Plan: | BP Kleine kernen |
---|---|
Status: | vastgesteld |
Plantype: | bestemmingsplan |
IMRO-idn: | NL.IMRO.0951.BPkleinekernen-VA08 |
De voor 'Agrarisch met waarden' aangewezen gronden zijn bestemd voor:
met daaraan ondergeschikt:
Voor zover de gronden tevens zijn gelegen binnen dubbelbestemmingen of aanduidingen, zijn mede de desbetreffende regels van toepassing, met inachtname van de voorrangsregels uit artikel 34.2.
Op de voor 'Agrarisch met waarden' aangewezen gronden mogen geen gebouwen worden gebouwd uitgezonderd ter plaatse van de aanduiding 'bijgebouwen'. Bijgebouwen voldoen aan het bepaalde in artikel 29.3.
Op de voor 'Agrarisch met waarden' aangewezen gronden mogen geen bouwwerken, geen gebouwen zijnde, worden gebouwd, met uitzondering van omheiningen en/of erfafscheidingen, uitsluitend in de vorm van draadomheiningen en/of draaderfafscheidingen tot een maximale bouwhoogte van 1,50 meter.
Burgemeester en wethouders kunnen ontheffing verlenen voor kleinschalige recreatieve voorzieningen zoals bepaald in artikel 31.6 mits bij het toepassen van de ontheffingsbevoegdheid de procedure in artikel 33.1 wordt gevolgd.
Onder verboden gebruik als bedoeld in artikel 7.10 Wro wordt tenminste verstaan gebruik van de grond:
Burgemeester en wethouders kunnen ontheffing verlenen voor:
Bij het toepassen van de ontheffingsbevoegdheid wordt de procedure in artikel 33.1 gevolgd.
Het is verboden op of in de tot 'Agrarisch met waarden' aangewezen gronden zonder of in afwijking van een schriftelijke vergunning van Burgemeester en Wethouders (aanlegvergunning) de volgende werken, geen bouwwerken zijnde, of werkzaamheden uit te voeren:
het aanleggen van wegen, paden of parkeergelegenheden en het aanbrengen van andere oppervlakteverhardingen;
het ontginnen, bodemverlagen of afgraven, het ophogen, egaliseren van de bodem, behoudens de aanleg van drinkpoelen;
het aanbrengen van ondergrondse of bovengrondse transport-, energie- of telecommunicatieleidingen en de daarmee verband houdende constructies, installaties of apparatuur tenzij zulks noodzakelijk is voor of verband houdt met het op de bestemming gerichte gebruik van de grond;
het aanleggen van groenstroken, waaronder begrepen lijnvormige elementen en grasbanen, anders dan ter bestrijding van erosie en voorkoming van wateroverlast;
het geheel of gedeeltelijk verwijderen van graften, bosstroken en grasbanen;
het vellen en/of rooien van houtgewas of het verrichten van werkzaamheden welke de dood of ernstige beschadigingen van houtgewas ten gevolge kunnen hebben;
het bebossen van gronden;
het verrichten van exploratie- en exploitatieboringen t.b.v. de winning van delfstoffen.
Het bepaalde in 6.6.1 is niet van toepassing voor:
De werken of werkzaamheden als bedoeld onder artikel 6.6.1. zijn slechts toelaatbaar indien door die werken of werkzaamheden dan wel door de daarvan hetzij direct hetzij indirect te verwachten gevolgen de in de aanhef van dit artikel genoemde waarden en doeleinden niet onevenredig worden aangetast dan wel de mogelijkheden voor het herstel van de eerstbedoelde waarden niet wezenlijk worden verkleind. Een en ander dient met een onderbouwing te worden aangetoond.
Burgemeester en Wethouders volgen bij het toepassen van de aanlegvergunning de procedure zoals vervat in artikel 3.18 Wro.
Burgemeester en wethouders kunnen de bestemming 'Agrarisch met waarden' wijzigen in de bestemming:
Bij het toepassen van de wijzigingsbevoegdheid wordt de procedure ex artikel 3.6 Wro gevolgd.