Plan: | Eeneind 2018 |
---|---|
Status: | vastgesteld |
Plantype: | bestemmingsplan |
IMRO-idn: | NL.IMRO.0820.BPNuenEeneind2018-D001 |
het bestemmingsplan 'Eeneind 2018' met identificatienummer NL.IMRO.0820.BPNuenEeneind2018-D001 van de gemeente Nuenen c.a.
de geometrisch bepaalde planobjecten met de bijbehorende regels en de daarbij behorende bijlagen.
een geometrisch bepaald vlak of figuur, waarmee gronden zijn aangeduid, waar ingevolge de regels regels worden gesteld ten aanzien van het gebruik en/of het bebouwen van deze gronden.
de grens van een aanduiding indien het een vlak betreft.
een beroeps- of bedrijfsactiviteit, waarvan de activiteiten in hoofdzaak niet publieksaantrekkend zijn, en dat op kleine schaal in een woning en/of de daarbij behorende bijgebouwen wordt uitgeoefend, waarbij de woning in overwegende mate haar woonfunctie behoudt en de desbetreffende activiteit een ruimtelijke uitstraling heeft die in overeenstemming is met de woonfunctie. Hierbij kan worden gedacht aan een dienstverlenend beroep op zakelijk, maatschappelijk, juridisch, medisch, ontwerptechnisch of kunstzinnig gebied.
een aan een hoofdgebouw gebouwde ruimte, die deel uitmaakt van het hoofdgebouw, maar daaraan ruimtelijk (door zijn constructie of afmetingen) ondergeschikt is – maximaal bestaande uit één bouwlaag al dan niet met kap – met dien verstande dat een aanbouw een zelfstandige ruimte is, toegankelijk vanuit het hoofdgebouw en een uitbouw een uitbreiding van een reeds bestaande ruimte van het hoofdgebouw is.
hekwerk of andere omrastering die niet op de erfgrens wordt geplaatst (in dat laatste geval is sprake van een erfafscheiding).
een inrichting die tot een, krachtens artikel 1.1, derde lid, Wet milieubeheer, aangewezen categorie behoort en die is gericht op het voortbrengen van producten door het telen van gewassen of door het houden van dieren, zijnde:
één of meer gebouwen en/of bouwwerken geen gebouwen zijnde.
het percentage van gronden, nader bepaald in de regels, dat ten hoogste mag worden bebouwd.
de bouwlaag van een gebouw, die rechtstreeks ontsloten wordt vanaf het straatniveau.
bestaand ten tijde van de inwerkingtreding van het bestemmingsplan, mits geen sprake is van een illegale situatie.
Het bedrijfsmatig verrichten van activiteiten die liggen op het vlak van industrie, groothandel met eventueel bijbehorende ondergeschikte showroom, ambacht, nijverheid, productie, distributie logistiek, vervoer, opslag, reparatie (waaronder autoreparatiebedrijven al dan niet met bijbehorende en ondergeschikte showroom), e.d., alsmede brandweerkazerne. Tevens worden hiertoe gerekend bijbehorende kantoorruimten en installaties.
een woning in of bij een gebouw of op een terrein, kennelijk slechts bedoeld voor (het huishouden van) één of meer personen, wiens huisvesting ter plaatse noodzakelijk is in verband met de exploitatie van het bijbehorende bedrijf en gelet op de bestemming van het gebouw en/of terrein.
de grens van een bestemmingsvlak.
een geometrisch bepaald vlak met eenzelfde bestemming.
het overheidsorgaan dat bevoegd is te beslissen op een aanvraag om een omgevingsvergunning.
uitbreiding van een hoofdgebouw dan wel functioneel met een zich op hetzelfde perceel bevindend hoofdgebouw verbonden, daar al dan niet tegen aangebouwd en met de aarde verbonden bouwwerk met een dak.
een vrijstaand of aan het hoofdgebouw gebouwd gebouw, dat ruimtelijk (door zijn constructie of afmetingen) ondergeschikt is aan een op hetzelfde bouwperceel gelegen hoofdgebouw. Onder bijgebouwen worden ook verstaan aan- en uitbouwen aan het hoofdgebouw.
het plaatsen, het geheel of gedeeltelijk oprichten, vernieuwen of veranderen en het vergroten van een bouwwerk.
de grens van een bouwvlak.
een doorlopend gedeelte van een gebouw dat door op gelijke of bij benadering gelijke hoogte liggende vloeren of balklagen is begrensd, zulks met inbegrip van de begane grond en met uitsluiting van kelder (ruimte onder peil) en ruimten onder de kap.
een aaneengesloten stuk grond, waarop ingevolge de regels een zelfstandige, bij elkaar behorende bebouwing is toegelaten.
de grens van een bouwperceel.
een geometrisch bepaald vlak, waarmee gronden zijn aangeduid, waar ingevolge de regels bepaalde gebouwen en bouwwerken geen gebouwen zijnde zijn toegelaten.
een bouwkundige constructie van enige omvang die direct en duurzaam met de aarde is verbonden.
gezamenlijke oppervlakte van alle bouwlagen van de gebouwen binnen een bouwvlak, gemeten op vloerniveau langs de buitenomtrek van een gebouw.
een horecabedrijf, waarin uitsluitend alcoholvrije dranken en eventueel kleine eetwaren worden verstrekt voor gebruik ter plaatse en waar softdrugs worden verstrekt voor gebruik ter plaatse of gebruik elders.
een gesloten bovenbeëindiging van een bouwwerk.
het bedrijfsmatig te koop aanbieden, waaronder begrepen de uitstalling ten verkoop, het verkopen en/of leveren van goederen aan degenen die deze goederen kopen voor gebruik, verbruik of aanwending anders dan in de uitoefening van een beroeps- of bedrijfsactiviteit.
het bedrijfsmatig verlenen van diensten, waarbij het publiek rechtstreeks (al dan niet via een balie) te woord wordt gestaan en geholpen, zoals reis- en uitzendbureaus, kapsalons, pedicures, wasserettes, makelaarskantoren en bankfilialen.
al dan niet bebouwd perceel, of een gedeelte daarvan, dat direct is gelegen bij een hoofdgebouw en dat in feitelijk opzicht is ingericht ten dienste van het gebruik van dat gebouw, en, voor zover een bestemmingsplan van toepassing is, deze die inrichting niet verbieden.
een activiteit in de openlucht, dan wel in al dan niet tijdelijke tenten of paviljoens, gericht op het bereiken van een algemeen of besloten publiek voor informerende, educatieve, culturele, recreatieve en/of levensbeschouwelijke doeleinden, inclusief overnachtingen.
een bedrijf dat uitsluitend of in hoofdzaak is bestemd voor de verkoop, de reparatie of het onderhoud van motorvoertuigen.
gebruiken, het doen gebruiken, laten gebruiken en in gebruik geven.
elk bouwwerk, dat een voor mensen toegankelijke, overdekte, geheel of gedeeltelijk met wanden omsloten ruimte vormt.
een hoogteverschil per vloer of balklaag van maximaal 2,00 m (gemeten op het laagste punt van de betreffende vloer of balklaag).
een of meer panden, of een gedeelte daarvan, dat noodzakelijk is voor de verwezenlijking van de geldende of toekomstige bestemming van een perceel en, indien meer panden of bouwwerken op het perceel aanwezig zijn, gelet op die bestemming het belangrijkst is.
de activiteiten vallende onder horeca zijn in drie categorieën te onderscheiden:
een verzameling van één persoon of van meer personen met een relationele binding, die één woonruimte bewoont en een economisch-consumptieve eenheid vormt. Onder een huishouden wordt niet verstaan:
het bedrijfsmatig verlenen van diensten waarbij het publiek niet of slechts in ondergeschikte mate rechtstreeks te woord wordt gestaan en geholpen.
de gemiddelde hoogte van het terrein ter plaatse van een gebouw/bouwwerk.
voorzieningen voor medische, sociale, culturele of religieuze activiteiten, voorzieningen ten dienste van onderwijs, sport- en gymnastieklokalen, kinderopvang, en overheidsdiensten met een overwegend openbaar karakter.
een geometrisch bepaald vlak, waarmee gronden zijn aangeduid, waar ingevolge een maatvoeringssymbool in het betreffende vlak bepaalde afmetingen, percentages, oppervlakten, hellingshoeken en/of aantallen, zowel ten aanzien van het bouwen als ten aanzien van het gebruik, zijn toegelaten.
een gebruik gericht op het in zodanige conditie houden of brengen van objecten dat het voortbestaan van deze objecten op tenminste het bestaande kwaliteitsniveau wordt bereikt.
voorzieningen ten behoeve van het openbare nut, zoals transformatorhuisjes, gasreduceerstations, schakelhuisjes, duikers, bemalingsinstallaties, gemaalgebouwtjes, telefooncellen en apparatuur voor telecommunicatie.
omgevingsvergunning als bedoeld in artikel 2.1 of 2.2 Wabo.
bouwdelen die qua aard en omvang ondergeschikt zijn aan het bijbehorende gebouw, zoals bijvoorbeeld schoorstenen, lichtkoepels en balkonhekken.
een horecavoorziening binnen een bestemming waarvan de functie een andere dan horeca is maar waar men ten behoeve van en ondergeschikt aan de hoofdfunctie een ruimte specifiek heeft ingericht voor de consumptie van drank en etenswaren.
een weg als bedoeld in artikel 1, eerste lid, onder b, van de Wegenverkeerswet 1994, alsmede pleinen, parken, plantsoenen, openbaar water en ander openbaar gebied dat voor publiek algemeen toegankelijk is, met uitzondering van wegen uitsluitend bedoeld voor de ontsluiting van percelen door langzaam verkeer.
een bouwkundige constructie van enige omvang, geen pand zijnde, die direct en duurzaam met de aarde is verbonden.
een bouwwerk zonder eigen wanden dat ten hoogste aan twee zijden een gesloten wand kent.
de kleinste bij de totstandkoming functioneel en bouwkundig-constructief zelfstandige eenheid die direct en duurzaam met de aarde is verbonden en betreedbaar en afsluitbaar is.
een open constructie van latten of palen in de tuin, waarlangs planten kunnen groeien. Een pergola mag niet steunen op of worden voorzien van schotten of wanden.
bewoning van een gebouw, dan wel een gedeelte daarvan, als hoofdverblijf door een persoon, gezin of andere groep van personen.
een dak met een dakhelling van minder dan 10°.
het zich beschikbaar stellen tot het verrichten van seksuele handelingen met een ander tegen vergoeding.
een aan huis verbonden beroeps- of bedrijfsactiviteit met een min of meer publieksgericht karakter, zoals persoonlijke dienstverlening (kapper, pedicure, e.d.), medisch/therapeutische dienstverlening en ambachtelijke activiteiten.
activiteiten en mogelijkheden voor ontspanning c.q. vrijetijdsbesteding.
een kleinschalige, niet-bedrijfsmatige, voorziening ten behoeve van de woonfunctie met een dagrecreatief karakter, zoals een zwembad of een tennisbaan.
een voor publiek toegankelijke, besloten ruimte waarin bedrijfsmatig of in een omvang alsof hij bedrijfsmatig was, seksuele handelingen worden verricht, of vertoningen van erotisch-pornografische aard plaatsvinden. Onder seksinrichting wordt in elk geval verstaan: seksbioscoop, seksautomatenhal, sekstheater, parenclub en (raam)prostitutiebedrijf, waaronder tevens begrepen een erotische-massagesalon, al dan niet in combinatie met elkaar.
al dan niet bebouwd perceel, of een gedeelte daarvan, dat direct is gelegen bij een hoofdgebouw en dat overwegend gebruikt wordt voor beplanting met bloemen, planten of gewassen en/of terras.
een gebouw, waarin een uitvaartondernemer gelegenheid biedt aan nabestaanden om overledenen op te baren, met de daarbij behorende functies, zoals bijvoorbeeld de verzorging van de overledene en het ontvangen van rouwbezoek, maar met uitzondering van het houden van uitvaartplechtigheden of condoleancebijeenkomsten.
een bouwlaag die is gelegen boven de eerste bouwlaag op de begane grond.
de lijn waarin de voorgevel van het hoofdgebouw is gelegen, alsmede het verlengde daarvan.
de grens van het bouwvlak die gericht is naar de weg en waarop de bebouwing is georiënteerd.
bebouwing waarbij het hoofdgebouw niet grenst aan een ander hoofdgebouw of aan een aan- of uitbouw en/of aangebouwd bijgebouw van een ander hoofdgebouw.
al het oppervlaktewater zoals sloten, greppels, (infiltratie)vijvers, kanalen, beken en andere waterlopen, ook als deze incidenteel of structureel droogvallen. Alsmede (ondergrondse) voorzieningen die nodig zijn ten behoeve van een goede wateraanvoer, waterafvoer, waterberging, hemelwaterinfiltratie en waterkwaliteit. Hierbij kan gedacht worden aan duikers, stuwen, infiltratievoorzieningen, gemalen, inlaten etcetera.
een kunstmatige hoogte, natuurlijke hoogte of gedeelte daarvan met ondersteunende kunstwerken, die een waterkerende of mede een waterkerende functie hebben en als dusdanig geregistreerd zijn in de legger.
een voor het openbaar rij- of ander verkeer bestemde weg of pad, daaronder begrepen de tot de weg of pad behorende bermen en zijkanten, en de aan de weg liggende en als zodanig aangeduide parkeerterreinen.
een (gedeelte van een) gebouw, dat dient voor de huisvesting van één huishouden.
een bedrijf, dat in hoofdzaak bestaat uit het verstrekken van gelegenheid tot het houden van bruiloften, feesten en partijen, en tot het houden van congressen, conferenties en andere vergaderingen en waarbij het verstrekken van voedsel en dranken (daaraan) ondergeschikt is.
Bij toepassing van deze regels wordt als volgt gemeten:
de kortste afstand tussen de zijdelingse perceelsgrens(zen) van een bouwperceel en enig punt van het op dat bouwperceel voorkomende bouwwerk.
het percentage van een bouwperceel dat met gebouwen mag worden bebouwd. Voor zover op de kaart bouwgrenzen zijn aangegeven wordt het bebouwingspercentage berekend over het gebied binnen de bouwgrenzen.
vanaf het peil tot aan het hoogste punt van een gebouw of van een overig bouwwerk met uitzondering van ondergeschikte bouwonderdelen, zoals schoorstenen, antennes en naar de aard daarmee gelijk te stellen bouwonderdelen.
langs het dakvlak ten opzichte van het horizontale vlak.
vanaf het peil tot aan de bovenkant van de goot, c.q. de druiplijn, het boeibord of een daarmee gelijk te stellen constructiedeel.
vanaf het peil tot aan de as van de windturbine.
tussen de onderzijde van de begane grondvloer, de buitenzijde van de gevels (en/of het hart van de scheidingsmuren) en de buitenzijde van daken en dakkapellen.
de buitenwerks tussen de buitenzijde van de gevels en/of het hart van de scheidingsmuren gemeten grootste afstand.
vanaf peil tot het diepste punt van het bouwwerk, de fundering niet meegerekend.
tussen de buitenwerkse gevelvlakken en/of het hart van de scheidingsmuren, neerwaarts geprojecteerd op het gemiddelde niveau van het afgewerkte bouwterrein ter plaatse van het bouwwerk.
tussen de buitenzijde van de afdekking van de overkapping, neerwaarts geprojecteerd op het gemiddelde niveau van het afgewerkte bouwterrein ter plaatse van de overkapping.
Bij de toepassing van het bepaalde ten aanzien van het bouwen worden ondergeschikte bouwdelen als plinten, pilasters, kozijnen, gevelversieringen, ventilatiekanalen, schoorstenen, gevel- en kroonlijsten en overstekende daken buiten beschouwing gelaten, tot een maximum van 1,00 m.
Bij de toepassing van het bepaalde ten aanzien van de goothoogte wordt een dakkapel als een ondergeschikte toevoeging gezien, die de goothoogte niet verhoogt, mits wordt voldaan aan het bepaalde in artikel 26.2.
De voor 'Agrarisch met waarden' aangewezen gronden zijn bestemd voor:
met daaraan ondergeschikt:
en:
Op deze gronden mag worden gebouwd en gelden de volgende regels:
De maatvoering van de bouwwerken, geen gebouwen zijnde, is als volgt:
bouwwerken, geen gebouwen zijnde | bouwhoogte maximaal | |
bouwhoogte erf- en perceelsafscheidingen | 1,5 m. | |
bouwhoogte overige bouwwerken, geen gebouwen en geen overkappingen zijnde | 2 m. |
Het bevoegd gezag kan door middel van het verlenen van een omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in 3.2.2 teneinde erfafscheidingen met een grotere bouwhoogte toe te staan, mits aan de volgende voorwaarden wordt voldaan:
Onder het gebruiken van gronden of bouwwerken in strijd met het bestemmingsplan, als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, aanhef en onder c van de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht, wordt in ieder geval begrepen het gebruiken van gronden of bouwwerken:
Het is verboden op of in de gronden met de bestemming 'Agrarisch met waarden' zonder of in afwijking van een omgevingsvergunning de volgende werken, geen bouwwerk zijnde, of de volgende werkzaamheden uit te voeren:
Het verbod als bedoeld in lid 3.5.1 is niet van toepassing op werken en werkzaamheden die:
De werken en werkzaamheden als bedoeld in lid 3.5.1 zijn toelaatbaar, mits:
De voor 'Bedrijf' aangewezen gronden zijn bestemd voor:
met daaraan ondergeschikt:
Voor zover de gronden tevens zijn gelegen binnen de aangewezen dubbelbestemmingen en aanduidingen zijn mede de desbetreffende regels van toepassing, met inachtneming van de voorrangsregels uit artikel 33.2.
Op de voor 'Bedrijf' aangewezen gronden mogen uitsluitend worden gebouwd:
Voor het bouwen ter plaatse van de aanduiding 'bouwvlak' gelden de volgende regels:
Voor het overige gelden de volgende regels:
Onder gebruiken of het laten gebruiken in strijd met het bestemmingsplan wordt in ieder geval verstaan het gebruik van gronden en bouwwerken voor en/of als:
Detailhandel is uitsluitend toegestaan in de vorm van:
De voor 'Bedrijf - Nutsvoorziening' aangewezen gronden zijn bestemd voor nutsvoorzieningen, met de daarbij behorende voorzieningen.
Voor zover de gronden tevens zijn gelegen binnen de aangewezen dubbelbestemmingen en aanduidingen, zijn mede de desbetreffende regels van toepassing, met inachtneming van de voorrangsregels uit artikel 33.2.
Op de voor 'Bedrijf - Nutsvoorziening' aangewezen gronden mogen uitsluitend worden gebouwd:
Voor het bouwen ter plaatse van de aanduiding 'bouwvlak' gelden de volgende regels:
Voor het overige gelden de volgende regels:
Onder gebruiken en/of het laten gebruiken in strijd met het bestemmingsplan wordt in ieder geval verstaan het gebruik van gronden en bouwwerken voor en/of als:
De voor 'Bedrijventerrein' aangewezen gronden zijn bestemd voor:
met daaraan ondergeschikt:
Voor zover de gronden tevens zijn gelegen binnen de aangewezen dubbelbestemmingen en aanduidingen zijn mede de desbetreffende regels van toepassing, met inachtneming van de voorrangsregels uit artikel 33.2.
Op de voor 'Bedrijventerrein' aangewezen gronden mogen uitsluitend worden gebouwd:
Voor het bouwen ter plaatse van de aanduiding 'bouwvlak' gelden de volgende regels:
Voor het overige gelden de volgende regels:
Het bevoegd gezag kan een omgevingsvergunning verlenen voor het afwijken van het bepaalde in artikel 6.2.3, voor het oprichten van erf- en terreinafscheidingen vóór de voorgevelrooilijn tot een maximale hoogte van 1,50 meter, mits:
Het bevoegd gezag kan een omgevingsvergunning verlenen voor het afwijken van het bepaalde in artikel 6.2.2 onder b, voor het aan één zijde bouwen op kortere afstand tot de zijdelingse perceelsgrens, mits:
Het bevoegd gezag kan een omgevingsvergunning verlenen voor het afwijken van het bepaalde in artikel 6.2.2 onder d, om het bebouwingspercentage te verhogen, mits:
Het bevoegd gezag kan een omgevingsvergunning verlenen voor het afwijken van het bepaalde in artikel 6.2.3 voor een afrastering voor zwembaden en daarmee vergelijkbare recreatieve voorzieningen, tot een maximale bouwhoogte van 4,00 meter, mits:
Het bevoegd gezag kan een omgevingsvergunning verlenen voor het afwijken van het bepaalde in artikel 6.2.3 voor zendmasten en bijbehorende gebouwen ten behoeve van telefonie, tot een maximale bouwhoogte van de zendmasten van 43,00 meter en van de bijbehorende gebouwen van 3,00 meter mits:
Een niet-publieksaantrekkend aan huis verbonden beroep of bedrijf bij een bedrijfswoning is toegestaan onder de volgende voorwaarden:
Onder gebruiken of het laten gebruiken in strijd met het bestemmingsplan wordt in ieder geval verstaan het gebruik van gronden en bouwwerken voor en/of als:
Detailhandel is uitsluitend in de volgende vormen toegestaan:
Kantoren zijn uitsluitend in de volgende vormen toegestaan:
Internethandel is uitsluitend toegestaan in de vorm van niet-publieksgericht en zonder showroom of afhaalpunt.
Het bevoegd gezag kan een omgevingsvergunning verlenen voor het afwijken van het bepaalde in artikel 6.1.1 onder a, teneinde bedrijven met een hogere milieucategorie toe te staan die qua aard, omvang en invloed op het milieu en de omgeving gelijk te stellen zijn, mits:
Het bevoegd gezag kan een omgevingsvergunning verlenen voor het afwijken van het bepaalde in artikel 6.1.1 onder a, teneinde bedrijven met een lagere milieucategorie toe te staan die qua aard, omvang en invloed op het milieu en de omgeving gelijk te stellen zijn, mits:
Het bevoegd gezag kan een omgevingsvergunning verlenen voor het afwijken van het bepaalde in artikel 6.1.1 onder a, teneinde een bedrijf van categorie 4.1 of 4.2 op een kortere afstand van een bedrijfswoning toe te staan dan 100 m respectievelijk 200 m, mits:
Het bevoegd gezag kan een omgevingsvergunning verlenen voor het afwijken van het bepaalde in artikel 6.1.1 onder a, teneinde bedrijven die niet zijn opgenomen in de bedrijvenlijst (zie bijlage 1 bij de regels) toe te staan die qua aard, omvang en invloed op het milieu en de omgeving gelijk te stellen zijn, mits:
Het bevoegd gezag kan een omgevingsvergunning verlenen voor het afwijken van het bepaalde in artikel 6.4.2 onder f, teneinde autohandel toe te staan, mits:
Het bevoegd gezag kan een omgevingsvergunning verlenen voor het afwijken van het bepaalde in artikel 6.4.2, voor de aanleg van recreatieve voorzieningen, met dien verstande dat:
Het bevoegd gezag kan een omgevingsvergunning verlenen voor het afwijken van het bepaalde in artikel 6.4.2, voor het binnen een woning en/of bijgebouwen toestaan van een publieksaantrekkende beroeps- of bedrijfsactiviteit aan huis, mits:
Het bevoegd gezag kan een omgevingsvergunning verlenen voor het afwijken van het bepaalde in artikel 6.4.3, voor het toestaan van detailhandel in lunch of diner gerelateerde producten in combinatie met catering, mits:
De voor 'Bedrijventerrein - Uit te werken' aangewezen gronden zijn bestemd voor:
Voor zover de gronden tevens zijn gelegen binnen de aangewezen dubbelbestemmingen en aanduidingen zijn mede de desbetreffende regels van toepassing, met inachtneming van de voorrangsregels uit artikel 33.2.
Met toepassing van het in artikel 3.6 van de Wet ruimtelijke ordening bepaalde werken burgemeester en wethouders de in lid 7.1 omschreven bestemming uit, met inachtneming van de volgende regels.
Op de in dit artikel bedoelde gronden mag uitsluitend worden gebouwd overeenkomstig het plan zoals door burgemeester en wethouders op grond van artikel 3.6 van de Wet ruimtelijke ordening is uitgewerkt.
De voor 'Gemengd' aangewezen gronden zijn bestemd voor:
met daaraan ondergeschikt:
Voor zover de gronden tevens zijn gelegen binnen de aangewezen dubbelbestemmingen en aanduidingen zijn mede de desbetreffende regels van toepassing, met inachtneming van de voorrangsregels uit artikel 33.2.
Op de voor 'Gemengd' aangewezen gronden mogen uitsluitend worden gebouwd:
Voor het bouwen ter plaatse van de aanduiding 'bouwvlak' gelden de volgende regels:
Voor het overige gelden de volgende regels:
Het bevoegd gezag kan een omgevingsvergunning verlenen voor het afwijken van het bepaalde in artikel 8.2.3, voor het oprichten van erf- en terreinafscheidingen vóór de voorgevelrooilijn tot een maximale hoogte van 1,50 meter, mits:
Het bevoegd gezag kan een omgevingsvergunning verlenen voor het afwijken van het bepaalde in artikel 8.2.2 onder b, voor het aan één zijde bouwen op kortere afstand tot de zijdelingse perceelsgrens, mits:
Het bevoegd gezag kan een omgevingsvergunning verlenen voor het afwijken van het bepaalde in artikel 8.2.2 onder d, om het bebouwingspercentage te verhogen, mits:
Het bevoegd gezag kan een omgevingsvergunning verlenen voor het afwijken van het bepaalde in artikel 8.2.3 voor een afrastering voor zwembaden en daarmee vergelijkbare recreatieve voorzieningen, tot een maximale bouwhoogte van 4,00 meter, mits:
Het bevoegd gezag kan een omgevingsvergunning verlenen voor het afwijken van het bepaalde in artikel 8.2.3 voor zendmasten en bijbehorende gebouwen ten behoeve van telefonie, tot een maximale bouwhoogte van de zendmasten van 43,00 meter en van de bijbehorende gebouwen van 3,00 meter mits:
Een niet-publieksaantrekkend aan huis verbonden beroep of bedrijf bij een (bedrijfs)woning is toegestaan onder de volgende voorwaarden:
Onder gebruiken en/of het laten gebruiken in strijd met het bestemmingsplan wordt in ieder geval verstaan het gebruik van gronden en bouwwerken voor en/of als:
Detailhandel is uitsluitend in de volgende vormen toegestaan:
Internethandel is uitsluitend toegestaan in de vorm van niet-publieksgericht en zonder showroom of afhaalpunt.
Caravanstalling en daarmee vergelijkbare stalling van campers, boten, aanhangers, vouwwagens, auto's in afwachting van en/of gereed na bekleding door de bijbehorende autobeklederij en auto's die slechts in een bepaalde periode gebruikt mogen worden en/of voor een bepaalde periode zijn geschorst (oldtimers), is uitsluitend toegestaan ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van gemengd - caravanstalling', waarbij zowel binnen- als buitenstalling van de caravans en overige toegestane voer- en vaartuigen is toegestaan.
Het bevoegd gezag kan een omgevingsvergunning verlenen voor het afwijken van het bepaalde in artikel 8.4.2, voor de aanleg van recreatieve voorzieningen, mits:
Het bevoegd gezag kan een omgevingsvergunning verlenen voor het afwijken van het bepaalde in artikel 8.1.1 onder a, teneinde bedrijven die niet zijn opgenomen in de bedrijvenlijst (zie bijlage 1 bij de regels) toe te staan die qua aard, omvang en invloed op het milieu en de omgeving gelijk te stellen zijn, mits:
Het bevoegd gezag kan een omgevingsvergunning verlenen voor het afwijken van het bepaalde in artikel 8.4.2 onder f, teneinde autohandel toe te staan, mits:
Het bevoegd gezag kan een omgevingsvergunning verlenen voor het afwijken van het bepaalde in artikel 8.1.1 onder e, teneinde wonen in een voormalige bedrijfswoning toe te staan, mits:
Het bevoegd gezag kan een omgevingsvergunning verlenen voor het afwijken van het bepaalde in artikel 8.4.2 onder b, teneinde een nieuwe bedrijfswoning toe te staan, mits:
Het bevoegd gezag kan een omgevingsvergunning verlenen voor het afwijken van het bepaalde in artikel 8.4.2, voor het binnen een woning en/of bijgebouwen toestaan van een publieksaantrekkende beroeps- of bedrijfsactiviteit aan huis, mits:
Het bevoegd gezag kan een omgevingsvergunning verlenen voor het afwijken van het bepaalde in artikel 8.4.2, ten behoeve van de vestiging van een bed & breakfast tot maximaal 2 slaapplaatsen, mits:
Het bevoegd gezag kan een omgevingsvergunning verlenen voor het afwijken van het bepaalde in artikel 8.4.3, voor het toestaan van detailhandel in lunch of diner gerelateerde producten, mits:
De voor 'Groen' aangewezen gronden zijn bestemd voor:
een en ander met de bijbehorende voorzieningen.
Voor zover de gronden tevens zijn gelegen binnen de aangewezen dubbelbestemmingen en aanduidingen, zijn mede de desbetreffende regels van toepassing, met inachtneming van de voorrangsregels uit artikel 33.2.
Op de voor 'Groen' aangewezen gronden mogen geen gebouwen worden gebouwd.
Op de voor 'Groen' aangewezen gronden mogen uitsluitend worden gebouwd bouwwerken, geen gebouw zijnde voor de in artikel 9.1 genoemde bestemming.
Voor het overige gelden de volgende regels:
Onder gebruiken en/of het laten gebruiken in strijd met het bestemmingsplan wordt in ieder geval verstaan het gebruik van gronden en bouwwerken voor en/of als:
Het is verboden op of in de als 'Groen' aangewezen gronden ter plaatse van de aanduiding 'overige zone - groenblauwe mantel' zonder of in afwijking van een omgevingsvergunning van burgemeester en wethouders de volgende werken, geen bouwwerken zijnde, of werkzaamheden uit te voeren:
Het bepaalde in artikel 9.4.1 is niet van toepassing voor:
De werken of werkzaamheden als bedoeld in artikel 9.4.1 zijn slechts toelaatbaar indien door die werken of werkzaamheden dan wel door de daarvan hetzij direct hetzij indirect te verwachten gevolgen voor de in artikel 9.1 genoemde waarden en doeleinden niet onevenredig worden of kunnen worden aangetast, dan wel de mogelijkheden voor herstel van de bedoelde waarden, niet wezenlijk worden of kunnen worden verkleind.
Burgemeester en wethouders kunnen de bestemming wijzigen in de bestemming 'Wonen' voor de vergroting van een aan de bestemming 'Groen' grenzende tuin, met dien verstande dat:
De voor 'Maatschappelijk' aangewezen gronden zijn bestemd voor:
met daaraan ondergeschikt:
Voor zover de gronden tevens zijn gelegen binnen de aangewezen dubbelbestemmingen en aanduidingen zijn mede de desbetreffende regels van toepassing, met inachtneming van de voorrangsregels uit artikel 33.2.
Op de voor 'Maatschappelijk' aangewezen gronden mogen uitsluitend worden gebouwd:
Voor het bouwen ter plaatse van de aanduiding 'bouwvlak' gelden de volgende regels:
Voor gebouwen ten behoeve van nutsvoorzieningen gelden de volgende regels:
Voor het overige gelden de volgende regels:
Het bevoegd gezag kan een omgevingsvergunning verlenen voor het afwijken van het bepaalde in 10.2.4 onder c teneinde een erfafscheiding toe te staan van maximaal 2,00 meter, mits wordt voldaan aan de volgende voorwaarden:
Onder gebruiken en/of het laten gebruiken in strijd met het bestemmingsplan wordt in ieder geval verstaan het gebruik van gronden en bouwwerken voor en/of als:
De voor 'Verkeer' aangewezen gronden zijn bestemd voor:
een en ander met de daarbij behorende voorzieningen.
Voor zover de gronden tevens zijn gelegen binnen de aangewezen dubbelbestemmingen en aanduidingen, zijn mede de desbetreffende regels van toepassing, met inachtneming van de voorrangsregels uit artikel 33.2.
Op de voor 'Verkeer' aangewezen gronden mogen geen gebouwen worden gebouwd, met uitzondering van gebouwen voor nutsvoorzieningen, met dien verstande dat:
Onder gebruiken en/of het laten gebruiken in strijd met het bestemmingsplan wordt in ieder geval verstaan het gebruik van gronden en bouwwerken voor:
De voor 'Verkeer - Railverkeer' aangewezen gronden zijn bestemd voor:
een en ander met de daarbij behorende voorzieningen.
Voor zover de gronden tevens zijn gelegen binnen de aangewezen dubbelbestemmingen en aanduidingen, zijn mede de desbetreffende regels van toepassing, met inachtneming van de voorrangsregels uit artikel 33.2.
Op de voor 'Verkeer - Railverkeer' aangewezen gronden mogen geen gebouwen worden gebouwd, met uitzondering van gebouwen voor nutsvoorzieningen, met dien verstande dat:
De voor 'Water' aangewezen gronden zijn bestemd voor:
Voor zover de gronden tevens zijn gelegen binnen de aangewezen dubbelbestemmingen en aanduidingen, zijn mede de desbetreffende regels van toepassing, met inachtneming van de voorrangsregels uit artikel 33.2.
Op de voor 'Water' aangewezen gronden mogen geen gebouwen worden gebouwd.
Op de voor 'Water' aangewezen gronden mogen uitsluitend worden gebouwd bouwwerken, geen gebouw zijnde die ten dienste staan van of een relatie hebben met de bestemming;
De hoogte van bouwwerken, geen gebouw zijnde, mag maximaal 3,00 meter bedragen.
De voor 'Wonen' aangewezen gronden zijn bestemd voor:
met daaraan ondergeschikt:
Voor zover de gronden tevens zijn gelegen binnen de aangewezen dubbelbestemmingen en aanduidingen zijn mede de desbetreffende regels van toepassing, met inachtneming van de voorrangsregels uit artikel 33.2.
Op de voor 'Wonen' aangewezen gronden mogen uitsluitend worden gebouwd:
Voor het bouwen ter plaatse van de aanduiding 'bouwvlak' gelden de volgende regels:
Voor het bouwen ter plaatse van de aanduiding 'bijgebouwen' gelden de volgende regels:
Voor het overige gelden de volgende regels:
Het bevoegd gezag kan een omgevingsvergunning verlenen voor het afwijken van het bepaalde in artikel 14.2.2 en 14.2.3 voor het bouwen van bijgebouwen buiten het bouwvlak en de aanduiding 'bijgebouwen', mits:
Het bevoegd gezag kan een omgevingsvergunning verlenen voor het afwijken van het bepaalde in artikel 14.2.2 en 14.2.3 teneinde een grotere bouw- c.q. goothoogte van de bijgebouwen toe te kunnen staan, mits:
Het bevoegd gezag kan een omgevingsvergunning verlenen voor het afwijken van het bepaalde in artikel 14.2.4 voor een afrastering voor zwembaden en daarmee vergelijkbare recreatieve voorzieningen, tot een maximale bouwhoogte van 4,00 meter, mits:
Het bevoegd gezag kan een omgevingsvergunning verlenen voor het afwijken van het bepaalde sub 14.2.2 ten behoeve van aan- en uitbouwen voor de voorgevel van het hoofdgebouw, mits wordt voldaan aan de volgende voorwaarden:
Het bevoegd gezag kan een omgevingsvergunning verlenen voor het afwijken van het bepaalde in artikel 14.2.2 teneinde overschrijding van het bouwvlak in zijwaartse richting toe te kunnen staan, ten behoeve van het vergroten c.q. uitbreiden van het hoofdgebouw in zijwaartse richting buiten het bouwvlak, mits:
Een niet-publieksaantrekkend aan huis verbonden beroep of bedrijf is toegestaan onder de volgende voorwaarden:
Onder gebruiken in strijd met het bestemmingsplan wordt in ieder geval verstaan het gebruik:
Het uitoefenen van een webwinkel / internetdetialhandel is uitsluitend toegestaan ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van wonen - webwinkel', mits daarbij aan de volgende voorwaarden wordt voldaan:
Het bevoegd gezag kan een omgevingsvergunning verlenen voor het afwijken van het bepaalde in artikel 14.4.2 voor de aanleg van recreatieve voorzieningen, mits:
Het bevoegd gezag kan een omgevingsvergunning verlenen voor het afwijken van het bepaalde in artikel 14.4.2, voor het binnen een woning en/of bijgebouwen toestaan van een publieksaantrekkende beroeps- of bedrijfsactiviteit aan huis, maximaal 35% van het vloeroppervlak van de woning met inbegrip van gerealiseerde aan- en uitbouwen en bijgebouwen, met een maximum van 50 m² mag worden gebruikt voor publieksaantrekkende beroeps- of bedrijfsactiviteiten aan huis;
Het bevoegd gezag kan een omgevingsvergunning verlenen voor het afwijken van het bepaalde in artikel 14.4.2, voor het binnen een woning en/of bijgebouwen toestaan van:
mits:
Het bevoegd gezag kan een omgevingsvergunning verlenen voor het afwijken van het bepaalde in artikel 14.4.2, ten behoeve van de vestiging van een bed & breakfast tot maximaal 2 slaapplaatsen, mits:
Het bevoegd gezag kan een omgevingsvergunning verlenen voor het afwijken van het bepaalde dat degene die de publieksaantrekkende beroeps- of bedrijfsactiviteit aan huis in de woning of het bijgebouw uitvoert ook de bewoner van de woning is, mits:
Het is verboden op of in de als 'Wonen' aangewezen gronden ter plaatse van de aanduiding 'groenblauwe mantel' zonder of in afwijking van een omgevingsvergunning van burgemeester en wethouders de volgende werken, geen bouwwerken zijnde, of werkzaamheden uit te voeren:
Het bepaalde in artikel 14.6.1 is niet van toepassing voor:
De werken of werkzaamheden als bedoeld in artikel 14.6.1 zijn slechts toelaatbaar indien door die werken of werkzaamheden dan wel door de daarvan hetzij direct hetzij indirect te verwachten gevolgen voor de in artikel 14.1 genoemde waarden en doeleinden niet onevenredig worden of kunnen worden aangetast, dan wel de mogelijkheden voor herstel van de bedoelde waarden, niet wezenlijk worden of kunnen worden verkleind.
De op de verbeelding als zodanig aangewezen gronden zijn mede bestemd voor de aanleg en instandhouding van ondergrondse hoge druk gastransportleidingen (inclusief voorzieningen) met de daarbij behorende belemmeringenstroken.
De regels van deze dubbelbestemming gelden primair ten opzichte van de regels van iedere andere bestemming, waarmee deze dubbelbestemming samenvalt.
Op of in de in 15.1.1 bedoelde gronden mogen uitsluitend bouwwerken, geen gebouwen zijnde, ten dienste van de leiding(en) worden gebouwd. Overige gebouwen en bouwwerken, geen gebouwen zijnde, zijn niet toegestaan uit oogpunt van externe veiligheid en energieleveringszekerheid.
Het bevoegd gezag kan bij een omgevingsvergunning afwijken van de bouwregels voor het bouwen overeenkomstig de andere daar voorkomende bestemming(en) indien de veiligheid van de betrokken leiding niet wordt geschaad en vooraf schriftelijk advies is ingewonnen bij de betrokken leidingexploitant. Een omgevingsvergunning kan slechts worden verleend indien geen kwetsbare objecten worden toegelaten.
Tot een gebruik, strijdig met deze bestemming, wordt in ieder geval gerekend:
Het is verboden op of in de gronden met de bestemming Leiding - Gas zonder of in afwijking van een omgevingsvergunning de volgende werken, geen bouwwerk zijnde, of de volgende werkzaamheden uit te voeren:
Het onder 15.5.1 genoemde verbod is niet van toepassing op werken en/of werkzaamheden:
Een omgevingsvergunning voor het uitvoeren van werken, geen bouwwerk zijnde, of van werkzaamheden kan worden verleend indien de betreffende werken en/of werkzaamheden de belangen van de leiding niet schaden.
Alvorens te beslissen op een aanvraag om een omgevingsvergunning, als bedoeld in 15.5.1, wint het bevoegd gezag schriftelijk advies in bij de leidingbeheerder omtrent de vraag of door de voorgenomen werken of werkzaamheden de belangen van de leiding niet worden geschaad en welke voorwaarden gesteld dienen te worden om eventuele schade te voorkomen.
De voor 'Leiding - Hoogspanningsverbinding' bestemde gronden zijn, in afwijking van alle andere bepalingen, primair bestemd voor aanleg, aanpassing, het beheer en instandhouding van een hoogspanningsverbinding, met de daarbij behorende veiligheidszone en masten en (veiligheids)voorzieningen.
Voor zover de gronden tevens zijn gelegen binnen de overige aangewezen dubbelbestemmingen, bestemmingen en aanduidingen, zijn mede de desbetreffende regels van toepassing, met inachtneming van de voorrangsregels uit artikel 33.2.
Op deze gronden mag worden gebouwd en gelden de volgende regels:
Bij een omgevingsvergunning kan worden afgeweken van lid 16.2 onder b, met dien verstande dat:
Het opslaan van goederen, met uitzondering van het opslaan van goederen ten behoeve van inspectie en onderhoud van de hoogspanningsleiding, is niet toegestaan, tenzij hiervoor toestemming is gegeven door de leidingbeheerder.
Het is verboden op of in de gronden met de bestemming Leiding - Hoogspanningsverbinding 2 zonder of in afwijking van een omgevingsvergunning de volgende werken, geen bouwwerk zijnde, of de volgende werkzaamheden uit te voeren:
Het verbod van lid 16.5.1 is niet van toepassing op werken of werkzaamheden die:
De werken en werkzaamheden, zoals in lid 16.5.1 bedoeld, zijn slechts toelaatbaar, indien uit het verkregen schriftelijk advies van de netbeheerder is gebleken dat het leidingbelang daardoor niet onevenredig wordt geschaad.
De voor 'Leiding - Riool' aangewezen gronden zijn – behalve voor de andere aldaar voorkomende bestemming(en) – mede bestemd voor een rioolleiding.
Op deze gronden mag worden gebouwd en gelden de volgende regels:
Bij een omgevingsvergunning kan worden afgeweken van lid 17.2 onder b, met dien verstande dat:
Het opslaan van goederen, met uitzondering van het opslaan van goederen ten behoeve van inspectie en onderhoud van de rioolleiding, is niet toegestaan, tenzij hiervoor toestemming is gegeven door de leidingbeheerder.
Het is verboden op of in de gronden met de bestemming 'Leiding - Riool' zonder of in afwijking van een omgevingsvergunning de volgende werken, geen bouwwerk zijnde, of de volgende werkzaamheden uit te voeren:
Het verbod van lid 17.5.1 is niet van toepassing op werken of werkzaamheden die:
De werken en werkzaamheden, zoals in lid 17.5.1 bedoeld, zijn slechts toelaatbaar, indien het leidingbelang daardoor niet onevenredig wordt geschaad.
De voor 'Waarde - Archeologisch waardevol' aangewezen gronden zijn, behalve voor de andere daar voorkomende bestemming(en), mede bestemd voor instandhouding en bescherming van de in de grond aanwezige archeologische waarden.
Voor zover de gronden tevens zijn gelegen binnen de overige aangewezen dubbelbestemmingen, bestemmingen en aanduidingen, zijn mede de desbetreffende regels van toepassing, met inachtneming van de voorrangsregels uit artikel 33.2.
Binnen gronden, die zijn aangewezen voor 'Waarde - Archeologisch waardevol', is het niet toegestaan te bouwen, met uitzondering van:
Burgemeester en wethouders zijn bevoegd nadere eisen te stellen aan de plaats, de fundering en de afmetingen van bouwwerken, voor zover die worden gebouwd op of, binnen een afstand van 30 m tot gebieden, die op de verbeelding zijn aangeduid als 'Waarde - Archeologisch waardevol', zulks ter voorkoming van onevenredige aantasting van het zicht op en de landschappelijke inpassing van de betreffende waardevolle terreinen, maar ook omdat de exacte begrenzingen van archeologische terreinen niet in alle gevallen vaststaan.
Burgemeester en wethouders kunnen een omgevingsvergunning verlenen voor het afwijken van het bepaalde in artikel 18.2 voor bouwwerken ten behoeve van samenvallende bestemmingen, mits uit archeologisch onderzoek, zoals gesteld in de Kwaliteitsnorm voor de Nederlandse Archeologie, blijkt dat de archeologische waarde van het terrein dat blijkens de aanvraag zal worden verstoord naar het oordeel van burgemeester en wethouders in voldoende mate is vastgesteld. In het belang van de archeologische monumentenzorg kunnen aan de omgevingsvergunning de volgende verplichtingen worden verbonden:
Het is verboden op of in de voor 'Waarde - Archeologisch waardevol' aangewezen gronden zonder of in afwijking van een omgevingsvergunning van het bevoegd gezag, de volgende werken, geen bouwwerk zijnde, en/of werkzaamheden uit te voeren, over een oppervlakte van 100 m² of meer:
Het bepaalde in artikel 18.5.1 is niet van toepassing op het uitvoeren van werken, geen bouwwerk zijnde, en werkzaamheden:
Het bepaalde in artikel 18.5.1 ter zake vrijstelling voor werken, geen bouwwerk zijnde, en/of werkzaamheden over een oppervlakte van minder dan 100 m² geldt niet indien voor de datum van voorgenomen werken of werkzaamheden een vrijstelling van aanlegvergunning is verleend voor aangrenzende terreinen of terreinen op een afstand van minder dan 25 m van het onderhavige terrein.
De werken of werkzaamheden als bedoeld in artikel 18.5.1 zijn slechts toelaatbaar indien:
Alvorens een omgevingsvergunning te verlenen als bedoeld in artikel 18.5.1 winnen burgemeester en wethouders advies in van een door hen aan te wijzen ter zake deskundige. Indien burgemeester en wethouders afwijken van een in de vorige zin bedoelde advies kan een omgevingsvergunning slechts worden verleend, indien vooraf van gedeputeerde staten de verklaring is ontvangen, dat zij tegen het verlenen van de vergunning geen bezwaar hebben.
Burgemeester en Wethouders kunnen de bestemming wijzigen door de bestemming 'Waarde - Archeologisch waardevol', als bedoeld in 18.1:
voor zover de geconstateerde aanwezigheid of afwezigheid van archeologische waarden, in voorkomend geval na beëindiging van opgravingen, daartoe aanleiding geeft. Alvorens een wijziging wordt uitgevoerd wordt archeologisch advies ingewonnen.
De voor 'Waarde - Archeologie hoog' aangewezen gronden zijn, behalve voor de andere daar voorkomende bestemming(en), mede bestemd voor instandhouding en bescherming van de in de grond verwachte archeologische waarden.
Voor zover de gronden tevens zijn gelegen binnen de overige aangewezen dubbelbestemmingen, bestemmingen en aanduidingen, zijn mede de desbetreffende regels van toepassing, met inachtneming van de voorrangsregels uit artikel 33.2.
Binnen gronden, die zijn aangewezen voor 'Waarde - Archeologie hoog', is het niet toegestaan te bouwen, met uitzondering van:
Burgemeester en wethouders zijn bevoegd nadere eisen te stellen aan de plaats, de fundering en de afmetingen van bouwwerken, voor zover die worden gebouwd op of, binnen een afstand van 30 m tot gebieden, die op de verbeelding zijn aangeduid als 'Waarde - Archeologie hoog', zulks ter voorkoming van onevenredige aantasting van het zicht op en de landschappelijke inpassing van de betreffende waardevolle terreinen, maar ook omdat de exacte begrenzingen van archeologische terreinen niet in alle gevallen vaststaan.
Burgemeester en wethouders kunnen een omgevingsvergunning verlenen voor het afwijken van het bepaalde in artikel 19.2 voor bouwwerken ten behoeve van samenvallende bestemmingen, indien en voor zover met een archeologisch onderzoek is vastgesteld dat archeologische waarden daarmee niet onevenredig worden geschaad en in voldoende mate is gegarandeerd dat de middels archeologisch onderzoek vastgestelde archeologische waarden worden veiliggesteld door technische maatregelen of een archeologische opgraving. In het belang van de archeologische monumentenzorg kunnen aan de omgevingsvergunning de volgende verplichtingen worden verbonden:
Alvorens een omgevingsvergunning wordt verleend, wordt archeologisch advies ingewonnen.
Het is verboden op of in de voor 'Waarde - Archeologie hoog' aangewezen gronden zonder of in afwijking van een omgevingsvergunning van burgemeester en wethouders, de volgende werken, geen bouwwerk zijnde, en/of werkzaamheden uit te voeren, over een oppervlakte van 500 m² of meer:
Het bepaalde in artikel 19.5.1 is niet van toepassing op het uitvoeren van werken, geen bouwwerk zijnde, en werkzaamheden:
Het bepaalde in artikel 19.5.1 ter zake vrijstelling voor werken, geen bouwwerk zijnde, en/of werkzaamheden over een oppervlakte van minder dan 500 m² geldt niet indien voor de datum van voorgenomen werken of werkzaamheden een vrijstelling van aanlegvergunning is verleend voor aangrenzende terreinen of terreinen op een afstand van minder dan 25 m van het onderhavige terrein.
De werken of werkzaamheden als bedoeld in artikel 19.5.1 zijn slechts toelaatbaar indien:
Indien het niet mogelijk is de middels archeologisch onderzoek vastgestelde aanwezige archeologische waarden geheel of gedeeltelijk te behouden, wordt aan de omgevingsvergunning het voorschrift verbonden dat voorafgaand aan het uitvoeren van de werken en/of werkzaamheden een archeologische opgraving zal plaatsvinden of dat een archeologische begeleiding zal plaatsvinden.
Alvorens een omgevingsvergunning te verlenen als bedoeld in artikel 19.5.1 winnen burgemeester en wethouders advies in van een door hen aan te wijzen ter zake deskundige. Indien burgemeester en wethouders afwijken van een in de vorige zin bedoelde advies kan een omgevingsvergunning slechts worden verleend, indien vooraf van gedeputeerde staten de verklaring is ontvangen, dat zij tegen het verlenen van de vergunning geen bezwaar hebben.
Burgemeester en Wethouders kunnen de bestemming wijzigen door de bestemming 'Waarde - Archeologie hoog', als bedoeld in 19.1:
voor zover de geconstateerde aanwezigheid of afwezigheid van archeologische waarden, in voorkomend geval na beëindiging van opgravingen, daartoe aanleiding geeft. Alvorens een wijziging wordt uitgevoerd wordt archeologisch advies ingewonnen.
De voor 'Waarde - Archeologie middelhoog' aangewezen gronden zijn, behalve voor de andere daar voorkomende bestemming(en), mede bestemd voor instandhouding en bescherming van de in de grond aanwezige archeologische waarden.
Voor zover de gronden tevens zijn gelegen binnen de overige aangewezen dubbelbestemmingen, bestemmingen en aanduidingen, zijn mede de desbetreffende regels van toepassing, met inachtneming van de voorrangsregels uit artikel 33.2.
Binnen gronden, die zijn aangewezen voor 'Waarde - Archeologie middelhoog', is het niet toegestaan te bouwen, met uitzondering van:
Burgemeester en wethouders zijn bevoegd nadere eisen te stellen aan de plaats, de fundering en de afmetingen van bouwwerken, voor zover die worden gebouwd op of, binnen een afstand van 30 m tot gebieden, die op de verbeelding zijn aangeduid als 'Waarde - Archeologie middelhoog', zulks ter voorkoming van onevenredige aantasting van het zicht op en de landschappelijke inpassing van de betreffende waardevolle terreinen, maar ook omdat de exacte begrenzingen van archeologische terreinen niet in alle gevallen vaststaan.
Burgemeester en wethouders kunnen een omgevingsvergunning verlenen voor het afwijken van het bepaalde in artikel 20.2 voor bouwwerken ten behoeve van samenvallende bestemmingen, indien en voor zover met een archeologisch onderzoek is vastgesteld dat archeologische waarden daarmee niet onevenredig worden geschaad en in voldoende mate is gegarandeerd dat de middels archeologisch onderzoek vastgestelde archeologische waarden worden veiliggesteld door technische maatregelen of een archeologische opgraving. In het belang van de archeologische monumentenzorg kunnen aan de omgevingsvergunning de volgende verplichtingen worden verbonden:
Alvorens een omgevingsvergunning wordt verleend, wordt archeologisch advies ingewonnen.
Het is verboden op of in de voor 'Waarde - Archeologie middelhoog' aangewezen gronden zonder of in afwijking van een omgevingsvergunning van burgemeester en wethouders, de volgende werken, geen bouwwerk zijnde, en/of werkzaamheden uit te voeren, over een oppervlakte van 2.500 m² of meer:
Het bepaalde in artikel 20.5.1 is niet van toepassing op het uitvoeren van werken, geen bouwwerk zijnde, en werkzaamheden:
Het bepaalde in artikel 20.5.1 ter zake vrijstelling voor werken, geen bouwwerk zijnde, en/of werkzaamheden over een oppervlakte van minder dan 2.500 m² geldt niet indien voor de datum van voorgenomen werken of werkzaamheden een vrijstelling van aanlegvergunning is verleend voor aangrenzende terreinen of terreinen op een afstand van minder dan 25 m van het onderhavige terrein.
De werken of werkzaamheden als bedoeld in artikel 20.5.1 zijn slechts toelaatbaar indien:
Indien het niet mogelijk is de middels archeologisch onderzoek vastgestelde aanwezige archeologische waarden geheel of gedeeltelijk te behouden, wordt aan de omgevingsvergunning het voorschrift verbonden dat voorafgaand aan het uitvoeren van de werken en/of werkzaamheden een archeologische opgraving zal plaatsvinden of dat een archeologische begeleiding zal plaatsvinden.
Alvorens een omgevingsvergunning te verlenen als bedoeld in artikel 20.5.1 winnen burgemeester en wethouders advies in van een door hen aan te wijzen ter zake deskundige. Indien burgemeester en wethouders afwijken van een in de vorige zin bedoelde advies kan een omgevingsvergunning slechts worden verleend, indien vooraf van gedeputeerde staten de verklaring is ontvangen, dat zij tegen het verlenen van de vergunning geen bezwaar hebben.
Burgemeester en Wethouders kunnen de bestemming wijzigen door de bestemming 'Waarde - Archeologie middelhoog', als bedoeld in 20.1:
voor zover de geconstateerde aanwezigheid of afwezigheid van archeologische waarden, in voorkomend geval na beëindiging van opgravingen, daartoe aanleiding geeft. Alvorens een wijziging wordt uitgevoerd wordt archeologisch advies ingewonnen.
De voor 'Waarde - Beschermd stads- en dorpsgezicht' aangewezen gronden zijn, behalve voor de andere daar voorkomende bestemmingen, mede bestemd voor behoud, herstel en ontwikkeling van de binnen het beschermd stads- en dorpsgezicht voorkomende, dan wel daaraan eigen cultuurhistorische waarden. Deze cultuurhistorische waarden worden bepaald door de herkenbaarheid van de volgende elementen:
Voor zover de gronden tevens zijn gelegen binnen de overige aangewezen dubbelbestemmingen, bestemmingen en aanduidingen, zijn mede de desbetreffende regels van toepassing, met inachtneming van de voorrangsregels uit artikel 33.2.
Op de voor 'Waarde - Beschermd stads- en dorpsgezicht' aangewezen gronden gelden voor het bouwen de volgende regels:
Burgemeester en wethouders kunnen, ten behoeve van de instandhouding van de cultuurhistorische en ruimtelijke waarden, nadere eisen stellen aan plaats en afmetingen van de bebouwing.
Het bevoegd gezag kan een omgevingsvergunning verlenen voor afwijking van het bepaalde in artikel 21.2 onder b teneinde de bestaande hoofdvormgeving te veranderen, mits aan de volgende voorwaarden wordt voldaan:
met dien verstande dat met betrekking tot de toetsing aan deze voorwaarden advies is ingewonnen bij de Monumentencommissie.
Het is verboden op of in de als 'Waarde - Beschermd stads- en dorpsgezicht' aangewezen gronden zonder of in afwijking van een omgevingsvergunning van burgemeester en wethouders de volgende werken, geen bouwwerken zijnde, of werkzaamheden uit te voeren:
Het bepaalde in artikel 21.5.1 is niet van toepassing voor:
De werken of werkzaamheden als bedoeld in 21.5.1 zijn slechts toelaatbaar indien:
Het is verboden op of in de als 'Waarde - Beschermd stads- en dorpsgezicht' aangewezen gronden zonder of in afwijking van een omgevingsvergunning van burgemeester en wethouders de volgende werken, geen bouwwerken zijnde, of werkzaamheden uit te voeren:
Het bepaalde in artikel 21.6.1 is niet van toepassing voor:
De werken of werkzaamheden als bedoeld in 21.6.1 zijn slechts toelaatbaar indien:
De voor 'Waarde - Waardevolle bomen' aangewezen gronden zijn, behalve voor de andere daar voorkomende bestemming(en), mede bestemd voor het behoud van waardevolle en bijzondere boombeplantingen zoals deze zijn aangegeven op de gemeentelijke lijst van waardevolle en bijzondere bomen, voor zover en zolang aanwezig.
Voor zover de gronden tevens zijn gelegen binnen de overige aangewezen dubbelbestemmingen, bestemmingen en aanduidingen, zijn mede de desbetreffende regels van toepassing, met inachtneming van de voorrangsregels uit artikel 33.2.
Op de voor 'Waarde - Waardevolle bomen' aangewezen gronden mag niet worden gebouwd, behoudens indien een vergunning voor het kappen of vellen van de betreffende boom/bomen onherroepelijk rechtskracht heeft gekregen en er geen herplantplicht is opgelegd.
Het bevoegd gezag kan een omgevingsvergunning verlenen voor het afwijken van het bepaalde in artikel 22.2 voor bebouwing zoals toegestaan ingevolge de ter plaatse aangewezen andere bestemmingen, indien wordt aangetoond dat door het bouwen en/of gebruik van de gronden de conditie, levensverwachting, groeiplaats en (beeld)kwaliteit van de boom/bomen niet worden aangetast.
Ten behoeve van het verlenen van de omgevingsvergunning kan het bevoegd gezag een bomeneffectrapportage verlangen, waaruit blijkt dat het bouwen geen onevenredig nadelige gevolgen heeft voor de levensvatbaarheid en de ruimtelijke, monumentale of ecologische waarden van de boom.
Het is verboden op of in de voor 'Waarde - Waardevolle bomen' aangewezen gronden zonder of in afwijking van een omgevingsvergunning de volgende werken, geen bouwwerken zijnde, of werkzaamheden uit te voeren:
Het in artikel 22.4.1 gestelde is niet van toepassing voor:
De werken of werkzaamheden als bedoeld in 22.4.1 zijn slechts toelaatbaar indien door die werken of werkzaamheden dan wel door de daarvan hetzij direct hetzij indirect te verwachten gevolgen de in 22.1 genoemde waarden en doeleinden niet onevenredig worden aangetast dan wel de mogelijkheden voor het herstel van de eerstbedoelde waarden niet wezenlijk worden of kunnen worden verkleind.
De voor 'Waterstaat - Waterkering' aangewezen gronden zijn – behalve voor de andere aldaar voorkomende bestemming(en) – mede bestemd voor de waterkering.
Voor zover de gronden tevens zijn gelegen binnen de overige aangewezen dubbelbestemmingen, bestemmingen en aanduidingen zijn mede de desbetreffende regels van toepassing, met inachtneming van de voorrangsregels uit artikel 33.2.
Op deze gronden mag worden gebouwd en gelden de volgende regels:
Bij een omgevingsvergunning kan worden afgeweken van lid 23.2 onder b, met dien verstande dat:
Het is verboden op of in de gronden met de bestemming Waterstaat - Waterkering zonder of in afwijking van een omgevingsvergunning de volgende werken, geen bouwwerk zijnde, of de volgende werkzaamheden uit te voeren:
Het verbod van lid 23.4.1 is niet van toepassing op werken of werkzaamheden die:
De werken en werkzaamheden, zoals in lid 23.4.1 bedoeld, zijn slechts toelaatbaar, indien het waterkeringsbelang daardoor niet onevenredig wordt geschaad en hierover advies is ingewonnen bij de beheerder van de kering.
De voor Waterstaat - Waterlopen' aangewezen gronden zijn, behalve voor de andere daar voorkomende bestemming(en), mede bestemd voor bescherming, beheer en onderhoud van primaire wateren, zoals watergangen en regenwaterbuffers, overeenkomstig de Keur van het waterschap.
Voor zover de gronden tevens zijn gelegen binnen de overige aangewezen dubbelbestemmingen, bestemmingen en aanduidingen zijn mede de desbetreffende regels van toepassing, met inachtneming van de voorrangsregels uit artikel 33.2.
Op de voor 'Waterstaat - Waterlopen' aangewezen gronden mogen geen gebouwen worden gebouwd.
Op de voor 'Waterstaat - Waterlopen' aangewezen gronden mogen uitsluitend worden gebouwd, bouwwerken geen gebouw zijnde:
Het bevoegd gezag kan een omgevingsvergunning verlenen voor het afwijken van het bepaalde in artikel 24.2.2, voor het bouwen van bouwwerken, geen gebouw zijnde of gebouwen binnen de voor 'Waterstaat - Waterlopen' aangewezen gronden, met dien verstande dat:
Grond die eenmaal in aanmerking is genomen bij het toestaan van een bouwplan waaraan uitvoering is gegeven of alsnog kan worden gegeven, blijft bij de beoordeling van latere bouwplannen buiten beschouwing.
Kelders zijn uitsluitend toegestaan onder hoofdgebouwen, aan- en uitbouwen en aangebouwde bijgebouwen, met dien verstande dat de kelders vloeistofdicht worden uitgevoerd en niet leiden tot een onevenredige aantasting van de waterhuishoudkundige natuurwaarden.
Een dakkapel is als ondergeschikte toevoeging aan het dakvlak toegestaan, en verhoogt
de goothoogte niet, mits deze voldoet aan de volgende voorwaarden:
Het bevoegd gezag kan een omgevingsvergunning verlenen voor het afwijken van het bepaalde in artikel 26.2.1 onder c. teneinde dakkapellen met een grotere breedte tot te staan bij dakvlakken met een breedte groter dan 5,40 m, met dien verstande dat de totale breedte van dakkapellen niet meer mag bedragen dan 50% van de breedte van het betreffende dakvlak.
Burgemeester en wethouders kunnen nadere eisen stellen aan de situering van bebouwing, een en ander ter voorkoming van een onevenredige aantasting van de cultuurhistorische waarden van monumenten en beeldbepalende panden.
Het is verboden de gronden en bouwwerken in dit bestemmingsplan te gebruiken en/of te doen en/of laten gebruiken en/of in gebruik te geven op een wijze of tot een doel strijdig met de gegeven bestemming(en).
Onder gebruiken in strijd met het bestemmingsplan wordt in ieder geval verstaan het gebruik van gronden en bouwwerken voor en/of als:
Op de gronden gelegen binnen de aanduiding 'milieuzone - geurzone' mogen, ongeacht het bepaalde in de afzonderlijke bestemmingen, geen nieuwe geurgevoelige objecten worden gebouwd.
Het bevoegd gezag kan bij een omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in artikel 29.1.1:
Ter plaatse van de aanduiding 'overige zone - aardkundig waardevol gebied' strekt de bestemming mede tot de bescherming en veiligstelling van aardkundige waarden, zoals dalglooiingen, steilranden en bodemovergangen.
Op deze gronden mag worden gebouwd en gelden de volgende regels:
Het is verboden op of in de voor 'overige zone - aardkundig waardevol gebied' aangewezen gronden zonder of in afwijking van een omgevingsvergunning de volgende werken, geen bouwwerken zijnde, of werkzaamheden uit te voeren:
Het hiervoor gestelde is niet van toepassing, indien de werken en werkzaamheden:
De werken en werkzaamheden als hiervoor bedoeld zijn slechts toelaatbaar, indien daardoor de aardkundige waarden zoals omschreven in lid 29.2.1 niet onevenredig worden of kunnen worden aangetast.
Ter plaatse van de aanduiding 'overige zone - attentiegebied ecologische hoofdstructuur' mogen geen fysieke ingrepen worden uitgevoerd met een negatief effect op de waterhuishouding van het hierbinnen gelegen Natuur Netwerk Brabant.
Het is verboden op of in de voor 'overige zone - attentiegebied ecologische hoofdstructuur' aangewezen gronden zonder of in afwijking van een omgevingsvergunning de volgende werken, geen bouwwerken zijnde, of werkzaamheden uit te voeren:
Het hiervoor gestelde is niet van toepassing voor:
De werken of werkzaamheden als hiervoor bedoeld zijn slechts toelaatbaar indien daarover vooraf advies wordt ingewonnen bij het betreffende waterschap.
Ter plaatse van de aanduiding 'overige zone - ecologische verbindingszone' gelden in afwijking van de bouwregels uit hoofdstuk 2 met betrekking tot het oprichten van bouwwerken en het aanbrengen van verhardingen de volgende regels:
Het bevoegd gezag kan een omgevingsvergunning verlenen voor het afwijken van het bepaalde in artikel 29.4.1 teneinde bebouwing op te richten en/of grotere oppervlakten aan verharding aan te brengen overeenkomstig de overige voor deze gronden geldende bestemmingen, mits de mogelijkheden voor de verwezenlijking, het behoud en het beheer van de ecologische verbindingszone daardoor niet onevenredig worden aangetast.
Het is verboden op of in de voor 'overige zone - groenblauwe mantel' aangewezen gronden zonder of in afwijking van een omgevingsvergunning de volgende werken, geen bouwwerken zijnde, of werkzaamheden uit te voeren:
Het hiervoor gestelde is niet van toepassing voor werken of werkzaamheden welke:
De werken of werkzaamheden als hiervoor bedoeld zijn slechts toelaatbaar indien:
Ter plaatse van de aanduiding 'veiligheidszone - lpg' mogen geen kwetsbare of beperkt kwetsbare objecten, zoals genoemd in het Besluit externe veiligheid inrichtingen worden gerealiseerd.
Het bevoegd gezag kan door middel van een omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in artikel 29.6.1, met dien verstande dat:
Het bevoegd gezag kan een omgevingsvergunning verlenen voor het afwijken van de in deze regels voorgeschreven minimale en/of maximale maten (hoogte, oppervlakte, inhoud etc.) en percentages tot maximaal 10% van die maten en percentages, met dien verstande dat dit niet geldt wanneer reeds op grond van deze regels een andere ontheffing is of kan worden verleend en mits dit geen onevenredige inbreuk maakt op het woon- en leefklimaat en/of de stedenbouwkundige kwaliteit van de omgeving.
Burgemeester en wethouders kunnen het bestemmingsplan wijzigen voor het in geringe mate, tot maximaal 2,00 meter, verschuiven van de bestemmingsgrenzen, mits dit noodzakelijk is, in verband met afwijkingen of onnauwkeurigheden op de kaart ten opzichte van de feitelijke situatie, voor zover daarmee wordt beoogd een zo goed mogelijke overeenstemming tussen het plan en de werkelijke toestand te bereiken.
Bij het stellen van nadere eisen, worden in ieder geval de volgende procedureregels in acht genomen:
Indien en voor zover in deze regels wordt verwezen naar andere wettelijke regelingen, dienen deze regelingen te worden gelezen, zoals deze luidden op het tijdstip van inwerkingtreding van het bestemmingsplan.
In het geval van strijdigheid van belangen tussen een bestemming en een dubbelbestemming, met name aan de orde bij wijzigingsbevoegdheden, gaat het belang van de dubbelbestemming voor.
Ten aanzien van de onderlinge relatie tussen de dubbelbestemmingen geldt dat dubbelbestemmingen gericht op het instandhouden of ontwikkelen van het groene karakter en het voorkomen van bebouwing voorgaan boven dubbelbestemmingen met bebouwing.
In concreto wordt in afnemende mate prioriteit verleend aan de dubbelbestemming:
Burgemeester en wethouders kunnen bij een omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in artikel 31.3.1:
Deze regels worden aangehaald als:
Regels van het bestemmingsplan "Eeneind 2018".