direct naar inhoud van 3.2 Systematiek bestemmingen
Plan: Sassenheim-Zuid
Status: vastgesteld
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.1525.BP2011SAS04004-0401

3.2 Systematiek bestemmingen

3.2.1 Hoofdstuk 1 Inleidende regels

Begrippen (artikel 1) en Wijze van meten (artikel 2)

De begrippen die in dit bestemmingsplan zijn opgenomen, worden in artikel 1 nader gedefinieerd. Bij toetsing van het bestemmingsplan wordt uitgegaan van de in dit artikel opgenomen definities van de begrippen. Naast begrippen zijn in het bestemmingsplan hoogte- en andere maten opgenomen die van belang zijn bij het bouwen van bouwwerken. Artikel 2 van de regels geeft een nadere omschrijving hoe de bedoelde maten gemeten moeten worden.

3.2.2 Hoofdstuk 2 Bestemmingsregels

Artikel 3 Bedrijf

Binnen het plangebied komen op verschillende locaties bedrijfspercelen voor. Deze percelen hebben de bestemming Bedrijf gekregen. Hierbij is gespecificeerd wat de maximaal toegestane milieucategorie is bij het bedrijf. Eventuele uitzonderingen hierop worden met een aanduiding aangegeven. Daarnaast worden de bestaande bedrijfswoning met een aanduiding (bw) aangegeven.

Artikel 4 Gemengd

De bestemming Gemengd omvat woningen, kantoren, dienstverlening, detailhandel, maatschappelijke voorzieningen en horeca. Horeca is slechts toegestaan op de begane grond.

Artikel 5 Groen

Binnen het plangebied zijn structuurbepalende groengebieden opgenomen. Deze gronden zijn bestemd als Groen. Binnen de bestemming zijn uitsluitend bouwwerken, geen gebouwen en overkappingen zijnde, toegestaan, met een maximale bouwhoogte van 3 m. Om enige flexibiliteit in het bestemmingsplan te houden is binnen de bestemming de mogelijkheid opgenomen om binnen de bestemming nutsvoorzieningen, water, speelvoorzieningen en voet- en fietspaden aan te leggen. Ter plaatse van de aanduiding evenemententerrein mogen de gronden tevens gebruikt worden als evenemententerrein.

Artikel 6 Maatschappelijk

Deze bestemming omvat de gebruikelijke maatschappelijke voorzieningen op het gebied van educatie, gezondheidszorg, cultuur, levensbeschouwing en religie, voorzieningen ten behoeve van kinderopvang, wooncomplexen en voorzieningen ten behoeve van de openbare dienstverlening, evenementen en het verenigingsleven.

Artikel 7 Recreatie

Deze bestemming omvat het indoor recreatiecentrum aan de Hoofdstraat.

Artikel 8 Sport

Deze bestemming omvat een veldsportcomplex, een indoor recreatiecentrum en een sporthal. Ter plaatse van de aanduiding evenemententerrein mogen de gronden tevens gebruikt worden als evenemententerrein.

Artikel 9 Tuin

In tegenstelling tot de achtertuin en sommige zijerven bij woningen, worden de voortuinen bij grondgebonden woningen bestemd als Tuin. Binnen deze bestemming is maar een beperkte hoeveelheid aan bouwwerken toegestaan. Voor erkers en luifels zijn specifieke bouwregels opgenomen om binnen de bestemming Tuin te mogen bouwen.

Artikel 10 Verkeer

Voor wegen waar geen sprake is van een 30 km/h regime, is de bestemming Verkeer opgenomen. Daar waar de bestemming Verkeer - Verblijfsgebied gericht is op de verblijfsfunctie, is deze bestemming met name gericht op de ontsluiting van het gebied. Binnen deze bestemming zijn uitsluitend bouwwerken, geen gebouwen zijnde toegestaan.

Artikel 11 Verkeer - Autoboxen

In het plangebied zijn garageboxen aanwezig. De boxen mogen uitsluitend binnen het aangeduide bouwvlak worden gebouwd en hebben een maximale bouwhoogte van 3 meter.

Artikel 12 Verkeer - Verblijfsgebied

In het plangebied bevinden zich 30 km/h wegen. Deze wegen zijn opgenomen binnen de bestemming Verkeer - Verblijfsgebied. De bestemming is erop gericht om ook bijvoorbeeld speelvoorzieningen binnen de woonstraten te kunnen realiseren. Binnen deze bestemming wordt eveneens ruimte geboden voor parkeergelegenheden. Ter plaatse van de aanduiding evenemententerrein mogen de gronden tevens gebruikt worden als evenemententerrein.

Artikel 13 Water

Het open water, wat in het plangebied aanwezig is, is opgenomen binnen de bestemming Water. Binnen deze bestemming is verkeer te water en oeververbindingen toegestaan. Daarnaast zijn hier bruggen, duikers en steigers mogelijk. Binnen deze bestemming zijn uitsluitend bouwwerken, geen gebouwen zijnde toegestaan. Voor steigers is bepaald dat de oppervlakte maximaal 6 m2 bedraagt, waarbij de breedte en lengte respectievelijk maximaal 1 m en 6 m bedraagt.

Artikel 14 t/m 16 Wonen - 1 t/m - 3

Het grootste gedeelte van het plangebied is bestemd voor Wonen. De gemeente Teylingen heeft een eigen standaard indeling voor verschillende woningbouw typologieën. Voor de verschillende typologieën zijn de bestemmingen Wonen 1 t/m 3 opgenomen. Onderstaand zijn deze bestemmingen verder uitgewerkt.

Algemeen genomen is geregeld dat binnen de bestemming, naast woningen, ook voorzieningen toegestaan zijn ten behoeve van het wonen. Hierbij moet gedacht worden aan groen, water, erven, nutsvoorzieningen, parkeervoorzieningen en perceelsontsluitingen. Hoofdgebouwen mogen voorts uitsluitend binnen het bouwvlak worden gebouwd. De toegestane goot- en bouwhoogten zijn binnen de verbeelding opgenomen. Voor de erfbebouwing bij de woningen zijn vervolgens specifieke regels opgenomen, waarbij in ieder geval geregeld is dat ten hoogste 50% van de zij- en achtererf bebouwd mag worden, tot een maximum van 100 m2.

Binnen Wonen - 1 zijn uitsluitend vrijstaande woningen toegestaan. Binnen deze bestemming zijn enkele uitzonderingen opgenomen. Binnen de bestemmingsregels zijn verschillende bouwregels opgenomen voor hoofdgebouwen en erfbebouwing.

De bestemming Wonen - 2 voorziet in aaneengebouwde, twee-aaneengebouwde en geschakelde woningen. Binnen deze bestemming is de aanduiding 'garages' (ga) opgenomen.

Wonen - 3 is tot slot opgenomen voor de gestapelde woningen. Op de verbeelding is, evenals bij de overige woonbestemmingen, de maximale hoogten aangegeven.

Ten opzichte van de bouw van aan- en uitbouwen, bijgebouwen en overkappingen, alsmede bepalingen ten aanzien van de situering van erkers aan de voor- en zijgevels van woningen, wordt in onderstaande figuren geïllustreerd waar en hoe deze mogelijk zijn.

afbeelding "i_NL.IMRO.1525.BP2011SAS04004-0401_0007.png"

Figuur 3.1 Regeling bouw van aan- en uitbouwen, bijgebouwen en overkappingen.

afbeelding "i_NL.IMRO.1525.BP2011SAS04004-0401_0008.png"

Figuur 3.2 Regeling bouw van erkers.

Artikel 17 Leiding - Brandstof

In het plangebied is een olietransportleiding (brandstof) gelegen. Deze leiding is aangegeven met de dubbelbestemming Leiding – Brandstof. Langs de leiding geldt een beschermingsstrook van 5 meter. Op deze gronden worden extra regels gesteld aan het bouwen en uitvoeren van werken ter bescherming van de aanwezige gasleiding.

Artikel 18 Leiding - Gas

In het plangebied is een aardgastransportleiding gelegen. Deze leiding is aangegeven met de dubbelbestemming Leiding – Gas. Langs de leiding geldt een beschermingsstrook van 3 meter. Op deze gronden worden extra regels gesteld aan het bouwen en uitvoeren van werken ter bescherming van de aanwezige gasleiding.

Artikel 19 Leiding - Riool

In het plangebied is een rioolpersleiding gelegen. Deze leiding is aangegeven met de dubbelbestemming Leiding – Riool. Langs de leiding geldt een beschermingsstrook van 5 meter. Op deze gronden worden extra regels gesteld aan het bouwen en uitvoeren van werken ter bescherming van de aanwezige rioolleiding.

Artikel 20 Leiding - Water

In het plangebied is een hoofd waterleiding gelegen. Deze leiding is aangegeven met de dubbelbestemming Leiding – Water. Langs de leiding geldt een beschermingsstrook van 3 meter. Op deze gronden worden extra regels gesteld aan het bouwen en uitvoeren van werken ter bescherming van de aanwezige hoofd waterleiding.

Artikel 21 Waarde - Archeologie

In Sassenheim is sprake van afwisselend lage, middelhoge en hoge verwachtingswaarden voor archeologische resten. Bij de ruimtelijke inrichting en ontwikkelingen moet daarom gezocht worden naar eventueel voorkomende archeologische waarden. De dubbelbestemming Waarde - Archeologie is daarom opgenomen om het gebied aan te geven waar in ieder geval onderzoek benodigd is. Hierbij is een onderverdeling gemaakt naar 3 waarden, namelijk' specifieke vorm van waarde - 1 t/m 3'. Waarde - 1 is opgenomen voor gebieden met een hoge of onbekende verwachtingswaarde en niet-beschermde archeologische monumenten. Waarde - 2 is voor die gebieden met een middelhoge verwachtingswaarde. Waarde - 3 tot slot is voor gebieden met een lage verwachtingswaarde.

In dit artikel is een wijzigingsbevoegdheid opgenomen om de bestemming Waarde - Archeologie te wijzigen, dan wel geheel of gedeeltelijk te verwijderen. Dit is mogelijk indien uit archeologisch onderzoek is gebleken dat ter plaatse geen sprake meer is van archeologische waarden dan wel niet langer archeologische bescherming of zorg nodig is. Uit het nader archeologisch onderzoek moet blijken dat het niet meer noodzakelijk wordt geacht dat het bestemmingsplan ter plaatse in bescherming en veiligstelling van de archeologische waarden voorziet. Indien uit onderzoek mocht blijken, dat op een onderzoekslocatie wel sprake is van archeologische waarden, dan kan de bestemming Waarde - Archeologie alsnog opgenomen worden.

Artikel 22 Waterstaat - Waterkering

Een deel van een regionale waterkering bevindt zich binnen het plangebied. Ter bescherming van de belangen van deze waterkering is de dubbelbestemming Waterstaat - Waterkering opgenomen.

3.2.3 Hoofdstuk 3 Algemene regels

Artikel 23 anti-dubbeltelregel

Deze regel is om te voorkomen dat mocht in het bestemmingsplan zijn bepaald, dat bij een gebouw een open terrein verplicht is, dat terrein nog eens meetelt bij de beoordeling van een aanvraag van een ander gebouw, waaraan een soortgelijke verplichting wordt gesteld.

Artikel 24 algemene bouwregels

Dit artikel bevat een algemene regeling voor een geringe overschrijding van bouwgrenzen door ondergeschikte onderdelen van gebouwen. De overschrijding van de bouwgrenzen dient wel beperkt te zijn. Voorts is een regeling opgenomen om te voorkomen dat bouwwerken die legaal tot stand zijn gekomen, maar qua maatvoering niet geheel in overeenstemming zijn met het voorliggende bestemmingsplan, worden 'wegbestemd'.

Artikel 25 algemene aanduidingsregels

In dit artikel zijn drie wijzigingsbevoegdheden opgenomen. Ter plaatse van de Prins Clausstraat 30a en ter plaatse van de Hoofdstraat 131/135 om de mogelijkheid te bieden om bij bedrijfsbeëindiging de bestemming te wijzigen naar Wonen. Ter plaatse van de Hoofdstraat 78a gaat het om de vervanging van 1 bestaande woning en het toevoegen van 1 extra woning.

Artikel 26 algemene afwijkingsregels

Dit artikel is opgenomen om ondergeschikte afwijkingen van het bestemmingsplan met een algemene bevoegdheid mogelijk te maken. De regeling voorziet in een duidelijke begrenzing van het toepasbaar bereik van de afwijking.

Artikel 27 algemene wijzigingsregels

In dit artikel wordt een opsomming gegeven van de regels waarmee door middel van een wijzigingsbevoegdheid ex artikel 3.6 Wro het mogelijk is enige flexibiliteit in het plan aan te brengen. Het gaat hierbij om een bevoegdheid en houdt geen verplichting in. Deze bevoegdheid mag nadrukkelijk niet worden gebruikt om zodanig aanzienlijke wijzigingen van bestemmingen te bewerkstelligen, dat daarmee de essentie van het plan wezenlijk wordt veranderd.

Artikel 28 overige regels

Werking wettelijke regelingen

In dit artikel is bepaald dat wettelijke regelingen waarnaar in de regels wordt verwezen, gelden zoals deze luidden op het moment van vaststelling van het plan. Van de Afdeling Bestuursrechtspraak van de Raad van State (ABRS) mag een bestemmingsplan enkel en alleen worden gewijzigd volgens de vereiste procedure van de Wro. De Afdeling Bestuursrechtspraak heeft er bezwaar tegen dat een plan impliciet gewijzigd kan worden. Met dit artikel wordt dit voorkomen.

3.2.4 Hoofdstuk 4 Overgangs- en slotregels

Artikel 29 Overgangsrecht

Het overgangsrecht ten aanzien van het bouwen staat verwoord in artikel 3.2.1 Bro. Dit artikel is één op één overgenomen in dit bestemmingsplan. Een bouwwerk dat op het moment dat het bestemmingsplan in werking treedt aanwezig is dan wel planologisch mogelijk is, mag gedeeltelijk worden vernieuwd, veranderd of in het geval van een calamiteit geheel worden vernieuwd of veranderd. De aard van het gebouw mag hierbij niet veranderen en ook mag de omvang niet worden vergroot. Eventuele uitbreiding is slechts mogelijk met een omgevingsvergunning van het bevoegd gezag.

Het tweede lid gaat in op het gebruik van (on)bebouwde gronden en bouwwerken, dat afwijkt van het bestemmingsplan op het moment dat dit bestemmingsplan in werking treedt. Dit gebruik mag worden voortgezet. Ander strijdig gebruik is niet toegestaan.

Artikel 30 Slotregel

Het laatste artikel van het bestemmingsplan betreft de slotregel, waarin de naam, zoals de regels aangehaald kunnen worden, is opgenomen.