Type plan: bestemmingsplan
Naam van het plan: De Vaert c.a.
Status: vastgesteld
Plan identificatie: NL.IMRO.0983.BPL2011012DEVAERT-VA01

Artikel 3 Agrarisch met waarden

3.1 Bestemmingsomschrijving

 
De voor 'Agrarisch met waarden' aangewezen gronden zijn bestemd voor:
  1. agrarisch gebruik;
  2. instandhouding, herstel en ontwikkeling van de aanwezige abiotische, natuurlijke, archeologische,     landschappelijke en cultuurhistorische waarden;
  3. een bufferzone verdroging, ter plaatse van de aanduiding 'bufferzone verdroging';
  4. grondgebonden landbouw, ter plaatse van de aanduiding 'grondgebonden landbouw';
  5. bescherming van middelhoge/hoge archeologische verwachting, ter plaatse van de aanduiding 'middelhoge/hoge  archeologische verwachting',
  6. bescherming van robuuste landbouw en natuur, ter plaatse van de aanduiding 'robuuste landbouw en natuur';
  7. tuinen, indien de gronden direct aansluitend aan een bouwvlak zijn gelegen;
  8. instandhouding van het oppervlaktewater;
  9. extensief recreatief medegebruik;
  10. waterhuishoudkundige voorzieningen.
 

3.2 Bouwregels

 
Op deze gronden mag niet worden gebouwd, met uitzondering van:
  1. bouwwerken, geen gebouwen zijnde, welke ter plaatse noodzakelijk zijn uit een oogpunt van doelmatige agrarische bedrijfsvoering dan wel uit een oogpunt van beheer en onderhoud overeenkomstig de bestemmingsomschrijving, waaronder begrepen beperkte voorzieningen ten behoeve van extensief recreatief medegebruik; containervelden, sleufsilo's, mestsilo's, waterbassins en foliemestbassins worden hieronder niet begrepen. 
  2. de maximale bouwhoogte van bouwwerken, geen gebouwen zijnde, bedraagt 2,00 m., met uitzondering van erf- en terreinafscheidingen waarvan de maximale bouwhoogte 1,50 m. bedraagt.

3.3 Nadere eisen

 
Burgemeester en wethouders kunnen nadere eisen stellen aan de plaats en de afmetingen van de bebouwing:
  1. ter voorkoming van onevenredige aantasting van de gebruiksmogelijkheden en het woon- en leefklimaat;
  2. ter waarborging van de stedenbouwkundige kwaliteit en beeldkwaliteit van de naaste omgeving;
  3. ter waarborging van de verkeersveiligheid;
  4. ter waarborging van de sociale veiligheid;
  5. ter voorkoming van hemelwaterproblematiek in verband met de nieuwe bebouwing en/of  
  6. oppervlakteverharding;
  7. ter waarborging van de brandveiligheid en rampenbestrijding.

3.4 Afwijken van de bouwregels

 
Het bevoegd gezag kan bij omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in 3.2 voor:

3.4.1 Bouwen van schuilgelegenheden

 
Het bouwen van schuilgelegenheden is toegestaan, mits wordt voldaan aan de volgende voorwaarden:
  1. de hoogte van schuilgelegenheden mag maximaal 3,00 m. bedragen;
  2. de oppervlakte van schuilgelegenheden mag maximaal 25 m2 bedragen;
  3. per kadastraal perceel, met een minimale oppervlakte van 0,50 hectare, mag maximaal één schuilgelegenheid worden opgericht;
  4. aandacht wordt besteed aan de verschillende deelaspecten namelijk water, landschappelijke inpassing, cultuurhistorie, natuur en landschap, milieu, verstening en veiligheid/overstening;
  5. aangetoond is dat geen vrijkomende agrarische bedrijfsgebouwen en/of bestaande agrarische bouwvlakken in de directe omgeving kunnen worden gebruikt ten behoeve van een schuilgelegenheid.

3.5 Specifieke gebruiksregels

 
Tot een strijdig gebruik van gronden en bouwwerken wordt in elk geval gerekend het gebruik voor:
  1. wonen;
  2. detailhandel;
  3. kamperen;
  4. opslag van goederen en materialen vóór de gevellijn;
  5. paardenbakken;
  6. het aanleggen van containervelden.