direct naar inhoud van Artikel 4 Bedrijf
Plan: Voorburg en omgeving
Status: onherroepelijk
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.0865.vghBPvoorburgeo-OH01

Artikel 4 Bedrijf

4.1 Bestemmingsomschrijving

De voor 'Bedrijf' aangewezen gronden zijn bestemd voor:

  • a. bedrijven in de milieucategorieën 1 tot en met 3 zoals genoemd in de bij deze regels als bijlage 2 behorende Lijst van bedrijfsactiviteiten met uitzondering van milieuzoneringsplichtige inrichtingen en/of nieuwe Bevi-inrichtingen;
  • b. ter plaatse van de aanduiding 'bedrijfswoning', tevens wonen in de bedrijfswoning;
  • c. ter plaatse van de aanduiding ‘detailhandel grootschalig', grootschalige detailhandel;
  • d. ter plaatse van de aanduiding 'detailhandel volumineus’, een detailhandel in volumineuze goederen;
  • e. ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van bedrijf - 1', een verhuisbedrijf inclusief de verhuur van opslagruimtes;
  • f. specifieke vorm van bedrijf ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van bedrijf - 2': een bedrijfsverzamelgebouw ten behoeve van bedrijven in de categorieën 1 t/m 3.1, voor zover opgenomen in de lijst van bedrijfstypen die bijlage vormt bij deze regels, en met inachtneming van de volgende regels:
    • 1. het bedrijfsvloeroppervlak van een categorie 1-bedrijf mag niet minder bedragen dan 150 m2 bvo en indien het zakelijke dienstverlening betreft tevens niet meer dan 350 m2 bvo;
    • 2. het bedrijfsvloeroppervlak van een categorie 3.1-bedrijf mag niet meer bedragen dan 1.000 m2 bvo;
  • g. ter plaatse van de aanduiding ‘specifieke vorm van detailhandel – bouwmarkt’, een bouwmarkt;
  • h. ter plaatse van de aanduiding ‘specifieke vorm van detailhandel – kringloopwinkel’, een kringloopwinkel;
  • i. ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van leiding - lpg', tevens een lpg-leiding;
  • j. aan de hoofdfunctie ondergeschikte verkeers- en groenvoorzieningen, water, waterhuishoudkundige voorzieningen, tuinen, erven en terreinen.

4.2 Bouwregels
4.2.1 Algemeen
  • a. Bestaande bebouwing welke in overeenstemming is met de bestemming volgens dit plan, maar ten tijde van de ter inzage legging van dit plan afwijkt van één of meer bouwregels, wordt geacht aan het plan te voldoen. In dit geval mag de bestaande bebouwing worden gehandhaafd maar niet worden vergroot.
  • b. Parkeervoorzieningen dienen in voldoende mate op eigen terrein te worden gerealiseerd overeenkomstig de normering van de gemeentelijke Parkeernota.

4.2.2 Gebouwen

Binnen deze bestemming mogen gebouwen worden gebouwd met inachtneming van de volgende regels:

  • a. Gebouwen mogen uitsluitend worden gebouwd binnen het bouwvlak.
  • b. Het bouwvlak mag volledig worden bebouwd, tenzij ter plaatse van de aanduiding ‘maximum bebouwingspercentage’ een afwijkend bebouwingspercentage is aangegeven.
  • c. De goothoogte mag maximaal 10 meter bedragen tenzij ter plaatse van de aanduiding ‘maximale goothoogte’ een afwijkende goothoogte is aangegeven.
  • d. De bouwhoogte mag maximaal 10 meter bedragen tenzij ter plaatse van de aanduiding ‘maximale bouwhoogte’ een afwijkende bouwhoogte is aangegeven.
  • e. In afwijking van het bepaalde onder a. mogen gebouwen van ondergeschikte aard, zoals een fietsenberging en dergelijke, buiten het bouwvlak worden opgericht tot een gezamenlijke oppervlakte van 50 m² per bouwperceel; de bouwhoogte van deze gebouwen mag niet meer bedragen dan 3 meter.

4.2.3 Bedrijfswoning

Ter plaatse van de aanduiding 'bedrijfswoning' gelden de volgende regels:

  • a. Er is maximaal één bedrijfswoning per bouwvlak toegestaan.
  • b. De bedrijfswoning dient ter plaatse van de aanduiding ‘bedrijfswoning’ te worden gebouwd.
  • c. De inhoud van een bedrijfswoning mag maximaal 600 m³ bedragen.
  • d. De goothoogte mag maximaal 7 meter bedragen.
  • e. De bouwhoogte mag maximaal 12 meter bedragen.

4.2.4 Voorzieningen van algemeen nut

Binnen deze bestemming mogen gebouwen ten behoeve van voorzieningen van algemeen nut worden gebouwd met inachtneming van de volgende regels:

  • a. De oppervlakte van een gebouw mag niet meer dan 25 m² bedragen.
  • b. De goot- en bouwhoogte van een nutsvoorziening mag niet meer dan 3,5 respectievelijk 5 meter bedragen.

4.2.5 Bouwwerken, geen gebouwen zijnde

Binnen deze bestemming mogen bouwwerken, geen gebouwen zijnde worden gebouwd met inachtneming van de volgende regels:

  • a. De hoogte van bouwwerken, geen gebouwen zijnde, mag niet meer dan 3 meter bedragen, met uitzondering van het bepaalde onder b.
  • b. De hoogte van erf- en terreinafscheidingen mag niet meer dan 2 meter bedragen.

4.3 Specifieke gebruiksregels

Tot een strijdig gebruik van gronden en bouwwerken wordt in elk geval gerekend het gebruik voor:

  • a. milieuzoneringsplichtige inrichtingen;
  • b. Bevi-inrichtingen;
  • c. detailhandel, behalve ter plaatse van de aanduidingen ‘detailhandel grootschalig’, ‘detailhandel volumineus’. ‘specifieke vorm van detailhandel – bouwmarkt ’ en ‘specifieke vorm van detailhandel – kringloopwinkel’;
  • d. een verkooppunt voor motorbrandstoffen (incl. LPG);
  • e. opslag van goederen en materialen anders dan in verband met het toegelaten gebruik;
  • f. opslag van goederen en materialen voor de naar de openbare weg gekeerde zijde van het bouwvlak;
  • g. wonen, behoudens ter plaatse van de aanduiding ‘bedrijfswoning’.

4.4 Afwijken van de gebruiksregels
4.4.1 Afwijking voor andere bedrijvigheid

Het bevoegd gezag kan met een omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in 4.1 ten behoeve van bedrijven die naar de aard en invloed op de omgeving, gelijk te stellen zijn met bedrijven die zijn genoemd in de bij deze regels behorende Lijst van Bedrijfsactiviteiten, mits het geen milieuzoneringsplichtige inrichtingen en/of Bevi-inrichtingen betreft.

4.4.2 Afwijking voor parkeervoorzieningen

Het bevoegd gezag kan met een omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in 4.2.1 onder b. mits:

  • a. de noodzakelijke parkeervoorzieningen op eigen terrein in onvoldoende mate kunnen worden gerealiseerd en op andere wijze in de parkeerbehoefte wordt voorzien;
  • b. de situering van de parkeerplaatsen het stedenbouwkundig beeld van de omgeving, de verkeersveiligheid en gebruiksmogelijkheden van aangrenzende gronden niet onevenredig aantast.