direct naar inhoud van Artikel 12 Maatschappelijk
Plan: Kernen Klimmen, Ransdaal, Ubachsberg e.o.
Status: vastgesteld
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.0986.BPkernenKRU-OH01

Artikel 12 Maatschappelijk

12.1 Bestemmingsomschrijving

De voor 'Maatschappelijk' aangewezen gronden zijn bestemd voor:

  • a. doeleinden ten behoeve van onderwijs, openbaar bestuur, religieuze functies, overdekte sport- en spelaccomodaties, medische-sociale functies, maatschappelijke en culturele functies;
  • b. zorgwoningen, uitsluitend ter plaatse van de aanduiding 'zorgwoning;'
  • c. nutsvoorziening, ter plaatse van de aanduiding 'nutsvoorziening';
  • d. begraafplaats ter plaatse van de aanduiding 'begraafplaats';
  • e. de instandhouding van de karakteristieke hoofdvorm van gebouwen en/of de instandhouding van de monumentale waarde, uitsluitend ter plaatse van de aanduiding 'cultuurhistorische waarden';

met daaraan ondergeschikt:

  • 1. parkeervoorzieningen;
  • 2. verkeersvoorzieningen in de vorm van ontsluitingswegen, fiets- en voetpaden;
  • 3. water en waterhuishoudkundige voorzieningen;
  • 4. groenvoorzieningen;
  • 5. nutsvoorzieningen;
  • 6. wonen in een bedrijfswoning.

Voor zover de gronden tevens zijn gelegen binnen de aangewezen dubbelbestemmingen en aanduidingen zijn mede de desbetreffende regels van toepassing, met inachtneming van de voorrangsregels uit artikel 33.1.

12.2 Bouwregels
12.2.1 Algemeen
  • a. Op de voor 'Maatschappelijk' aangewezen gronden mogen uitsluitend worden gebouwd:
    • 1. gebouwen ten behoeve van de in artikel 12.1 genoemde bestemming;
    • 2. de daar bijbehorende bouwwerken en bouwwerken, geen gebouw zijnde;
    • 3. bedrijfswoningen uitsluitend ter plaatse van de aanduiding 'bedrijfswoning', met dien verstande dat ter plaatse van de aanduiding 'bedrijfswoning' uitsluitend 1 bedrijfswoning mag worden opgericht.
  • b. Bebouwing, welke hetzij bestaat op het tijdstip van de terinzagelegging van het ontwerp van het plan, hetzij wordt of kan worden opgericht krachtens een voor dat tijdstip aangevraagde omgevingsvergunning en die afwijkt van één of meer van de in (afzonderlijke) bepalingen voorgeschreven situering, maatvoering en/of aantal(len), wordt geacht te voldoen aan de regels van dit plan.
  • c. Geen nieuwbouw mag worden opgericht met uitzondering van vervangende nieuwbouw ter plaatse van bestaande bebouwing en met inachtneming van de in dit artikel gegeven regels.

12.2.2 Gebouwen

Regels met betrekking tot gebouwen:

  • a. gebouwen mogen uitsluitend gebouwd worden binnen het bestemmingsvlak;
  • b. het bebouwingspercentage mag niet meer bedragen dan ter plaatse van de aanduiding ' maximum bebouwingspercentage';
  • c. de goothoogte mag niet meer bedragen dan ter plaatse van de aanduiding 'maximale goothoogte'.
  • d. de goot- en bouwhoogte ter plaatse van de aanduiding 'nutsvoorziening' mag niet meer bedragen dan ter plaatse van de aanduiding 'maximale goot- en bouwhoogte';
  • e. de goothoogte ter plaatse van de aanduiding 'begraafplaats' mag niet meer bedragen dan ter plaatse van de aanduiding 'maximale goothoogte'.
  • f. met uitzondering van ter plaatse van de aanduiding 'begraafplaats', de gevel(s) van het hoofdgebouw geplaatst moet(en) worden in de gevellijn, waar geen gevellijn is aangegeven moet de afstand tot de naar de weg gekeerde bouwperceelgrens minimaal 5,00 m bedragen;
  • g. de oppervlakte van gebouwen ter plaatse van de aanduiding 'begraafplaats' mag niet meer bedragen dan 50 m².

12.2.3 Bouwwerken, geen gebouwen zijnde

Regels met betrekking tot bouwwerken, geen gebouw zijnde:

  • a. bouwhoogte mag maximaal 3,00 m bedragen, met dien verstande
    dat:
    • 1. met uitzondering van ter plaatse van de aanduiding 'begraafplaats', de bouwhoogte van erfafscheidingen maximaal 2,00 m mag bedragen;
    • 2. de hoogte van gedenktekens, ter plaatse van de aanduiding 'begraafplaats', maximaal 8,00 m mag bedragen.
  • b. bouwhoogte ter plaatse van de aanduiding 'nutsvoorziening', mag maximaal 10,00 m bedragen, met dien verstande dat de hoogte van erfafscheidingen maximaal 2,00 m mag bedragen.

12.3 Nadere eisen
12.3.1 Onderwerpen

Burgemeester en wethouders kunnen nadere eisen stellen ten aanzien van:

  • a. de situering, de oppervlakte en de (goot)hoogte van de bebouwing;
  • b. de aard, hoogte en situering van erfafscheidingen;
  • c. voorzieningen ter voorkoming van hemelwaterproblematiek in verband met de nieuwe bebouwing.

12.3.2 Toepassingscriteria

De in artikel 12.3.1 genoemde onderwerpen voor het stellen van nadere eisen mogen uitsluitend worden gesteld ten behoeve van:

  • a. de stedenbouwkundige en/of landschappelijke inpassing;
  • b. de verkeerssituatie;
  • c. de milieusituatie;
  • d. de sociale veiligheid;
  • e. de gebruiksmogelijkheden van aangrenzende gronden en bouwwerken.

12.4 Gebruikregels
12.4.1 Verboden gebruik

Onder gebruiken en/of het laten gebruiken in strijd met het bestemmingsplan wordt in ieder geval verstaan het gebruik van gronden en bouwwerken voor en/of als:

  • a. woondoeleinden, anders dan wonen in zorgwoningen ter plaatse van de aanduiding 'zorgwoning' en wonen in een bedrijfswoning ter plaatse van de aanduiding 'bedrijfswoning';
  • b. ambachtelijke en/of industriële doeleinden;
  • c. groothandel;
  • d. detailhandel;
  • e. horeca;
  • f. recreatieve doeleinden;
  • g. het plaatsen van onderkomens en/of kampeermiddelen, van al dan niet afgedankte voer- en vaartuigen, van wagens, geschikt en bestemd voor de uitoefening van handel;
  • h. buitenopslag, behoudens voor zover dit noodzakelijk is voor het op de bestemming gerichte gebruik.