direct naar inhoud van 2.3 Functionele aspecten
Plan: Buitengebied West
Status: onherroepelijk
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.0855.BSP2008023-e001

2.3 Functionele aspecten

Het gebied heeft een overwegend agrarisch karakter. Binnen het plangebied liggen geen kernen, maar wel verspreide woningen. In totaal zijn er ca 47 adressen in het plangebied. Een tweetal beken stroomt door het plangebied: de Hultense Leij en de Groote Leij. Aan de zuidgrens van het plangebied ligt een zandwinplas: Wijckermeer. In het vigerende bestemmingsplan is goedkeuring onthouden aan de bestemming van deze zandwinplas. Centraal in het plangebied ligt een productiebos.

2.3.1 Natuur en bos

Algemeen

Natuur is binnen het plangebied aanwezig in de vorm van een bosgebied ten oosten van de Hultenseweg, ten noordoosten van de Wijckermeer. Dit bosgebied is in bestemmingsplan Noord-Westtangent, Natuurcompensatie, gedeelte A58-Bredaseweg bestemd als natuurcompensatie voor het gedeelte A58-Bredaseweg en wordt thans wederom weer meegenomen. Daarnaast bevindt zich in het noordwesten van het plangebied een klein hoekje van het bosgebied Het Blok. Dit maakte tot voor kort onderdeel uit van het bosgebied 'Het Blok' ten noordwesten van het plangebied. Door de aanleg van de Noordwesttangent is de eenheid met dit gebied doorbroken. De bosgebieden binnen het plangebied bestaan uit een mix van loof- en naaldhout.

Ecologische Hoofdstructuur

Binnen de grenzen van het bestemmingsplan Buitengebied West is in beperkte mate bos en natuur aanwezig, die onderdeel uitmaken van de Ecologische Hoofdstructuur.

Het betreft met name het Wijckermeer, een bosgebied aansluitend ten noordwesten daarvan en de ecologische verbindingszone van de Hultensche Leij. De EHS dient als natuur bestemd en beschermd te worden. De provincie Noord-Brabant heeft voor haar grondgebied de EHS gedetailleerd uitgewerkt in de natuurgebiedsplannen. Op basis van de kaarten uit deze natuurgebiedsplannen dient de bestemming van natuur in het bestemmingsplan te worden overgenomen.

Ecologische verbindingszones

In het plangebied is een tweetal ecologische verbindingszones (EVZ) voorzien en deels gerealiseerd, te weten de Hultensche Leij en de Groote Leij. Een deel van deze natte ecologische verbindingszones is binnen de plangrenzen van het bestemmingsplan gelegen. Deze gedeelten zijn nog niet gerealiseerd. Ook deze verbinding komt vanuit het provinciale beleid;

Ten behoeve van de realisatie van deze ecologische verbindingszones dient in het beheerbestemmingsplan de mogelijkheden open gehouden te worden. Voor de maten die nodig zijn voor het ruimtebeslag van de evz´s heeft in juli 2008 een overleg plaatsgevonden.

2.3.2 Landbouw

Binnen het plangebied zijn 9 agrarische bedrijven gevestigd. Binnen het plangebied bevinden zich circa 3 intensieve veehouderijen, 6 grondgebonden landbouwbedrijven en overige (agrarische) bedrijven. Deze onderverdeling wordt gemaakt in verband met het reconstructieplan De Meierij.

De productieomstandigheden zijn niet erg gunstig door de aanwezigheid van landschapselementen, de onregelmatige verkaveling en de veelal beperkte vochtbeschikbaarheid in de bodem. De situatie met betrekking tot de opvolging op het agrarisch bedrijf is in veel gevallen niet erg gunstig. In de nabije toekomst wordt verwacht dat nog meer agrarische bedrijven hun activiteiten zullen beëindigen.

2.3.3 Recreatie

Landschappelijk gezien is het gebied aantrekkelijk voor recreatief medegebruik. Het netwerk van verharde en onverharde paden biedt deze mogelijkheid. In het bosgebied zijn ook recreatieve routes aanwezig. In het oosten van het bosgebied ligt een manege. Naast de stalling van paarden is ook het huren van rijpaarden hier mogelijk. Vanaf deze manege kunnen ook huifkartochten worden gemaakt.

Bij de waterplas Wijckermeer zijn in principe geen mogelijkheden wat betreft recreatie. Binnen het plangebied is één recreatiewoning aanwezig aan Vosheining 2a.

2.3.4 Water

In het verleden zijn er plannen geweest om de zandwinplas Wijckermeer en omgeving in te richten als recreatiegebied. Vanwege planologische en milieutechnische bezwaren (stankcirkels) is dit niet gerealiseerd. Toch trekken het water en het zandstrand de nodige recreanten. Dit veroorzaakte parkeerproblemen en overlast in de omgeving. Inmiddels is de Tilburgse Waterleiding Maatschappij eigenaar van de plas geworden en is het recreatief gebruik beëindigd.

2.3.5 Infrastructuur

De A58 in het zuiden van het plangebied vormt een transportader van nationaal belang. Middenin het plangebied vormt de Hultensche weg een doorgaande weg. Overige wegen hebben enkel een lokale functie. Daarnaast liggen er wat betreft infrastructuur waterlopen (Hultensche Leij en Groote Leij) en een gasleiding door het plangebied.

De nieuw aan te leggen Noordwesttangent is buiten het plangebied gelegen. Deze weg gaat de A58 verbinden met de N282 en vormt hiermee op regionaal niveau een belangrijke verkeersader. Momenteel vindt aanleg van deze belangrijke doorgaande verbinding plaats. De Noordwesttangent valt deels samen met de westelijke gemeentegrens.

2.3.6 Groen, Kunstwerk

Aan de Burgemeester Letschertweg, bij de aansluiting met de Langenbergseweg (noord) nabij vliegbasis Gilze-Rijen, is een object voor beeldende kunst, een kunstwerk dus, geprojecteerd. Dit wegvak zal overigens vernoemd worden naar Burgemeester Ballings. Het kunstwerk overschrijdt de gemeentegrens van Tilburg en Gilze-Rijen en ligt voor ongeveer een derde deel op Tilburgs grondgebied. Het kunstwerk luistert naar de naam 'Hidden lives Tower' en betreft een 18 meter hoge toren (een 'landmark'), die een relatie legt tussen de Burgemeester Letschertweg en de ecologische wereld daar omheen. De toren, goed zichtbaar voor iedereen die de weg gebruikt, staat symbool voor de synergie tussen technisch en ecologisch denken. De toren heeft een complexe constructiemethode, zoals een vogel zijn nest bouwt, en hij bestaat uit niet van tevoren volledig afgeplande elementen en verbindingen. De constructiemethode is uniek, er worden geen werktekeningen gemaakt, maar er zijn werkregels: 1550 stalen buizen van vijf verschillende typen worden aan elkaar gekoppeld. Deze bouwwijze moet natuurlijk stabiel en sterk genoeg zijn. Een computerprogramma heeft verschillende torens gegenereerd en die zijn door een constructeur uitgerekend, elke uitkomst gaf een positief resultaat. De vorm is bepaald maar niet exact, tijdens de bouw van het volume van horizontaal naar verticaal kan er een afwijking plaatsvinden van maximaal 7%. Binnenin de toren zijn lichtbollen van verschillende grootte te zien die ieder een verschillende faunapassage representeren: bij de faunapassages wordt de gebruiksintensiteit gemeten en afgebeeld in de lichtsterkte van de bollen. De toren is geplaatst in een landelijk gebied op een kunstmatig aangelegde aarden wal met een sleuf in het midden zodat mensen het werk ook van dichtbij kunnen bekijken. De hoogte van de constructie en de sleuf zorgen ervoor dat het kunstwerk op twee verschillende waarnemingsniveaus impact heeft. De gronden, waarop de toren is geprojecteerd, zijn thans nog eigendom van het ministerie van Defensie, dat bereid is de gronden over te dragen. Gelet op de eigendomssituatie, alsmede de nabijheid van de vliegbasis Gilze-Rijen in relatie tot aard en bouwhoogte van de toren, is overleg gevoerd met het ministerie over tal van aspecten, zoals de invloed van het kunstwerk op radarapparatuur, obstakelvrije vlakken en de verlichting, die binnen het kunstwerk een centrale plaat inneemt. Het ministerie is van oordeel dat er "technisch gezien geen reden is om bezwaar aan te tekenen tegen de plaatsing". Het kunstwerk levert geen onveilige situatie op voor het vliegverkeer. De verstoring van de radar is miniem en het blijft buiten de obstakelvrije vlakken. Ten aanzien van de verlichting werd echter wel opgemerkt dat enige huiver bestond dat door de verlichting vliegers (met nachtzichtapparatuur) kunnen schrikken, waardoor de veiligheid in het geding zou kunnen komen. Dit mogelijke probleem wordt ondervangen door de bovenkant van de bollen te verduisteren. De lichten floepen niet aan en uit, maar zijn als het donker is aan en variëren in lichtsterkte afhankelijk van het verkeer in de faunapassages. Er wordt gewerkt met LED's en het gaat nooit om meer dan 12 W per bol. Voorts wordt in de uitvoeringsfase nauw samengewerkt met de sectie terreintechniek van het ministerie, om de exacte plaatsbepaling en inrichting van het grondgebied af te stemmen.

2.3.7 Overige functies

Naast de agrarische functie die vooral binnen het plangebied aanwezig is, zijn er ook nog andere bedrijven aanwezig. Het gaat om een aannemer, een transport- en fouragebedrijf, een hondentrainingsschool en loonwerkbedrijf.