Plan: | Meerpolder 2012, vrije kavels Meerweg |
---|---|
Status: | vastgesteld |
Plantype: | uitwerkingsplan |
IMRO-idn: | NL.IMRO.1621.BP0102U07-GU01 |
Op dit uitwerkings- en wijzigingsplan zijn de regels van het bestemmingsplan "Meerpolder 2012", vastgesteld op 31 januari 2012 door de gemeenteraad van Lansingerland, van toepassing, voor zover in de regels van dit uitwerkings- en wijzigingsplan niet anders is bepaald en met dien verstande dat in geval van discrepantie tussen de regels van het bestemmingsplan "Meerpolder 2012" en het uitwerkings- en wijzigingsplan, de regels van het uitwerkingsplan- en wijzigingsplan van toepassing zijn.
Ter aanvulling op de begripsbepalingen van het bestemmingsplan "Meerpolder 2012" wordt in deze regels verstaan onder:
het uitwerkingsplan "Meerpolder 2012, vrije kavels Meerweg" met identificatienummer NL.IMRO.1621.BP0102U07-GU01 van de gemeente Lansingerland.
de geometrisch bepaalde planobjecten met de bijbehorende regels en bijlagen.
De voor 'Groen' aangewezen gronden zijn bestemd voor:
Op de in lid 3.1 bedoelde gronden mogen uitsluitend bouwwerken ten dienste van de bestemming worden gebouwd.
Op of in de in lid 3.1 bedoelde gronden mogen gebouwen worden gebouwd met inachtneming van de volgende regels:
Op of in de in lid 3.1 bedoelde gronden mogen andere bouwwerken ten dienste van de genoemde bestemmingen worden gebouwd, waaronder straatmeubilair en overige kunstwerken, met een maximale bouwhoogte van 3 m.
Voor zover het gebruik van ondergeschikte bouwonderdelen zoals bedeold in artikel 34, lid 34.1 van het moederplan niet past binnen de desbetreffende bestemming, worden deze gebruiksregels buiten beschouwing gelaten.
De voor 'Tuin' aangewezen gronden zijn bestemd voor:
Ter plaatse van de aanduiding 'landschapswaarden' zijn de gronde uitsluitend bedoeld voor de instandhouding en ontwikkeling van de aanwezige landschapswaarden, bestaande uit een talud met een natuurlijke afscheiding naar het water.
Op de in lid 4.1 bedoelde gronden mogen uitsluitend bouwwerken ten dienste van de bestemming worden gebouwd.
Ter plaatse van de gronden met de 'specifieke bouwaanduiding uitgesloten - bouwwerken' zijn bouwwerken uitgesloten, en zijn de gronden niet aan te merken als achtererfgebied, zoals bedoeld in artikel 1 behorende bij bijlage II van het Besluit omgevingsrecht.
Per woning is één erker toegestaan met afmetingen van maximaal 1 m diep en maximaal 2,5 m breed, tenzij de realisatie van een erker aan de betreffende woning reeds is toegestaan op grond van de aanduiding 'specifieke bouwaanduiding - erker 1' of de aanduiding 'specifieke bouwaanduiding - erker 2' binnen de aangrenzende bestemming 'Wonen'.
Er mogen andere bouwwerken worden gebouwd, waarbij geldt dat de hoogte niet meer mag bedragen dan:
Het bevoegd gezag kan bij een omgevingsvergunning afwijken van de bouwregels voor:
Het bevoegd gezag kan bij een omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in lid 4.2.2. voor de bouw van een vlonder/terras ter plaatse van de aanduiding 'specifieke bouwaanduiding uitgesloten - bouwwerken' met dien verstande dat de breedte niet meer mag bedragen dan 2,5 m en de minimale afstand tot de zijdelingse perceelsgrenzen 2 m bedraagt.
De genoemde afwijkingen bij een omgevingsvergunning kunnen slechts worden verleend mits:
Tot een gebruik, strijdig met deze bestemming, wordt in ieder geval gerekend het gebruik:
Voor zover het gebruik van ondergeschikte bouwonderdelen zoals bedoeld in artikel 34, lid 34.1 van het moederplan niet past binnen de desbetreffende bestemming, worden deze gebruiksregels buiten beschouwing gelaten.
De voor 'Tuin - Parkeren' aangewezen gronden zijn bestemd voor:
Op de in artikel 5, lid 5.1 bedoelde gronden mogen uitsluitend bouwwerken ten dienste van de bestemming worden gebouwd.
Bebouwing mag slechts worden opgericht indien geen afbreuk wordt gedaan aan de parkeerfunctie van de percelen, waarbij de bedoelde parkeervoorzieningen ten allen tijden toegankelijk en volledig bruikbaar als parkeervoorziening voor auto's dienen te blijven.
Er mogen andere bouwwerken worden gebouwd, waarbij buiten het bouwvlak de hoogte niet meer mag bedragen dan:
mits de verkeersveiligheid en de parkeerfunctie gewaarborgd zijn.
Voor zover het gebruik van ondergeschikte bouwonderdelen zoals bedoeld in artikel 34, lid 34.1 van het moederplan niet past binnen de gebruiksregels van de desbetreffende bestemming, worden deze gebruiksregels buiten beschouwing gelaten.
De voor 'Verkeer' aangewezen gronden zijn bestemd voor:
Op de in lid 6.1 bedoelde gronden mogen uitsluitend bouwwerken ten dienste van de bestemming worden gebouwd.
Op of in de in lid 6.1 bedoelde gronden mogen gebouwen worden gebouwd met inachtneming van de volgende regels:
Op of in de in lid 6.1 bedoelde gronden mogen andere bouwwerken ten dienste van de genoemde bestemmingen worden gebouwd, waaronder straatmeubilair en overige kunstwerken, met een maximale bouwhoogte van 3 m.
Voor zover het gebruik van ondergeschikte bouwonderdelen zoals bedoeld in artikel 34, lid 34.1 van het moederplan niet past binnen de gebruiksregels van de desbetreffende bestemming, worden deze gebruiksregels buiten beschouwing gelaten.
De voor 'Wonen' aangewezen gronden zijn bestemd voor:
Op de in lid 7.1 bedoelde gronden mogen uitsluitend bouwwerken ten dienste van de bestemming worden gebouwd, met dien verstande dat bij de inrichting van het plangebied aan de achterzijde van de bestaande woning aan de Meerweg 36 een belemmeringenstrook van 30°, gemeten uit een afstand van 12 m uit de bestaande achtergevel van deze woning, zal worden aangehouden voor wat betreft de bouwhoogte van de nieuwe bebouwing, een en ander overeenkomstig bijgaande afbeelding.
en het perceelsgedeelte met de bestemming 'Wonen', buiten het bouwvlak, voor niet meer dan 50% van de oppervlakte wordt bebouwd (aanbouwen, bijgebouwen en overkappingen én andere bouwwerken).
Er mogen andere bouwwerken worden gebouwd, waarbij buiten het bouwvlak de hoogte niet meer mag bedragen dan:
Het bevoegd gezag kan met een omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in lid 7.2 ten behoeve van:
De genoemde afwijkingen bij een omgevingsvergunning kunnen slechts worden verleend mits:
Tot een gebruik, strijdig met deze bestemming wordt in ieder geval gerekend het gebruik van:
Tot een gebruik strijdig met deze bestemming wordt gerekend het gebruik van gedeelten van de woning, aanbouwen en/of bijgebouwen voor een beroep aan huis, voor zover niet aan de volgende randvoorwaarden wordt voldaan:
Voor zover het gebruik van ondergeschikte bouwonderdelen zoals bedoeld in artikel 34, lid 34.1 van het moederplan niet past binnen de desbetreffende bestemming, worden deze gebruiksregels buiten beschouwing gelaten.
Het bevoegd gezag kan bij een omgevingsvergunning afwijken van de gebruiksregels voor het gebruik van gedeelten van de woning, aanbouwen en/of bijgebouwen voor de uitoefening van een bedrijf aan huis, mits:
Het bevoegd gezag kan bij een omgevingsvergunning afwijken van de gebruiksregels voor het medegebruik van een beroepsmatige werkruimte bij woningen voor detailhandelsactiviteiten, op voorwaarde, dat:
De genoemde afwijkingen bij een omgevingsvergunning kunnen slechts worden verleend mits:
De voor 'Leiding - Brandstof' aangewezen gronden zijn, behalve voor de andere daar voorkomende bestemmingen, mede bestemd voor de aanleg en instandhouding van een leiding brandstof met een belemmeringsstrook ter breedte van 4 meter aan weerszijden van de hartlijn van de leiding.
Op de voor 'Leiding - Brandstof' bestemde gronden mogen uitsluitend andere bouwwerken ten behoeve van de bestemming worden gebouwd met een maximale bouwhoogte van 3 m.
Het bevoegd gezag kan bij een omgevingsvergunning afwijken van de bouwregels voor de bouw van bouwwerken ten behoeve van de onderliggende bestemming(en).
De genoemde afwijkingen bij een omgevingsvergunning kunnen slechts worden verleend mits:
Het is verboden op of boven de in 8.1 genoemde gronden zonder of in afwijking van een omgevingsvergunning voor het uitvoeren van werken, geen bouwwerk zijnde, of van werkzaamheden de volgende werken, geen bouwwerken zijnde, of werkzaamheden uit te voeren:
Het verbod als bedoeld in 8.4.1 is niet van toepassing op werken of werkzaamheden die:
De in lid 8.4.1 genoemde omgevingsvergunning kan slechts worden verleend indien:
Burgemeester en wethouders zijn bevoegd, overeenkomstige het bepaalde in artikel 3.6 van de Wet ruimtelijke ordening, de gronden met de dubbelbestemming 'Leiding - Brandstof' te wijzigen door de bestemmingsvlakken aan te passen, toe te voegen en/of te verwijderen.
De wijzigingsbevoegdheid kan alleen worden toegepast:
Deze regels worden aangehaald als:
Regels van het uitwerkingsplan "Meerpolder 2012, vrije kavels Meerweg".