direct naar inhoud van Artikel 18 Water
Plan: Kanaaldorpen
Status: Vastgesteld
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.1680.KAN-VB01

Artikel 18 Water

18.1 Bestemmingsomschrijving

De voor 'Water' aangewezen gronden zijn bestemd voor:

  • a. waterlopen en waterpartijen;
  • b. een woonschepenligplaats, ter plaatse van de aanduiding 'woonschepenligplaats';
  • c. aanleggelegenheid;
  • d. liggelegenheden en ligplaatsen voor (recreatie)vaartuigen, overeenkomstig de Ligplaatsenverordening Aa en Hunze, zoals deze geldt ten tijde van het van kracht worden van het plan;
  • e. bermen en beplanting;
  • f. oevers;

met daaraan ondergeschikt:

  • g. groenvoorzieningen;

met de daarbijbehorende:

  • h. bouwwerken, geen gebouwen en geen overkappingen zijnde, waaronder dammen en/of duikers;
  • i. bruggen, ter plaatse van de aanduiding 'brug'.
18.2 Bouwregels
18.2.1 Gebouwen

Op of in deze gronden mogen geen gebouwen en geen overkappingen worden gebouwd.

18.2.2 Bouwwerken, geen gebouwen en geen overkappingen zijnde

Voor het bouwen van bouwwerken, geen gebouwen en geen overkappingen zijnde, geldt de volgende regel:

  • de bouwhoogte van overige bouwwerken, geen gebouwen en geen overkappingen zijnde, zal ten hoogste 5,00 m bedragen.
18.3 Nadere eisen

Burgemeester en wethouders kunnen, ten behoeve van een goede waterhuishouding en de gebruiksmogelijkheden van de aangrenzende gronden, nadere eisen stellen aan de plaats en de afmetingen van de bebouwing.

18.4 Specifieke gebruiksregels

Tot een gebruik, strijdig met deze bestemming, wordt in ieder geval gerekend:

  • a. het gebruik van de gronden als ligplaats voor een woonschip met een oppervlakte groter dan 100 m²;
  • b. het gebruik van de gronden als ligplaats voor een woonschip met een hoogte groter dan 5,00 m, gemeten vanaf de waterlijn;
  • c. het gebruik van de gronden als ligplaats voor woonschepen, met uitzondering van de gronden voorzien van de aanduiding 'woonschepenligplaats';
  • d. het gebruik van gronden als (permanente) liggelegenheid voor (recreatie)vaartuigen, met uitzondering van gebruik als ligplaats overeenkomstig de Ligplaatsenverordening Aa en Hunze zoals deze geldt ten tijde van het van kracht worden van het plan;
  • e. het gebruik van een werkplatform anders dan ten behoeve van onderhoud aan de vaarweg.