Plan: | Gasselternijveen dorp |
---|---|
Status: | vastgesteld |
Plantype: | bestemmingsplan |
IMRO-idn: | NL.IMRO.1680.GNV-VB01 |
41. 1. Geluidzone - industrie
41. 1. 1. Bouwregels
In afwijking van het bepaalde in de daar voorkomende bestemming(en) geldt, ter plaatse van de aanduiding ‘geluidzone - industrie’, de volgende regel:
- een op grond van de daar voorkomende bestemming(en) toelaatbaar gebouw, of de uitbreiding daarvan, welke aangemerkt kan worden als een geluidsgevoelig object, mag slechts worden gebouwd indien de geluidsbelasting vanwege het industrieterrein van de gevels van dit gebouw niet hoger zal zijn dan de daarvoor geldende voorkeursgrenswaarde of een vastgestelde hogere grenswaarde.
41. 1. 2. Specifieke
gebruiksregels
Tot een gebruik, strijdig met deze gebiedsaanduiding, wordt in ieder geval gerekend:
- het gebruik van niet-geluidsgevoelige objecten als geluidsgevoelig object.
41. 1. 3. Wijzigingsbevoegdheid
Burgemeester en wethouders kunnen het bestemmingsplan wijzigen in die zin dat:
- het bepaalde in lid 41.1.1. en 41.1.2. buiten toepassing blijft, teneinde de ingevolge de daar voorkomende bestemming(en) toegelaten geluidsgevoelige objecten te kunnen bouwen of gebruiken, mits:
1. geen onevenredige afbreuk wordt gedaan aan de met deze gebiedsaanduiding gereserveerde ruimte voor het industrieterrein;
2. de geluidsbelasting vanwege het industrieterrein op de gevels van geluidsgevoelige objecten niet hoger mag zijn dan de daarvoor geldende voorkeursgrenswaarde, dan wel een vastgestelde hogere grenswaarde.
41. 2. Vrijwaringszone - molenbiotoop
41. 2. 1. Bouwregels
In afwijking van het bepaalde bij de andere aangewezen bestemmingen geldt ter plaatse van de aanduiding ‘vrijwaringszone - molenbiotoop’ dat voor het bouwwerken van bouwwerken de volgende regel in acht moet worden genomen:
- de maximale bouwhoogte van bouwwerken wordt bepaald aan de hand van de volgende formule: H = x/n + c.z
H = hoogte obstakel
X = afstand obstakel tot molen
N = omgevingsfactor 50 voor gesloten gebied
C = de constante = 0,2 (windreductie)
Z = askophoogte (stellinghoogte + 0,5 gevlucht)
Tot 150,00 m rond de molen mag de bouwhoogte van een bouwwerk maximaal de hoogte van de stelling bedragen: 6,20 m. Buiten deze afstand mag de bouwhoogte van een bouwwerk toenemen met 1/50 m voor elke meter dat het bouwwerk verder van de molen af komt te staan.
Deze regel geldt niet voor bestaande bouwwerken.
41. 2. 2. Afwijken van
de bouwregels
Met een omgevingsvergunning kan worden afgeweken van:
- het bepaalde in lid 41.2.1. sub a. in die zin dat ter plaatse van de aanduiding ‘vrijwaringszone - molenbiotoop’ de in de daar voorkomende bestemming(en) genoemde gebouwen en bouwwerken, geen gebouwen zijnde, worden gebouwd, mits:
- vooraf advies wordt ingewonnen van de beheerder van de molen.