Plan: | Buitengebied |
---|---|
Status: | vastgesteld |
Plantype: | bestemmingsplan |
IMRO-idn: | NL.IMRO.1706.BPBG3003-VAST |
De voor "Maatschappelijk" aangewezen gronden zijn bestemd voor:
een en ander met bijbehorende voorzieningen.
Op de gronden met deze bestemming zijn overeenkomstig de aanduiding uitsluitend toegestaan de voorzieningen genoemd in de navolgende Staat van maatschappelijke doeleinden:
Aanduiding | Adres | Beb. opp. |
specifieke vorm van maatschappelijk - gilde | Groenstraat 3a | 140 m2 |
specifieke vorm van maatschappelijk - scouting | Berg 21 | 200 m2 |
specifieke vorm van maatschappelijk - scouting | Broekkant 81 | 200 m2 |
specifieke vorm van maatschappelijk - scouting | De Vloeten ong. | 300 m2 |
specifieke vorm van maatschappelijk - schutterij | Laarstraat 4 | 192 m2 |
specifieke vorm van maatschappelijk - schutterij | Raadbroekweg ong. | 0 m2 |
specifieke vorm van maatschappelijk - equitherapie/cursus | De Bult 2 | 1420 m2 |
Voor zover ingevolge deze regels een bedrijfswoning is toegestaan, is de uitoefening van een aan huis verbonden beroep en lichte bedrijvigheid toegestaan als ondergeschikte activiteit bij de woonfunctie, waarbij de volgende bepalingen van toepassing zijn:
Voor paardenbakken geldt dat bestaande paardenbakken zijn toegestaan.
Uitsluitend mogen worden opgericht bouwwerken ten behoeve van voorzieningen passende bij de in de Staat van maatschappelijke doeleinden opgenomen specifieke aanduidingen.
Gebouwen dienen aan de volgende bepalingen te voldoen:
Voor de bedrijfswoning gelden de volgende bepalingen:
De bouwhoogte van bouwwerken, geen gebouwen zijnde, mag maximaal 3 m bedragen, met dien verstande dat de bouwhoogte van licht- en vlaggenmasten maximaal 6 m mag bedragen, en de bouwhoogte van schietbomen ter plaatse van de aanduiding "specifieke vorm van maatschappelijk - gilde" en "specifieke vorm van maatschappelijk – schutterij" maximaal 20 m mag bedragen.
Burgemeester en wethouders kunnen ontheffing verlenen van de in 11.2.1. opgenomen maximale oppervlakte, mits aan de volgende voorwaarden wordt voldaan:
Onder strijdig gebruik in de zin van artikel 7.10 van de Wet ruimtelijke ordening wordt in ieder geval begrepen het gebruiken of laten gebruiken van gronden en/of opstallen voor:
Burgemeester en wethouders kunnen ontheffing verlenen van het bepaalde in 11.2.3, teneinde paardenbakken toe te staan, mits voldaan wordt aan het volgende:
Het is verboden op de ter plaatse van de aanduiding 'natuurwaarden' gelegen gronden zonder of in afwijking van een schriftelijke vergunning van burgemeester en wethouders (aanlegvergunning) de in het schema onder 11.7.4. opgenomen aanlegvergunningplichtige werken en werkzaamheden uit te (doen) voeren.
Het onder 11.7.1. vervatte verbod geldt niet voor werken en werkzaamheden:
De in 11.7.1. bedoelde vergunning wordt slechts verleend indien na een belangenafweging blijkt dat er geen onevenredige aantasting plaatsvindt van de aanwezige natuurwaarden. Ten behoeve van de belangenafweging zijn in het schema onder 11.7.4. de toetsingscriteria weergegeven.
Aanlegvergunningplichtige werken/werkzaamheden | criteria voor de verlening van de aanlegvergunning |
het aanbrengen van oppervlakteverhardingen en half verhardingen | de verhardingen zijn noodzakelijk voor het beheren dan wel verbeteren van bos en natuur dan wel voor het mogelijk maken van extensief recreatief medegebruik; de verhardingen mogen geen blijvende aantasting betekenen van de aanwezige natuurwaarden, tenzij natuurcompensatie plaatsvindt voor deze aantasting |
het verwijderen van houtopstanden | er mag geen blijvende aantasting plaatsvinden van de aanwezige natuurwaarden, tenzij natuurcompensatie plaatsvindt voor deze aantasting |
Het is verboden zonder of in afwijking van een schriftelijke vergunning van burgemeester en wethouders (sloopvergunning) een in bijlage 2 opgenomen beeldbepalend pand, of delen van het beeldbepalend pand, te slopen.
Het onder 11.8.1. vervatte verbod geldt niet voor de werken of werkzaamheden:
De in 11.8.1. genoemde vergunning kan slechts worden verleend indien door de werken of werkzaamheden, dan wel door de daarvan hetzij direct hetzij indirect te verwachten gevolgen geen onevenredige afbreuk wordt toegebracht aan de te beschermen architectonische of cultuurhistorische waarden. Dienaangaande wordt advies ingewonnen bij de gemeentelijke monumentencommissie.
Burgemeester en wethouders kunnen het plan zodanig wijzigen dat woningsplitsing van een bestaande woning kan worden toegestaan, mits aan de volgende voorwaarden wordt voldaan: