direct naar inhoud van Artikel 16 Kastelen en landgoederen
Plan: Buitengebied Roerdalen
Status: vastgesteld
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.1669.BPBUITENGEBIED2012-VG02

Artikel 16 Kastelen en landgoederen

16.1 Bestemmingsomschrijving

De voor 'Kastelen en landgoederen' aangewezen gronden zijn bestemd voor:

  • a. behoud en herstel van het kasteel en/of landgoed alsmede voor herbouw van kastelen voor zover zulks mede gericht is op herstel van uitwendige cultuurhistorische waarden;
  • b. behoud en herstel van de natuurwaarden, de visueel-landschappelijke waarden en de cultuurhistorische waarden;
  • c. recreatief gebruik ondergeschikt aan de hoofdfunctie;
  • d. ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van wonen - aerwinkel': tevens het bewonen van Landgoed kasteel Aerwinkel;
  • e. ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van wonen - daelenbroek': tevens het bewonen van kasteel Daelenbroek;
  • f. ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van wonen - frymerson': tevens het bewonen van landhuis Frymerson;
  • g. ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van cultuur en ontspanning - kasteel montfort': kasteel Montfort;
  • h. ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van wonen - 't steenen huys': tevens kantoren en het bewonen van kasteel 't Steenen huys;
  • i. ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van wonen - hoosden': tevens het bewonen van landhuis Hoosden;
  • j. ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van wonen - klein paarlo': tevens het bewonen van landgoed Klein Paarlo;

alsmede voor:

  • k. behoud, versterking en ontwikkeling van de landschappelijke, natuurlijke, cultuurhistorische en visueel-landschappelijke waarden van de gronden, zoals deze tot uitdrukking komt in de landschappelijke openheid, de landschappelijke beslotenheid in de vorm van bosschages, houtwallen en lanen;
  • l. ter plaatse van de aanduiding 'horeca': horecadoeleinden in de vorm van restaurant, (feest)zalencomplex, sociaal-culturele doeleinden in de vorm van vergader- en conferentiegelegenheden alsmede museum- en expositieruimten;
  • m. ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van horeca - voorburcht': horecadoeleinden, sociaal-culturele doeleinden in de vorm van vergader- en conferentiegelegenheden alsmede expositieruimten;
  • n. ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van wonen - appartement': een historisch boerderij/appartementencomplex;
  • o. ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van agrarisch - paardenstal': een paardenstal;

met de daarbij behorende:

  • p. voorzieningen, zoals erven, tuinen, speelvoorzieningen, groen, water, nutsvoorzieningen, parkeervoorzieningen, laad- en losvoorzieningen, recreatieve paden, landerijen en toegangswegen;
  • q. evenementen, met een maximale duur van 7 dagen (inclusief opbouw- en afbraakwerkzaamheden);
  • r. de in tabel 16.1 toegestane nevenfuncties.

Tabel 16.1

nevenfunctie   maximaal aantal m²  
  gronden in gebruik voor nevenfunctie   bebouwing in gebruik voor nevenfunctie  
bed & breakfast   -   max. 16 slaapplaatsen verdeeld over max. 6 kamers  
educatie en cultuur   -   bestaand  
trouwlocatie ter plaatse van de aanduidingen 'specifieke vorm van wonen - aerwinkel', specifieke vorm van wonen - daelenbroek' en 'specifieke vorm van cultuur en ontspanning - kasteel montfort'   alle gronden   bestaand  
groene en blauwe diensten   alle gronden   -  
ondergeschikte horeca   -   100 m²  
ondergeschikte detailhandel   -   100 m²  
kantoor   -   bestaand  
beroep-aan-huis in een woning   -   max. 1/3 van de woning en bijbehorende bouwwerken  

- = niet van toepassing

16.2 Bouwregels

Op deze gronden mag worden gebouwd en gelden de volgende regels:

  • a. gebouwen en bouwwerken, geen gebouwen zijnde, met uitzondering van erf- of terreinafscheidingen, mogen uitsluitend binnen het bouwvlak en ten dienste van de bestemming worden gebouwd;
  • b. het aantal woningen per bouwvlak bedraagt ten hoogste 1 tenzij door middel van een maatvoeringaanduiding 'maximaal aantal wooneenheden' anders is aangegeven;
  • c. het aantal appartementen ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van wonen - appartement' bedraagt ten hoogste 15;
  • d. tevens geldt het bepaalde in tabel 16.2.

Tabel 16.2

  max. oppervlak   max. inhoud   max. goothoogte   max. bouwhoogte  
woning (inclusief bijbehorende bouwwerken)   bestaand   -   bestaand   bestaand  
overige gebouwen   bestaand   -   bestaand   bestaand*  
ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van wonen - appartement'   bestaand     bestaand   bestaand  
erf- of terreinafscheidingen binnen het bouwvlak:
- voor de voorgevelrooilijn
- overige plaatsen  
-   -   -  



1 m

2 m  
erf- en terreinafscheidingen buiten bouwvlak         1,2  
lichtmasten   -   -   -   5 m  
vlaggenmasten   -   -   -   8 m  
overige bouwwerken, geen gebouwen zijnde   -   -   -   3 m  

- = niet van toepassing

* tenzij anders door middel van de maatvoeringaanduiding 'maximale bouwhoogte' anders is aangegeven.

16.3 Afwijken van de bouwregels
16.3.1 Ten behoeve van uitbreiding van de bebouwing

Het bevoegd gezag kan bij een omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in lid 16.2 onder d teneinde de oppervlakte van bebouwing uit te breiden, met inachtneming van het volgende:

  • a. uitbreiding van de bebouwing is alleen toelaatbaar, voor zover een doelmatige bedrijfsvoering dit noodzakelijk maakt;
  • b. de noodzaak tot uitbreiding dient aangetoond te worden door middel van een bedrijfsplan waarbij tevens moet worden aangetoond waarom sloop en herbouw van bedrijfsgebouwen niet tot de mogelijkheden behoort;
  • c. uitbreiding dient plaats te vinden binnen het bestaande bouwvlak;
  • d. het bebouwingsoppervlak mag met ten hoogste 10% worden vergroot;
  • e. de verkeersaantrekkende werking mag niet onevenredig toenemen;
  • f. parkeren dient op eigen terrein plaats te vinden;
  • g. de uitbreiding dient milieuhygiënisch inpasbaar te zijn;
  • h. er dient voldaan te worden aan de eisen die zijn gesteld in de in bijlage 4 opgenomen uitwerking van het kwaliteitsmenu;
  • i. omliggende bedrijven worden niet onevenredig in hun activiteiten aangetast.

16.4 Specifieke gebruiksregels

Met betrekking tot het gebruiken en laten gebruiken van gronden en bouwwerken geldt de volgende regel:

  • de totale voor publiek toegankelijke vloeroppervlakte in gebruik voor restaurantfunctie, het (feest)zalencomplex en de sociaal-culturele doeleinden ter plaatse van de aanduiding 'horeca' bedraagt ten hoogste 1.250 m².

16.5 Afwijken van de gebruiksregels
16.5.1 Ten behoeve van nevenfuncties

Het bevoegd gezag kan bij een omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in lid 16.1 ten behoeve van het toestaan van een of meer functies zoals opgenomen in tabel 16.3, met inachtneming van het volgende:

  • a. nevenfuncties die niet in bebouwing plaatsvinden mogen buiten de bebouwing maar binnen het bouwvlak plaatsvinden;
  • b. de functies dienen milieuhygiënisch inpasbaar te zijn;
  • c. de bestaande bedrijfsvoering en ontwikkelingsmogelijkheden van omliggende (agrarische) bedrijven mogen niet onevenredig worden beperkt;
  • d. buitenopslag ten behoeve van de functie is niet toegestaan;
  • e. de publieks- en/of verkeersaantrekkende werking van functies mag niet onevenredig groot zijn en de bestaande infrastructuur dient berekend te zijn op de nieuwe activiteit;
  • f. parkeren dient binnen het bouwvlak plaats te vinden;
  • g. detailhandel is uitsluitend toegestaan als ondergeschikte functie die ten dienste staat van de nevenactiviteit;
  • h. horeca is uitsluitend toegestaan als ondergeschikte functie die ten dienste staat van de nevenactiviteit, tenzij anders door middel van een aanduiding is aangegeven;
  • i. ten aanzien van de nevenfunctie recreatieve functies geldt bij kleinschalig kamperen tevens het volgende:
    • 1. in uitzondering op het gestelde onder a is kleinschalig kamperen buiten het bouwvlak, mits aansluitend aan het bouwvlak, toegestaan met dien verstande dat indien is aangetoond dat dit niet mogelijk is, kleinschalig kamperen binnen een zone van 25 m vanaf de grens van het bouwvlak is toegestaan;
    • 2. kleinschalig kamperen is uitsluitend toegestaan in de periode 15 maart tot en met 31 oktober;
    • 3. het aantal standplaatsen voor kampeermiddelen bedraagt ten hoogste 40;
    • 4. de onderlinge afstand tussen kampeermiddelen bedraagt ten minste 5 m, met dien verstande dat deze afstand niet van toepassing is voor kampeermiddelen die aaneengeschakeld zijn;
    • 5. er dient voldaan te worden aan de eisen die zijn gesteld in de in bijlage 4 opgenomen uitwerking van het kwaliteitsmenu.

Tabel 16.3

nevenfunctie   maximaal aantal m²  
  gronden in gebruik voor nevenfunctie   bebouwing in gebruik voor nevenfunctie  
bedrijf-aan-huis
 
-   max. 1/3 van de woning en bijbehorende bouwwerken  
recreatieve functies   -   zoals bepaald in lid 16.2  

- = niet van toepassing

16.6 Omgevingsvergunning voor het uitvoeren van een werk, geen bouwwerk zijnde, of van werkzaamheden
16.6.1 Uitvoeringsverbod zonder omgevingsvergunning

Het is verboden op of in de gronden met de bestemming Kastelen en landgoederen zonder of in afwijking van een omgevingsvergunning de volgende werken, geen bouwwerk zijnde, of de volgende werkzaamheden uit te voeren:

  • a. het aanleggen of verharden van wegen of paden en het aanbrengen van andere oppervlakteverhardingen; groter dan 200 m²;
  • b. het beplanten van gronden met houtgewas (met uitzondering van fruitteelt en houtproductie);
  • c. het verlagen, vergraven, ophogen, diepwoelen, diepploegen of egaliseren van de bodem;
  • d. het verwijderen van houtgewas (met uitzondering van fruitteelt en houtproductie), het verwijderen van houtwallen en bosjes en het verwijderen van landschapselementen zoals poelen, moerasjes en boomgroepen;
  • e. het wijzigen van de waterhuishouding of de grondwaterstand en/of het vergroten van de toe- of afvoer van water door onder meer het afdammen, stuwen, bemalen, onderbemalen, het draineren van gronden, en het graven, dempen of anderszins wijzigen en verbeteren van waterlopen, sloten en greppels;
  • f. het aanbrengen van ondergrondse of bovengrondse transport-, energie- of telecommunicatieleidingen en daarmee verband houdende constructies, installaties of apparatuur.

16.6.2 Uitzonderingen op het uitvoeringsverbod

Het verbod van lid 16.6.1 is niet van toepassing op werken of werkzaamheden die:

  • a. normaal onderhoud en beheer ten dienste van de bestemming betreffen;
  • b. reeds in uitvoering zijn op het tijdstip van de inwerkingtreding van het plan;
  • c. de werken of werkzaamheden die mogen worden uitgevoerd krachtens een reeds verleende vergunning.

16.6.3 Voorwaarde voor een omgevingsvergunning

De werken of werkzaamheden als bedoeld in lid 16.6.1 zijn slechts toelaatbaar, indien daardoor de natuur- en landschapswaarden zoals in lid 16.1 onder j bedoeld niet onevenredig worden of kunnen worden aangetast.

16.7 Wijzigingsbevoegdheid
16.7.1 Ten behoeve van functieuitbreiding

Burgemeester en wethouders kunnen het plan ter plaatse van gronden met de bestemming Kastelen en landgoederen zodanig wijzigen dat de in tabel 16.4 genoemde functies zijn toegestaan, met inachtneming van het volgende:

  • a. de bestemming wordt voorzien van een op de functie toegesneden aanduiding;
  • b. de publieks- en/of verkeersaantrekkende werking van functies mag niet onevenredig groot zijn en de bestaande infrastructuur dient berekend te zijn op de nieuwe activiteit;
  • c. parkeren dient landschappelijk te worden ingepast en zoveel mogelijk binnen het bouwvlak plaats te vinden;
  • d. de functie dient milieuhygiënisch inpasbaar te zijn;
  • e. het aantal woningen mag niet toenemen;
  • f. de bestaande bedrijfsvoering en ontwikkelingsmogelijkheden van omliggende (agrarische) bedrijven mogen niet onevenredig worden beperkt;
  • g. er mogen na toepassing van de wijzigingsbevoegdheid geen nieuwe gebouwen worden gebouwd en bestaande gebouwen mogen niet worden uitgebreid;
  • h. er dient voldaan te worden aan de eisen die zijn gesteld in de in bijlage 4 opgenomen uitwerking van het kwaliteitsmenu.

Tabel 16.4

functies  
horeca  
toerisme  
zorg  

16.7.2 Ten behoeve van vormverandering bouwvlak

Burgemeester en wethouders kunnen het plan ter plaatse van gronden met de bestemming Kastelen en landgoederen zodanig wijzigen dat vormverandering van bouwvlakken is toegestaan, met inachtneming van het volgende:

  • a. vormverandering van het bouwvlak is alleen toelaatbaar, voor zover een doelmatige bedrijfsvoering dit noodzakelijk maakt;
  • b. de omvang van het bouwvlak mag niet worden vergroot;
  • c. nabijgelegen bedrijven en functies mogen door de verandering niet onevenredig worden belemmerd/gehinderd;
  • d. de vormverandering van het bouwvlak dient milieuhygiënisch inpasbaar te zijn;
  • e. de wijziging mag niet leiden tot een onevenredige aantasting van de landschappelijke, natuurlijke, cultuurhistorische en visueel-landschappelijke waarden zoals genoemd in de bestemming Agrarisch met waarden - Landschapswaarden - 1, Agrarisch met waarden - Landschapswaarden - 2 of Agrarisch met waarden - Natuur en Landschapswaarden mits grenzend aan deze bestemming(en);
  • f. er dient voldaan te worden aan de eisen die zijn gesteld in de in bijlage 4 opgenomen uitwerking van het kwaliteitsmenu.

16.7.3 Ten behoeve van bouwvlakvergroting

Burgemeester en wethouders kunnen het plan ter plaatse van gronden met de bestemming Kastelen en landgoederen zodanig wijzigen dat het vergroten van een bouwvlak is toegestaan met inachtneming van het volgende:

  • a. de vergroting dient noodzakelijk te zijn vanwege een voorgenomen vergroting om bedrijfseconomische dan wel andere bedrijfsomstandigheden van het op het te wijzigen bouwvlak gevestigde bedrijf;
  • b. de noodzaak tot uitbreiding dient aangetoond te worden door middel van een bedrijfsplan waarbij tevens moet worden aangetoond waarom sloop en herbouw van bedrijfsgebouwen niet tot de mogelijkheden behoort;
  • c. ten aanzien van de oppervlakte aan bebouwing zijn de regels zoals opgenomen in lid 16.2 overeenkomstig van toepassing, met dien verstande dat dit oppervlak met ten hoogste 10% vergroot mag worden;
  • d. nabijgelegen bedrijven en functies mogen door de verandering niet onevenredig worden belemmerd/gehinderd;
  • e. de vergroting van het bouwvlak dient milieuhygiënisch inpasbaar te zijn;
  • f. parkeren dient binnen het bouwvlak plaats te vinden;
  • g. de wijziging mag niet leiden tot een onevenredige aantasting van de landschappelijke, natuurlijke, cultuurhistorische en visueel-landschappelijke waarden zoals genoemd in de bestemming Agrarisch met waarden - Landschapswaarden - 1, Agrarisch met waarden - Landschapswaarden - 2 of Agrarisch met waarden - Natuur en Landschapswaarden mits grenzend aan deze bestemming(en);
  • h. er dient voldaan te worden aan de eisen die zijn gesteld in de in bijlage 4 opgenomen uitwerking van het kwaliteitsmenu.