direct naar inhoud van 5.4 Waterparagraaf
Plan: Waalre-Noord (gebied Heistraat Noord en Bosvilla's)
Status: vastgesteld
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.0866.BP00158-0301

5.4 Waterparagraaf

Het is wettelijk verplicht om in het kader van het Besluit op de Ruimtelijke Ordening (Bro) een watertoets te verrichten. De watertoets is het hele proces van vroegtijdig informeren, adviseren, afwegen en uiteindelijk beoordelen van de waterhuishoudkundige aspecten in ruimtelijke plannen en besluiten. Als onderdeel hiervan dienen eventuele mitigerende en compenserende maatregelen schetsmatig te worden uitgewerkt. Bovendien wordt een ruimteclaim bepaald van eventuele waterhuishoudkundige maatregelen. De waterhuishouding binnen de gebieden is afgestemd tussen het waterschap De Dommel en de gemeente Waalre.

Voor de locatie is een duurzaam watersysteem uitgewerkt (Waterparagraaf Waalre-Noord Heistraat-Noord en Bosvilla's, Heistraat-Zuid (ontwikkelingsfase 1b), Grontmij, doc.nr. 307008.ehv.413.R001, d.d. 18 juli 2011). Onderhavig bestemmingsplan heeft betrekking op een tweetal van de drie onderzochte deelgebieden in het rapport. Het betreft de hieronder geel en blauw weergegeven gebieden.

afbeelding "i_NL.IMRO.0866.BP00158-0301_0012.png"

Figuur 8: onderscheiden deelgebieden in waterparagraaf

De toepassing van een duurzaam watersysteem betekent dat de afvoer van 'schoon hemelwater' en 'vuil' huishoudelijk afvalwater via gescheiden systemen plaatsvindt. Het vuilwater afkomstig van de woningen zal via een droogweerafvoer (dwa) riolering worden verzameld en geloosd in het bestaande rioleringsysteem van de gemeente Waalre. Het afstromende hemelwater wordt binnen het plangebied door middel van berging en infiltratie verwerkt. Achtereenvolgens worden het schoon hemelwatersysteem, het vuilwatersysteem en de ontwatering binnen het plangebied nader toegelicht.

Het hemelwater dat valt ter plaatse van de daken en verhardingen wordt verzameld en lokaal geïnfiltreerd of gedeeltelijk getransporteerd naar de ten noorden van het plangebied gelegen waterplas De Meeris. Deze plas wordt in de huidige situatie gevoed door het grondwater en staat niet in verbinding met het regionale oppervlaktewaterstelsel. Vanuit de plas zal het hemelwater derhalve infiltreren naar het diepere grondwater en niet afgevoerd worden. Kortom, het hemelwater wordt in alle gevallen geïnfiltreerd.

De dimensionering van de hemelwaterberging voor de drie deelgebieden (waarbij Heistraat-Zuid geen onderdeel uitmaakt van dit bestemmingsplan) ziet er als volgt uit:

afbeelding "i_NL.IMRO.0866.BP00158-0301_0013.png"

Het waterschap heeft aangegeven in te kunnen stemmen met het watersysteem voor de deelgebieden Heistraat-Noord, Bosvilla’s en Heistraat-Zuid. Bij de verdere planontwikkeling en detailuitwerking dient het waterschap nauw betrokken te blijven. Van belang bij de verdere detailuitwerking van het watersysteem is een toetsing onder zeer extreme situaties. In het geval van een bui met een herhalingstijd van 1 keer per 100 jaar + 10% mag geen wateroverlast in de woningen ontstaan. Geadviseerd wordt in de besteksuitwerkingsfase een hydrologische modellering uit te voeren ter controle op wateroverlast in dergelijke zeer extreme situaties.

Uitgangspunt is dat het vuilwatersysteem wordt aangesloten op het bestaande vuilwatersysteem van de gemeente Waalre. Het vuilwater afkomstig van de woningen zal via een droogweerafvoer (dwa) riolering worden verzameld en worden geloosd in het bestaande rioleringsysteem.

Om water- en/of vochtoverlast ter plaatse van het gebied (woningen en infrastructuur) te voorkomen is een minimale ontwatering van 0,7 m –mv (20,6 m +NAP) boven de hoogst voorkomende grondwaterstanden (GHG = 19,9 m + NAP) noodzakelijk. Ter plaatse van de tuinen kan worden volstaan met een ontwateringsniveau van 0,5 m –mv (20,4 m + NAP).

Op grond van de optredende hoogste grondwaterstanden wordt, op basis van de huidige gegevens, overal binnen het plangebied voldaan aan de minimale ontwateringseisen en kan ophoging achterwege blijven.

Bij het bepalen van de aanleghoogten van de woningen en tuinen moet rekening worden gehouden met de bestaande maaiveldhoogten van het omliggende gebied. Hierbij dient met name gelet te worden op het ontstaan van knelpunten ten aanzien van de afwatering van de aan het plangebied aangrenzende percelen.