De voor 'Maatschappelijk' aangewezen gronden zijn bestemd voor:
jeugd-/kinder-/naschoolse opvang;
onderwijs;
openbare dienstverlening;
verenigings- en gemeenschapsleven;
medische- en sociale zorg;
sociaal/culturele voorzieningen;
zorgwoningen;
ondergeschikte kantoorvoorzieningen ten behoeve van voornoemde functies;
ter plaatse van de aanduiding 'kantoor' zijn zelfstandige kantoorvoorzieningen toegestaan;
met daarbij behorende;
verkeersvoorzieningen;
groenvoorzieningen;
parkeervoorzieningen;
water en waterhuishoudkundige voorzieningen;
nutsvoorzieningen;
evenementen.
10.2 Bouwregels
Op de als 'Maatschappelijk' bestemde gronden mogen uitsluitend bouwwerken ten dienste van de in artikel 10 lid 1 genoemde functies worden gebouwd. Voor het bouwen gelden de volgende regels:
10.2.1 Gebouwen
gebouwen worden binnen het bouwvlak gebouwd;
ter plaatse van de aanduiding 'maximale bouwhoogte' bedraagt de bouwhoogte van hoofdgebouwen ten hoogste de op de verbeelding weergegeven maat;
per bouwperceel geldt een maximaal bebouwingspercentage van 75%;
in afwijking van het bepaalde in artikel 10 lid 2.1 onder b en c, geldt voor gebouwen ten behoeve van nutsvoorzieningen dat:
de maximale bouwhoogte 3,00 meter bedraagt;
de oppervlakte maximaal 15 m² bedraagt.
10.2.2 Bouwwerken, geen gebouw zijnde
De hoogte van bouwwerken, geen gebouwen zijnde, bedraagt maximaal 3,00 meter, met uitzondering van erfafscheidingen, waarbij de hoogte maximaal 2,00 meter bedraagt.
10.3 Nadere eisen
Burgemeester en wethouders kunnen, met het oog op het aspect externe veiligheid, ter beheersing van de blootstelling aan giftige, brandbare en explosieve stoffen en uitpandige vluchtroutes, nadere eisen stellen aan:
de situering van bouwwerken (gebouwen en bouwwerken, geen gebouw zijnde);
de inrichting van terreinen;
de bruto vloeroppervlakte (b.v.o.) en de hoogte van gebouwen;
de wijze van afsluitbaarheid van mechanische ventilatiesystemen.