Type plan: bestemmingsplan
Naam van het plan: Bosscherveld-Noord
Status: vastgesteld
Plan identificatie: NL.IMRO.0935.bpBosscherveld-vg01

Artikel 8 Maatschappelijk

8.1 Bestemmingsomschrijving
 
De voor 'Maatschappelijk' aangewezen gronden zijn bestemd voor:
  1. maatschappelijke voorzieningen, conform de begripsbepaling in artikel 1, lid 53;
  2. tuinen, erven en verhardingen;
  3. voorzieningen voor verkeer en verblijf;
  4. water en waterhuishoudkundige voorzieningen;
  5. groenvoorzieningen en speelvoorzieningen;
  6. additionele voorzieningen.
8.2 Bouwregels
8.2.1 Gebouwen
 
Voor het bouwen van gebouwen gelden de volgende bepalingen:
  1. gebouwen mogen alleen worden gebouwd binnen het op de verbeelding aangegeven bouwvlak;
  2. bestaande gebouwen mogen niet worden uitgebreid;
  3. de goothoogte mag niet meer bedragen dan ter plaatse van de aanduiding 'maximale goot- en bouwhoogte' is aangegeven;
  4. de bouwhoogte mag niet meer bedragen dan ter plaatse van de aanduiding 'maximale goot- en bouwhoogte' is aangegeven.
8.2.2 Bouwwerken, geen gebouwen zijnde
 
Voor het bouwen van bouwwerken, geen gebouwen zijnde gelden de volgende bepalingen: 
  1. bouwwerken, geen gebouwen zijnde, mogen zowel binnen als buiten het aangeduide bouwvlak worden gebouwd;
  2. overkappingen mogen uitsluitend achter de voorgevellijn worden gebouwd;
  3. de bouwhoogte van erf- en terreinafscheidingen mag niet meer dan 2 meter bedragen, met dien verstande dat de bouwhoogte voor erf- en terreinafscheidingen vóór de naar de weg gekeerde gevel niet meer mag bedragen dan 1 meter; 
  4. de bouwhoogte van overige bouwwerken, geen gebouwen zijnde, mag niet meer bedragen dan 4 meter.
8.2.3 Additionele voorzieningen
 
Voor het bouwen van gebouwen ten behoeve van additionele voorzieningen gelden de volgende bepalingen:
  1. gebouwen ten behoeve van additionele voorzieningen mogen zowel binnen als buiten het aangeduide bouwvlak worden gebouwd;
  2. de bouwhoogte van een gebouw ten behoeve van additionele voorzieningen mag niet meer bedragen dan 3,5 meter;
  3. de oppervlakte van een gebouw ten behoeve van additionele voorzieningen mag niet meer bedragen dan 15 m2.
 
8.3 Nadere eisen
 
Burgemeester en Wethouders kunnen nadere eisen stellen ten behoeve van:
  1. het voorkomen van een onevenredige aantasting van de gebruiksmogelijkheden en het woon- en leefklimaat van de aangrenzende gronden en bouwwerken;
  2. de situering, de oppervlakte en de bouwhoogte van bebouwing en de aard, hoogte en situering van erfafscheidingen;
  3. de verkeersveiligheid;
  4. de sociale veiligheid;
  5. de brandveiligheid en rampenbestrijding.
8.4 Afwijken van de bouwregels
 
Burgemeester en Wethouders kunnen bij omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in:
  1. artikel 8 lid 2.2 sub b ten behoeve van het bouwen van overkappingen vóór de voorgevellijn,
  2. artikel 8 lid 2.2 sub c ten behoeve van het bouwen van erf- en terreinafscheidingen hoger dan 1 respectievelijk 2 meter;
met dien verstande dat de onder a. en b. genoemde afwijkingsmogelijkheden alleen toelaatbaar zijn indien:
  1. geen stedenbouwkundige bezwaren bestaan;
  2. de gebruiksmogelijkheden van aangrenzende percelen niet onevenredig worden belemmerd;
  3. de verkeersveiligheid niet in het geding is.