direct naar inhoud van Artikel 7 Bedrijf - 2
Plan: Buitengebied Gennep
Status: vastgesteld
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.0907.BP10001ALGBUI-VA01

Artikel 7 Bedrijf - 2

7.1 Bestemmingsomschrijving

De voor 'Bedrijf - 2' aangewezen gronden zijn bestemd voor:

  • a. de volgende typen van bedrijven op onderstaande adressen:
    Adres   Toegestane type bedrijvigheid  
    Driekronenstraat 1, 4, 6, Milsbeek   Composteerbedrijf  
    Rijksweg 4, 4a, 6, Milsbeek   Goederenwegvervoerbedrijf  
    Rijksweg 7, Milsbeek   Aardewerkfabriek  
    Rijksweg 10, Milsbeek   Reclamebureau  
    Rijksweg 12, Milsbeek   Vervaardiging van zonweringen, rolluiken en raamkozijnen  
  • b. bos- en/of natuurelementen;
  • c. landschappelijke inpassing en/of erfbeplanting;
  • d. voorzieningen ten behoeve van de waterhuishouding, waaronder begrepen voorzieningen ten behoeve van het vasthouden, bergen, aan- en afvoeren van water, waaronder bergbezinkbassins en niet zijnde voorzieningen ten behoeve van ijsbanen of siervijvers;

met daarbij behorende gebouwen, bouwwerken, geen gebouwen zijnde, erven, terreinen, groen- en parkeervoorzieningen, met dien verstande dat:

  • e. detailhandel niet is toegestaan:
  • f. inrichtingen als bedoeld in artikel 41 van de Wet geluidhinder niet zijn toegestaan;
  • g. risicovolle inrichtingen niet zijn toegestaan.

7.2 Bouwregels

Op de voor ' Bedrijf - 2' aangewezen gronden mogen uitsluitend bouwwerken ten dienste van de bestemming worden gebouwd.

7.2.1 Gebouwen

Voor een gebouw gelden de volgende regels:

  • a. het bebouwingspercentage van het bouwperceel mag niet meer dan 80% bedragen;
  • b. de bouwhoogte mag niet meer dan 15 m bedragen;
  • c. de afstand tot de weg mag niet minder dan 10 bedragen;
  • d. de afstand tot de zijdelingse perceelgrens mag niet minder dan 5 m bedragen.

7.2.2 Bedrijfswoningen

Voor een bedrijfswoning gelden in afwijking van het bepaalde in 7.2.1 de volgende regels:

  • a. per bestemmingsvlak mag niet meer dan 1 bedrijfswoning worden gebouwd, met dien verstande dat ter plaatse van de aanduiding 'aantal bedrijfswoningen' het aantal bedrijfswoningen niet meer mag bedragen dan het op de verbeelding aangegeven aantal, waarbij voor het getal 0 geldt dat geen bedrijfswoning is toegestaan;
  • b. de inhoud mag niet meer dan 800 m3 bedragen, tenzij de bestaande inhoud groter is, in welk geval de bestaande inhoud als maximum geldt;
  • c. de goothoogte mag niet meer bedragen dan 6 m, tenzij de bestaande goothoogte hoger is, in welk geval de bestaande goothoogte als maximum geldt voor dat gebouw en voor uitbreidingen van dat gebouw;
  • d. de bouwhoogte mag niet meer bedragen dan 12 m, tenzij de bestaande bouwhoogte hoger is, in welk geval de bestaande bouwhoogte als maximum geldt voor dat gebouw en voor uitbreidingen van dat gebouw;
  • e. kelders mogen uitsluitend worden gerealiseerd loodrecht onder het hoofdgebouw tot een diepte van niet meer dan 4 m.

7.2.3 Bouwwerken, geen gebouwen zijnde

Voor een bouwwerk, geen gebouw zijnde gelden de volgende regels:

  • a. de bouwhoogte van erf- en terreinafscheidingen mag niet meer dan 4 m bedragen;
  • b. de bouwhoogte van bedrijfsinstallaties en lichtmasten mag niet meer dan 8 m bedragen;
  • c. in overige gevallen mag de bouwhoogte niet meer dan 2 m bedragen.

7.3 Afwijken van de bouwregels
7.3.1 Omgevingsvergunning

Het bevoegd gezag kan door middel van een omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in

  • a. 7.2.1 onder c ten behoeve van uitbreiding van de toegestane oppervlakte met maximaal 10%.
  • b. 7.2.2 onder b ten behoeve van een vergroting van de inhoud van de bedrijfswoning met maximaal 10%;
  • c. 7.2.2 onder a ten behoeve van de herbouw van een bedrijfswoning na sloop van een bedrijfswoning binnen hetzelfde bestemmingsvlak, met dien verstande dat de afstand tot de weg niet minder dan 5m mag bedragen.
7.3.2 Afwegingskader

Bij toepassing van de afwijkingsbevoegdheid vindt een evenredige belangenafweging plaats als bedoeld in 41.2 Afwegingskader afwijkingsbevoegdheid .

7.4 Specifieke gebruiksregels

Tot een met het bestemmingsplan strijdig gebruik wordt in ieder geval gerekend:

  • a. het bewonen van (bijbehorende bouwwerken bij) een bedrijfsgebouw dan wel (bij) een bedrijfswoning ten behoeve van een tweede huishouden;
  • b. buitenopslag en buitenstalling van goederen.
7.5 Afwijken van de gebruiksregels
7.5.1 Omgevingsvergunning

Het bevoegd gezag kan door middel van een omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in:

  • a. 7.1 juncto 7.4 onder a ten behoeve van het gebruik van een deel van de bedrijfswoning of de daarbij behorende bedrijfsgebouwen als afhankelijke woonruimte, met dien verstande dat:
    • 1. dient te worden aangetoond dat een dergelijke bewoning noodzakelijk is vanuit het oogpunt van mantelzorg, waarbij geldt dat deze noodzaak niet behoeft te worden aangetoond wanneer de zorgbehoevende de leeftijd van 65 jaar heeft bereikt;
    • 2. op het perceel al een woning aanwezig is;
    • 3. er geen onevenredige aantasting plaatsvindt van in het geding zijnde belangen waaronder die van omwonenden en bedrijven;
    • 4. per woning maximaal één omgevingsvergunning ten behoeve van inwoning voor mantelzorg mag worden verleend;
    • 5. inwoning in beginsel dient plaats te vinden bij, in of direct aansluitend aan de woning, waarbij de afhankelijke woonruimte een onderlinge verbinding met de woning dient te hebben, het gebruik van een vrijstaand bedrijfsgebouw als afhankelijke woonruimte uitsluitend is toegestaan indien realisering van de inwoning in of aan het hoofdgebouw voor de inwoner of andere bewoner(s) onredelijk bezwarend is;
    • 6. maximaal 75 m² van hoofdgebouw en/of de bedrijfsgebouwen mag worden gebruikt ten behoeve van de inwoning;
    • 7. het gebruik dient te worden beëindigd, zodra de noodzaak van mantelzorg niet meer aan de orde is.
7.5.2 Afwegingskader

Bij toepassing van de afwijkingsbevoegdheid vindt een evenredige belangenafweging plaats als bedoeld in 41.2 Afwegingskader afwijkingsbevoegdheid .

7.6 Wijzigingsbevoegdheid
7.6.1 Wijziging

Burgemeester en wethouders kunnen het plan wijzigen:

  • a. ten behoeve van bedrijfsactiviteiten als genoemd in Bijlage 1 Lijst bedrijfsactiviteiten, met dien verstande dat:
    • 1. de activiteiten moeten passen binnen de kaders zoals opgenomen in 42.3 Afwegingskader Kwaliteitsmenu ;
    • 2. de activiteiten niet mogen leiden tot een beperking van de ontwikkelingsmogelijkheden van nabijgelegen agrarische bedrijven;
    • 3. landschappelijke inpassing is verzekerd, waarbij sprake dient te zijn van een ruimtelijke kwaliteitsverbetering welke zal worden beoordeeld op basis van een door initiatiefnemer in te dienen bedrijfsplan;
    • 4. geen onevenredige aantasting mag plaatsvinden van de verkeersveiligheid;
    • 5. geen onevenredige aantasting mag plaatsvinden van de bouw- en gebruiksmogelijkheden van nabijgelegen gronden;
7.6.2 Afwegingskader

Bij toepassing van de wijzigingsbevoegdheid vindt een evenredige belangenafweging plaats als bedoeld in 42.2 Afwegingskader wijziging .