direct naar inhoud van Artikel 18 Water - 1
Plan: Wijdemeren, Kern Nederhorst den Berg
Status: vastgesteld
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.1696.BP0100kernNDB2008-va01

Artikel 18 Water - 1

18.1 Bestemmingsomschrijving

De op voor 'Water - 1' aangewezen gronden zijn bestemd voor:

  • a. water ten behoeve van de waterhuishouding;
  • b. verkeer te water;
  • c. behoud, herstel en ontwikkeling van natuur- en landschapswaarden;
  • d. extensieve dagrecreatie;
  • e. ter plaatse van de aanduiding 'ijsbaan'; een natuurijsbaan;
  • f. ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van water - 1': een botenloods
  • g. steigers;
  • h. bruggen;
  • i. kunstwerken, waaronder begrepen bouwwerken, geen gebouwen en geen overkappingen zijnde.

18.2 Bouwregels

Op deze gronden mag worden gebouwd en gelden de volgende regels:

  • a. op deze gronden mogen uitsluitend bouwwerken, geen gebouwen en geen overkappingen zijnde, worden gebouwd;
  • b. de bouwhoogte van bruggen, gemeten ten opzichte van het aansluitende afgewerkte maaiveld, bedraagt ten hoogste 8,5 m;
  • c. de lengte van een steiger langs het water bedraagt ten hoogste 4 m;
  • d. de ruimte tussen de onderkant van de draagbalken en het hoogwaterpeil bedraagt ten minste 30 cm;
  • e. per bouwperceel mag er één botenloods worden gebouwd:
    • 1. de oppervlakte van een botenloods bedraagt ten hoogste 25 m²;
    • 2. de goot- en bouwhoogte van een botenloods bedraagt ten hoogste 2,75 m respectievelijk 5 m;
    • 3. de botenloods dient in de oeverlijn te worden gebouwd;
  • f. de bouwhoogte van bouwwerken, geen gebouwen en geen overkappingen zijnde, anders dan ten behoeve van de verkeersregeling of de verlichting en gemeten vanaf het aansluitende afgewerkte maaiveld, bedraagt ten hoogste 1,5 m.

18.3 Omgevingsvergunning voor het uitvoeren van werken, geen bouwwerk zijnde, of van werkzaamheden
18.3.1 Aanlegverbod zonder omgevingsvergunning

Het is verboden op of in de gronden met de bestemming 'Water - 1' zonder of in afwijking van een omgevingsvergunning de volgende werken, geen bouwwerken zijnde, aan te leggen of de volgende werkzaamheden uit te voeren:

  • a. het aanleggen of verharden van wegen of paden en het aanbrengen van andere oppervlakteverhardingen;
  • b. het aanleggen, vergraven, verruimen of dempen van sloten, vijvers en andere wateren;
  • c. het aanleggen van dijken of andere taluds en het vergraven of ontgraven van reeds aanwezige dijken of taluds;
  • d. het uitvoeren van grondbewerkingen, waartoe worden gerekend afgraven, woelen, mengen, diepploegen, egaliseren, ontginnen, ophogen en aanleggen van drainage;
  • e. het aanleggen of aanbrengen van oeverbeschoeiingen, kaden en aanlegplaatsen;
  • f. het aanleggen van boven- of ondergrondse kabels en leidingen en het aanbrengen van daarmee verband houdende constructies, installaties of apparatuur;
  • g. het verwijderen, kappen of rooien van bomen of andere opgaande beplanting alsmede het verwijderen van oevervegetaties.

18.3.2 Uitzonderingen op het aanlegverbod

Het verbod van lid 18.3.1 is niet van toepassing op werken of werkzaamheden die:

  • a. normaal onderhoud en beheer ten dienste van de bestemming betreffen;
  • b. reeds in uitvoering zijn op het tijdstip van de inwerkingtreding van het plan.

18.3.3 Voorwaarde voor een omgevingsvergunning

De werken of werkzaamheden als bedoeld in lid 18.3.1 zijn slechts toelaatbaar, indien daardoor de natuur- en landschapswaarden niet onevenredig worden of kunnen worden aangetast, dan wel de mogelijkheden voor herstel van die waarden niet onevenredig worden of kunnen worden verkleind.