direct naar inhoud van Artikel 6 Verkeer - Verblijf
Plan: Gezondheidscentrum en Woonpark Saal van Zwanenbergsingel Oss 2013
Status: vastgesteld
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.0828.BPgzcwoonparkoss-VG01

Artikel 6 Verkeer - Verblijf

6.1 Bestemmingsomschrijving

De voor 'Verkeer - Verblijf' aangewezen gronden zijn bestemd voor:

  • a. wegen en woonstraten met niet meer dan twee rijstroken;
  • b. erven, pleinen en paden;
  • c. uitsluitend de aanleg en instandhouding van parkeervoorzieningen ter plaatse van de aanduiding 'parkeerterrein';
  • d. parkeervoorzieningen;
  • e. overdekte stalling van motorvoertuigen;
  • f. nutsvoorzieningen;
  • g. groenvoorzieningen;
  • h. speel- en verblijfsvoorzieningen en beeldende kunst;
  • i. terrein voor markten, standplaatsen en evenementen;
  • j. voorzieningen ten behoeve van afvalinzameling en openbaar vervoer;
  • k. water en waterhuishoudkundige voorzieningen;
  • l. ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van verkeer - ongelijkvloerse langzaamverkeersverbinding', een bovengrondse dan wel ondergrondse ongelijkvloerse verbinding ten behoeve van het langzaam verkeer.

6.2 Bouwregels
6.2.1 Algemene bouwregels

Op of in deze gronden mogen uitsluitend bouwwerken, geen gebouw zijnde, worden gebouwd ten behoeve van de in lid 6.1 genoemde doelen. Hiervoor gelden de volgende regels:

  • a. De bouwhoogte van palen, masten en portalen voor geleiding, beveiliging en regeling van het verkeer mag niet meer bedragen dan 12 m.
  • b. De bouwhoogte van zend- en ontvangstinstallaties mag niet meer bedragen dan 12 m.
  • c. De bouwhoogte van objecten van beeldende kunst mag niet meer bedragen dan 12 m.
  • d. De bouwhoogte van overige bouwwerken, geen gebouw zijnde, mag niet meer bedragen dan 4 m.

6.2.2 Specifieke vorm van verkeer - ongelijkvloerse langzaamverkeersverbinding

In aanvulling van het bepaalde in lid 6.2.1 mogen ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van verkeer - ongelijkvloerse langzaamverkeersverbinding' zowel bovengrondse bouwwerken, geen gebouw zijnde, als ondergrondse bouwwerken, geen gebouw zijnde, worden gebouwd. Hiervoor gelden de volgende regels:

  • a. de bouwhoogte van bovengrondse bouwwerken, geen gebouw zijnde, mag niet meer bedragen dan 6 m;
  • b. de bouwdiepte van ondergrondse bouwwerken, geen gebouw zijnde, mag niet meer bedragen dan 4 m.

6.2.3 Kleine gebouwen ten behoeve van nutsvoorzieningen, openbaar vervoer en zend- en ontvangstinstallaties

In afwijking van het bepaalde in lid 6.2.1 mogen op deze gronden gebouwen ten behoeve van nutsvoorzieningen en openbaar vervoer worden gebouwd. Hiervoor gelden de volgende regels:

  • a. De oppervlakte van een gebouw mag niet meer bedragen dan 15 m2.
  • b. De hoogte van een gebouw mag niet meer bedragen dan 3 m.

6.3 Specifieke gebruiksregels

Tot een strijdig gebruik van gronden en bouwwerken, wordt ter plaatse van de aanduiding 'parkeerterrein' in elk geval gerekend het gebruik anders dan voor de aanleg en instandhouding van parkeervoorzieningen.