direct naar inhoud van Artikel 10 Horeca
Plan: Kernen Klimmen, Ransdaal, Ubachsberg e.o.
Status: vastgesteld
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.0986.BPkernenKRU-OH01

Artikel 10 Horeca

10.1 Bestemmingsomschrijving

De voor ' Horeca ' aangewezen gronden zijn bestemd voor:

  • a. horeca;
  • b. de instandhouding van de karakteristieke hoofdvorm van gebouwen en/of de instandhouding van de monumentale waarde, uitsluitend ter plaatse van de aanduiding 'cultuurhistorische waarden';

met daaraan ondergeschikt:

  • 1. parkeervoorzieningen;
  • 2. water en waterhuishoudkundige voorzieningen;
  • 3. groenvoorzieningen;
  • 4. nutsvoorzieningen;
  • 5. wonen in een bedrijfswoning.

Voor zover de gronden tevens zijn gelegen binnen de aangewezen dubbelbestemmingen en aanduidingen zijn mede de desbetreffende regels van toepassing, met inachtneming van de voorrangsregels uit artikel 33.1.

10.2 Bouwregels
10.2.1 Algemeen
  • a. Op de voor 'Horeca' aangewezen gronden mogen uitsluitend worden gebouwd:
    • 1. gebouwen ten behoeve van de in artikel 10.1 genoemde bestemming;
    • 2. bedrijfswoningen uitsluitend ter plaatse van de aanduiding 'bedrijfswoning', met dien verstande dat ter plaatse van de aanduiding 'bedrijfswoning' uitsluitend 1 bedrijfswoning mag worden opgericht;
    • 3. de daar bijbehorende bouwwerken en bouwwerken, geen gebouw zijnde.
  • b. Bebouwing, welke hetzij bestaat op het tijdstip van de terinzagelegging van het ontwerp van het plan, hetzij wordt of kan worden opgericht krachtens een voor dat tijdstip aangevraagde omgevingsvergunning en die afwijkt van één of meer van de in (afzonderlijke) bepalingen voorgeschreven situering, maatvoering en/of aantal(len), wordt geacht te voldoen aan de regels van dit plan.
  • c. Geen nieuwbouw mag worden opgericht met uitzondering van vervangende nieuwbouw ter plaatse van bestaande bebouwing en met inachtneming van de in dit artikel gegeven regels.

10.2.2 Gebouwen

Regels met betrekking tot gebouwen:

  • a. gebouwen mogen uitsluitend gebouwd worden binnen het bestemmingsvlak;
  • b. het aantal bouwlagen mag niet meer bedragen dan aangegeven ter plaatse van de aanduiding ' maximum aantal bouwlagen'.
  • c. de bestaande gebouwen mogen met maximaal 20% van de bestaande inhoud worden uitgebreid;
  • d. de goothoogte mag niet meer bedragen dan aangegeven ter plaatse van de aanduiding ' maximale goothoogte';
  • e. de dakhelling mag maximaal 60° bedragen;
  • f. de inhoud van de bedrijfswoning mag maximaal 750 m³ bedragen;
  • g. de gevel(s) van het hoofdgebouw geplaatst moet(en) worden in de gevellijn.

10.2.3 Bouwwerken geen gebouwen zijnde

Regels met betrekking tot bouwwerken, geen gebouwen zijnde:

  • a. de bouwhoogte van erfafscheidingen mag maximaal 2,00 m bedragen, met uitzondering van de bouwhoogte van erfafscheidingen gelegen tussen de weg en enige gevel van een gebouw die maximaal 1,00 m hoog mag zijn;
  • b. de bouwhoogte van overige bouwwerken, geen gebouwen zijnde mag maximaal 5,00 m bedragen.

10.3 Nadere eisen
10.3.1 Onderwerpen

Burgemeester en wethouders kunnen nadere eisen stellen ten aanzien van:

  • a. de situering, de oppervlakte en de (goot)hoogte van de bebouwing;
  • b. de aard, hoogte en situering van erfafscheidingen;
  • c. voorzieningen ter voorkoming van hemelwaterproblematiek in verband met de nieuwe bebouwing;
  • d. het aantal parkeerplaatsen en de situering daarvan.

10.3.2 Toepassingscriteria

De in artikel 10.3.1 genoemde onderwerpen voor het stellen van nadere eisen mogen uitsluitend worden gesteld ten behoeve van:

  • a. de stedenbouwkundige en/of landschappelijke inpassing;
  • b. de verkeerssituatie;
  • c. de milieusituatie;
  • d. de sociale veiligheid;
  • e. de gebruiksmogelijkheden van aangrenzende gronden en bouwwerken.

10.4 Specifieke gebruiksregels
10.4.1 Verboden gebruik

Onder gebruiken en/of het laten gebruiken in strijd met het bestemmingsplan wordt in ieder geval verstaan het gebruik van gronden en bouwwerken voor en/of als:

  • a. woondoeleinden, anders dan in een bedrijfswoning en de daar bijbehorende bouwwerken;
  • b. industriële doeleinden;
  • c. groothandel;
  • d. detailhandel;
  • e. recreatieve doeleinden;
  • f. het plaatsen van onderkomens en/of kampeermiddelen, van al dan niet afgedankte voer- en vaartuigen, van wagens, geschikt en bestemd voor de uitoefening van handel;
  • g. buitenopslag, behoudens voor zover dit noodzakelijk is voor het op de bestemming gerichte gebruik.