direct naar inhoud van 5.1 Opzet van het bestemmingsplan
Plan: Bungalowparken Kortgene
Status: vastgesteld
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.1695.BPparkenKortgene-VA01

5.1 Opzet van het bestemmingsplan

Algemeen

Het bestemmingsplan Bungalowparken Kortgene kan grotendeels gekarakteriseerd worden als een beheersplan. In een dergelijke bestemmingsregeling ligt het accent vooral op het bieden van rechtsbescherming ten aanzien van het bestaande gebruik van gronden en opstallen. Eén en ander heeft geresulteerd in een planopzet met een beperkt aantal bestemmingen, een gedetailleerd kaartbeeld en een uniforme opzet van de bouwregels. Uitgangspunt is dat de verbeelding zo veel mogelijk informatie biedt omtrent de toelaatbare gebruiksvorm en de bouwmogelijkheden waardoor het mogelijk is gebruikers van het bestemmingsplan goed te informeren.

Alle bestaande functies worden gerespecteerd en ingrijpende functieveranderingen zijn niet voorzien.

Verbeelding en regels

De regels zijn opgebouwd uit vier hoofdstukken:

  • inleidende regels;
  • bestemmingsregels;
  • algemene regels;
  • overgangs- en slotregels.

Bij het opstellen van de regels en de verbeelding is uitgegaan van de richtlijnen Standaard voor Vergelijkbare BestemmingsPlannen (SVBP 2008). De SVBP 2008 omvat verplichtingen en aanbevelingen ten aanzien van de vormgeving en indeling van de regels en de verbeelding. De opbouw van SVBP 2008 met betrekking tot de verbeelding is in het figuur gevisualiseerd.

Opzet regeling

Deze openbare ruimte is grotendeels bestemd als (openbare) groenvoorzieningen. Vanwege het hoge groengehalte dat op deze wijze op het terrein is ontstaan, is een natuurlijke (zachte) overgang van het water (het Veerse Meer) naar het land gecreëerd.

Van belang is tevens dat onderscheid werd gemaakt in de toegestane bouwhoogte; het bungalowgedeelte laag, de overige hoger. Hierdoor wordt het uitzicht vanaf de Botterlaan op het Veerse Meer gewaarborgd.

Het nieuwe plan

Omdat het onderhavige bestemmingsplan voornamelijk is gericht op het vastleggen van de bestaande situatie, is de oorspronkelijke beschreven stedenbouwkundige planopzet zoveel mogelijk gehandhaafd. Verder is beoogd om aan de maatschappelijke wens tot verruiming van bouwmogelijkheden tegemoet te komen, zonder de oorspronkelijke uitgangspunten geweld aan te doen. Concreet betekent dit het verwerken van het actuele ontheffingenbeleid in de nieuwe regeling.

Het karakter van vrijstaande woningen in een sterk op privacy gerichte verkaveling is daarbij een hoofdkenmerk. Uitgangspunt hiervoor is dat die privacy niet afhankelijk mag zijn van de toevallige tuinbeplanting van de buren. Gekozen is voor een eenduidige juridische regeling, onafhankelijk van de eigendomsverhoudingen.

Beleidsregels omtrent ontheffingsbeleid

Voor veel gebieden in de gemeente geldt een actueel bestemmingsplan. Voor deze gebieden is dan ook geen ontheffingsbeleid (omgevingsvergunning voor afwijken van het bestemmingsplan) nodig.

Voor de recreatieterreinen binnen de gemeente is nog wel sprake van oude bestemmingsplannen met hierin een verouderde planologische visie. Om tegemoet te komen aan de nieuwe planologische visie heeft de gemeente beleidsregels opgesteld over deze nieuwe ruimtelijke inzichten. Deze beleidsregels worden in dit bestemmingsplan vertaald. Dit vindt echter niet langer plaats met een ontheffing danwel omgevingsvergunning, maar in rechtstreeks bouwrecht.