Plan: | Bedrijventerrein Oostervaart |
---|---|
Status: | vastgesteld |
Plantype: | bestemmingsplan |
IMRO-idn: | NL.IMRO.0995.BP00014-VG01 |
In deze paragraaf wordt een toelichting gegeven op de gebruik- en bebouwingsmogelijkheden van de bestemmingen die in dit plan voorkomen. Bij de bestemmingen wordt beschreven hoe de uitgangspunten zijn vertaald.
De bestemming “Bedrijf - Nutsvoorziening” komt in het plangebied voor op verschillende plaatsen. In deze gevallen gaat het om bouwwerken en/of gebouwen voor nutsvoorzieningen (bijvoorbeeld trafohuizen).
Deze gebouwen voor het openbare nut zijn toegestaan en mogen gebouwd worden. Daarbij moet binnen het bestemmingsvlak worden gebouwd. De maximale bouwhoogte is 5,00 meter. Binnen de bestemming mogen ook bouwwerken, geen gebouwen zijnde, worden gerealiseerd. Daarbij gaat het onder meer om erf- en terreinafscheidingen, die nodig kunnen zijn voor de beveiliging van de gebouwtjes.
Deze bestemming is gelegd op de brandstoftankstations die zijn gelegen in het plangebied, die niet in de bestemming “Bedrijventerrein” zijn opgenomen. De bestemming geeft de mogelijkheid voor de realisatie van gebouwen voor de verkoop van motorbrandstoffen. Op de plaatsen waar LPG verkocht wordt is een aanduiding “verkooppunt motorbrandstoffen met lpg” op de verbeelding opgenomen. De doorzet van de tankstations is bepaald, dit is vastgelegd in de milieuvergunning. Voor de opslagtank, de afleverzuil en het vulpunt (risicovolle inrichtingen) zijn ook specifieke aanduidingen opgenomen.
De gebouwen zijn alleen toegestaan binnen het bouwvlak. De maximale bouwhoogte voor gebouwen bedraagt 3,00 meter. Voor bouwwerken, geen gebouwen zijnde is dit 8,00 meter, met uitzondering van erf- en terreinafscheidingen, hiervoor geldt een maximale hoogte van 2,00 meter.
Bij deze bestemming zijn specifieke gebruiksregels opgenomen, waaruit blijkt dat bij het tankstation uitsluitend detailhandel in motorbrandstoffen en weggebonden artikelen, op een maximaal winkelvloeroppervlak van 50 m2, is toegestaan.
Binnen de bestemming “Bedrijventerrein” is het mogelijk om bedrijven te realiseren die vallen onder maximaal categorie 4.2 van de VNG-lijst categorale bedrijfsindeling 2009 (Bijlage 1). Waar een bedrijf met een hogere categorie al was gevestigd, is deze op de verbeelding aangeduid. Daarnaast is, om een te hoge gevaarzetting van bepaalde bedrijven op risicogevoelige objecten tegen te gaan, een aanduiding 'veiligheidszone - lpg' opgenomen op de verbeelding van het plan. Andere functies zijn uitgesloten, tenzij deze specifiek zijn aangeduid.
Binnen het bestemmingsvlak mogen bedrijfsgebouwen worden gebouwd. De plaatsing van de bedrijfsgebouwen is daardoor relatief vrij. Voor de bouwhoogte van de bebouwing is gerelateerd aan het geldende bestemmingsplan. Dat wil zeggen dat alle bedrijven binnen de bestemming “Bedrijventerrein” over het algemeen een maximale bouwhoogte van 15,00 of 25,00 meter hebben, deze is aangeduid op de verbeelding.
Op enkele plaatsen is de bouwhoogte hoger dan 25,00 meter, ook daar is de hoogte aangeduid. Deze hogere hoogte is nodig voor de functionaliteit van de bebouwing, bijvoorbeeld silo's.
De maximale bouwhoogte wordt aangeduid op de verbeelding. Om te voorkomen dat in de zones langs de doorgaande ontsluitingsroutes te hoge bebouwing komt, is de bouwhoogte daar beperkter dan in de gebieden erachter.
Bij de bedrijven bestaat in principe geen mogelijkheid voor de bouw van een bedrijfswoning. Bestaande bedrijfswoningen zijn specifiek aangeduid. Omdat nieuwe bedrijfswoningen in verband met de milieuzonering niet meer gewenst zijn op het bedrijventerrein, is in de bestemming “Bedrijventerrein” een wijziging opgenomen om de aanduiding 'bedrijfswoning' te verwijderen.
Voor aan- en uitbouwen en bijgebouwen bij bestaande bedrijfswoningen zijn regels opgenomen. Niet alleen zijn eisen gesteld aan de situering, maar bijvoorbeeld ook aan de maximale bouwhoogte. Door de maatvoeringen te beperken blijft de ondergeschiktheid van dit type bebouwing, ten opzichte van de bedrijfsbebouwing en -woning behouden.
De bestemming “Groen” is gelegd op alle groenstroken in het plangebied die onderdeel uitmaken van de ruimtelijke hoofdstructuur of een ander ruimtelijk of functioneel belang hebben. Binnen deze bestemming is het op de gronden met de aanduiding “specifieke vorm van water - loswal”, mogelijk een loswal aan te leggen.
De bestemming beslaat - naast groenvoorzieningen - ook een regeling voor bermen en beplanting, voet- en fietspaden, speelvoorzieningen en waterlopen en -partijen. Bouwen van gebouwen is binnen deze bestemming niet toegestaan. Wel bestaat een beperkte mogelijkheid voor het bouwen palen en masten met een maximale bouwhoogte van 6,00 meter. Andere bouwwerken, geen gebouwen zijnde, hebben een maximale bouwhoogte van 5,00 meter.
Binnen de bestemming “Groen” is een wijzigingsbevoegdheid (Wro-zone - wijzigingsgebied) opgenomen die het mogelijk maakt de gronden met deze bestemming te wijzigen naar “Bedrijventerrein”. Hierbij worden de regels van die bestemming van kracht voor het gewijzigde gebied. Bij toepassing van de wijzigingsbevoegdheid moet onder meer worden getoetst aan de Spelregels EHS die door de provincie zijn vastgesteld.
De doorgaande routes in het plangebied hebben de bestemming “Verkeer”. Daarbij is het hoofddoel dat de inrichting hoofdzakelijk gericht is op de afwikkeling van verkeer.
Daarom zijn in de bestemming naast wegen en straten ook voet- en rijwielpaden toegestaan. De daarbij horende groen-, parkeer- en nutsvoorzieningen zijn ook mogelijk.
De permanente standplaats voor de snackkar is geregeld door middel van een aanduiding 'horeca'. Binnen de bestemming “Verkeer” is het op de gronden met de aanduiding 'specifieke vorm van water - loswal', mogelijk een loswal aan te leggen.
Binnen kunnen bouwwerken, geen gebouwen zijnde, zoals bruggen, erf- en terreinafscheidingen, palen en masten en overige bouwwerken worden gerealiseerd. Voor palen en masten is een maximale bouwhoogte van 6,00 meter toegestaan voor alle overig genoemde bouwwerken is de maximale bouwhoogte 5,00 meter.
De bestemming “Water” is gelegd op open water wat ruimtelijke en/of functioneel van belang is. De bestemming is hoofdzakelijk in de oostzijde van het hele plangebied te vinden. De bestemming is bedoeld voor waterlopen en -partijen, oevers, bermen en beplanting. Binnen de bestemming “Water” is het op de gronden met de aanduiding 'specifieke vorm van water - loswal', mogelijk een loswal aan te leggen.
Gebouwen zijn binnen de bestemming niet toegestaan. Wel kunnen bouwwerken, geen gebouwen zijn, zoals bruggen, palen en masten en overige bouwwerken worden gebouwd. Voor overige bouwwerken, waar ook bruggen onder vallen, is de maximale bouwhoogte 5,00 meter.