Artikel 9 Algemene ontheffingsregels
Burgemeester en wethouders kunnen ontheffing verlenen:
-
a. van de regels in het plan, voor zover daarmede wordt beoogd een zo goed mogelijke overeenstemming tussen het plan en de werkelijke toestand te bereiken, zulks indien bij het uitmeten van terreinen blijkt, dat de werkelijke toestand afwijkt van die welke in dit plan is aangegeven;
-
b. voor aanbrengen van geringe aanpassingen in de plaats en de richting van de begrenzingen van bestemmingen indien dit noodzakelijk is in verband met afwijkingen en onnauwkeurigheden van de kaart ten opzichte van de feitelijke situatie;
-
c. van het in lid 2 van de artikelen 3 tot en met 7 van dit plan bepaalde voor wat betreft de daarin voorgeschreven minimum en maximum lengte, breedte, hoogte, oppervlak en inhoud (met uitzondering van het bouwvlak), onder voorwaarde dat de afwijking niet meer dan 10% van de voorgeschreven minimum respectievelijk maximum lengte, breedte, hoogte, oppervak of inhoud zal bedragen, zulks voor zover daarvoor geen bijzondere ontheffingsregels zijn opgenomen.