Plan: | Buitengebied De Voorste Stroom |
---|---|
Status: | onherroepelijk |
Plantype: | bestemmingsplan |
IMRO-idn: | NL.IMRO.0855.BSP2008029-e001 |
De indeling van dit bestemmingsplan is gebaseerd op de SVBP2008 (Standaard Vergelijkbare Bestemmingsplannen). Deze indeling wordt in deze paragraaf toegelicht.
Hoofdstuk 1 bevat de ´Inleidende regels´. Dit hoofdstuk omvat twee artikelen: een artikel met een aantal noodzakelijke begripsomschrijvingen en een artikel regelende de wijze van meten.
Hoofdstuk 2 bevat de ´Bestemmingsregels´. In dit hoofdstuk komen de verschillende bestemmingen met bijbehorende bouwregels en gebruiksregels aan bod. Bij sommige bestemmingen is daarnaast sprake van aanlegvergunningen.
In het plan komen de volgende bestemmingen voor:
Daarnaast zijn de volgende dubbelbestemmingen opgenomen:
Ook zijn de volgende gebiedsaanduidingen in het plan opgenomen:
Bestemmingsomschrijvingen
Om tot gebiedsbestemmingen te komen is gebruik gemaakt van provinciale beleidsmatige gegevens. Deze gegevens bestaan onder andere uit informatie uit de Interimstructuurvisie, Reconstructieplan, Cultuurhistorische waardenkaart (CHW) en de begrenzing van de EHS. Daarnaast is gekeken naar gemeentelijke informatie / plannen om de bestemmingsbepaling te completeren. Afhankelijk van de specifieke waarden in het gebied en de bron waaruit deze afkomstig zijn, is er een bestemming toegekend.
De waarden zijn opgesplitst aan de hand van de onderverdeling in de GHS-zonering en uit andere bronnen beschikbare landschappelijke waarden. De nadruk op de GHS-zonering volgt uit het provinciale vestigingsbeleid dat hieraan gekoppeld is en zijn doorvertaling behoeft naar het bestemmingsplan.
Gebiedsbestemmingen | |||
Hoofdzonering | (Sub)zonering Streekplan/Interimstructuurvisie c.a. | Bestemming | |
Streekplan en cultuurhistorische waardenkaart (N-Br) | |||
AHS - Landbouw | A (Agrarisch) | ||
AHS - Landbouw | AW-1 | ||
AHS - Landschap | AW-2 | ||
Leefgebied dassen | |||
RNLE - Landschapsdeel | |||
Waterpotentiegebied | |||
GHS-Landbouw | AW-3 | ||
Leefgebied kwetsbare soorten | |||
Leefgebied struweelvogels | |||
Leefgebied weidevogels | |||
Natuurontwikkelingsgebied | |||
GHS-Natuur | Natuurparel | AW-4 | |
Overig bos- en natuurgebied | |||
GHS-Natuur | Natuurparel | Bo | |
Overig bos- en natuurgebied | (Bos) | ||
GHS-Natuur | Natuurparel | N | |
Overig bos- en natuurgebied | (Natuur) | ||
Indicatieve Archeologische Waarden | Hoog of middelhoog | Dubbelbestemming Waarde - Archeologie | |
GHS-Natuur | ecologische verbindingszone | Dubbelbestemming Waarde - Ecologie | |
Bestemming:
Agrarisch
Het noordelijk gedeelte van plangebied is op de verbeelding van de paraplunota aangeduid als AHS-overig. Alle agrarische gronden in het plangebied liggen binnen deze zonering. Er zijn op deze agrarische gronden, vanuit provinciaal oogpunt bezien, geen benoemenswaardige landschaps- en/ of natuurwaarden aanwezig. Voor dit gedeelte van het bestemmingsplan is daarom de bestemming "Agrarisch" opgenomen.
Regeling
De bestemmingsomschrijving staat agrarische activiteiten, in de vorm van agrarische bodemexploitatie met bijbehorende voorzieningen toe. Daarnaast zijn wegen en paden, water en waterhuishoudkundige voorzieningen en extensief recreatief medegebruik toegestaan. Specifieke functies op percelen zijn al dan niet met een aanduiding op de verbeelding aangegeven of uitgesloten.
Tijdelijke teeltondersteunende voorzieningen zijn toegestaan. Daarnaast hebben burgemeester en wethouders een aantal wijzigingsbevoegdheden in de regels in opgenomen.
Agrarisch-Agrarisch Bedrijf
Deze bestemming is toegekend vanwege de overwegend agrarische functie van de gronden gelegen binnen deze bestemming. Een agrarische bedrijf is gericht op het voortbrengen van producten door middel van het telen van gewassen en/of het houden van vee op of met gebruikmaking van de open grond daaronder niet begrepen bosbouw. Per bestemmingsvlak is één grondgebonden agrarisch bedrijf toegestaan. Ook is één bedrijfswoning per bestemmingsvlak toegestaan tenzij op de verbeelding via de aanduiding 'maximum aantal bedrijfswoningen', een afwijkend aantal bedrijfswoningen wordt toegestaan. Naast de agrarische functie laat deze bestemming ook ondergeschikt extensief recreatief medegebruik en productiegebonden detailhandel tot 100m² toe. Het bepalen van de volwaardigheid is een separaat onderdeel bij het opstellen van het plan.
Regeling
De bestemmingsomschrijving staat agrarische bedrijfsuitoefening in de vorm van grondgebonden agrarische bedrijven toe. Daarnaast zijn bijbehorende en ondergeschikte wegen en paden, parkeerplaatsen, tuinen en erven, groen- en speelvoorzieningen, water en waterhuishoudkundige voorzieningen toegestaan. Het bebouwen van de gronden is uitsluitend toegestaan binnen het bestemmingsvlak. De bestemmingsregeling biedt burgemeester en wethouders een aantal ontheffings- en wijzigingsbevoegdheden. De bij de agrarische bedrijven aanwezige bestaande rijbakken voor paarden evenals bestaande landschapswaarden, zijn als aanduiding opgenomen binnen het bouwvlak.
Agrarisch met waarden-1 t/m 4
De gronden binnen deze bestemming zijn bestemd voor agrarische doeleinden, in de vorm van agrarische bodemexploitatie met bijbehorende voorzieningen. Afhankelijk van het landschappelijke, ecologische en geomorfologische belang zoals in het streekplan is opgenomen met als hoofdzonering Agrarische Hoofdstructuur en Groene Hoofdstructuur gelden de volgende specifieke bestemmingen:
Regeling
Naarmate de waarde van het bestemmingsgebied groter is, nemen de bebouwingsmogelijkheden af. Binnen de bestemming AW-1+2 zijn tijdelijke teeltondersteunende voorzieningen rechtstreeks toegestaan. Binnen de bestemming AW-3 zijn dergelijke voorzieningen slechts toegestaan met ontheffing. Binnen de bestemming AW-4 mag feitelijk niets gebouwd worden.
Bedrijf
Deze bestemming is toegekend vanwege de bestaande bedrijvigheid op deze gronden. Het betreft hier bedrijvigheid, anders dan agrarische bedrijvigheid ofwel niet-agrarische bedrijvigheid. In het plangebied komen een aantal niet agrarische bedrijven voor. De specifieke bedrijfsvoering is door middel van een aanduiding aangegeven.
Regeling
Naast de specifieke bedrijfsvoering zijn bedrijfswoningen toegestaan, mits op de verbeelding aangeduid. Voorts zijn ondergeschikte en bijbehorende paden, wegen en parkeervoorzieningen en water en waterhuishoudkundige voorzieningen toegestaan. Gebouwen zijn uitsluitend toegestaan binnen het aangegeven bouwvlak. Tevens is het maximale bebouwingspercentage opgenomen.
Voor het timmerwerkbedrijf aan de Oisterwijksebaan 6 wordt de bestaande situatie via een specifieke aanduiding op het perceel gelegaliseerd. De vestiging die in het verleden heeft plaatsgevonden is qua gebruik reeds vele jaren een bestaande situatie.
Aan de Moerenburgseweg (kadastraal bekend gemeente Tilburg V 00218) is reeds vele jaren een grondopslagbedrijf gevestigd. Ook dit bedrijf is met een specifieke aanduiding 'gronddepot' op de verbeelding weergegeven. Op dit perceel is geen bebouwing toegestaan en betreft alleen het afwijkend gebruik (bestemmingsvreemd) ten opzichte van het buitengebied.
Bos
Deze bestemming is van toepassing op de gronden waarop bos aanwezig is. Het betreft zowel multifunctionele bossen en grotere boscomplexen die onderdeel zijn van de ecologische hoofdstructuur (EHS) als kleine bosgebiedjes daarbuiten.
Middels deze bestemming wordt verzekerd dat de functies van het bos gehandhaafd blijven en/of zich verder kunnen ontwikkelen. Ook het behoud van met het bos samenhangende landschappelijke en/of natuurwaarden worden middels deze bestemming gewaarborgd. De bosgebieden zijn begrensd op basis van luchtfoto's, topografische gegevens en de bestaande bos- en natuurgebieden uit de EHS.
Regeling
Binnen deze bestemming worden de volgende doeleinden toegestaan: het behoud, herstel en/of ontwikkeling van het bos, het behoud, herstel en ontwikkeling van de landschappelijke en/of natuurwaarden, het behoud van (on-)verharde paden, wegen en parkeervoorzieningen, speel- en groenvoorzieningen voor zover ondergeschikt en bijbehorend, water en waterhuishoudkundige voorzieningen en extensief recreatief medegebruik. Op de gronden mogen uitsluitend bouwwerken ten behoeve van bos(beheer) en eenvoudige voorzieningen voor dagrecreatief medegebruik worden gebouwd. Via ontheffing is het bouwen van gebouwen ten behoeve van het beheer en onderhoud en het bouwen van een brandtoren uit oogpunt van brandpreventie en/of brandbestrijding mogelijk. Daarnaast is ter bescherming van de gronden en hun waarden een aanlegvergunningenstelsel opgenomen voor het uitvoeren van werken, geen bouwwerken zijnde.
In het plan is een regeling opgenomen voor wijziging van de bestemming ten behoeve van behoud en/of ontwikkeling van natuur en water. Het gaat hierbij om gebieden die in de toekomst worden verworven.
De bestaande ecologische verbindingszone die door het plangebied loopt heeft op de verbeelding de dubbelbestemming Waarde - Ecologie gekregen.
Groen
Deze bestemming betreft de bestaande groenelementen langs de Hoevensekanaaldijk, die uitsluitend een landschappelijke (groene) functie hebben.
De beeldbepalende bomen die onderdeel uitmaken van deze groenstrook zijn als landschapselement door middel van een aanduiding 'landschapswaarden' op de verbeelding opgenomen.
Regeling
De gronden zijn bestemd voor groenvoorzieningen, bijbehorende en ondergeschikte (on)verharde voorzieningen paden, wegen en parkeervoorzieningen en water en waterhuishoudkundige voorzieningen. Bouwwerken, geen gebouwen zijnde, zijn toegestaan voor zover deze ten dienste staan van de bestemming. Voor de beeldbepalende bomen die via een aanduiding 'landschapswaarden' zijn opgenomen, is een beschermende regeling in de regels opgenomen.
Horeca
De bestaande horeca voorziening aan de Oisterwijksebaan 15 is met een aparte bestemming op de verbeelding opgenomen. Verder is bij de voormalige rioolzuivering de aanduiding 'horeca' opgenomen gelet op de recreatieve functie die op dit perceel wordt gelegd.
Regeling
In de regels van het bestemmingplan is opgenomen dat het hoofdgebouw binnen het bouwvlak moeten worden opgericht waarbij tevens de bebouwingshoogte en bebouwingspercentage zijn aangegeven.
Maatschappelijk
Het bestaande Trappistenklooster aan de Eindhovensweg is in het bestemmingsplan opgenomen met een aanduiding religie binnen de bestemming 'Maatschappelijk'.
Regeling
Binnen deze bestemming zijn maatschappelijke voorzieningen toegestaan. Het bebouwen van de gronden is uitsluitend toegestaan binnen het bestemmingsvlak.
Natuur
Binnen de bestemming Natuur zijn geen bebouwingsmogelijkheden aanwezig en zijn de gronden uitsluitend bestemd voor de instandhouding en versterking van de landschappelijke waarde van een gebied en de natuurwaarde van een gebied. Verder zijn de gronden bestemd voor extensief recreatief medegebruik.
Regeling
Binnen deze bestemming kunnen bouwwerken, geen gebouw zijnde, worden gebouwd voorzover deze behoren bij en ondergeschikt zijn aan de functie behorende bij de bestemming.
Voor het uitvoeren van werken en werkzaamheden binnen de ze bestemming geldt een aanlegvergunningstelsel.
Recreatie
Deze bestemming is toegekend aan diverse percelen binnen het plangebied. Binnen het plangebied is de nadere aanduiding 'volkstuin' toegekend aan de percelen waar nu reeds bestaande volkstuinen gesitueerd zijn dan wel binnen het vigerende bestemmingsplan als zodanig zijn aangeduid. Ook de voormalige waterzuivering krijgt vanwege de recreatieve functie de bestemming 'Recreatie'. Op dit perceel zijn vanwege de recreatieve invulling nadere aanduidingen op het perceel gelegd.
Regeling
Gebouwen zijn uitsluitend toegestaan binnen het aangegeven bouwvlak. Tevens is het maximale bebouwingspercentage en de maximale goot- en bouwhoogte opgenomen.
Sport
Deze bestemming is toegekend aan de de voetbalvelden binnen het plangebied en aan de manege aan de Broekstraat 9.
Regeling
Gebouwen zijn uitsluitend toegestaan binnen het aangegeven bouwvlak. Tevens is het maximale bebouwingspercentage en de maximale goot- en bouwhoogte opgenomen.
Verkeer en Verkeer - Nationaal/Verkeer en verblijf/Railverkeer
Deze bestemming betreft de in het plangebied aanwezige nationale, interregionale, interlokale, lokale verharde wegen als ook de spoorwegen. Er is een onderverdeling gemaakt tussen de rijksweg en de overige wegen. De bescherming van de cultuurhistorische waarden van de onverharde wegen wordt in de betreffende gebiedsbestemming geregeld.
Regeling
Binnen deze bestemming zijn verkeersdoeleinden toegestaan. De gronden mogen niet met gebouwen worden bebouwd. Bestaande gebouwen zijn via een aanduiding op de verbeelding aangegeven. Bouwwerken, geen gebouwen zijnde, zijn toegestaan voor zover deze ten dienste staan van de verkeersdoeleinden.
Werken en activiteiten binnen de beheergrenzen van rijkswegen (en rijksvaarwegen) zijn vergunningplichtig in het kader van de Wet beheer rijkswaterstaatswerken (Wbr).
Water
Deze bestemming is toegekend aan het binnen het plangebied aanwezige open water. Het water is als zodanig bestemd en vervult vaak meerdere functies (waterberging, recreatie, natuur). De leggerwaterlopen en diverse grote plassen zijn opgenomen met de bestemming 'water'. Ter plaatse van waterlopen waar sprake is van een ecologische verbindingszone en de waterplas gelegen binnen de bestemming 'natuur', zijn geregeld via de dubbelbestemming Waarde - Ecologie.
Regeling
Binnen deze bestemming is water, ten behoeve van aanvoer en afvoer, zoals watergangen, waterlopen en waterpartijen, oevers en taluds toegestaan. Daarnaast is de bestemming gericht op het behoud van bijzondere waarden van de oevers en oeverbeplanting. Tot slot zijn groenvoorzieningen, voorzieningen voor verkeer en verblijf zoals bruggen en steigers en dergelijke en recreatief medegebruik toegestaan. Binnen de bestemming zijn alleen bouwwerken, geen gebouwen zijnde ten dienste van het water toegestaan.
Werken en activiteiten binnen de beheergrenzen van rijkswegen (en rijksvaarwegen) zijn vergunningplichtig in het kader van de Wet beheer rijkswaterstaatswerken (Wbr).
Wonen - Buitengebied
Deze bestemming heeft betrekking op de aanwezige burgerwoningen binnen het plangebied, niet zijnde (agrarische) bedrijfswoningen. Het betreft hier het kadastrale perceel waarop het hoofdgebouw en eventueel aangebouwde en/of vrijstaande bijgebouwen staan.
Regeling
Binnen deze bestemming zijn woondoeleinden toegestaan, alsmede aan huis verbonden beroepen of bedrijven. In de bebouwingsregeling is aangegeven op welke wijze de gronden mogen worden bebouwd. Per bouwperceel is één woning toegestaan. Indien zich meerdere woningen op het perceel bevinden is dit met een maatvoeringsaanduiding op de verbeelding weergegeven. De oppervlakte aan bijgebouwen groter dan de toegestane 75 m² valt onder het overgangsrecht, uitgezonderd voormalige agrarische bedrijfslocaties.
Nadere eisen en ontheffingen
Per bestemming heeft het college de bevoegdheid om met in achtneming van de daarvoor geldende procedures nadere eisen aan bouwplannen te stellen of ontheffing van de bouwregels te verlenen. De hiervoor geldende procedures worden in 39.1 beschreven. Voor het verlenen van ontheffingen gelden steeds een aantal voorwaarden. Deze worden in het betreffende lid opgesomd.
Specifieke gebruiksregels
Ten slotte worden per bestemming de regels omtrent het gebruik van bouwwerken en gronden gegeven, aangevuld met een aantal ontheffingsmogelijkheden wisselend per bestemming.
Wijzigingsbevoegdheid
Een aantal bestemmingsartikelen is facultatief aangevuld met een wijzigingsbevoegdheid voor bepaalde functies.
Dubbelbestemming:
Aan een dubbelbestemming bestaat behoefte, wanneer een bestemming onvoldoende recht doet aan de functies/gebruiksdoelen die op de betrokken gronden toelaatbaar (moeten) zijn of wanneer ruimtelijk relevante belangen veilig moeten worden gesteld die niet of onvoldoende met een bestemming kunnen worden gewaarborgd. In de bij de dubbelbestemming behorende planregels wordt de verhouding tussen de doeleinden (functies) van de bestemmingen aangegeven. Daarbij hebben de met de dubbelbestemming samenhangende belangen in beginsel voorrang op het belangen van de onderliggende bestemming. De specifieke kenmerken van dubbelbestemmingen brengen met zich mee dat deze bestemmingen doorgaans een relatief groot gebied beslaan en veelal op meerdere bestemmingen betrekking hebben.
Hierbij kan gedacht worden aan leidingzones, waardevolle gebieden en waterstaatsfuncties (conform Standaard Vergelijkbare Bestemmings Plannen 2008).
Waarde - Archeologie
Deze dubbelbestemming is toegekend aan de gronden die op grond van het archeologische onderzoek van Bilan (zie hoofdstuk 7) de aanduiding hoog/middelhoger archeologische verwachtingswaarde hebben.
Regeling
Aan deze dubbelbestemming is een aanlegvergunningenstelsel gekoppeld, waarmee archeologisch vooronderzoek verplicht wordt gesteld in het geval van werkzaamheden in de bodem met een gezamenlijke omvang groter dan 30 m² en dieper dan 50 cm beneden maaiveld. Indien op het betreffende perceel archeologisch onderzoek is uitgevoerd en er is niets aangetroffen zal in de toekomst geen nieuw onderzoek verplicht worden gesteld.
Waarde - Ecologie
De dubbelbestemming Waarde-ecologie is opgenomen voor gronden die bescherming behoeve van landschappelijke en/of natuurwaarden. Tevens wordt deze dubbelbestemming gelegd op gronden die dienen als ecologische verbindingszone.
Regeling
Aan deze dubbelbestemming is een aanlegvergunningstelsel gekoppeld waarbij het verboden is zonder vergunning van burgemeester en wethouders werken of werkzaamheden uit te voeren.
Waterstaat – Waterberging
Deze dubbelbestemming beschermt de waterbergende functie van gronden. Naast waterberging is gebruik voor andere doeleinden toegestaan.
Regeling
Voor het bouwen geldt dat in afwijking van hetgeen wordt bepaald door de onderliggende basisbestemming(en) binnen de weergegeven dubbelbestemming Waterstaat-Waterbergingsgebied begrepen gronden uitsluitend bouwwerken mogen worden opgericht ten behoeve van waterberging. Hierbij geldt dat de bouwhoogte niet meer dan 2 m mag bedragen. Van deze regel kan na concultatie van de waterbeheerder ontheffing worden verleend.
Waterstaat – Waterstaatkundige functie
Deze dubbelbestemming beschermt de waterstaatkundige functie van gronden. Naast de waterstaatkundige functie is gebruik voor andere doeleinden toegestaan.
Regeling
Voor het bouwen geldt dat in afwijking van hetgeen wordt bepaald door de onderliggende basisbestemming(en) binnen de weergegeven dubbelbestemming Waterstaat-Waterstaatkundige functie begrepen gronden uitsluitend bouwwerken mogen worden opgericht ten behoeve van waterberging. Hierbij geldt dat de bouwhoogte niet meer dan 2 m mag bedragen. Van deze regel kan na concultatie van de waterbeheerder ontheffing worden verleend.
Gebiedsaanduidingen:
Naast de opgemelde (dubbel)bestemmingen kent het plan diverse gebiedsaanduidingen. Indien een dubbelbestemming niet tot de mogelijkheden behoort en er - bijvoorbeeld op grond van sectorale regelgeving - toch aanleiding bestaat om extra mogelijkheden of beperkingen in het plan op te nemen, kan van gebiedsaanduidingen gebruik worden gemaakt. Een gebiedsaanduiding is een aanduiding die verwijst naar een gebied waarvoor bij de toepassing van het bestemmingsplan specifieke regels gelden of waar nadere afwegingen moeten worden gemaakt, hetzij ter beperking van de gebruiksmogelijkheden hetzij ter verruiming daarvan. Gebiedsaanduidingen overlappen meestal meerdere bestemmingen. Bij gebiedsaanduidingen gaat het veelal om zones en (deel)gebieden die aan sectorale regelgeving zijn ontleend. In alle gevallen gaan gebiedsaanduidingen vergezeld van een daarop betrekking hebbende regeling in de regels (Hoofdstuk 3).
Hoofdstuk 3 betreft de 'Algemene regels'. Dit hoofdstuk bevat regels die voor alle gronden van toepassing zijn, ten aanzien van de volgende aspecten:
Algemene juridische en stedenbouwkundige regels
Artikel 33 bevat algemene anti-dubbeltelregels ter voorkoming van onbedoeld gebruik van de regels.
Artikel 34 bevat een aantal algemene bouwregels die voor alle bestemmingsvlakken (tenzij elders in de regels uitgesloten) van toepassing zijn. Het gaat hierbij om de regeling met betrekking tot ondergrondse bebouwing en de verhouding tussen bouwvlakken en aanduidingen, de situering van de hoofdtoegang voor woningen, een regeling voor onbebouwde terreinen bij woningen en bij overige gebouwen, een regeling over de ruimte tussen gebouwen en een regeling voor het bouwen nabij monumentale en beeldbepalende bomen. Verder is opgenomen welke regels uit de Bouwverordening van toepassing zijn op het bestemmingsplan en de verwijzing naar de Monumentenwet 1988 en de Monumentenverordening ten aanzien van verbouwing van rijks c.q. gemeentelijke monumenten.
Algemene ontheffingsbevoegdheid
Een algemene ontheffingsbevoegdheid van burgemeester en wethouders in artikel 37 met betrekking tot geringe afwijkingen van de regels van het plan.
Algemene wijzigingsbevoegdheid
Een algemene wijzigingsbevoegdheid van burgemeester en wethouders in artikel 38, o.a. met betrekking tot reconstructie van oude complexgewijze bebouwing, schrappen van functieaanduidingen en uitwisseling van functieaanduidingen, het toelaten van diverse functies binnen de woonbestemming, wijziging van de bestemmingsgrenzen en het toelaten van utiliteitsvoorzieningen met een oppervlak groter dan 50 m2.
Algemene aanlegvergunningen
Algemene regels in artikel 40 over het toelaten van werkzaamheden waarvoor een aanlegvergunning vereist is bij monumentale en beeldbepalende bomen.
Algemene procedureregels
In artikel 39 worden de procedureregels bij het gebruik maken van ontheffingbevoegdheden en tot het stellen van nadere eisen gegeven.
Het laatste Hoofdstuk 4 bevat 'Overgangsrecht en slotregel'. Dit zijn algemene regels betrekking hebbend op het overgangsrecht. Bouwwerken welke op het moment van tervisielegging van het plan bestaan (of die kunnen worden opgericht volgens een voor dit tijdstip aangevraagde bouwvergunning) mogen blijven bestaan, ook al is er strijd met de bebouwingsregels. Tot slot een strafbaarheidsbepaling en de titel van het bestemmingsplan.