9.1 Bestemmingsomschrijving
De voor 'Maatschappelijk' aangewezen gronden zijn bestemd voor:
-
a. maatschappelijke voorzieningen;
-
b. detailhandel, uitsluitend ter plaatse van de aanduiding 'detailhandel';
-
c. nutsvoorziening, ter plaatse van de aanduiding 'nutsvoorziening';
-
d. parkeren, ter plaatse van de aanduiding 'parkeerterrein';
alsmede voor:
-
e. de instandhouding van de bestaande karakteristieke hoofdvorm van de gebouwen ter plaatse van de aanduiding 'karakteristiek';
met daaraan ondergeschikt:
-
f. paden, verhardingen en parkeervoorzieningen;
-
g. groenvoorzieningen;
-
h. nutsvoorzieningen;
-
i. water en waterhuishoudkundige voorzieningen;
met de daarbij behorende:
-
j. gebouwen;
-
k. tuinen, erven, en terreinen;
-
l. bouwwerken, geen gebouwen zijnde;
-
m. werken, geen bouwwerk zijnde, en werkzaamheden.
De rijksmonumentale panden zijn voorzien van de aanduiding 'specifieke bouwaanduiding - monument'. Voor rijksmonumenten gelden de beschermende bepalingen van de Monumentenwet 1988.
9.3 Nadere eisen
Burgemeester en wethouders kunnen met het oog op het voorkomen van onevenredige aantasting van:
- de gebruiksmogelijkheden van de aangrenzende gronden;
- het straat- en bebouwingsbeeld;
- de verschijningsvorm van de gebouwen met de aanduiding 'karakteristiek';
- de verkeersveiligheid;
nadere eisen stellen aan:
-
a. de goot- en bouwhoogte van gebouwen;
-
b. de goot- en bouwhoogte en dakvorm van de panden ter plaatse van de aanduiding 'karakteristiek', in die zin dat aangesloten dient te worden bij de goot- en bouwhoogte en dakvorm van het bestaande gebouw;
-
c. de plaats van aan- en uitbouwen en bijgebouwen;
-
d. de plaats en bouwhoogte van bouwwerken, geen gebouwen zijnde met een grotere horizontale oppervlakte dan 2 m2 en/of een grotere hoogte dan 1,5 m;
-
e. de plaats van gebouwen ten behoeve van nutsvoorzieningen, verkeer en verblijf.