Burgemeester en wethouders kunnen bij omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in:
- artikel 6.1 onder c. ten behoeve van de uitoefening van detailhandel voor zover passend binnen het daartoe strekkende gemeentelijk (detailhandels)beleid;
- artikel 6.5 onder b. ten behoeve van de uitoefening van bedrijfsactiviteiten die zijn opgenomen in een hogere milieucategorie dan ter plaatse is toegestaan indien deze, gelet op de milieubelasting, naar aard en invloed op de omgeving gelijkwaardig zijn aan de ter plaatse toegelaten bedrijfsactiviteiten;
- artikel 6.5 onder c. ten behoeve van de uitoefening van bedrijfsactiviteiten die, hoewel gelet op de milieubelasting naar aard en invloed op de omgeving gelijkwaardig zijn aan de in de Staat van bedrijfsactiviteiten genoemde bedrijfsactiviteiten, maar in de Staat van bedrijfsactiviteiten niet worden genoemd.
Bij de beoordeling van de aard en invloed van de milieubelasting van een bedrijf dienen de volgende milieubelastingscomponenten mede in de beoordeling te worden betrokken: geluid, geurproductie, stofuitworp en gevaar, waarbij tevens kan worden gekeken naar de verontreiniging van lucht en bodem, de diversiteit van het bedrijf, het al dan niet continue karakter van het bedrijf, de visuele hinder en de verkeersaantrekkende werking.