Giethoorn - Verblijfsrecreatieterreinen

Artikel 15 Waarde - Beschermd dorpsgezicht

15.1 Bestemmingsomschrijving

15.1.1

De voor 'Waarde - Beschermd dorpsgezicht' aangewezen gronden zijn, behalve voor de daar voorkomende bestemming(en), mede bestemd voor doeleinden ter bescherming en behoud van het beschermde dorpsgezicht van Giethoorn, zoals aangewezen bij besluit van 25 maart 1985.

15.1.2

De waarden van het beschermde dorpsgezicht komen tot uitdrukking in:

• a. het patroon van grachten, opvaarten, paden en bruggen;
• b. de verkavelingsstructuur, waaronder begrepen de oriëntering van de (hoofd)gebouwen op de gracht en de ligging van gebouwen op verhoogde 'pollen';
• c. de vormgeving van de gebouwen en situering van de gebouwen ten opzichte van elkaar;
• d. de inrichting van de erven (tuinen);
• e. de opgaande beplanting, waarbij plaats, omvang en soort van belang zijn voor de landschappelijke karakteristiek;
• f. de vegetatie en de fauna op de agrarische gronden in natuurgebieden; en, in samenhang daarmee;
• g. het behoud en zo mogelijk de kwaliteitsverbetering van Giethoorn als toeristisch attractiepunt.

De waarden van het beschermde dorpsgezicht zijn opgenomen in de bij dit plan als bijlage opgenomen Beeldkwaliteitplan recreatieterreinen Giethoorn en het aanwijzingsbesluit van het beschermde dorpsgezicht.

15.2 Nadere eisen

15.2.1 Bevoegdheid

Burgemeester en wethouders kunnen nadere eisen stellen aan de plaats en afmetingen van bebouwing en inrichting van terreinen ten behoeve van de bescherming en behoud van het beschermde dorpsgezicht.

15.2.2 Procedure

Bij het stellen van nadere eisen is de procedure zoals omschreven in artikel 19.1 van toepassing.

15.3 Omgevingsvergunning voor het uitvoeren van een werk, geen bouwwerk zijnde, of van werkzaamheden

15.3.1 Verbod

Het is verboden op of in de voor 'Waarde - Beschermd dorpsgezicht' aangewezen gronden zonder of in afwijking van een omgevingsvergunning voor het uitvoeren van een werk, geen bouwwerk zijnde, of van werkzaamheden de volgende werken, geen bouwwerken zijnde en werkzaamheden uit te voeren:

• a. het wijzigen van de aard en de kleur van het materiaal van de gevels en de daken van gebouwen;
• b. het graven, afgraven of dempen van grachten (op)vaarten, sloten en andere watergangen;
• c. het verwijderen of beschadigen van bomen en andere houtopstanden;
• d. het aanbrengen van verhardingen, met uitzondering van ontsluitingspaden met een breedte van maximaal 2,50 meter, en het aanleggen van een verhard terras van maximaal 12,00 m².

15.3.2 Toegestane werkzaamheden

Het hiervoor genoemde verbod is niet van toepassing op werken en werkzaamheden die:

• a. in uitvoering zijn op het tijdstip van inwerkingtreding van het plan volgens een voor dat tijdstip verleende vergunning;
• b. worden uitgevoerd ter realisering van een omgevingsvergunning voor het bouwen.

15.3.3 Voorwaarden van vergunningverlening

De vergunning kan slechts worden verleend indien geen wezenlijke afbreuk wordt gedaan aan de waarden van het beschermde dorpsgezicht. Aan de vergunning voor het verwijderen of beschadigen van bomen en andere houtopstanden wordt als voorwaarde een herplantplicht verbonden.

15.3.4 Advies

Voordat wordt besloten over het verlenen van een vergunning wordt advies gevraagd bij de gecombineerde Welstands- en monumentencommissie voor de gemeente Steenwijkerland.

15.4 Wijzigingsbevoegdheid

Indien op grond van de andere bestemmingen het mogelijk is om het bestemmingsplan te wijzigen gelden de volgende aanvullende voorwaarden:

• a. het bestemmingsplan kan slechts worden gewijzigd indien geen wezenlijke afbreuk wordt gedaan aan de waarden van het beschermde dorpsgezicht;
• b. voordat wordt besloten over het wijzigen van het bestemmingsplan vragen burgemeester en wethouders advies bij de gecombineerde Welstands- en monumentencommissie voor de gemeente Steenwijkerland.