direct naar inhoud van Artikel 43: Wonen - 2
Plan: Bestemmingsplan Buitengebied
Status: vastgesteld
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.1651.0711602-VG01

Artikel 43: Wonen - 2

43.1. Bestemmingsomschrijving

De voor 'Wonen - 2' aangewezen gronden zijn bestemd voor:

  • a. woonhuizen, al dan niet in combinatie met ruimte voor beroepen en bedrijven genoemd in bijlage 2 en/of logiesverstrekking;
  • b. aan- en uitbouwen, bijgebouwen en overkappingen;

met daaraan ondergeschikt:

  • c. kleinschalige duurzame energiewinning;

met de daarbijbehorende:

  • d. tuinen, erven en terreinen;
  • e. bouwwerken, geen gebouwen zijnde.

43.2. Bouwregels
43.2.1. Gebouwen en overkappingen

Voor het bouwen van gebouwen en overkappingen gelden de volgende regels:

  • a. als hoofdgebouw mogen uitsluitend woonhuizen worden gebouwd;
  • b. de hoofdgebouwen, aan- en uitbouwen, bijgebouwen en overkappingen zullen binnen een bouwvlak worden gebouwd;
  • c. het aantal hoofdgebouwen zal per bouwvlak ten hoogste het ter plaatse aangegeven aantal bedragen;
  • d. de hoofdgebouwen zullen worden gebouwd binnen een strook gemeten vanuit de naar de weg gekeerde bouwgrens met een diepte van ten hoogste 20 m, dan wel ten hoogste de diepte van de strook waarbinnen het bestaande hoofdgebouw is gebouwd indien deze meer bedraagt;
  • e. de afstand van een hoofdgebouw tot de zijdelingse bouwperceelgrens zal ten minste 3,00 m bedragen, tenzij de bestaande afstand minder bedraagt, in welk geval de bestaande afstand als minimum geldt;
  • f. de aan- en uitbouwen, bijgebouwen en overkappingen zullen ten minste 2,00 m achter de naar de weg(en) gekeerde gevel(s) van het hoofdgebouw dan wel het verlengde daarvan worden gebouwd;
  • g. de gezamenlijke oppervlakte van een hoofdgebouw met de daarbij behorende aan- en uitbouwen, de bijgebouwen en de overkappingen zal ten hoogste 60% van de oppervlakte van het bouwperceel bedragen;
  • h. de maatvoering van een gebouw of een overkapping zal voldoen aan de eisen die in het volgende bouwschema zijn gesteld:

Functie van een gebouw of overkapping   Gezamenlijke oppervlakte in m²   Goothoogte in m   Dakhelling in °   Bouwhoogte in m  
  max   max   min   max.   max  
Hoofdgebouw   -   3,50 *   30 #   60   9,00 *  
Aan- en uitbouwen, bijgebouwen en overkappingen   60   3,00   -   -   6,00  

* tenzij de bestaande goot- en/of bouwhoogte meer bedraagt, in welk geval de goot- en/of bouwhoogte ten hoogste de bestaande bouwhoogte zal bedragen

# tenzij de bestaand dakhelling meer bedraagt, in welk geval de dakhelling ten minste de bestaande dakhelling zal bedragen

43.2.2. Overige bouwwerken, geen gebouwen zijnde

Voor het bouwen van overige bouwwerken, geen gebouwen zijnde gelden de volgende regels:

  • a. de bouwhoogte van erf- en terreinafscheidingen zal ten hoogste 1,00 m bedragen met dien verstande dat de bouwhoogte van erf- en terreinafscheidingen achter de naar de weg gekeerde gevel(s) van het hoofdgebouw ten hoogste 2,00 m zal bedragen;
  • b. de bouwhoogte van overige bouwwerken, geen gebouwen zijnde, zal ten hoogste 3,00 m bedragen.

43.3. Ontheffing van de bouwregels
43.3.1. Afstand zijdelingse bouwperceelgrens

Burgemeester en Wethouders kunnen ontheffing verlenen van het bepaalde in lid 43.2.1. onder e en toestaan dat de afstand van een hoofdgebouw tot de zijdelingse bouwperceelgrens wordt verkleind dan wel dat op de bouwperceelgrens wordt gebouwd, mits:

  • geen onevenredige afbreuk wordt gedaan aan de verkeersveiligheid, het bebouwingsbeeld en de gebruiksmogelijkheden van de aangrenzende gronden.

43.3.2. Erkers en toegangsportalen

Burgemeester en Wethouders kunnen ontheffing verlenen van het bepaalde in lid 43.2.1. onder f en toestaan dat erkers en toegangsportalen voor de naar de weg gekeerde gevel van een hoofdgebouw worden gebouwd, mits:

  • a. de oppervlakte ten hoogste 6 m² bedraagt;
  • b. de bouwhoogte ten hoogste 3,00 m bedraagt;
  • c. geen onevenredige afbreuk wordt gedaan aan de verkeersveiligheid, het bebouwingsbeeld en de gebruiksmogelijkheden van de aangrenzende gronden.

43.3.3. Afwijken dakhelling

Burgemeester en Wethouders kunnen ontheffing verlenen van het bepaalde in lid 43.2.1. onder h en toestaan dat de dakhelling van hoofdgebouwen wordt verlaagd of verhoogd al dan niet ten behoeve van een afwijkende dakvorm, mits:

  • geen onevenredige afbreuk wordt gedaan aan de verkeersveiligheid, het bebouwingsbeeld en de gebruiksmogelijkheden van de aangrenzende gronden.

43.3.4. Vergroten oppervlakte bijgebouwen

Burgemeester en Wethouders kunnen ontheffing verlenen van het bepaalde in lid 43.2.1. onder h en toestaan dat de gezamenlijke oppervlakte van de aan- en uitbouwen, bijgebouwen en overkappingen wordt vergroot:

  • a. tot een oppervlakte van 70 m²;
  • b. tot een oppervlakte van 80 m², mits het bouwperceel ten minste 500 m² bedraagt, dan wel de vergroting gelet op de woonfunctie noodzakelijk is;
  • c. tot een oppervlakte van 100 m², mits het bouwperceel ten minste 1.000 m² bedraagt,

mits:

  • d. geen onevenredige afbreuk wordt gedaan aan de verkeersveiligheid, het bebouwingsbeeld en de gebruiksmogelijkheden van de aangrenzende gronden.

43.3.5. Vergroten bouwhoogte bijgebouwen e.a.

Burgemeester en Wethouders kunnen ontheffing verlenen van het bepaalde in lid 43.2.1. onder h en toestaan dat de bouwhoogte van een aan- of uitbouw, bijgebouw of overkapping wordt vergroot tot ten hoogste 7,00 m, mits:

  • geen onevenredige afbreuk wordt gedaan aan de verkeersveiligheid, het bebouwingsbeeld en de gebruiksmogelijkheden van de aangrenzende gronden.

43.3.6. Vergroten bouwhoogte bouwwerken, geen gebouwen zijnde

Burgemeester en Wethouders kunnen ontheffing verlenen van het bepaalde in lid 43.2.2. onder b en toestaan dat de bouwhoogte van bouwwerken, geen gebouwen zijnde, niet zijnde windmolens, wordt vergroot tot ten hoogste 15,00, met dien verstande dat de bouwhoogte van bouwwerken, geen gebouwen zijnde, ten behoeve van reclame-uitingen tot ten hoogste 6,00 m wordt vergroot, mits:

  • geen onevenredige afbreuk wordt gedaan aan de verkeersveiligheid, het bebouwingsbeeld en de gebruiksmogelijkheden van de aangrenzende gronden.

43.4. Specifieke gebruiksregels

Tot een gebruik, strijdig met deze bestemming, wordt in ieder geval gerekend:

  • a. het gebruik van een woonhuis voor meer dan één woning;
  • b. het gebruik van vrijstaande bijgebouwen voor bewoning;
  • c. het gebruik van gedeelten van een hoofdgebouw, inclusief aan- en uitbouwen bij het hoofdgebouw, voor beroepen en bedrijven genoemd in bijlage 2, indien:
    • 1. het beroep of bedrijf niet wordt uitgeoefend door één van de bewoners van het hoofdgebouw, waarbij één andere arbeidskracht ter plekke werkzaam mag zijn;
    • 2. de beroeps-/bedrijfsvloeroppervlakte in het hoofdgebouw meer bedraagt dan 30% van het vloeroppervlak van het hoofdgebouw;
    • 3. de beroeps-/bedrijfsvloeroppervlakte meer dan 50 m² bedraagt;
    • 4. parkeren niet op eigen erf plaatsvindt;
    • 5. detailhandel plaatsvindt anders dan productiegebonden detailhandel;
  • d. het gebruik van de gronden en bouwwerken ten behoeve van verblijfsrecreatieve doeleinden anders dan logiesverstrekking voor recreatieve bewoning in de bedrijfswoning op de wijze van bed and breakfast ten behoeve waarvan maximaal twee kamers worden ingericht voor ten hoogste vier logiesgasten;
  • e. het gebruik van de gronden en bouwwerken ten behoeve van agrarische bedrijfsactiviteiten.

43.5. Ontheffing van de gebruiksregels
43.5.1. (Mantel)zorg

Burgemeester en Wethouders kunnen ontheffing verlenen van het bepaalde in lid 43.4. onder b en toestaan dat een vrijstaand bijgebouw, al dan niet gepaard gaande met interne bouwactiviteiten, wordt gebruikt voor bewoning, mits:

  • a. de bewoning van een vrijstaand bijgebouw uitsluitend plaatsvindt vanuit een oogpunt van (mantel)zorg voor personen;
  • b. er geen onevenredige aantasting plaatsvindt van de in geding zijnde belangen waaronder die van omwonenden en (agrarische) bedrijven;
  • c. de oppervlakte van de afhankelijke woonruimte per bestemmingsvlak niet meer bedraagt dan 80 m²;
  • d. de inrichting van het vrijstaand bijgebouw ten behoeve van de bewoning ongedaan wordt gemaakt na beëindiging van de (mantel)zorg.