelijk de volgende onderwerpen centraal.
Maatschappelijke opgaven
De veranderende betekenis van het buitengebied roept – sterker dan voorheen – vragen op met gevolgen voor beleid en regeling in het kader van het bestemmingsplan. Het gaat daarbij bijvoorbeeld om de agrarische ontwikkelingsruimte (hoe kan het proces van schaalvergroting, specialisatie en verbreding doorgaan, zonder de waardevolle kenmerken van het landschap aan te tasten), de gebruiksmogelijkheden van vrijkomende agrarische bedrijfsgebouwen, de ontwikkelingsmogelijkheden voor landschap en natuur en ontwikkeling van het recreatieve medegebruik van het buitengebied. De aanwijzing tot Nationaal Landschap, het Gebiedsplan en de nota Beleid (voormalige) agrarische bedrijven geven hierbij duidelijk de richting aan.
Nieuwe wetgeving
Voor het bestemmingsplan zijn met name de volgende veranderingen in wetgeving relevant:
Op grond van de nieuwe Wro (in combinatie met het nieuwe Bro), die op 1 juli 2008 in werking is getreden, moeten alle nieuwe bestemmingsplannen vanaf 1 januari 2010 digitaal, uitwisselbaar en vergelijkbaar worden opgesteld. In relatie tot die verplichting zijn door de Landelijke Stuurgroep DURP (Digitale Uitwisseling in Ruimtelijke Processen) de volgende standaarden vastgesteld:
De inwerkingtreding van de Wabo heeft tot gevolg dat de gebruikte termen in het bestemmingsplan voor ontheffingen en aanlegvergunningen worden aangepast (omgevingsvergunningen).
Met het vervallen van de Wor – op 1 januari 2008 – als wettelijk kader voor het verlenen van vergunningen, de ontheffingen en vrijstellingen voor de verschillende vormen van kamperen vervalt de bijzondere wettelijke positie van de kleinschalige kampeerterreinen (kamperen bij de boer). Het belang van het bestemmingsplan als instrument voor de planologische regeling van het kleinschalig kamperen neemt daardoor toe.