Plan: | Anloo Dorp |
---|---|
Status: | vastgesteld |
Plantype: | bestemmingsplan |
IMRO-idn: | NL.IMRO.1680.ANL-VB01 |
19. 1. Bestemmingsomschrijving
De voor ‘Waarde - Beschermd dorpsgezicht’ aangewezen gronden zijn, behalve voor de andere daar voorkomende bestemming(en), mede bestemd voor het behoud, het herstel en de uitbouw van de cultuurhistorische en ruimtelijke waarden van het gebied en de bebouwing.
In afwijking van het bepaalde in de andere daar voorkomende bestemming(en) is het verboden de in dit plan opgenomen gronden en bouwwerken te bouwen, aan te leggen en te gebruiken op een wijze die strijdig is met de in dit artikel gegeven regels.
19. 2. Bouwregels
19. 2. 1. Op of in de gronden, ter plaatse aangeduid als ‘specifieke vorm van waarde - open tuin’ mogen geen gebouwen worden gebouwd;
19. 2. 2. Voor het bouwen van gebouwen gelden de volgende regels:
a. een gevel van een hoofdgebouw zal in de gevelbouwgrens worden gebouwd;
b. een hoofdgebouw zal zijn voorzien van de bestaande kapvorm;
c. ter plaatse van de aanduiding ‘nokrichting’ zal de nokrichting van het gebouw haaks op de weg staan;
d. de gezamenlijke oppervlakte van bijgebouwen per hoofdgebouw zal ten hoogste de bestaande oppervlakte bedragen.
19. 2. 3. Voor het bouwen van bouwwerken, geen gebouwen zijnde, gelden de volgende regels:
a. de bouwhoogte van bouwwerken, geen gebouwen zijnde, ter plaatse van de aanduiding ‘specifieke vorm van waarde - bijzondere erven’ zal ten hoogste 1,50 m bedragen;
b. er mogen geen lichtmasten ten behoeve van paardrijdbakken worden geplaatst;
c. de bouwhoogte van overige bouwwerken, geen gebouwen zijnde, buiten het bouwvlak, zal ten hoogste 3,00 m bedragen.
19. 3. Ontheffing van de bouwregels
Burgemeester en wethouders kunnen, mits geen onevenredige afbreuk wordt gedaan aan de woonsituatie, de milieusituatie, de verkeersveiligheid en de gebruiksmogelijkheden van de aangrenzende gronden, ontheffing verlenen van:
- het bepaalde in lid 19.2.2. sub d. en toestaan dat de in de andere daar voorkomende bestemming(en) toegestane bijgebouwen worden gebouwd, ter plaatse van de aanduiding ‘specifieke vorm van waarden - bijgebouwen na ontheffing’.
19. 4. Specifieke gebruiksregels
Tot een gebruik, strijdig met deze bestemming, zoals bedoeld in artikel 7.10 van de Wet ruimtelijke ordening, wordt in ieder geval gerekend:
- het gebruik van de gronden, ter plaatse aangeduid als ‘specifieke vorm van waarde - open tuin’ anders dan ten behoeve van erf zonder opgaande beplanting.
19. 5. Aanlegvergunning
19. 5. 1. Het is, verboden zonder of in afwijking van een schriftelijke vergunning van burgemeester en wethouders (aanlegvergunning), de volgende werken, geen bouwwerken zijnde, en werkzaamheden, uit te voeren:
a. het wijzigen c.q. aanleggen van bestrating of verharding;
b. het aanbrengen van een ander soort oppervlakteverharding;
c. het wijzigen van de profielindeling van wegen en paden.
19. 5. 2. Het in lid 19.5.1. vervatte verbod is niet van toepassing op werken, geen bouwwerken zijnde, en werkzaamheden welke:
a. het normale onderhoud betreffen;
b.
reeds in uitvoering zijn op het tijdstip van het
van kracht worden van het plan.
19. 5. 3. De in lid 19.5.1. genoemde vergunning kan slechts worden verleend indien hierdoor geen onevenredige afbreuk wordt gedaan aan de culturele en ruimtelijke waarden van het gebied en de bebouwing.