Plan: | Kern Lemiers |
---|---|
Status: | vastgesteld |
Plantype: | ex art. 10 WRO beheer/ontwikkeling |
IMRO-idn: | NL.IMRO.09810005bpkernlemiers- |
1. | Algemeen |
In dit artikel wordt in hoofdlijnen beschreven op welke wijze met het plan de doeleinden die ingevolge de artikelen 4 tot en met 15 aan de daar bedoelde gronden zijn toegekend, worden nagestreefd. | |
|
|
2. | Functies beschrijving in hoofdlijnen |
- | De beschrijving in hoofdlijnen heeft primair een uitvoeringsfunctie, als uitdrukking van de inspanningsverplichting van de gemeente. |
- | De in deze beschrijving in hoofdlijnen opgenomen ruimtelijke en functionele doeleinden hebben een toetsingsfunctie bij toepassing van de vrijstellings- en wijzigingsbevoegdheid en de bevoegdheid tot het stellen van nadere eisen. |
- | In lid 4 van de beschrijving in hoofdlijnen is vermeld op welke wijze een afstemming wordt bereikt tussen andere sectorwet- en regelgeving, andere instrumenten die de gemeente ten dienste staan en dit plan (afstemmingsfunctie). |
|
|
3. | Uitgangspunten ruimtelijke/functionele invulling |
Alle maatregelen ten aanzien van het gebruik van de gronden en van de bestaande en toekomstige bebouwing dienen primair gericht te zijn op het behoud en versterking van de functionele en ruimtelijke karakteristiek en kwaliteiten van gronden en gebouwde omgeving gelegen binnen het plangebied. De maatregelen ter versterking van de kwaliteiten worden onderstaand beschreven. | |
|
|
Uitgangspunten horecastructuur | |
- | Het handhaven van de bestaande situatie; |
- | Het mogelijk maken van nieuwvestiging van horecadoeleinden 2 (onder vrijstelling) ter hoogte van het gemengde gebied, met dien verstande dat in het gehele plangebied nieuwvestiging van geluidhoreca zoals genoemd in artikel 1 onder 33 g. niet is toegestaan. |
|
|
Uitgangspunten dienstverlening, commerciële en niet-commerciële voorzieningen | |
- | Het handhaven van de bestaande situatie; |
- | Het mogelijk maken van uitwisseling van het gebruik binnen eenzelfde pand in het gebied met gemengde doeleinden. |
|
|
Uitgangspunten wonen | |
- | Het handhaven en bevorderen van het wonen; |
- | Bestaande woningen zijn positief bestemd; |
- | Nieuwbouwinitiatieven dienen in overeenstemming te zijn met het gemeentelijk woonbehoefteonderzoek (zoals vastgesteld d.d. 30 oktober 2006) en aan te sluiten bij de Regionale Woonvisie, behoudens in gevallen van woningsplitsing. |
|
|
Uitgangspunten groenstructuur | |
- | Het handhaven en waar mogelijk versterken van groen- en speelvoorzieningen. |
|
|
Uitgangspunten verkeer | |
- | Het gebruik van de Rijksweg als hoofdverkeersfunctie; |
- | Het gebruik van de straten ter plaatse van de woongebieden uitsluitend voor het bestemmingsverkeer. Het gebruik van de gronden is primair gericht op voorzieningen voor de bewoners van de aanliggende woningen; |
- | Het gebruik van de straten ter plaatse van de woongebieden uitsluitend voor het bestemmingsverkeer. Het gebruik van de gronden is primair gericht op voorzieningen voor de bewoners van de aanliggende woningen; |
- | Het parkeren dient zoveel mogelijk op eigen erf plaats te vinden. |
4. |
Afstemming op andere regelgeving |
a. | Algemeen |
Daar waar in de voorschriften sprake is van nieuwe ruimtelijke ingrepen welke middels een vrijstelling danwel wijziging gerealiseerd kunnen worden, is in de voorkomende gevallen opgenomen dat er geen sprake mag zijn van milieuhygiënische belemmeringen. Dit betekent dat voldaan dient te worden aan de, op het moment van het verlenen van de vrijstelling of het wijzigen van het plan, voor het initiatief geldende, milieueisen. Zo dient onder andere de bodem geschikt te zijn voor de beoogde bestemming, mag de gevelgeluidsbelasting van geluidsgevoelige objecten de voorkeursgrenswaarde niet overschrijden (zie verder ook onder het kopje 'Wet geluidhinder'), dient aan de eisen van de Wet luchtkwaliteit voldaan te worden en dient onder andere te worden aangetoond dat er geen overwegende bezwaren bestaan vanwege de aanwezigheid van archeologische waarden in de bodem. Het college is bevoegd tot het laten verrichten van andere of nadere (vervolg) onderzoeken. |
|
b. | Wet geluidhinder |
Nieuwe woningen en andere geluidsgevoelige gebouwen in de zin van de Wet geluidhinder mogen slechts worden opgericht indien voor de vaststelling van het bestemmingsplan uit een akoestisch onderzoek is gebleken dat de voorkeursgrenswaarde niet wordt overschreden of terzake door de gemeente vastgestelde hogere grenswaarden niet worden overschreden, dan wel indien de realisering van geluidsbeperkende voorzieningen, zo deze noodzakelijk zijn om overschrijding van de grenswaarden te voorkomen, in voldoende mate zijn verzekerd. | |
c. | Algemene Plaatselijke verordening |
Wat betreft de bepalingen voor de horeca en prostitutie wordt, voorzover in dit bestemmingsplan hierover geen bepalingen zijn opgenomen, verwezen naar de bepalingen in de Algemeen Plaatselijke Verordening. | |
d. | Milieu- en Verkeerswetgeving |
Voor zover in dit plan hierover geen bepalingen zijn opgenomen, wordt het bepaalde in de specifieke Milieuwetgeving en de Verkeerswetgeving in acht genomen. | |
e. | Monumenten |
De aanwezige cultuurhistorische kwaliteit van als zodanig aangewezen Rijksmonumenten wordt beschermd op grond van de Monumentenwet 1988. De gemeentelijke monumenten worden beschermd en aangewezen via de gemeentelijke monumentenverordening. Ten aanzien van Rijks- en gemeentelijk monumenten dient het behoud en/of herstel van de cultuurhistorische waarde en het stedenbouwkundige beeld voorop te staan. Ook bij het bouwen van nieuwe gebouwen en het verbouwen van bestaande gebouwen dient rekening gehouden te worden met het behoud en/of herstel van de cultuurhistorische waarden en het stedenbouwkundige beeld van deze panden. Hierbij mag uitsluitend worden gebouwd indien en voor zover zulks nodig is ten behoeve van de inrichting van bestaande gebouwen voor de geldende doeleinden en/of het behoud en/of het herstel van de bestaande bebouwing. |
|
f. | Waterbeleid |
Indien ruimtelijke ontwikkelingen plaatsvinden dient voldaan te worden aan het Rijks-, provinciaal en gemeentelijk beleid dat in het kader van duurzaam waterbeheer is vastgesteld. In bepaalde gevallen dient in het kader van de in de Bro verankerde watertoets een positief wateradvies ten aanzien van het plan verkregen te worden. | |
g. | Contourenbeleid |
Indien gebouwd wordt buiten de op de plankaart aangegeven begrenzing van de contour om de kern Lemiers, is het contourenbeleid zoals opgenomen in de op 24 juni 2005 door Provinciale Staten van Limburg vastgestelde POL-herziening op onderdelen Contourenbeleid Limburg van toepassing. |
Paragraaf B Bepalingen met betrekking tot afzonderlijke bestemmingen