Buitengebied Doorn 2011

Artikel 4 Bedrijf

4.1 Bestemmingsomschrijving

De voor 'Bedrijf' aangewezen gronden zijn bestemd voor:

• a. de bedrijven die hierna als nadere bestemming zijn aangegeven bij de adressen die in of bij het betreffende bestemmingsvlak zijn aangegeven:

  adres	nadere bestemming	max. aantal bedrijfswoningen	bestaande oppervlakte gebouwen 1)	max. oppervlakte gebouwen 1)	max. goothoogte gebouwen 2)	max. bouwhoogte gebouwen 2)	EHS 3)
  Amersfoortseweg ong.	waterwinbedrijf	0	420 m²	420 m²	4 m	4 m	+
  Achterweg 10	transportbedrijf	1	500 m²	500 m²	4 m	6 m	+
  Beukenrodelaan 2d en 2e	bedrijfsverzamelgebouw voor bedrijven die in de van deze regels deel uitmakende bijlage Staat van Bedrijfsactiviteiten zijn aangeduid als categorie 1 of 2, dan wel daarmee gelijk kunnen worden gesteld wat betreft de gevolgen voor de omgeving	0	642 m²	642 m²	4,2 m	7,5 m	+
  Buntlaan 9	hondenschool	1	255 m²	255 m²	3 m	5 m	+
  Gooyerdijk 2	loon- en grondverzetbedrijf, aanneming grond-, weg- en waterbouw	1	2226 m²	2226 m²	6 m	10 m	-
  Leersumsestraatweg 9	transport- en opslagbedrijf	1	2537 m²	2537 m²	6 m	6 m	+
  Maarsbergseweg, nabij nr. 6	opslagbedrijf en kantoor	0	268 m²	268 m²	3 m	7 m	+
  Molenweg ong.	ambulancepost en -garage	0	149 m²	149 m²	4 m	7 m	-
  Sterkenburglaan ong.	loodgietersbedrijf	0	232 m²	232 m²	2,5 m	6 m	-
  1)	inclusief bedrijfswoningen en bijgebouwen
  2)	geldt niet voor niet-inpandige bedrijfswoningen en bijgebouwen, zie sublid 4.2.2, sub d
  3)	EHS = ecologische hoofdstructuur; + = ligt in ecologische hoofdstructuur ; - = ligt niet in ecologische hoofdstructuur

• b. instandhouding van de aldaar voorkomende dan wel daaraan eigen natuurwaarden, en
• c. bij een en andere behorende voorzieningen, waaronder begrepen afschermende en andere groenvoorzieningen, parkeervoorzieningen en tuinen.

4.2 Bouwregels

4.2.1 Toegestane bouwwerken

Op en in de gronden als bedoeld in lid 4.1, mogen uitsluitend worden gebouwd:

• a. bedrijfsgebouwen,
• b. bedrijfswoningen en daarbij behorende bijgebouwen, en
• c. andere bouwwerken.

4.2.2 Bouwen

Voor het bouwen van bouwwerken als bedoeld in sublid 4.2.1, gelden de volgende bepalingen:

• a. binnen elk bestemmingsvlak mogen het aantal bedrijfswoningen en de gezamenlijke oppervlakte, de goothoogte en de bouwhoogte van gebouwen niet meer bedragen dan voor dat vlak in de tabel in lid 4.1 is aangegeven;
• b. de inhoud van een bedrijfswoning mag niet meer dan 600 m³ bedragen;
• c. de gezamenlijke oppervlakte van bij eenzelfde bedrijfswoning behorende omgevingsvergunningplichtige bijgebouwen en overkappingen mag niet meer dan 50 m² bedragen;
• d. de goothoogte en bouwhoogte van niet-inpandige bedrijfswoningen en bijgebouwen en de hoogte van andere bouwwerken mogen niet meer bedragen dan daarbij hierna is aangegeven:

  bouwwerken	max. goothoogte	max. bouwhoogte
  niet-inpandige bedrijfswoningen	4,5 m	8 m
  bijgebouwen en overkappingen	3 m	6 m
  licht- en vlaggenmasten	-	12 m
  erf- of perceelafscheidingen	-	2 m
  overige, andere bouwwerken	-	10 m

• e. in voorkomend geval artikel 28, lid 28.3 (Afstanden tot wegen en water).

4.3 Afwijken van de bouwregels

4.3.1 Afwijking oppervlakte bedrijfsgebouwen

Burgemeester en wethouders zijn bevoegd een omgevingsvergunning te verlenen in afwijking van van het bepaalde in sublid 4.2.2, onder a, ten behoeve van het binnen eenzelfde bestemmingsvlak bouwen van bedrijfsgebouwen tot een oppervlakte die ten hoogste 20% meer bedraagt dan de in de tabel in lid 4.1 voor het desbetreffende vlak aangegeven bestaande oppervlakte, met inachtneming van de volgende bepalingen:

• a. voor zover een omgevingsvergunning betreft:
  • 1. bedrijfspercelen die blijkens de tabel in lid 4.1 in de ecologische hoofdstructuur zijn gelegen, en
  • 2. een oppervlaktevergroting van meer dan 100 m²,

    dan mag de omgevingsvergunning slechts worden verleend, indien in het betreffende geval de wezenlijke kenmerken of waarden van het gebied niet significant worden aangetast, tenzij er geen reële alternatieven bestaan én er redenen zijn van groot openbaar belang;

• b. bij een omgevingsvergunning kunnen ter bewerkstelliging van een redelijke visuele inpassing van een en ander in het landschap voorwaarden worden gesteld betreffende situering en afscherming door beplanting of anderszins.

4.4 Specifieke gebruiksregels

Onder bedrijven als bedoeld in lid 4.1, zijn niet begrepen:

• a. detailhandelsbedrijven, tenzij het betreft detailhandel als ondergeschikte nevenactiviteit in ter plaatse voortgebrachte producten;
• b. bedrijven die krachtens artikel 2.4 van het Inrichtingen- en vergunningenbesluit milieubeheer zijn aangewezen als inrichtingen die in belangrijke mate geluidhinder kunnen veroorzaken.

4.5 Wijzigingsbevoegdheid

4.5.1 Wijziging ander soort bedrijf

Burgemeester en wethouders zijn bevoegd het plan te wijzigen zodanig dat de betreffende nadere bestemming in lid 4.1 wordt gewijzigd in een ander soort bedrijf, mits:

• a. vaststaat dat daarvoor een vergunning op grond van de Natuurbeschermingswet, hetzij niet nodig is, hetzij is of zal worden verleend;
• b. het betreft bedrijven die in de van deze regels deel uitmakende bijlage Staat van Bedrijfsactiviteiten zijn vermeld als categorie 1 of 2, of die naar hun gevolgen voor de omgeving daarmee gelijk kunnen worden gesteld;
• c. voor zover het betreft bedrijven die zijn gelegen ter plaatse van de aanduiding 'milieuzone-stiltegebied' of op minder dan 30 m van gronden met die aanduiding, daardoor de geluidsbelasting in het stiltegebied niet wezenlijk nadelig wordt beïnvloed;
• d. de gezamenlijke oppervlakte, goothoogte en bouwhoogte van gebouwen ten opzichte van de ten tijde van de wijziging bestaande situatie niet worden vergroot;
• e. het ander soort bedrijf geen opslag van goederen in de open lucht inhoudt of met zich meebrengt, en
• f. het ander soort bedrijf geen seksinrichting, horeca of detailhandel betreft.