de instandhouding en/ of herontwikkeling van een landgoed als integrale beheerseenheid van de voorkomende uit cultuurhistorisch oogpunt waardevolle karakteristieke bebouwing, paden-, lanen- en groenstructuur en waterpartijen;
de instandhouding alsmede ontwikkeling van de aldaar voorkomende danwel daaraan eigen landschaps- en natuurwaarden, waaronder begrepen geomorfologische, bodemkundige, landschapsvisuele, ecologische en biologische waarden;
dagrecreatief medegebruik.
Voor zover de gronden tevens zijn gelegen binnen de andere aangewezen dubbelbestemmingen en (gebieds)aanduidingen zijn mede de desbetreffende regels van toepassing met inachtneming van de voorrangsregels uit artikel 42
31.2 Bouwregels
31.2.1 Gebouwen
Naast het bepaalde bij de bouwregels van andere bestemmingen binnen deze dubbelbestemming mogen tevens gebouwen ten dienste van het beheer van het landgoed worden opgericht, mits:
de gezamenlijke oppervlakte van gebouwen per landgoed bedraagt maximaal 400 m²;
de goothoogte bedraagt maximaal 4 m;
de bouwhoogte bedraagt maximaal 8 m.
31.2.2 Bouwwerken, geen gebouwen zijnde
Voor het bouwen van bouwwerken geen gebouwen zijnde ten dienste van het landgoed gelden de volgende regels:
de bouwhoogte van erfafscheidingen bedraagt maximaal 2 m;
de bouwhoogte van een uitkijktoren bedraagt maximaal 15 m;
de bouwhoogte van overige bouwwerken bedraagt maximaal 10 m.
31.3 Specifieke gebruiksregels
31.3.1 Gebruiksregels
Naast het bepaalde bij de bestemmingsomschrijving van andere bestemmingen binnen deze dubbelbestemming zijn de volgende vormen van gebruik niet strijdig met die genoemde bestemmingsomschrijvingen:
dagrecreatie;
museum;
theehuis/theeschenkerij;
extensief agrarisch gebruik, zoals beweiding.
31.3.2 Strijdig gebruik
In ieder geval geldt als strijdig met de bestemming gebruik van gronden voor:
de uitoefening van enige vorm van verblijfsrecreatie, handel, nijverheid en/ of dienstverlening;
het opslaan, storten of bergen van materialen, producten en mest;
als standplaats voor onderkomen, waaronder zijn begrepen (sta)caravans;
voor het plaatsen, het doen plaatsen van wagens, geschikt en bestemd voor de uitoefening van handel;
voor het ten verkoop opslaan van landbouwwerktuigen, motorrijtuigen en aanhangwagens, of onderdelen daarvan;
beroeps- en bedrijfsmatige activiteiten aan huis;
het gebruik van bijbehorend bouwwerken als zelfstandige woning en/ of afhankelijke woonruimte.
31.4 Afwijken van de gebruiksregels
Bij een omgevingsvergunning kan worden afgeweken van het bepaalde in artikel 31 lid 3.2 sub a en het bepaalde in de bijbehorende artikelen die van toepassing zijn bij de onderliggende enkelbestemmingen, teneinde verblijfsrecreatie mogelijk te maken, met dien verstande dat:
het afwijkend gebruik is noodzakelijk om de cultuurhistorische waarden van het landgoed in stand te houden;
het afwijkende gebruik is inpasbaar in de functioneel en cultuurhistorisch samenhangende karakteristiek van het landgoed;
het afwijkende gebruik vindt plaats binnen bestaande gebouwen en voor maximaal 400 m2;
de verkeersaantrekkende werking ten opzichte van de omgeving niet onevenredig wordt vergroot;
het afwijkende gebruik is milieuhygiënisch aanvaardbaar;
de aanwezige cultuurhistorische, landschappelijke of natuurlijke waarden niet onevenredig worden aangepast;
er is geen sprake van horeca, met uitzondering van het verstrekken van (logies en) ontbijt.