Plan: | Buitengebied Landerd, eerste ontwikkelplan 2011 |
---|---|
Status: | onherroepelijk |
Plantype: | bestemmingsplan |
IMRO-idn: | NL.IMRO.1685.bplan2011herz1-OH01 |
De voor 'Wonen - 1' aangewezen gronden zijn bestemd voor:
een en ander met de bijbehorende voorzieningen, zoals tuinen en erven en overeenkomstig de in 7.1.2opgenomen nadere detaillering van de bestemming.
In het onderstaande is een nadere detaillering opgenomen van het bepaalde in 7.1.1:
In een woning of een bijgebouw bij een woning mag ook een niet-publieksgerichte aan huis verbonden beroeps- of bedrijfsactiviteit worden uitgeoefend als ondergeschikte activiteit bij de woonfunctie, waarbij de volgende bepalingen van toepassing zijn:
Routegebonden horeca is als nevenactiviteit bij het wonen toegestaan na verlening van omgevingsvergunning als opgenomen in 7.5.2.
Voor het aantal woningen geldt het volgende:
Gebruik van gronden en bouwwerken ten behoeve van bed & breakfast is uitsluitend toegestaan via omgevingsvergunning als bedoeld in 7.5.1.
De tijdelijke huisvesting van tijdelijke werknemers is uitsluitend toegestaan na verlening van omgevingsvergunning als opgenomen in 7.5.4.
De hoofdgebouwen mogen uitsluitend worden gebouwd ter plaatse van de aanduiding 'bouwvlak', met inachtneming van het bepaalde in 7.2.4. Bijgebouwen mogen zowel binnen als buiten het bouwvlak worden gebouwd, met inachtneming van het bepaalde in 7.2.4.
Met betrekking tot de inhoud van de woningen gelden de volgende bepalingen:
Met betrekking tot de maatvoering en situering van gebouwen en bouwwerken, geen gebouwen zijnde, dient aan het volgende te worden voldaan:
Gebouwen algemeen | Min. |
afstand tot bouwperceelgrens | 3 m, met dien verstande dat: - de gebouwen achter de voorgevelrooilijn gebouwd moeten worden; - bijgebouwen aan één zijde op de zijdelingse perceelsgrens gebouwd mogen worden. |
Woning | Min. | Max. |
goothoogte, de maximale goothoogte geldt voor minimaal 60% van de lengte van de goot | n.v.t. | zoals aangegeven ter plaatse van de aanduiding 'maximale goot- en bouwhoogte' (m) |
bouwhoogte | n.v.t. | zoals aangegeven ter plaatse van de aanduiding 'maximale goot- en bouwhoogte' (m) |
inhoud | zie 7.2.3 | |
dakhelling | 30° | 60° |
Bijgebouwen bij woning algemeen | Min. | Max. |
gezamenlijke oppervlakte bijgebouwen per woning | n.v.t. | 80 m², met uitzondering van het bepaalde in artikel 7.2.4 onder d |
goothoogte | n.v.t. | 3 m |
bouwhoogte | n.v.t. | 6 m |
afstand vrijstaande bijgebouwen tot woning | n.v.t. | 15 m, met uitzondering ter plaatse van de aanduiding 'specifieke bouwaanduiding - maatvoering gebouwen', daarvoor geldt geen maximum afstand |
dakhelling | 0° | 45° |
Woning en bijgebouwen ter plaatse van de aanduiding 'specifieke bouwaanduiding - maatvoering gebouwen' | Min. | Max. | Uitzondering | |
inhoud woning | n.v.t. | 600 m³ | 120 m² kan éénmalig benut worden voor vergroting van de inhoud van de woning (uitgedrukt in m² woonlaag) en/of een vergroting van de gezamenlijke oppervlakte van bijgebouwen, met dien verstande dat: - de woning maximaal 900 m³ mag bedragen; |
|
gezamenlijke oppervlakte bijgebouwen per woning | n.v.t. | 80 m² | - de bijgebouwen maximaal 200 m² mag bedragen, met dien verstande dat het oppervlak van een afzonderlijk vrijstaand bijgebouw maximaal 100 m² mag bedragen |
Bouwwerken, geen gebouwen zijnde | Max. |
bouwhoogte erfafscheidingen | voor voorgevelrooilijn: 1 m; overige: 2 m |
bouwhoogte van carports c.q. overkappingen | 3 m |
oppervlakte van een carport c.q. overkapping | 20 m² |
bouwhoogte overige bouwwerken, geen gebouwen zijnde | 4 m |
Het bevoegd gezag kan omgevingsvergunning verlenen als bedoeld in 7.1.2 sub c onder 1 toestaan dat ter plaatse van de aanduiding 'specifieke bouwaanduiding - bouwen na sloop' een woning gebouwd mag worden, mits voldaan wordt aan de volgende voorwaarden:
Het bevoegd gezag kan omgevingsvergunning verlenen als bedoeld in 7.1.2 sub c onder 2 toestaan dat ter plaatse van de aanduiding 'specifieke bouwaanduiding – ruimte voor ruimte regeling' een woning gebouwd mag worden, mits voldaan wordt aan de volgende voorwaarden:
Onder het gebruiken van gronden of bouwwerken in strijd met het bestemmingsplan, als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, aanhef en onder c van de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht, wordt onder gebruik strijdig met de bestemming in ieder geval begrepen gebruik van gronden en/of opstallen voor:
Het bevoegd gezag kan omgevingsvergunning verlenen als bedoeld in 7.1.2 onder d teneinde als nevenactiviteit bij een woning, bed & breakfast voorzieningen e.d., toe te staan, mits aan de volgende voorwaarden wordt voldaan:
Het bevoegd gezag kan omgevingsvergunning verlenen als bedoeld in 7.1.2 onder b, teneinde routegebonden horeca als nevenactiviteit bij het wonen toe te staan, mits aan de volgende voorwaarden wordt voldaan:
Het bevoegd gezag kan door middel van het verlenen van een omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in 7.4.1 onder a en toestaan dat een bijgebouw gebruikt wordt als afhankelijke woonruimte, mits aan de volgende voorwaarden wordt voldaan:
Het bevoegd gezag kan door middel van het verlenen van een omgevingsvergunning afwijken van het begrip huishouden als opgenomen in 7.1.2 onder e juncto 1.78 ten behoeve van de tijdelijke huisvesting van tijdelijke werknemers op zowel tijdelijke als structurele arbeidsplaatsen, mits aan de volgende voorwaarden wordt voldaan:
Het is verboden op de in dit artikel bedoelde gronden zonder of in afwijking van een schriftelijke vergunning van het bevoegd gezag (omgevingsvergunning voor werken en werkzaamheden) de in het schema onder 7.6.4 opgenomen omgevingsvergunningplichtige werken en werkzaamheden uit te voeren.
Het onder 7.6.1 vervatte verbod geldt niet voor werken en werkzaamheden:
De in 7.6.1 bedoelde vergunning wordt slechts verleend indien na een belangenafweging blijkt dat er geen onevenredige aantasting plaatsvindt van de aanwezige waarden als opgenomen in 7.1. Ten behoeve van de belangenafweging zijn in het schema onder 7.6.4 de toetsingscriteria weergegeven.
Omgevingsvergunningsplichtige werken/werkzaamheden | Criteria voor verlening van de omgevingsvergunning voor het uitvoeren van werken en werkzaamheden |
Het vellen en rooien van houtgewas
uitsluitend ter plaatse van de aanduiding 'houtwal' |
de werkzaamheden mogen niet leiden tot een onevenredige aantasting van de houtwal |