direct naar inhoud van 2.5 Gemeentelijk beleid
Plan: Bebouwde kom Bruinisse
Status: vastgesteld
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.1676.00026BpAwk-va01

2.5 Gemeentelijk beleid

Strategische visie Schouwen-Duiveland 2040: "Tij van de toekomst", 2011

In november 2011 heeft de gemeenteraad van Schouwen-Duiveland de strategische visie "Tij van de toekomst" vastgesteld. Om als gemeente tot zorgvuldig afgewogen keuzen voor de lange termijn te komen, is een visie op de gemeente nodig. De planhorizon van de strategische visie is het jaar 2040. De gemeente heeft haar bestaansrecht als volgt kernachtig geformuleerd: "Schouwen-Duiveland is een eigenzinnig, gastvrij, Zeeuws eiland waar de dynamiek van het water, land, natuur en cultuur mensen inspireert en verbindt. Eilanders en gasten komen hier tot zichzelf door de buitengewone combinatie van schoonheid, rust, bruisende mogelijkheden en monumentale schatten". Vanuit deze basis wil de gemeente dat Schouwen-Duiveland in 2040 een vakantie-eiland is met een toonaangevende watereconomie die de duurzame verbinding vormt tussen wonen, werken, zorgen en genieten. In een strategie, gebaseerd op het principe People, Planet en Profit, wordt de visie geconcretiseerd en worden concrete keuzen gemaakt. Het uitgangspunt van de strategie is om de sterke kanten van de gemeente te versterken en de zwakke punten te verbeteren. Bestaande kwaliteiten zijn daarbij leidend. Gebieden met een verslechterende functie en een lage ruimtelijke kwaliteit vragen daarbij om herstructurering. Een belangrijke en kostbare opgave die zowel op het gebied van wonen, werken als verblijven geldt.

Ten aanzien van de functie 'werken' vormt het aspect water het verbindende element in de economie van Schouwen-Duiveland. Watergebonden bedrijvigheid is in 2040, naast recreatie, een pijler onder de gemeentelijke economie. In samenwerking met andere overheden wordt het ruimtegebruik van het water gereguleerd. Het lokale economische belang is hierbij richtinggevend. Ingezet wordt op het behoud van traditionele visserij en het benutten van de toeristische potentie hiervan. Zierikzee en Bruinisse zijn daarbij thuishaven. Voorrang wordt tevens gegeven aan watergebonden bedrijvigheid in de Vluchthaven bij Bruinisse. Tenslotte worden watersportgebonden activiteiten gestimuleerd; daartoe kan onder andere het bedrijventerrein bij Bruinisse op termijn worden uitgebreid.

Ten aanzien van de functie 'wonen' is met name het aspect voorzieningen van belang. De gemeente Schouwen-Duiveland kiest er voor om 'eilandelijke' voorzieningen zoveel mogelijk te bundelen in Zierikzee. Verspreid over het eiland worden voorzieningen gebundeld en geclusterd in een samenhangend netwerk dat een satellietfunctie voor de omgeving vervult. Met name de kindgerichte voorzieningen, waaronder onderwijsvoorzieningen, worden op één plek geaccommodeerd. De gemeente Schouwen-Duiveland kiest er voor om woningbouw mogelijk te maken in alle kernen, rekening houdend met de grootte van de kern en het voorzieningenniveau. Kwaliteitsverbetering wordt voorgestaan door het vervangen van oude woningen door nieuwe (herstructurering). Uitbreiding van het aantal woningen wordt niet uitgesloten. De gemeente gaat ten aanzien hiervan een relatie leggen tussen de verdiencapaciteit van de nieuwbouwplannen en de herstructureringsopgave in de bestaande woningbouw of bedrijventerreinen. Dit krijgt de vorm van een verevenings- of herstructureringsfonds.

Ten aanzien van de functie 'verblijven' kiest de gemeente ervoor om zorgvuldig om te gaan met het landschap, natuur, cultuur, monumenten en het milieu en daarnaast ook te investeren in het verbeteren van deze kwaliteiten. Deze strategie draagt bij aan de visie van Schouwen-Duiveland als vakantie-eiland. Gekozen wordt voor een flexibele omgang met het (her)gebruik van het cultuurhistorisch erfgoed. Nader onderzocht worden de mogelijkheden voor fondsvorming ten aanzien van het bekostigen van deze aspecten. Voor een zorgvuldige inzet van de investeringen wordt een Toeristische Hoofdstructuur (THS) ontwikkeld. Hierin is voor Bruinisse voorzien in de sectoren visserij en watersport (Grevelingendam). Ten behoeve van de THS wordt de bestaande wegenstructuur geoptimaliseerd, waarbij de aandacht vooral uitgaat naar het opwaarderen van de N59. Bestaande recreatiebedrijven kunnen worden geherstructureerd en vernieuwd, daarnaast is er ruimte voor bijzondere recreatieconcepten. De havens worden toegespitst op hun functie als Jachthaven, een uitzondering wordt gemaakt voor de Oude Vissershaven en de Vluchthaven in Bruinisse.

Structuurvisie Bruinisse, 2025

De Structuurvisie Bruinisse 2025 is op 29 september 2011 vastgesteld door de gemeenteraad van Schouwen-Duiveland. Om de vitaliteit van Bruinisse te behouden heeft de gemeente de ambitie geformuleerd om het dorp duurzaam te ontwikkelen tot een leefbare kern waar het prettig wonen, werken en recreëren is. Herstel van de relatie met het omliggende water is daarbij een belangrijk thema. Als eerste stap heeft de gemeente Schouwen-Duiveland hiertoe in 2006 de Structuurschets Bruinisse laten opstellen. Deze visie is anno 2011 nog vrijwel geheel actueel. Door de invoering van de Wro, welke gevolgen heeft voor het kostenverhaal, en enkele nieuwe beleidsnota's is deze visie geactualiseerd tot de Structuurvisie Bruinisse 2025. De nieuwe structuurvisie heeft als uitgangspunt de aantrekkelijkheid van Bruinisse te versterken voor bewoners en bezoekers. Er zijn drie thema's die de rode draad vormen in de projecten die hiertoe de komende jaren worden uitgevoerd. Ten eerste houdt dit in het behouden van de vitaliteit van de kern, ten tweede het borgen van de waterveiligheid op de (middel)lange termijn en tenslotte het versterken van de recreatieve aantrekkingskracht.

Ten aanzien van het versterken van de vitaliteit wil de gemeente voldoende ruimte bieden voor de ontwikkeling van bedrijvigheid en het versterken van de aantrekkelijkheid voor toeristen en recreanten. Het economische profiel van de bedrijventerreinen wordt naast reguliere bedrijvigheid voornamelijk geënt op water- en visserijgerelateerde bedrijfsactiviteiten. Als ruimtelijke component hiervan wil de gemeente voorzien in een kwaliteitsverbetering van het centrum door het commerciële aanbod te concentreren en te versterken. Daarnaast wordt een verbetering van de openbare ruimte voorgestaan en een verbetering van de visuele verbinding tussen het dorp en het omliggende water. Ten aanzien van het tweede thema, het borgen van de waterveiligheid, wordt door de gemeente ingespeeld op een verwachte hogere waterspiegel in de toekomst. Deze ontwikkeling staat op gespannen voet met de bruikbaarheid van het havenplateau. Een versterking van de dijken rondom Bruinisse is daarbij aan de orde. De exacte opgave voor de kern moet nog worden bepaald. Ten aanzien van het derde thema, het versterken van de recreatieve aantrekkingskracht, heeft Bruinisse een opgave om meer toeristen en bezoekers te trekken. De kern en nabije omgeving heeft thans al een grote aantrekkingskracht, deze kan nog worden vergroot door projecten die worden uitgevoerd in het kader van het Masterplan Centrumgebied en door in te spelen op de wensen van watersporters die aanleggen bij het dorp.

In de visie wordt naast het onderscheid in thema's, ook ingegaan op gebiedsgericht beleid. Zo wordt met name het centrum van Bruinisse versterkt en worden de sportvelden verplaatst naar de zuidkant van het dorp. Ten aanzien van bedrijventerreinen en de havens wordt ingezet op watergebonden bedrijvigheid. Voor de recreatiegebieden wordt ingezet op herstructurering.

afbeelding "i_NL.IMRO.1676.00026BpAwk-va01_0002.jpg"

Plankaart Structuurvisie Bruinisse 2025

Masterplan centrumgebied en haven, 2010

Door de gemeenteraad is op 25 februari 2010 het Masterplan Bruinisse vastgesteld. Het Masterplan heeft tot doel om een duidelijke visie neer te leggen op de toekomstige ontwikkeling van het centrumgebied, inclusief de Vissershaven van Bruinisse. Het plan dient als toetsingskader voor ontwikkelingen die zowel marktpartijen als de gemeente in gang zouden willen zetten. Het Masterplan bevat tevens een beeldkwaliteitskader neergelegd in een Beeldkwaliteitplan. De randvoorwaarden en uitgangspunten die daarin zijn opgenomen vormen eveneens een toetsingskader voor toekomstige ontwikkelingen.

De volgende doelen worden met het masterplan beoogd:

  • creëren van een levendig hart in de vorm van het Dorpsplein en het Kerkplein in het centrum van Bruinisse;
  • concentreren van winkelvoorzieningen in Dreef, Nieuwstraat en aan het Dorpsplein;
  • concentreren van horeca rond het nieuwe Dorpsplein;
  • versterken van de relatie dorp en water;
  • inzetten op visserij/cultuur/ambacht en toerisme in de Oudestraat en op het Havenplateau;
  • verbeteren van de bereikbaarheid en de parkeervoorzieningen;
  • verbeteren van de oost-west verbindingen onder de N59;
  • scheppen van een nieuw woonmilieu in het centrum (starters/senioren);
  • verbeteren van de woonkwaliteit in het centrum;
  • verbeteren van de inrichting van de openbare ruimte.

Vissershaven/Havenplateau

Eén van de gewenste herontwikkelingen is de Vissershaven. De Vissershaven ligt direct bij het dorp. De vissersschepen uit Bruinisse hebben er hun plek; het is een dynamische plek aan het water. Op het Havenplateau is ook een aantal water- en scheepsbouw gerelateerde bedrijven gehuisvest. Op dit moment zijn er plannen in voorbereiding voor de herinrichting van de Vissershaven tot een toeristisch aantrekkelijke bestemming. De voorzieningen op de kade en de steigers zijn sterk verouderd en aan vernieuwing toe. De herinrichting van de haven zal in samenhang met het Masterplan gemaakt worden. Voor de herinrichtingsplannen zijn Europese subsidiegelden beschikbaar.

Relevantie voor het plangebied

De juridisch-planologische uitwerking van het masterplan vindt niet rechtsreeks plaats in onderhavig conserverend bestemmingsplan. Wel worden op basis van de structuurvisie een aantal wijzigingsbevoegdheden opgenomen, waardoor bij de aandiening van concrete plannen die passen binnen het beleid en de wijzigingsbevoegdheid, snel een planologisch procedure kan worden gevolgd ten behoeve van de uitvoering van de plannen.

Waterplan Schouwen-Duiveland, 2007

De gemeenteraad heeft op 26 september 2007 het Waterplan Schouwen-Duiveland vastgesteld. De gemeente streeft met het plan naar biologisch gezond water, een goed functionerend en veilig watersysteem en een vergroting van de belevingswaarde van water. Deze doelstelling sluit aan bij het Omgevingsplan 2006 - 2012 van de provincie en het waterbeheersplan van het waterschap.

De bebouwde kom van Bruinisse is gelegen in het deelgebied Duiveland Oosterland. Het vergroten van de belevingswaarde door water kan door het verflauwen van taluds van waterlopen. In Bruinisse liggen enkele watergangen die goede kansen bieden voor het vergroten van de belevingswaarde en het aanleggen van natuurvriendelijke oevers. Bij woningbouw en de verplaatsing van bedrijven zal de kans om extra water en het creëren van natuurvriendelijke oevers afgewogen moeten worden.

Relevantie voor het plangebied

In het bestemmingsplan is het aanwezige water binnen de kern als 'Water' bestemd. Binnen de overige bestemmingen is het mogelijk waterlopen te realiseren. Concrete ontwikkelingen in relatie tot het waterplan zijn in onderhavig beheersplan niet opgenomen.

Milieubeleidsplan Schouwen-Duiveland, 2008-2010

De gemeente werkt haar lokale milieubeleid uit in een milieubeleidsplan. Dit plan beschrijft welke milieudoelen binnen welke periode moeten worden bereikt, en op welke manier. Het vakgebied milieu omvat diverse onderwerpen. Door het grote aantal verschillende onderwerpen bestaat het risico dat het activiteitenpakket onoverzichtelijk wordt. Om die reden is ervoor gekozen het nieuwe milieubeleidsplan per milieuonderwerp te beschrijven. Elk onderwerp wordt modulair behandeld, en bij elk onderwerp is aandacht voor visie, doelstellingen en uitvoering. Elke module heeft een looptijd van 4 jaar en binnen deze periode wordt gewerkt aan het behalen van de gestelde doelen. De volgende modules vormen samen het nieuwe milieubeleidsplan:

  • afval
  • groen
  • bodem (vastgesteld op 16 december 2010)
  • licht en duisternis (vastgesteld op 25 juni 2009)
  • energie en klimaat (vastgesteld op 25 juni 2009)
  • milieu, bedrijven en zonering
  • externe veiligheid (vastgesteld op 27 mei 2010)
  • luchtkwaliteit (vastgesteld op 18 december 2008)
  • geluid en stilte (vastgesteld op 18 december 2008)
  • natuur en landschap
  • geur, veehouderijen en bedrijven
  • water

De vastgestelde modules gelden voor het hele gemeentelijk grondgebied van de gemeente Schouwen-Duiveland.

Gemeentelijk woningbouwprogramma, 2010

Op 19 oktober 2010 is de gemeentelijke woningbouwplanningslijst 2010 tot en met 2020 vastgesteld. De planningslijst maakt inzichtelijk hoe de samenhang is tussen het kwantitatieve en kwalitatieve deel van de woningbouwplanning. De informatie uit de planningslijst wordt door de provincie gebruikt voor de analyse of de woningbouw van gemeenten blijft binnen de ruimtelijke ordeningsdoelstellingen van bundeling en zuinig ruimtegebruik. Op grond van deze analyse hebben Gedeputeerde Staten goedkeuring verleend aan de planningslijst. De planningslijst wordt beschouwd als een voortschrijdend proces. In de Woonmilieuvisie is een vertaling gemaakt van de woningbehoefte naar de planningslijst.

Woonmilieuvisie, 2006

Als gevolg van ontwikkelingen in markt en beleid is het accent in de woningbouwopgave de laatste jaren sterk verschoven van de kwantiteit (de aantallen te bouwen woningen) naar de kwaliteit (gewenste woonmilieus en woningtypen). Sterker dan in het verleden dienen nieuwe woonmilieus en woningen zorgvuldig op de woonwensen van de verschillende doelgroepen te worden afgestemd. De gemeente Schouwen-Duiveland staat dan ook voor de opgave om een relatie te leggen tussen de vraag van de consument, het bestaande aanbod en de ambitie om kwalitatief hoogwaardige woonmilieus te creëren, afgestemd op het bijzondere karakter van de gemeente.

In de woonmilieuvisie is aangeven in hoeverre de lopende en in voorbereiding zijnde plannen aansluiten bij de vraag van eilanders en migranten. De uitgevoerde verkenningen zijn uiteindelijk vertaald richting planningslijsten. In de woonmilieuvisie zijn de volgende doelstellingen onderschreven:

  • een evenwichtige verdeling tussen inbreiding, uitbreiding en herstructurering realiseren;
  • een gedifferentieerde opbouw in woonmilieus en woningtypen;
  • een spreiden van woningbouw over de dorpen, maar bundeling in Zierikzee;
  • het stimuleren van een positief migratiesaldo.

Woningmarktanalyse Schouwen-Duiveland, 2010

In de woningmarktanalyse Schouwen-Duiveland 2010-2020 wordt geconstateerd dat het geplande aantal te bouwen woningen veel hoger is dan de verwachte toename van het aantal huishoudens. De jaarlijkse uitbreidingsbehoefte is meer dan gehalveerd. De nog resterende uitbreiding zal niet overal op dezelfde wijze verlopen. In de grootste plaatsen op het eiland, Zierikzee, Bruinisse en Burgh-Haamstede, is nog sprake van een aanzienlijke groei van het aantal huishoudens. In veel kleinere kernen doet zich naar verwachting een afname voor. Naar verwachting zal dit niet leiden tot structurele leegstand, daarvoor liggen vraag en aanbod in Schouwen-Duiveland als geheel nog te dicht bij elkaar. Om alle door de lokale bevolking gewenste verhuizingen te laten doorgaan, zijn er momenteel voldoende woningen beschikbaar. Wel dient de samenstelling van de woningvoorraad te worden afgestemd op de wensen van de lokale bevolking.

In de woningmarktanalyse is gekeken naar de verhuismotieven van vertrekkers en vestigers in Schouwen-Duiveland, zij geven een goed beeld van de bijzondere kwaliteiten van Schouwen-Duiveland. De regio is voor vestigers vooral aantrekkelijk vanwege de rust, ruimte en veiligheid. Het zijn vaak oudere huishoudens die zich op Schouwen-Duiveland willen vestigen. Deze huishoudens hechten tevens veel belang aan voldoende mogelijkheden voor zorg. De vertrekkers verhuizen daarentegen veelal vanwege de aanwezigheid van werk of studie elders. In de analyse is tevens gekeken naar recreatiewoningen. Tot op heden is het beleid in de gemeente gericht geweest op het beperken van recreatiewoningen in de kernen. Het leegstaan van de woningen werd als onwenselijk beschouwd omdat dit de leefbaarheid van woonkernen negatief zou beïnvloeden. Anderzijds zijn er ook voordelen voor de leefbaarheid denkbaar: wanneer de woningen bewoond zijn, dragen de bewoners bij aan het draagvlak voor voorzieningen. Tevens zal dit beleid bijdragen aan een toename van de vraag naar woningen. Daarom wordt het bezit van tweede woningen verder gestimuleerd. Tenslotte wordt geconstateerd dat door de verandering van de huishoudenssamenstelling in de komende jaren een andere behoefte ontstaan aan voorzieningen zal ontstaan in de kernen. De afname van jongeren betekent dat minder beroep wordt gedaan op voorzieningen als basisscholen en consultatiebureaus en sommige sportfaciliteiten. Daarentegen neemt de behoefte aan zorg- en recreatieve voorzieningen voor ouderen toe.

De verandering van de bevolkingssamenstelling in de komende jaren vraagt om een herziening van het aanbod en de spreiding van voorzieningen over de kernen.

Ten aanzien van de samenstelling van het woningaanbod in Bruinisse wordt geconstateerd dat in Bruinisse een overschot aan huurwoningen tussen de € 357,- en de € 511,- bestaat. Hiertegenover staat een aanzienlijk tekort aan nultredenhuurwoningen en een klein tekort aan woningen tussen de € 220.000,- en € 300.000,-. Ook is behoefte aan een beperkt aantal koopappartementen. Verder valt hier het grote aanbod aan dure eengezinskoopwoningen op. Veel huishoudens die zich in de afgelopen decennia in deze woningen hebben gevestigd, willen nu goedkoper gaan wonen, gaan huren of het eiland gaan verlaten. In de kern Bruinisse is sprake van een flinke toename van de 65-plussers. Het aantal tweepersoonshuishoudens en gezinnen van 30 tot 65 jaar daalt. Alleenstaanden tussen de 30 en de 65 jaar nemen eerst nog licht in aantal toe, om na 2020 kleiner te worden.

Gebruiksverordening tweede woningen, 2006

In de 'Gebruiksverordening tweede woningen', welke is vastgesteld op 28 september 2006, zijn bepalingen opgenomen om te voorkomen dat woningen, die bedoeld zijn voor permanente bewoning, voor recreatieve doeleinden worden gebruikt. Het doel van deze verordening is om de kernen in de gemeente Schouwen-Duiveland leefbaar te houden.

Relevantie voor het plangebied

Onderhavig plangebied, de kern Bruinisse, behoort tot het werkingsgebied van de Gebruiksverordening.

Ontwikkelingsvisie horeca (2004)

Deze visie is een uitwerking van het actieprogramma 'Schouwen-Duiveland kiest voor toerisme' uit 2004. Het doel van de ontwikkelingsvisie horeca is om kaders aan te geven waarbinnen horecaontwikkelingen mogelijk zijn op Schouwen-Duiveland. Deze kaders dienen als richtlijn bij het maken van ruimtelijke afwegingen, onder meer bij de actualisering van bestemmingsplannen. Daarnaast heeft het tot doel het signaleren van trends waarop de gemeente Schouwen-Duiveland haar beleidskeuzes kan baseren. De ontwikkelingsvisie horeca stelt ruimte voor ontwikkeling centraal en wil daarbij kaders geven waarbinnen ondernemers ruimte krijgen om te ondernemen. De ondernemer heeft daarbij de verantwoordelijkheid om de behoefte van de markt te bepalen. Deze kaders zijn richtinggevend bij de actualisatie van bestemmingsplannen. De gemeente wil daarmee een bijdrage leveren aan de diversiteit en kwaliteit van de horeca en duidelijkheid bieden voor ondernemers. In de visie wordt onderscheid gemaakt in enerzijds verblijfsrecreatieve horeca (hotel, pension en Bed & Breakfast) en anderzijds consumptieve horeca (café, discotheek, restaurant etc.). Bij deze tweedeling is gekeken naar het oorspronkelijke doel van de horecagelegenheid: het aanbieden van overnachtingen of het aanbieden van consumerende goederen.

Bruinisse heeft een vrij uitgebreid aanbod aan horeca. Momenteel zijn er 6 restaurants, 2 cafetaria's en 4 cafés. Voor een kern als Bruinisse is dit aanbod vrij hoog. Het centrumgebied van Bruinisse is geconcentreerd aan de Havenkade, Korte Ring, Nieuwstraat, Kerkstraat en Oudestraat. Deze straten zijn dan ook het meest geschikt als horecaontwikkelingsgebied.

Relevantie voor het plangebied

De ontwikkelingsvisie horeca is in het voorliggende bestemmingsplan planologisch vertaald. Ten aanzien van consumptieve horeca zijn de betreffende bedrijven specifiek bestemd en is er een koppeling gemaakt naar de Staat van horeca-activiteiten.

Bedrijventerreinenprogramma Schouwen-Duiveland

Het bedrijventerreinenprogramma van de gemeente Schouwen-Duiveland bouwt voort op de in het Omgevingsplan Zeeland aangegeven uitspraak dat provincie en gemeente samen één regionaal programma opstellen. In het programma wordt uitgegaan op een indeling van bedrijventerreinen op basis van omvang en thematisering, waardoor kleinschalige-, grootschalige-, thematische- en zeehaventerreinen te onderscheiden zijn. In Schouwen-Duiveland wordt van de eerste twee typen uitgegaan. Het bedrijventerrein bij Bruinisse wordt getypeerd als een grootschalig bedrijventerrein.

Bedrijventerreinen worden op Schouwen-Duiveland beschouwd als een vorm van ruimtegebruik die zorgvuldig ingepast moet worden, zowel ruimtelijk-landschappelijk als functioneel-maatschappelijk. In ruimtelijke zin wordt de inpassing bewerkstelligd door een integrale planvorming die niet alleen gericht is op het bedrijventerrein zelf maar op de inpassing in de omgeving. De locatieafbakening en de wijze waarop de begrenzing wordt ontworpen is van essentieel belang om het toeristisch-recreatieve profiel van de gemeente te waarborgen. In functionele zin wordt anders omgegaan met grootschalige respectievelijk kleinschalige bedrijventerreinen. Grootschalige terreinen, waartoe het terrein in Bruinisse wordt gerekend, hebben een sterk monofunctioneel karakter. Hier staat het functioneren van grotere bedrijven voorop. Andere functies, zoals wonen, recreatie, detailhandel en kantoren passen niet zonder meer en worden in bestemmingsplannen niet zonder meer toegelaten. Als de markt daar om vraagt worden zones ingericht met een specifieke functie en uitstraling voor bijvoorbeeld recreatie. Als voorbeeld hiervan wordt de watersportboulevard in Bruinisse genoemd. Tenslotte streeft de gemeente naar een zorgvuldig gebruik van de ruimte. Het gaat daarbij om het realiseren van het juiste bedrijf op de juiste locatie. Daartoe wordt in de komende jaren een groot aantal kleinere bedrijfslocaties getransformeerd. De bedrijfsactiviteiten worden geconcentreerd op een overzichtelijk aantal bedrijventerreinen. Ook op deze terreinen zal zorgvuldig ruimtegebruik hoog in het vaandel staan, bijvoorbeeld door het toepassen van ruimtebesparende verkaveling, toepassen van minimale bouwhoogten en het realiseren van centrale voorzieningen.

Gemeentelijk monumentenbeleid

Om cultuurhistorische bouwwerken binnen haar grondgebied te beschermen, is een gemeentelijk monumentenbeleid in voorbereiding. Drie categorieën 'monumenten' kunnen worden onderscheiden: de rijksmonumenten, de gemeentelijke monumenten en de beschermde stads- of dorpsgezichten. De rijksmonumenten worden beschermd in het kader van de 'Monumentenwet 1988'. De gemeentelijke monumenten, bouwwerken die zullen worden geplaatst op de gemeentelijke monumentenlijst, worden voor wijziging of afbraak behoed middels voorschriften opgenomen in de Erfgoedverordening 2010.

Relevantie voor het plangebied

In het plangebied bevindt zich één rijksmonument. Het betreft hier het pand aan de Oudestraat 27. Het monument is wettelijk beschermd middels de Monumentenwet 1988. In Bruinisse bevinden zich geen gemeentelijke monumenten en beschermde stads- of dorpsgezichten.

Prostitutiebeleid, 2000

Door een wijziging van het wetboek van Strafrecht is met ingang van 1 oktober 2000 het bordeelverbod opgeheven. Het gemeentelijk beleid betreffende deze opheffing is verwoord in de 'Beleidsnota lokaal prostitutiebeleid' dat ruimtelijk vertaald is in het bestemmingsplan 'Regulering van seksinrichtingen en prostitutie c.a.'. In het belang van de openbare orde en bescherming van het woon- en leefklimaat acht het gemeentebestuur van Schouwen-Duiveland het noodzakelijk om een maximumstelsel in te voeren.

Bij het bepalen van het maximum dient een aantal omstandigheden te worden meegewogen:

  • Schouwen-Duiveland is een landelijke gemeente bestaande uit 17 kleine, tot zeer kleine kernen waar een aantrekkelijk woon- en leefklimaat heerst;
  • Schouwen-Duiveland kent tot nu toe geen seksinrichtingen. De behoefte aan een dergelijke vestiging is niet of nauwelijks aanwezig;
  • bij een belangrijk deel van de bevolking roept prostitutie vanuit religieuze overwegingen weerstand op.

Gelet op deze aspecten is terughoudendheid met de vestiging van seksinrichtingen op zijn plaats. Aangezien er op dit moment geen seksinrichtingen in de gemeente aanwezig zijn opteert de gemeente in de planologische regeling voor een totaalverbod. Dit wil zeggen dat de gemeente het gebruiken, te doen of laten gebruiken van bouwwerken en onbebouwde gronden ten behoeve van een seksinrichting, als escortbedrijf of ten behoeve van straat- en raamprostitutie in de planologische regeling heeft verboden. Op het moment dat zich een specifiek initiatief aandient zal aan de hand van het concrete verzoek beoordeeld worden of eventueel medewerking zal worden verleend aan een ontheffing c.q. herziening van het bestemmingsplan voor betreffende locatie. Getoetst zal worden aan de vestigingscriteria uit de beleidsnota 'Lokaal prostitutiebeleid'. Omdat vestiging van een bordeel, zeker in een (betrekkelijk) kleine kern, een negatieve uitwerking kan hebben op de openbare orde en het woon- en leefklimaat, mag een bordeel zich niet vestigen in een woonstraat dan wel in een straat waar sprake is van een concentratie van recreatiebedrijven en detailhandel. In het plangebied worden seksinrichtingen derhalve uitgesloten. Raamprostitutie en straatprostitutie worden in het geheel niet toegestaan.

Beleidsplan archeologie, 2008

Om goed te kunnen bepalen wat er in het bestemmingsplan moet worden opgenomen, en om vast te kunnen stellen of er zich op een locatie behoudenswaardige archeologie bevindt, is het proces van de archeologische monumentenzorg doorlopen, resulterend in het Beleidsplan Archeologie en Archeologische waarden- en verwachtingskaarten voor de historische kernen en het buitengebied.

Het archeologiebeleid van de gemeente is gefaseerd opgesteld. In de raadsvergadering van 28 februari 2008 is het archeologiebeleid vastgesteld voor het gemeentelijk grondgebied voor zover gelegen buiten de historische kernen (AMK-kernen). Daarna zijn de historische kernen die ook een status als terrein van archeologische waarde hebben, voorzien van beleid. Dit beleid is op 18 december 2008 vastgesteld.

Relevantie voor het plangebied

Op de Beleidskaart Archeologie zijn voor het plangebied twee gebieden te onderscheiden, namelijk:

  • Onderzoeksgebied A
  • Onderzoeksgebied B

Op ieder gebied zijn weer andere kwantitatieve normen van toepassing. Voor de AMK-terreinen met betrekking tot de stads- en dorpskernen heeft een uitwerking van het Beleidsplan Archeologie plaatsgevonden, waarbij een inventarisatie is uitgevoerd naar de archeologische waarden. In de raadsvergadering van 18 december 2008 zijn deze archeologische waarden- en verwachtingskaarten vastgesteld. Voor Bruinisse heeft geen verdere uitwerking plaatsgevonden omdat er geen AMKgebieden aanwezig zijn binnen het plangebied. Voor de normen en de vertaling van het archeologiebeleid naar het bestemmingsplan wordt verwezen naar paragraaf 4.2. Op 29 oktober 2009 heeft de gemeenteraad het facetbestemmingsplan Archeologie vastgesteld, teneinde gemeentebreed een beschermingsregime te bieden voor voorkomende archeologische aspecten en waarden.

afbeelding "i_NL.IMRO.1676.00026BpAwk-va01_0003.jpg"

afbeelding "i_NL.IMRO.1676.00026BpAwk-va01_0004.jpg"

Uitsnede beleidskaart Archeologie met weergave van de bebouwde kom van Bruinisse. Het schema betreft de onderverdeling in gebieden.  

Regeling onoverdekte zwembaden

Het is wenselijk om bij verzoeken tot het bouwen van onoverdekte zwembaden bij woningen ongewenste situaties met betrekking tot het straat- en bebouwingsbeeld en overlast te voorkomen, zeker nu er sprake is van een trend in de aanleg van permanente zwembaden, welke trend zich duidelijk doorzet. Bovendien is het goed om naar de toekomst toe iedereen, dus zowel diegene die een zwembad wil realiseren als diens buren, duidelijkheid te verschaffen over deze bouwmogelijkheden. In dit kader is er een planologische regeling opgesteld welke is opgenomen in dit plan.

Relevantie voor het plangebied

De onoverdekte zwembaden zijn als volgt in dit plan opgenomen: onoverdekte zwembaden vallen onder de categorie 'bouwwerken, geen gebouwen zijnde'. Binnen de bestemming Groen is het niet mogelijk hier bouwwerken ten behoeve van de woonbestemming op te richten en zijn onoverdekte zwembaden dus niet mogelijk. De zwembadregeling komt om diezelfde reden ook niet voor bij de bestemming Maatschappelijk, Recreatie, Sport, Verkeer en Water.

Voorbereidingsbesluit Bruinisse (2011)

Door de gemeenteraad is in het kader van de Structuurschets Bruinisse en het Masterplan Bruinisse in april 2011 een voorbereidingsbesluit genomen. Met het voorbereidingsbesluit worden binnen het besluitgebied ongewenste ruimtelijke ontwikkelingen uitgesloten en worden kleine bouwplannen bij bestaande woningen wel toegestaan. Gewenste ruimtelijke ontwikkelingen zullen op grond van het voorbereidingsbesluit worden gevolgd door een nieuw bestemmingsplan.

afbeelding "i_NL.IMRO.1676.00026BpAwk-va01_0005.jpg"

Luchtfoto met weergave en begrenzing plangebied. Bron: TerraDesk, 2007.

afbeelding "i_NL.IMRO.1676.00026BpAwk-va01_0006.jpg"

Uitsnede historische kaart met weergave kern Bruinisse anno 1935.