Oldenhave/Bos, Ruinen

3.3 Beeldkwaliteit

Ten behoeve van het onderhavige bestemmingsplan is een specifiek Beeldkwaliteitsplan gemaakt, dat in deze paragraaf wordt beschreven. Dit Beeldkwaliteitsplan maakt onderdeel uit van het plan. De in dit plan verwoorde kwalitatieve bepalingen moeten in acht genomen worden bij de ontwikkeling van de bouwplannen en zijn ook toetsbaar bij de bouwvergunningverlening. Kenmerkend voor het ontwerp zijn de gerichtheid op het omliggend landschap. De woningen zijn naar buiten gericht, met de voorzijde, de zichtzijde, naar de omliggende straten/wegen en het buitengebied. Deze wijze van verkavelen sluit aan bij de van oudsher bekende verkaveling in het dorp Ruinen.

De formele basis voor dit Beeldkwaliteitsplan ligt in de welstandsnota gemeente De Wolden, vastgesteld bij raadsbesluit van 8 december 2005.

Het gebied waarin dit plan ligt wordt volgens die nota aangemerkt als "ontwikkelingsgebied". Voor ontwikkelingsgebieden geldt de verplichting dat er een welstandsparagraaf geformuleerd wordt die recht doet aan de plek waar de ontwikkeling plaatsvindt. Dit betekent dat er ingespeeld moet worden op de voor dit gebied karakteristieke bebouwingvormen. Het Beeldkwaliteitsplan geldt dan als welstandsparagraaf.

De basis voor dit inspelen wordt gevonden in de voor dit gebied geldende welstandscriteria zijnde "gebied 26, esdorpen landschap". Dit heeft er toe geleid dat aan de randen van het plangebied die grenzen aan het landelijk gebied, dat is de weg Bos die zich aan de zuidzijde van het plangebied bevindt, een landelijke bouwvorm en terreininrichting nagestreefd wordt waarmee de relatie met het omliggende agrarisch gebied, waarin in hoofdzaak agrarische landelijke bouwvormen voorkomen, tot uitdrukking wordt gebracht.

Bij de ontwikkeling van het plangebied is uitgegaan van het ontwerpen van een woongebied dat garanties in zich draagt om te komen tot een hoogwaardig woon- en leefklimaat. Het Beeldkwaliteitsplan is zo opgezet dat het de creativiteit van de architect niet belemmert. Dit betekent dat voorinformatie en mondeling overleg noodzakelijk is om misverstanden te voorkomen. De wijk levert een kwalitatieve bijdrage aan de woningmarkt in Ruinen. Er is grote aandacht geschonken aan de stedenbouwkundige opzet van het plan. Daarnaast zal in het bestemmingsplan ook aandacht geschonken moeten worden aan de kwaliteit van de architectuur van de in het plan te bouwen woningen, omdat deze het gezicht van de wijk bepalen.

De specifieke kenmerken van de architectuur die bestaat uit karakter, identiteit, kleur et cetera bepalen de herkenbaarheid en zijn van wezenlijk belang. Deze kenmerken zijn onder "beeldkwaliteit" of "welstand" te vatten.

Typologieën en welstandseisen

Er zijn in het gebied een drietal gebouwtypologieën te onderscheiden. Zie Bijlage 7.

Gebied 1: Zone langs het Bos

De vrijstaande woningen aan het Bos die zich dienen te kenmerken door een landelijke bouwvorm, in één bouwlaag met een kap haaks op de weg waarbij door middel van forse dakoverstekken de uitstraling van de woning sterk wordt bepaald door de kapvorm. De zone tussen weg en voorgevel dient in te spelen op het aanliggende agrarisch gebied door middel van ofwel vlonders/simpele bruggetjes over de sloot dan wel dammen met duikers en door middel van hagen als afscheiding van de kavel. Schildkappen zijn niet toegestaan en bijgebouwen dienen te zijn voorzien van een kap.
De drie meer zelfstandig gelegen woningen aan het Bos dienen zich ook te kenmerken door de landelijke bouwkunst echter met dien verstande dat er sprake moet zijn van een meer individuele architectuur, dus geen drie identieke woningen maar drie verschillende woningen.

Gebied 2: Zone rond de groene ruimte

In de zone rond de groene ruimte mogen dubbele woningen worden gebouwd in twee bouwlagen met een kap. De kap mag per blok volledig als langskap of voor een deel als langskap en deels een kap haaks op de weg. Twee haakse kappen per blok zijn niet toegestaan.

De woningen kenmerken zich door stijlelementen uit de jaren dertig, dakoverstekken en rijke geveldetaillering, zo mogelijk erkers en verbijzondering in de gevel, die de woning verzelfstandigen.

Bijgebouwen bij voorkeur plat, indien aangekapt dan dient de noklijn van het bijgebouw qua hoogte duidelijk lager te zijn dan het hoofdgebouw.

Voor de gebieden 1 en 2 geldt dat ten aanzien van de materialisering dient te worden uitgegaan van rood/bruine baksteen en geen gebakken dakpan, in donkergrijs tot zwart en niet glanzend.

Gebied 3: Zone langs het Bos (westzijde)

In dit kleine gebied mogen dubbele woningen worden gebouwd in één bouwlaag met een langs kap, waarbij door middel van forse dakoversteken de woning sterk wordt bepaald door de dakvorm.

De woningen kenmerken zich door stijlelementen uit de jaren dertig, dakoverstekken en rijke geveldetaillering, zo mogelijk erkers en verbijzondering in de gevel, die de woning verzelfstandigen.

Voor dit gebied geldt dat ten aanzien van de materialisering dient te worden uitgegaan van of een donkere baksteen of een rood/bruin baksteen en geen gebakken dakpan, in donkergrijs tot zwart en niet glanzend.