Plan: | Bebouwde kom Bruinisse |
---|---|
Status: | vastgesteld |
Plantype: | bestemmingsplan |
IMRO-idn: | NL.IMRO.1676.00026BpAwk-va01 |
Deze regel is van toepassing voor het overschrijden van grenzen voor zover deze leiden tot wijziging van bestemmingen;
Bij de toepassing van de wijzigingsbevoegdheden als bedoeld in lid 29.1.1 kan het bevoegd gezag schriftelijk advies inwinnen bij een stedenbouwkundige.
Het bevoegd gezag kan, overeenkomstig het bepaalde in artikel 3.6 van de Wet ruimtelijke ordening, de bestemming van de gronden met de aanduiding 'Wro-zone – wijzigingsbevoegdheid – 1' wijzigen ten behoeve van de realisatie van een plein met verkeers- en verblijfsfuncties en groen en aangrenzend gebouwen voor detailhandel in de niet-dagelijkse sector, horeca, maatschappelijke doeleinden en wonen op de verdieping. De wijzigingsbevoegdheid kan uitsluitend worden toegepast indien aangetoond wordt dat er sprake is van een goede ruimtelijke ordening, waarbij uit een ruimtelijke onderbouwing blijkt dat:
Bij de toepassing van de wijzigingsbevoegdheden als bedoeld in lid 29.2.1 kan het bevoegd gezag schriftelijk advies inwinnen bij een stedenbouwkundige.
Het bevoegd gezag kan, overeenkomstig het bepaalde in artikel 3.6 van de Wet ruimtelijke ordening, de bestemming van de gronden met de aanduiding 'Wro-zone – wijzigingsbevoegdheid – 2' wijzigen ten behoeve van de realisatie van detailhandel in de dagelijkse en de niet-dagelijkse sector, woningen op de verdieping en een (openbaar) parkeerterrein. De wijzigingsbevoegdheid kan uitsluitend worden toegepast indien aangetoond wordt dat er sprake is van een goede ruimtelijke ordening, waarbij uit een ruimtelijke onderbouwing blijkt dat:
Bij de toepassing van de wijzigingsbevoegdheden als bedoeld in lid 29.3.1 kan het bevoegd gezag schriftelijk advies inwinnen bij een stedenbouwkundige.
Het bevoegd gezag kan, overeenkomstig het bepaalde in artikel 3.6 van de Wet ruimtelijke ordening, de bestemming van de gronden met de aanduiding 'Wro-zone – wijzigingsbevoegdheid – 3' wijzigen ten behoeve van de realisatie van detailhandel in de dagelijkse en de niet-dagelijkse sector, (levensloop bestendige) woningen en parkeren. De wijzigingsbevoegdheid kan uitsluitend worden toegepast indien aangetoond wordt dat er sprake is van een goede ruimtelijke ordening, waarbij uit een ruimtelijke onderbouwing blijkt dat:
Bij de toepassing van de wijzigingsbevoegdheden als bedoeld in lid 29.4.1 kan het bevoegd gezag schriftelijk advies inwinnen bij een stedenbouwkundige.
Het bevoegd gezag kan, overeenkomstig het bepaalde in artikel 3.6 van de Wet ruimtelijke ordening, de bestemming van de gronden met de aanduiding 'Wro-zone – wijzigingsbevoegdheid – 4' wijzigen ten behoeve van de realisatie van gebouwen voor detailhandel in de dagelijkse sector, maatschappelijke voorzieningen en wonen op de verdieping. De wijzigingsbevoegdheid kan uitsluitend worden toegepast indien aangetoond wordt dat er sprake is van een goede ruimtelijke ordening, waarbij uit een ruimtelijke onderbouwing blijkt dat:
Het bevoegd gezag kan, overeenkomstig het bepaalde in artikel 3.6 van de Wet ruimtelijke ordening, de bestemming van de gronden met de aanduiding 'Wro-zone – wijzigingsbevoegdheid – 5' wijzigen ten behoeve van de realisatie van grondgebonden woningen met bijbehorende openbare ruimte en parkeervoorzieningen. De wijzigingsbevoegdheid kan uitsluitend worden toegepast indien aangetoond wordt dat er sprake is van een goede ruimtelijke ordening, waarbij uit een ruimtelijke onderbouwing blijkt dat:
Bij de toepassing van de wijzigingsbevoegdheden als bedoeld in lid 29.6.1 kan het bevoegd gezag schriftelijk advies inwinnen bij een stedenbouwkundige.
Het bevoegd gezag kan, overeenkomstig het bepaalde in artikel 3.6 van de Wet ruimtelijke ordening, de bestemming van de gronden met de aanduiding 'Wro-zone – wijzigingsbevoegdheid – 6' wijzigen ten behoeve van de realisatie van grondgebonden woningen met bijbehorende openbare ruimte en parkeervoorzieningen. De wijzigingsbevoegdheid kan uitsluitend worden toegepast indien aangetoond wordt dat er sprake is van een goede ruimtelijke ordening, waarbij uit een ruimtelijke onderbouwing blijkt dat:
Bij de toepassing van de wijzigingsbevoegdheden als bedoeld in lid 29.7.1 kan het bevoegd gezag schriftelijk advies inwinnen bij een stedenbouwkundige.
Het bevoegd gezag kan, overeenkomstig het bepaalde in artikel 3.6 van de Wet ruimtelijke ordening, de bestemming van de gronden met de aanduiding 'Wro-zone – wijzigingsbevoegdheid – 7' wijzigen ten behoeve van de verplaatsing van grootschalige vormen van detailhandel die momenteel nog gevestigd zijn in de Molenstraat 3 en 48. De wijzigingsbevoegdheid kan uitsluitend worden toegepast indien aangetoond wordt dat er sprake is van een goede ruimtelijke ordening, waarbij uit een ruimtelijke onderbouwing blijkt dat:
Het bevoegd gezag kan, overeenkomstig het bepaalde in artikel 3.6 van de Wet ruimtelijke ordening, de bestemming van de gronden met de aanduiding 'Wro-zone – wijzingsbevoegdheid – 8' na bedrijfsbeëindiging te wijzigen in de bestemming 'Gemengd'. De wijzigingsbevoegdheid kan uitsluitend worden toegepast indien aangetoond wordt dat er sprake is van een goede ruimtelijke ordening, waarbij uit een ruimtelijke onderbouwing blijkt dat:
Bij de toepassing van de wijzigingsbevoegdheden als bedoeld in lid 29.9.1 kan het bevoegd gezag schriftelijk advies inwinnen bij een stedenbouwkundige.
Het bevoegd gezag kan, overeenkomstig het bepaalde in artikel 3.6 van de Wet ruimtelijke ordening, de bestemming van de gronden met de aanduiding 'Wro-zone – wijzigingsbevoegdheid – 9' wijzigen ten behoeve van de realisatie van grondgebonden woningen met bijbehorende openbare ruimte en parkeervoorzieningen. De wijzigingsbevoegdheid kan uitsluitend worden toegepast indien aangetoond wordt dat er sprake is van een goede ruimtelijke ordening, waarbij uit een ruimtelijke onderbouwing blijkt dat:
Bij de toepassing van de wijzigingsbevoegdheden als bedoeld in lid 29.10.1 kan het bevoegd gezag schriftelijk advies inwinnen bij een stedenbouwkundige.