Artikel 13 Natuur
13.1 Bestemmingsomschrijving
De voor '
Natuur
' aangewezen gronden zijn bestemd voor:
-
a. het behoud, het herstel en de ontwikkeling van de natuurlijke waarde en de landschappelijke waarde;
-
b. voorzieningen ten behoeve van de waterhuishouding, waaronder begrepen voorzieningen ten behoeve van het vasthouden, bergen, aan- en afvoeren van water, waaronder bergbezinkbassins en niet zijnde voorzieningen ten behoeve van ijsbanen of siervijvers;
-
c. voorzieningen ten behoeve van extensief recreatief medegebruik, zoals wandel-, fiets- en ruiterpaden en parkeervoorzieningen ten behoeve van toeristische overstappunten;
alsmede tot 31-12-2013 voor:
-
d. de winning van oppervlaktedelfstoffen, ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm
van bedrijf - delfstoffenwinning', met dien verstande dat de betreffende gronden nadien, doch uiterlijk voor 1 november 2014 als natuur dienen te worden ingericht;
met daar bijbehorende bouwwerken, geen gebouwen zijnde, wegen en paden.
13.2 Bouwregels
Op de voor '
Natuur
' aangewezen gronden mogen uitsluitend bouwwerken ten dienste van de bestemming, voor zover het betreft gebouwen ten dienste van de winning van oppervlaktedelfstoffen, worden gebouwd.
13.2.1 Gebouwen
Voor een gebouw gelden de volgende regels:
-
a. gebouwen mogen uitsluitend worden gebouwd ter plaatse van de aanduiding 'specifieke
vorm van bedrijf - delfstoffenwinnning';
-
b. de gezamenlijke oppervlakte mag niet meer dan 1000 m2 bedragen;
-
c. de bouwhoogte mag niet meer dan 7,5 m bedragen.
13.2.2 Bouwwerken, geen gebouwen zijnde
Voor een bouwwerk, geen gebouw zijnde gelden de volgende regels:
-
a. de bouwhoogte van een bouwwerk, geen gebouw zijnde ten dienste van de winning van oppervlaktedelfstoffen mag niet meer dan 20 m bedragen;
-
b. in overige gevallen mag de bouwhoogte niet meer dan 2,5 m mag bedragen.
13.3 Afwijken van de bouwregels
13.3.1 Omgevingsvergunning
Het bevoegd gezag kan door middel van een omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in
13.2.1
ten behoeve van onderhouds- en beheersgebouwen en jacht- en vogelkijkhutten, indien en voor zover:
-
a. de oppervlakte niet meer bedraagt dan 15 m2;
-
b. de bouwhoogte niet meer bedraagt dan 3 m.
13.4 Omgevingsvergunning voor het uitvoeren van een werk, geen bouwwerk zijnde, of van werkzaamheden
13.4.1 Verbod
Het is verboden zonder of in afwijking van een omgevingsvergunning de volgende werken en werkzaamheden uit te voeren:
-
a. het aanleggen of verharden van wegen, paden of parkeergelegenheden en het aanbrengen van andere oppervlakteverhardingen;
-
b. het ontginnen, bodem verlagen of afgraven, ophogen en/of egaliseren van de bodem;
-
c. het aanbrengen van ondergrondse of bovengrondse transport-, energie- of telecommunicatie leidingen en de daarmee verband houdende constructies, installaties of apparatuur tenzij zulks noodzakelijk is voor of verband houdt met het op de bestemming gerichte gebruik van de grond;
-
d. het verwijderen van diepwortelende beplantingen, het vellen en/of rooien van bos of andere houtgewassen of het verrichten van werkzaamheden welke de dood of ernstige beschadiging van houtgewas ten gevolge kunnen hebben, behoudens bij wijze van verzorging;
-
e. het scheuren van graslanden, het omzetten van grasland naar bouwland, uitsluitend indien sprake is van een waardevolle grasvegetatie;
-
f. het bemalen of draineren van gronden en het winnen van water of het anderszins verlagen van de grondwaterstand;
-
g. het aanbrengen en/of aanleggen van oeverbeschoeiïngen, kaden, aanleg- en ligplaatsen of vlonders;
-
h. het aanleggen, verdiepen, verbreden en dempen van sloten, watergangen en overige waterpartijen.
13.4.2 Uitzondering
Het in
13.4.1
vervatte verbod is niet van toepassing op de volgende werken, geen bouwwerk zijnde:
-
a. werken en werkzaamheden in het kader van het normale beheer en onderhoud;
-
b. werken en werkzaamheden, waarmee rechtens is of mag worden begonnen ten tijde van de inwerkingtreding van het plan;
-
c. werken en werkzaamheden die worden uitgevoerd ter ontwikkeling van landschaps- en natuurwaarden.
13.4.3 Afwegingskader
Uitvoering van de genoemde werken en/of werkzaamheden is in strijd met de bestemming, indien daardoor dan wel door de daarvan (direct of indirect) te verwachten gevolgen een onevenredige aantasting van de waarden van deze gronden kan plaatsvinden.
13.5 Uitsluiting omgevingsvergunning tijdelijke afwijking
In verband met het belang ter bescherming waarvan deze bestemming is opgenomen is het verlenen van een omgevingsvergunning waarmee tijdelijk van het bestemmingsplan wordt afgeweken niet toegestaan.
13.6 Wijzigingsbevoegdheid
Burgemeester en wethouders kunnen het plan wijzigen ten behoeve van het voortzetten van de delfstoffenwinning ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van bedrijf -
delfstoffenwinning' na 31-12-2013, met dien verstande dat:
-
a. bij toepassing van de wijzigingsbevoegdheid een evenredige belangenafweging dient plaats te vinden als bedoeld in 42.2
Afwegingskader wijziging;
-
b. de voor de activiteiten benodigde vergunning is verkregen.