Het bevoegd gezag is overeenkomstig het bepaalde in artikel 3.6, lid 1 onder a van de Wet ruimtelijke ordening, bevoegd het plan te wijzigen ten behoeve van:
het oprichten van gebouwen ten dienste van (openbare) nutsvoorzieningen met een inhoud van ten hoogste 150 m³ en een goothoogte van ten hoogste 4 m, dit voor zover deze op grond van artikel 24 niet kunnen worden gebouwd;
het aanbrengen van wijzigingen in de plaats, richting en/ of afmetingen van bestemmingsgrenzen ten behoeve van de praktische uitvoering van het plan met dien verstande dat de afwijking ten hoogste 3 m mag bedragen en het bestemmingsvlak niet meer dan 10% mag worden vergroot, mits het wijzigingen betreft waarbij geen belangen van derden worden geschaad, dan wel ter correctie van afwijkingen of onnauwkeurigheden op de verbeelding;
het aanpassen van opgenomen regels in de voorafgaande artikelen, waarbij verwezen wordt naar regels in wettelijke regelingen, indien deze wettelijke regelingen na het tijdstip van de tervisielegging van het ontwerpplan worden gewijzigd.
25.2 Wijzigingsgebied I (Brandweerkazerne)
Burgemeester en wethouders zijn bevoegd het plan ter plaatse van
wijzigingsbevoegdheid I (Locatie oude brandweerkazerne)
te wijzigen in de bestemming Wonen, met dien verstande dat:
er maximaal 2 nieuwe woningen gerealiseerd mogen worden;
de goothoogte maximaal 6 m bedraagt;
de bouwhoogte maximaal 11 m bedraagt;
de bouwvlakken gewijzigd mogen worden;
de gebruiksmogelijkheden van aangrenzende percelen niet belemmerd worden;
er wordt voldaan aan de benodigde parkeervoorzieningen conform de gemeentelijke parkeernota;
in het kader van de in het gebied aanwezige flora en fauna nader onderzoek dient te worden uitgevoerd en, indien vereist, ontheffing in de zin van de Flora- en faunawet dient te zijn verkregen;
bij een totaal vergroting van het verhard oppervlak per bouwperceel ten opzichte van de bestaande toestand van meer dan 10 m², dient binnen het plangebied een oppervlak van minimaal 15% van de vergroting te worden gereserveerd voor extra open water. Onder verhard oppervlak wordt gerekend: gebouwen, daken, wegen, trottoirs, voet- en fietspaden, parkeerterreinen, gedraineerde onverharde oppervlakten.
25.3 Wijzigingsgebied II (Locatie sporthal)
Burgemeester en wethouders zijn bevoegd het plan ter plaatse van
wijzigingsbevoegdheid II (Locatie sporthal)
te wijzigen in de bestemming Bedrijf, met dien verstande dat:
bedrijven tot en met categorie 3.1 in de bij deze voorschriften behorende lijst van Bedrijfsactiviteiten toegestaan zijn;
de goothoogte maximaal 8 m bedraagt;
de bouwhoogte maximaal 11 m bedraagt;
de bouwvlakken gewijzigd mogen worden;
de gebruiksmogelijkheden van aangrenzende percelen niet belemmerd worden;
er wordt voldaan aan de benodigde parkeervoorzieningen conform de gemeentelijke parkeernota;
bij een totaal vergroting van het verhard oppervlak per bouwperceel ten opzichte van de bestaande toestand van meer dan 10 m², dient binnen het plangebied een oppervlak van minimaal 15% van de vergroting te worden gereserveerd voor extra open water. Onder verhard oppervlak wordt gerekend: gebouwen, daken, wegen, trottoirs, voet- en fietspaden, parkeerterreinen, gedraineerde onverharde oppervlakten.
25.4 Wijzigingsgebied III (Centrumgebied)
Burgemeester en wethouders zijn bevoegd het plan ter plaatse van wijzigingsbevoegdheid III (Centrumgebied) de bestemming Verkeer te wijzigen in de bestemming Detailhandel en tevens de bestemming Wonen te wijzigen in de bestemming Verkeer met dien verstande dat:
de bestemming Detailhandel en bijbehorend bouwvlak met maximaal 600m² uitgebreid mag worden;
de bestemming Wonen enkel gewijzigd mag worden in de bestemming Verkeer ten behoeve van de aanleg van parkeervoorzieningen;
voor de bestemming Detailhandel een maximale bouwhoogte van 3 meter geldt;
geen onevenredige afbreuk wordt gedaan aan het straat- en bebouwingsbeeld;
de gebruiksmogelijkheden van aangrenzende gronden en bouwwerken niet belemmerd worden;
er wordt voldaan aan de benodigde parkeervoorzieningen conform de gemeentelijke parkeernota;