direct naar inhoud van Artikel 7 Groen
Plan: Nieuw Bergen
Status: vastgesteld
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.0893.BP11004NBGNBG-VA01

Artikel 7 Groen

7.1 Bestemmingsomschrijving

De voor 'Groen' aangewezen gronden zijn bestemd voor:

  • a. groenvoorzieningen;
  • b. voorzieningen van algemeen nut;
  • c. evenementen;
  • d. een voorziening van algemeen nut ter plaatse van de aanduiding "nutsvoorziening";
  • e. een waterberging ter plaatse van de aanduiding "waterberging";
  • f. een zendmast ter plaatse van de aanduiding "zend-/ontvangstinstallatie";
  • g. waterhuishoudkundige voorzieningen, waterlopen en waterpartijen, alsmede (ondergrondse) waterbergings- en infiltratievoorzieningen;
  • h. bermen en beplanting;
  • i. paden;
  • j. bestaande erfontsluitingen;
  • k. ter plaatse van de aanduiding 'ontsluiting' voor een nieuwe erfontsluiting;
  • l. ter plaatse van de aanduiding 'monumentale boom', voor waardevolle bomen;
  • m. speelvoorzieningen;
  • n. jongerenontmoetingsplaatsen;
  • o. kunstwerken;
  • p. bouwwerken, geen gebouwen zijnde.

7.2 Bouwregels
7.2.1 Gebouwen

Voor het bouwen van gebouwen gelden de volgende bepalingen:

  • a. op of in deze gronden mogen uitsluitend ten behoeve van voorzieningen van algemeen nut en jongerenontmoetingsplaatsen worden gebouwd;
  • b. de maximale bouwhoogte bedraagt 3 meter, tenzij door middel van de aanduiding 'maximale bouwhoogte' een andere bouwhoogte is aangegeven;
  • c. de maximale oppervlakte van voorzieningen van algemeen nut bedraagt 15 m² en van jongerenontmoetingsplaatsen 30 m²;

7.2.2 Bouwwerken, geen gebouwen zijnde

Voor het bouwen van bouwwerken, geen gebouwen zijnde, gelden de volgende bepalingen:

  • a. de bouwhoogte van erf- en terreinafscheidingen mag maximaal 2 meter bedragen, met dien verstande dat de hoogte voor erf- en terreinafscheidingen vóór de naar de weg gekeerde bouwgrens maximaal 1 meter mag bedragen;
  • b. overkappingen zijn niet toegestaan;
  • c. de bouwhoogte van overige bouwwerken, geen gebouwen zijnde, mag niet meer dan 2,5 meter bedragen.
  • d. in afwijking van het bepaalde onder c mag de bouwhoogte van lichtmasten en verlichtingsarmaturen maximaal 6 meter bedragen.

7.3 Nadere eisen

Burgemeester en wethouders kunnen nadere eisen stellen aan de plaats en de afmetingen van de bebouwing:

  • a. ter voorkoming van onevenredige aantasting van de gebruiksmogelijkheden en het woon- en leefklimaat van aangrenzende gronden en bouwwerken;
  • b. ter waarborging van de stedenbouwkundige kwaliteit en beeldkwaliteit van de naaste omgeving;
  • c. ter waarborging van de verkeersveiligheid;
  • d. ter waarborging van de sociale veiligheid;
  • e. ter waarborging van de brandveiligheid en rampenbestrijding.

7.4 Specifieke gebruiksregels

Tot een strijdig gebruik van gronden en bouwwerken, wordt in elk geval gerekend het gebruik voor:

  • a. het opslaan van onbruikbare of althans aan hun oorspronkelijke gebruik onttrokken voorwerpen, goederen, stoffen en materialen en van emballage en/of afval, behoudens voor zover zulks noodzakelijk is in verband met het op bestemming gerichte gebruik van de grond;
  • b. het opslaan, opgeslagen houden, storten of lozen van vaste of vloeibare afvalstoffen behoudens voor zover zulks noodzakelijk is in verband met het op de bestemming gerichte gebruik van de grond.

7.5 Omgevingsvergunning voor het uitvoeren van werk, geen bouwwerk zijnde, of van werkzaamheden
7.5.1 Verbod

Het is verboden om op of in de gronden met de bestemming Groen zonder of in afwijking van een schriftelijke vergunning van burgemeester en wethouders (omgevingsvergunning) de volgende werken, geen bouwwerken zijnde, of werkzaamheden uit te voeren, te doen of laten uitvoeren:

  • a. het vellen en/of rooien van bomen ter plaatse van de aanduiding 'monumentale boom' of het verrichten van werkzaamheden, welke de dood of de ernstige beschadiging van deze bomen ten gevolge kunnen hebben.

7.5.2 Uitzonderingen

Het verbod als bedoeld in 7.5.1 geldt niet:

  • a. voor werken, geen gebouwen zijnde, of werkzaamheden, welke het normale onderhoud betreffen;
  • b. voor werken of werkzaamheden van ondergeschikte betekenis;
  • c. voor werken, geen bouwwerken zijnde, of werkzaamheden welke op het tijdstip waarop het plan rechtskracht verkrijgt, in uitvoering zijn dan wel krachtens een voor dat tijdstip aangevraagde vergunning kunnen worden uitgevoerd;
  • d. voor het vellen of rooien bij wijze van verzorging van de aanwezige houtopstanden.

7.5.3 Toelaatbaarheid

Voor zover het bepaalde onder 7.5.2 niet van toepassing is, zijn de werken of werkzaamheden als bedoeld in 7.5.1 slechts toelaatbaar, indien door die werken of werkzaamheden, dan wel door de daarvan hetzij direct, hetzij indirect te verwachten gevolgen voor de in 7.1 sub k genoemde waarden niet onevenredig (kunnen) worden aangetast.