Type plan: bestemmingsplan
Naam van het plan: huisvesting arbeidsmigranten
Status: onherroepelijk
Plan identificatie: NL.IMRO.1507.BPHMHUISVARBEIDSMG-BPG1

Artikel 6 Regeling huisvesting arbeidsmigranten bij agrarische bedrijven

 
6.1 Bestemmingsomschrijving
 
Aan de agrarische bestemmingen van de in artikel 11 genoemde bestemmingsplannen en beheersverordeningen zijn de volgende bepalingen toegevoegd.
 
In agrarische bedrijfsgebouwen is structurele huisvesting van agrarische arbeidsmigranten toegestaan, mits voldaan wordt aan de volgende voorwaarden:
  1. Er sprake is van een volwaardig en als zodanig bestemd agrarisch bedrijf;
  2. De huisvesting plaatsvindt in bestaande dan wel nieuw te bouwen bedrijfsgebouwen binnen het agrarische bouwblok niet zijnde tijdelijke woonunits, kampeermiddelen en stacaravans;
  3. In combinatie met structurele huisvesting is tijdelijke huisvesting (in de vorm van woonunits) wel toegestaan mits aan de navolgende voorwaarden wordt voldaan:
    1. De woonunits worden alleen toegestaan als er sprake is van noodzaak tot  piekopvang;
    2. Er mogen pas woonunits op het bedrijf geplaatst worden als de ondernemer zelf al  een structurele huisvestingsvoorziening heeft;
    3. De woonunits mogen maximaal 4 maanden per 12 maanden geplaatst worden;
    4. De woonunits zullen op passende wijze op de bouwkavel in het landschap worden  ingepast;
    5. Als er een gecombineerd gebruik binnen de periode van 4 maanden op één bedrijf  mogelijk is verdient dit de voorkeur t.o.v. woonunits op meerderde bedrijven.
  4. De eigenaar van het bedrijf dient aan te tonen dat structurele huisvesting noodzakelijk is voor de bedrijfsbehoefte van het agrarische bedrijf. Indien nodig wordt advies ingewonnen bij een onafhankelijke derde partij;
  5. Het moet gaan om huisvesting van arbeidsmigranten die op het bestaande bedrijf werkzaam zijn. In afwijking hiervan mogen de structurele huisvestingsmogelijkheden van één bedrijf die gedimensioneerd zijn op een pieksituatie van dat bedrijf in de dalsituatie ingezet worden voor de huisvesting van arbeidsmigranten in de “omgeving”;
  6. Parkeren dient op eigen terrein plaats te vinden.
6.2 Bouwregels
 
De bestaande bouwregels van de onderliggende agrarische bestemming(en) behorende bij de in artikel 11 genoemde bestemmingsplannen en beheersverordeningen en bepalingen ten aanzien van woningen ingevolge het Bouwbesluit, de Bouwverordening en de Algemene Plaatselijke Verordening zijn overeenkomstig van toepassing.
 
6.3 Afwijken van de gebruiksregels
 
Van artikel 6.1 onder f, kan worden afgeweken indien aangetoond wordt dat in de nabijheid voorzien kan worden van voldoende parkeergelegenheid.