direct naar inhoud van Artikel 21 Water - Vaarweg
Plan: Buitengebied Gennep
Status: vastgesteld
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.0907.BP10001ALGBUI-VA01

Artikel 21 Water - Vaarweg

21.1 Bestemmingsomschrijving

De voor ' Water - Vaarweg ' aangewezen gronden zijn bestemd voor:

  • a. de recreatie- en beroepsvaart;
  • b. de beheersing van de waterstand en de stroomvoerende functie van de rivier de Maas;
  • c. extensief recreatief medegebruik;
  • d. ter plaatse van de aanduiding 'ligplaats' voor ligplaatsen voor woonboten;
  • e. ter plaatse van de aanduiding 'verkooppunt motorbrandstoffen' tevens voor de verkoop van motorbrandstoffen, evenwel met uitzondering van lpg;
  • f. ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van bedrijf - vaartuig': een ligplaats ten behoeve van een vaartuig met een geluidswerende functie;

met daar bijbehorende bouwwerken, andere werken en voorzieningen, zoals bruggen, dammen, duikers, stuwen, sluizen, waterpartijen, watergangen, oeverstroken en beschoeiingen.

21.2 Bouwregels

Op de voor ' Water ' aangewezen gronden mogen uitsluitend bouwwerken, geen gebouwen zijnde ten dienste van de bestemming worden gebouwd alsmede woonboten.

21.2.1 Woonboten

Voor woonboten gelden de volgende regels:

  • a. woonboten zijn uitsluitend toegestaan ter plaatse van de aanduiding 'ligplaats';
  • b. het aantal woonboten mag niet meer bedragen dan het op de verbeelding aangegeven aantal ter plaatse van de aanduiding 'aantal wooneenheden';
  • c. de lengte van een woonboot mag niet meer dan 40 m bedragen;
  • a. de breedte van een woonboot mag niet meer dan 9 m bedragen;
  • b. de hoogte van een woonboot mag niet meer dan 7,5mbedragen ten opzichte van het (water)peil;
  • c. de onderlinge afstand tussen woonboten mag niet minder dan 5 m bedragen.

21.2.2 Bouwwerken, geen gebouwen zijnde

Voor een bouwwerk, geen gebouw zijnde gelden de volgende regels:

  • a. de bouwhoogte mag niet meer dan 3 m bedragen;
  • b. de bouw van aanlegsteigers en vissteigers is niet toegestaan, met dien verstande dat ter plaatse van de aanduiding 'ligplaats' aanlegsteigers ten behoeve van de ligplaatsen voor woonboten zijn toegestaan;
  • c. de bouwhoogte van overige bouwwerken, geen gebouwen zijnde mag niet meer dan 3 meter ten opzichte van het (water)peil bedragen.

21.3 Specifieke gebruiksregels

Tot een met de bestemming strijdig gebruik wordt in ieder geval gerekend:

  • a. het gebruik van de gronden buiten de aanduiding 'ligplaats' als ligplaats voor woonboten en andere drijvende woongelegenheden of bedrijfsvaartuigen;
  • b. het gebruik van gronden binnen de aanduiding 'ligplaats' voor bedrijfsvaartuigen;
  • c. het gebruik van de gronden binnen de aanduiding 'ligplaats' voor woonboten of andere drijvende woongelegenheden zodanig, dat parallel aan de oever een woonboot naast een aan die oever liggende woonboot wordt afgemeerd;
  • d. het gebruik van de gronden buiten en binnen de aanduiding 'ligplaats' voor het aanbrengen van voorzieningen voor woonboten of bedrijfsvaartuigen;
  • e. her gebruik van de gronden en bouwwerken ten behoeve van seksinrichtingen.

21.4 Afwijken van de gebruiksregels
21.4.1 Omgevingsvergunning

Het bevoegd gezag kan door middel van een omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in 21.3 en toestaan dat voorzieningen voor woonboten worden aangebracht, met dien verstande dat de ingenomen ruimte voor deze voorzieningen niet meer dan 10 m2 mag bedragen.