1.4 Leeswijzer
Voorliggend bestemmingsplan heeft een reguliere opbouw, te weten:
- Hoofdstuk 2 Gebiedsanalyse geeft een beschrijving van de geschiedenis en bestaande situatie van het plangebied en de omgeving.
- Hoofdstuk 3 Plan beschrijft het feitelijke plan c.q. de voorgestane ontwikkelingen.
- Hoofdstuk 4 Beleidskader bevat een overzicht van het relevante nationale, provinciale en gemeentelijke beleid. Tevens vindt een toetsing van het plan aan het beleid plaats.
- In hoofdstuk 5 Uitvoeringsaspecten zijn de aspecten milieu, waarden en waterhuishouding beschreven. In het kader van de milieueffectrapportage is een groot aantal uitvoeringsaspecten onderzocht. Kortheidshalve wordt op onderdelen naar het milieueffectrapport verwezen.
- Hoofdstuk 6 Financiƫle aspecten bevat een beschrijving van de economische uitvoerbaarheid van het plan, alsmede de wijze waarop het kostenverhaal is geregeld.
- In hoofdstuk 7 Juridische aspecten is opgenomen op welke wijze het plan is vertaald in de juridische regeling, bestaande uit de planregels en de verbeelding.
- Hoofdstuk 8 Procedure tenslotte betreft de rapportage van de resultaten van de procedure.
Voor de ontwikkeling van het Waterpark Dommelsvoort is reeds de procedure van een milieueffectrapportage doorlopen. Hiervoor is door Kragten uit Roermond een milieueffectrapport opgesteld (zie paragraaf 4.3.9).
Daar waar in voorliggend bestemmingsplan wordt verwezen naar de milieueffectrapportage (procedure) wordt de afkorting m.e.r. gebruikt. Daar waar wordt verwezen naar het milieueffectrapport (document) is de afkorting MER gehanteerd.