In de regels van een bestemmingsplan dient niet meer geregeld te worden dan strikt noodzakelijk is voor een goede ruimtelijke ordening. In dit bestemmingsplan is gekozen voor een voorlopige bestemming gericht op de studentenhuisvesting, een definitieve bestemming gericht op de uiteindelijk te realiseren woningbouw (en beperkte bedrijvigheid) en een groenbestemming ten behoeve van het vastleggen van de groene buffers.
In het navolgende is artikelsgewijze beschrijving van de juridische regeling weergegeven.
De regels van het bestemmingsplan bestaan uit vier hoofdstukken. Dit zijn de inleidende regels (hoofdstuk 1, artikelen 1 en 2), de bestemmingsregels (hoofdstuk 2, artikel 3), de algemene regels (hoofdstuk 3, artikelen 4 t/m 9) en de overgangs- en slotregels (hoofdstuk 4, artikelen 10 en 11). Per artikel zijn deze regels als volgt opgebouwd:
Hoofdstuk 1 - Inleidende regels
Artikel 1: Begrippen: hierin worden de in de regels gebruikte begrippen gedefinieerd om misverstanden en verschillen in interpretatie te voorkomen;
Artikel 2: Wijze van meten: dit artikel geeft aan op welke wijze het meten moet plaatsvinden.
Hoofdstuk 2 - Bestemmingsregels
Artikel 3: Enkelbestemming Groen: deze bestemming is toegekend aan voornamelijk openbare groenvoorzieningen. Hierbinnen is tevens de aanleg van onder andere speelvoorzieningen en waterhuishoudkundige voorzieningen mogelijk.
Artikel 4: Enkelbestemming Verkeer - Verblijfsdoeleinden: deze bestemming is toegekend aan de ontsluitingsstructuur van het plangebied evenals de in het plan aanwezige parkeervoorzieningen.
Artikel 5: Enkelbestemming Wonen: in dit artikel zijn de bouwregels opgenomen voor de realisering van de grondgebonden woningen met bijbehorende bouwwerken. Binnen de bestemming zijn tevens onder andere de ontsluitingspaden van de tuinen, groenvoorzieningen en aan huis-verbonden-beroepen mogelijk.
Artikel 6: Dubbelbestemming Waarde - Maastrichts Erfgoed: de voor de dubbelbestemming Waarde - Maastrichts Erfgoed aangewezen gronden zijn bestemd voor de bescherming van het op die gronden aanwezige culturele erfgoed. In dit geval gaat het om het Maastrichts erfgoed en wel specifiek de archeologische zone c. Voor deze zone geldt dat behoud van het bodemarchief in situ gaat voor behoud ex situ. Indien behoud in situ niet mogelijk is kunnen voorwaarden aan de toepasselijke vergunning worden verbonden met het oog op behoud van het bodemarchief ex situ.
Hoofdstuk 3 - Algemene regels
Artikel 7: Anti-dubbeltelbepaling: zorgt ervoor dat gronden niet dubbel worden meegerekend bij het toestaan van bouwplannen;
Artikel 8: Algemene bouwregels: bevat algemene bepalingen over ondergronds bouwen en antennemasten en zendmasten;
Artikel 9: Algemene gebruiksregels: hierin worden onder meer alle vormen van gebruik, die in strijd zijn met de aan de grond gegeven bestemming, verboden;
Artikel 10: Algemene afwijkingsregels: hierin wordt bepaald waarvoor Burgemeester en wethouders middels een omgevingsvergunning kunnen afwijken van het plan;
Artikel 11: Algemene wijzigingsregels: hierin wordt bepaald onder welke voorwaarden Burgemeester en wethouders bevoegd zijn het plan te wijzigen. Het betreft hier beperkte wijzigingen in algemene zin. Specifieke wijzigingsbevoegdheden die van toepassing zijn op bepaalde bestemmingen zijn, waar nodig, in de bestemmingsregels opgenomen;
Artikel 12: Algemene procedureregels: hierin wordt geregeld welke procedure moet worden gevolgd in geval van toepassing van afwijkings- en wijzigingsbevoegdheden en nadere eisen;
Artikel 13: Overige regels: hierin zijn verwijzingen opgenomen naar andere wettelijke regelingen.
Hoofdstuk 4 – Overgangs- en slotregels
Artikel 14: Overgangsrecht bouwwerken en gebruik: dit artikel bevat de standaardbepalingen uit het Bro inzake overgangsrecht.
Artikel 15: Slotregel: bevat de naam waaronder deze regels kunnen worden aangehaald.