Plan: | Wereld van de Efteling 2030 |
---|---|
Status: | vastgesteld |
Plantype: | bestemmingsplan |
IMRO-idn: | NL.IMRO.0809.BPWvdEfteling2030-VA03 |
het bestemmingsplan Wereld van de Efteling 2030 van de gemeente Loon op Zand.
de geometrisch bepaalde planobjecten als vervat in het GML-bestand NL.IMRO.0809.BPWvdEfteling2030-VA03 met de bijbehorende regels.
een hoge ondersteuningsconstructie die een antenne draagt.
een aan een hoofdgebouw toegevoegde, afzonderlijke ruimte die qua afmetingen en/of visueel opzicht (onder meer voor wat betreft goothoogte, dakhelling en/of dakvorm), ondergeschikt is aan het hoofdgebouw.
een geometrisch bepaald vlak of een figuur, waarmee gronden zijn aangeduid, waarvoor ingevolge dit bestemmingsplan regels worden gesteld ten aanzien van het gebruik en/of het bebouwen van deze gronden.
de grens van een aanduiding indien het een vlak betreft.
een aan een hoofdgebouw gebouwd bijgebouw, dat een functionele eenheid vormt met het hoofdgebouw, maar dat in bouwkundig opzicht (afmetingen) ondergeschikt is aan het hoofdgebouw.
een beroep of het beroepsmatig verlenen van diensten gericht op consumentenverzorging c.q. het uitoefenen van ambachtelijke bedrijvigheid, geheel of gedeeltelijk door middel van handwerk, dat door zijn beperkte omvang in een woning en daarbij behorende gebouwen, met behoud van woonfunctie, kan worden uitgeoefend.
een beroep of het beroepsmatig verlenen van diensten op administratief, juridisch, medisch, therapeutisch, kunstzinnig, ontwerptechnisch of daarmee gelijk te stellen gebied, dat door zijn beperkte omvang in een woning en daarbij behorende bijgebouwen met behoud van de woonfunctie kan worden uitgeoefend.
waarden en kenmerken van een gebied die vanwege geologische, geomorfologische, bodemkundige en (geo)hydrologische verschijnselen en processen dan wel anderszins vanwege de natuurlijke ontstaansgeschiedenis van de bodem, van algemeen belang zijn vanuit aardkundig oogpunt.
een bedrijf dat gericht is op het voortbrengen van producten door middel van telen van gewassen of het houden van dieren, waarbij onderscheid wordt gemaakt in:
agrarisch bedrijf, (vollegronds)teeltbedrijf:
agrarisch bedrijf in de land- en tuinbouwsector dat zich richt op het telen van gewassen met een bedrijfsvoering die geheel of in overwegende mate niet in gebouwen plaatsvindt.
agrarisch bedrijf, veehouderij:
agrarisch bedrijf gericht op het fokken, mesten en houden van runderen, varkens, schapen, geiten, pluimvee, tamme konijnen en pelsdieren.
agrarisch bedrijf, grondgebonden veehouderij:
veehouderij waarvan het voer en de mest voor het overgrote deel gewonnen respectievelijk aangewend worden op gronden die in gebruik zijn van de veehouderij en die in de directe omgeving liggen van de bedrijfslocatie.
agrarisch bedrijf, intensieve veehouderij:
agrarisch bedrijf met een bedrijfsvoering die geheel of in overwegende mate in gebouwen plaatsvindt en gericht is op het houden van dieren, zoals rundveemesterij, varkens-, vleeskalver-, pluimvee-, pelsdier-, geiten- of schapenhouderij of een combinatie van deze bedrijfsvormen, alsmede naar de aard daarmee gelijk te stellen bedrijfsvormen, met uitzondering van grondgebonden veehouderij.
agrarisch bedrijf, glastuinbouwbedrijf:
agrarisch bedrijf met een bedrijfsvoering die geheel of in overwegende mate in kassen plaatsvindt.
agrarisch bedrijf, overig
agrarisch bedrijf dat niet binnen de begripsbepaling van veehouderij, vollegrondsteeltbedrijf of glastuinbouwbedrijf valt, gericht op het telen van vissen, wormen, insecten en/ of gewassen met een bedrijfsvoering die geheel of in overwegende mate in gebouwen plaatsvindt.
waarden die bestaan uit de aanwezigheid van een bodemarchief met sporen van vroegere menselijke bewoning en/of grondgebruik daarin, en als zodanig van wetenschappelijk belang zijn en het cultuurhistorisch erfgoed vertegenwoordigen.
verwachte aanwezige waarden die bestaan uit de aanwezigheid van een bodemarchief met sporen van vroeger menselijke bewoning en/of grondgebruik daarin en als zodanig van wetenschappelijk belang zijn en het cultuurhistorisch erfgoed vertegenwoordigen.
onderzoek verricht door of namens een dienst of instelling die over een opgravingsvergunning beschikt.
een of meer gebouwen en/of bouwwerken, geen gebouwen zijnde.
een inrichting of instelling gericht op het bedrijfsmatig voortbrengen, vervaardigen, bewerken, opslaan, installeren en/of herstellen van goederen dan wel het bedrijfsmatig verlenen van diensten, aan huis gebonden beroepen daaronder niet begrepen.
Bedrijfsbebouwing ten behoeve van een veehouderij:
onder bedrijfsbebouwing ten behoeve van een (intensieve) veehouderij wordt verstaan:
een gebouw dat dient voor de uitoefening van een bedrijf.
de totale vloeroppervlakte van de ruimte binnen een gebouw of bouwwerk en/of op een terrein die wordt gebruikt voor de uitoefening een bedrijf, een dienstverlenend bedrijf of een dienstverlenende instelling, inclusief (binnen)opslag, rust- en rookruimten, administratieruimten en dergelijke.
in uitoefening van een bedrijf.
een woning in of bij een gebouw of op een terrein, bedoeld voor (het huishouden van) een persoon, wiens huisvesting daar gelet op de bedrijfsvoering van het gebouw of het terrein, noodzakelijk is.
het bedrijfsmatig exploiteren en beheren van een verblijfsrecreatief complex, gericht op het jaarlijks aanbieden van recreatief verblijf aan meerdere, steeds wisselende personen.
de bebouwing en het gebruik, zoals aanwezig op het tijdstip van de terinzagelegging van het ontwerp van dit bestemmingsplan, dan wel gebouwd zijn of gebouwd kunnen worden overeenkomstig Wet algemene bepalingen omgevingsrecht of krachtens die wet gegeven voorschriften.
de grens van een bestemmingsvlak.
een geometrisch bepaald vlak met eenzelfde bestemming.
bevoegd gezag zoals bedoeld in de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht.
voorzieningen, die horen bij de betreffende bedrijfsvoering op gronden (onder andere weg- en waterbouwkundige voorzieningen) en/of bouwvlakken (onder andere opslag en energievoorziening).
een op zichzelf staand, vrijstaand gebouw, dat door de vorm onderscheiden kan worden van het op hetzelfde bouwperceel gelegen hoofdgebouw en dat in functioneel en architectonisch opzicht ondergeschikt is aan het hoofdgebouw.
één gebouw, dat bestaat uit één overwegend ongelede (hoofd)bouwmassa, waarbinnen zich de (voormalige) agrarische bedrijfswoning en de (voormalige) agrarische bedrijfsruimten bevinden, zoals bijvoorbeeld een langgevelboerderij of een kortgevelboerderij.
het plaatsen, het geheel of gedeeltelijk oprichten, vernieuwen of veranderen en het vergroten van een bouwwerk, alsmede het geheel of gedeeltelijk oprichten, vernieuwen of veranderen van een standplaats.
de grens van een bouwvlak.
een doorlopend gedeelte van een gebouw dat door op gelijke of bij benadering gelijke hoogte liggende vloeren of balklagen is begrensd.
een complex van aaneen gebouwde bouwwerken.
een aaneengesloten stuk grond, waarop ingevolge deze regels een zelfstandige, bij elkaar behorende bebouwing is toegelaten.
een grens van een bouwperceel.
een geometrisch bepaald vlak, waarmee gronden zijn aangeduid, waar ingevolge de regels bepaalde gebouwen en bouwwerken, geen gebouwen zijnde, zijn toegelaten.
elke constructie van enige omvang van hout, steen, metaal of ander materiaal, die hetzij direct of indirect met de grond is verbonden, hetzij direct of indirect steun vindt in of op de grond.
een toren die gebruikt wordt om vanuit een hoog punt de wijde omgeving te kunnen bekijken en bewaken.
een horecabedrijf, niet zijnde een discotheek of bar/dancing, uitsluitend of overwegend gericht op het verstrekken van dranken voor consumptie ter plaatse, met als nevenactiviteit het verstrekken van kleine etenswaren, al dan niet ter plaatse bereid.
waarden en kenmerken van een gebied of daar aanwezige zaken, verband houdend met het bouwkundig erfgoed, het stedenbouwkundig erfgoed, de historische groenwaarden, het historisch-geografisch erfgoed en de bekende en verwachte archeologische waarden.
verblijf buiten de woning voor recreatieve doeleinden zonder dat er een overnachting elders mee gepaard gaat.
voorziening ten behoeve van dagrecreatie.
iedere bovenbeëindiging van een gebouw.
het bedrijfsmatig te koop aanbieden, waaronder begrepen de uitstalling ten verkoop, het verkopen en/of leveren van goederen aan personen die die goederen kopen voor gebruik, verbruik of aanwending anders dan in de uitoefening van een beroeps- of bedrijfsactiviteit.
aanwezige en potentiële waarden, gebaseerd op de beoogde natuurkwaliteit voor het gebied, waartoe behoren de natuurdoelen en natuurkwaliteit, geomorfologische processen, de waterhuishouding, de kwaliteit van bodem, water en lucht, rust, de mate van stilte, donkerte en openheid, de landschapsstructuur en de belevingswaarde.
visueel afschermende, maskerende en/of het landschapsbeeld versterkende en overwegend opgaande (rand)beplanting binnen of direct aansluitend op het bestemmingsvlak of bouwperceel van een bedrijf, een woning of een terrein met een andere functie.
een vorm van recreatief medegebruik die nauwelijks of geen invloed heeft op de in de bestemmingsomschrijving van de bestemmingen gegeven doeleinden zoals wandelen, fietsen en dergelijke, al dan niet aangelegde en aanwezige voorzieningen, waarbij de recreatie geen substantieel beslag legt op de ruimte, zoals wandel-, ruiter- en fietspaden, vis- en picknickplaatsen en strandjes.
doeleinden ten behoeve waarvan gebruik van gebouwen en/of gronden of aangewezen delen daarvan is toegestaan.
elk bouwwerk, dat een voor mensen toegankelijke, overdekte, geheel of gedeeltelijk met wanden omsloten ruimte vormt.
voorzieningen ten dienste van en ondergeschikt aan de verblijfsrecreatie, zoals een ontvangstkantoor/receptie, kampeerwinkel, ruimtes voor vermaak, sport- en speelvoorzieningen, sanitaire voorzieningen, een zwembad of horeca.
woningen en andere geluidsgevoelige gebouwen en geluidsgevoelige terreinen, zoals bedoeld in artikel 1 van de Wet geluidhinder.
gebouwen en/of gronden die geheel of gedeeltelijk zijn ingericht om daarin respectievelijk daarop gelegenheid te geven tot recreatief nachtverblijf in groepen, waarbij gebruikers hun hoofdverblijf elders hebben.
reconstructie, wederopbouw, opnieuw bouwen.
gebruik van een bestaande agrarische bouwlocatie (bouwvlak) ofwel een bestaande niet-agrarische bouwlocatie (niet-agrarisch bedrijf of wonen) voor de nieuwvestiging of verplaatsing van een bedrijf.
een functie waarvoor het hoofdgebouw en/of gronden als zodanig mag worden gebruikt.
een gebouw, dat op een bouwperceel door zijn constructie, afmetingen of functie als het belangrijkste bouwwerk valt aan te merken.
een horecabedrijf dat tot hoofddoel heeft het verstrekken van logies met als nevenactiviteiten het verstrekken van maaltijden en/of dranken voor consumptie ter plaatse.
bedrijfsmatig verstrekken van dranken of etenswaren voor gebruik ter plaatse, bedrijfsmatig bieden van hotelaccommodatie, bedrijfsmatig bieden van vermaaks- of wellnessfaciliteiten of bedrijfsmatig bieden van congres- of vergaderfaciliteiten, één en ander al dan niet in combinatie met elkaar.
voorziening gericht op het verlenen van diensten op administratief, financieel, architectonisch, juridisch of een daarmee naar aard gelijk te stellen gebied, waarbij het publiek niet of slechts in ondergeschikte mate rechtstreeks te woord wordt gestaan en geholpen.
herkenbaar, markant, wegen schoonheid, betekenis voor de wetenschap of cultuurhistorische waarde van belang.
agrarisch bedrijfsgebouw waarvan de wanden en het dek voornamelijk bestaan uit glas of een ander lichtdoorlatend materiaal en dienend voor de productie van gewassen onder geconditioneerde klimaatomstandigheden waaronder mede begrepen een schuurkas of een permanente tunnel- of boogkas hoger dan 1,5 m.
kleinschalig recreatief nachtverblijf op gronden met een andere hoofdfunctie, met gebruikmaking kampeermiddelen tot een in de regels aangegeven maximum aantal kampeermiddelen.
kleinschalige recreatieve activiteiten in de vorm van logies (en ontbijt) tot een in de regels aangegeven maximum aantal verblijfseenheden, zoals logeren bij de boer.
een (beperkt) kwetsbaar object, zoals bedoeld in artikel 1 van het Besluit externe veiligheid inrichtingen.
ecologische en/of landschappelijke waardevolle elementen zoals bosjes, houtwallen, poelen en moerasjes, in de regel kleiner dan 2 ha zonder een agrarische productiefunctie.
gebruikswaarde, belevingswaarde en toekomstwaarde van het landschap, gericht op ruimtelijke, ecologische, cultuurhistorische en recreatieve aspecten.
het in wedstrijdverband, voorafgaand aan wedstrijden of voor recreatieve doeleinden gebruiken van bromfietsen en/of gemotoriseerde voertuigen, waarbij motorisch of mechanisch geluid wordt geproduceerd dat zodanig is dat het omgevingslawaai wordt overschreden, waaronder in ieder geval begrepen de autosport, motorsport (inclusief 4x4-terreinrijden), (model)vliegsport, karting, watersport in de vorm van Jetski’s en soortgelijke geluidsproducerende sporten.
educatieve, sociaal-medische, sociaal-culturele en levensbeschouwelijke voorziening.
een bedrijf dat op eigen terrein binnen of buiten een gebouw gelegenheid geeft tot het beoefenen van de paardensport en al dan niet mogelijkheden biedt voor het verblijf en de verzorging van paarden.
het bieden van zorg aan eenieder die hulpbehoevend is op het fysieke, psychische en/of sociale vlak, op vrijwillige basis en buiten organisatorisch verband.
waarden in verband met de aanwezigheid van bijzondere planten, dieren en leefgemeenschappen in onderlinge samenhang en in samenhang met hun leefomgeving (biotoop) en welke verband houden met zaken als verscheidenheid/zeldzaamheid, natuurlijkheid/ongestoordheid en kenmerkendheid voor het gebied.
een voorziening ten behoeve van de telecommunicatie en de gas-, water- en elektriciteitsdistributie, alsmede soortgelijke voorzieningen van openbaar nut, waaronder in ieder geval worden begrepen transformatorhuisjes, pompstations, gemalen, telefooncellen en zendmasten.
een horecavoorziening binnen een bestemming waarvan de functie een andere dan horeca is maar waar men uitsluitend ten behoeve van de hoofdfunctie een ruimte specifiek heeft ingericht voor de consumptie van drank en etenswaren, zoals een kantine in een verenigingsgebouw of sportvoorziening.
een bouwwerk, of een deel van een bouwwerk dat geen steun vindt op het maaiveld, met als doel de functie van het maaiveld door te zetten, c.q. met elkaar te verbinden.
een dakconstructie in de vorm van een bouwwerk, geen gebouw zijnde.
een overstekend deel van een dak of gootconstructie, waarbij het overstekende deel niet dieper mag zijn dan 0,5 m.
een onoverdekte voorziening bedoeld voor het berijden, africhten en laten bewegen van paarden.
de omvang, vorm en situering van percelen.
de grens van een perceel.
het gebruik van een gebouw of ander onderkomen als woonruimte op een wijze, die ingevolge de bepalingen van de Wet gemeentelijke basisadministratie persoonsgegevens, noopt tot inschrijving van de bewoner(s) in het bevolkingsregister van de gemeente waarin dat gebouw is gelegen, of indien betrokkene op meer dan één adres woont, het gebruik van het gebouw of ander onderkomen als verblijf waar betrokkene naar redelijke verwachting gedurende een half jaar de meeste malen zal overnachten, met dien verstande dat van permanent verblijf voorts wordt geacht sprake te zijn wanneer buiten het zomerseizoen (dat loopt van 1 mei tot 1 oktober) in een kalenderjaar ter plaatse door betrokkene meer dan 70 maal nachtverblijf wordt gehouden en door betrokkene niet aannemelijk is of kan worden gemaakt, dat elders over een hoofdwoonverblijf wordt beschikt.
een horizontaal vlak, ter afdekking van een gebouw, dat meer dan tweederde van de grondoppervlakte van het gebouw beslaat.
een bedrijfswoning, behorend tot of voorheen behorend tot een agrarisch bedrijf, die door een derde bewoond mag worden en die niet wordt beschermd tegen de milieugevolgen van het bijbehorende agrarische bedrijf en die wordt geacht deel uit te maken van de inrichting van het agrarische bedrijf.
qua oppervlakte beperkte detailhandel van streekproducten en/of eigen goederen/producten vanuit een bedrijf dat die goederen/producten vervaardigt/produceert, bewerkt en/of toepast in het productieproces, waarbij de detailhandelsfunctie ondergeschikt is aan de productiefunctie.
het zich beschikbaar stellen tot het verrichten van seksuele diensten ten behoeve van een ander tegen vergoeding.
prostitutie, raamprostitutie:
een seksinrichting met één of meer ramen van waarachter de prostituee/prostitué tracht de aandacht van passanten op zich te vestigen.
prostitutie, straatprostitutie:
het door handelingen, houding, woord, gebaar of op andere wijze passanten tot prostitutie bewegen, uitnodigen dan wel aanlokken.
een recreatief gebruik van gronden dat ondergeschikt is aan de functie van de bestemming waarbinnen dit recreatieve gebruik is toegestaan.
het gebruik van een gebouw of ander onderkomen als woonruimte ten behoeve van niet permanent verblijf.
voorzieningen bedoeld voor recreatief gebruik.
woning ten behoeve van recreatief verblijf, waarbij de gebruikers hun hoofdverblijf elders hebben.
een gebouw of onderkomen, zoals een chalet of stacaravan, bestemd voor recreatieve doeleinden ten dienste van een huishouden dat zijn hoofdverblijf elders heeft, veelal gedurende het zomerseizoen of weekenden.
een horecabedrijf dat tot hoofddoel heeft het verstrekken van maaltijden voor consumptie ter plaatse, met als nevenactiviteit het verstrekken van alcoholische en niet-alcoholische dranken.
een inrichting, bij welke ingevolge het Besluit externe veiligheid inrichtingen een grenswaarde, richtwaarde voor het risico c.q. risicoafstand moet worden aangehouden bij het in het bestemmingsplan toelaten van kwetsbare of beperkt kwetsbare objecten.
kwaliteit van een gebied die bepaald wordt door de mate waarin sprake is van gebruikswaarde, belevingswaarde en toekomstwaarde.
een voor het publiek toegankelijke besloten ruimte waarin bedrijfsmatig, of in een omvang alsof zij bedrijfsmatig was seksuele handelingen worden verricht of vertoningen van erotisch-pornografische aard plaatsvinden. Onder een seksinrichting worden in ieder geval verstaan: een seksbioscoop, seksautomatenhal, sekstheater, een parenclub, een (raam)prostitutiebedrijf en een erotische massagesalon, al dan niet in combinatie met elkaar.
het geheel of gedeeltelijk afbreken van een bouwwerk.
faciliteit, bijvoorbeeld een sportveld, sporthal of soortgelijke accommodatie, waar lichamelijke activiteiten kunnen worden beoefend.
zie recreatieverblijf.
een afgescheiden, gemarkeerde of anderszins aangegeven plaats op een kampeerterrein voor het tijdelijk plaatsen of geplaatst houden van een mobiel kampeermiddel, waarbij een bijzettentje niet als afzonderlijk kampeermiddel wordt aangemerkt.
(binnen)opslag van goederen die geen regelmatige verplaatsing behoeven, niet bestemd zijn voor handel en niet worden opgeslagen voor een elders gevestigd niet-agrarisch bedrijf, zoals (seizoens)stalling van (antieke) auto’s, boten, caravans, campers en dergelijke.
ondersteunende voorziening die een onderdeel is van de vollegrondse bedrijfsvoering van een tuinbouwbedrijf of boomkwekerij.
(teelt)ondersteunende kas:
een teeltondersteunende voorziening, bestaande uit een agrarisch bedrijfsgebouw waarvan de wanden en het dek voornamelijk bestaan uit glas of een ander lichtdoorlatend materiaal en dienend voor de productie van gewassen onder geconditioneerde klimaatomstandigheden.
teeltondersteunende voorzieningen, permanent:
teeltondersteunende voorziening die voor onbepaalde tijd wordt gebruikt, niet zijnde een kas. Hieronder worden verstaan schuurkassen en permanente tunnel- of boogkassen (> 1,5 meter).
teeltondersteunende voorzieningen, tijdelijk:
teeltondersteunende voorzieningen die op dezelfde locatie gebruikt kunnen worden zo lang de teelt dit vereist, voor aaneengesloten periode van maximum van 6 maanden. Deze tijdelijke voorzieningen hebben een directe relatie met het grondgebruik. Hieronder worden verstaan folies, insectengaas, acryldoek, wandelkappen, schaduwhallen, hagelnetten.
teeltondersteunende voorzieningen, overig
een permanente (teelt)ondersteunende voorziening c.q. een bouwwerk in de vorm van een hek met afrastering, met een hoogte van niet meer dan 3 m, op boomteelt percelen waarmee dieren van die percelen geweerd kunnen worden (boomteelthek en regenkappen).
de vergroting van een bestaande ruimte in een hoofdgebouw, die qua afmetingen en/of in visueel opzicht (onder meer wat betreft (goot)hoogte, dakhelling en/of dakvorm), ondergeschikt is aan het hoofdgebouw.
verblijfsruimte bedoeld voor recreatief nachtverblijf zoals logies en ontbijt of gastenkamers.
het verblijf voor recreatieve doeleinden buiten de eerste woning, waarbij ten minste een nacht wordt doorgebracht, met uitzondering van overnachtingen bij familie en kennissen. Hieronder worden onder andere verstaan een camping, groepsaccommodatie, etcetera.
activiteiten bij een agrarisch bedrijf die voortvloeien uit de agrarische bedrijfsvoering en die ten dienste staan van het agrarische bedrijf zoals agro-toerisme, agrarisch natuurbeheer, bewerking en waardevermeerdering van ter plaats geproduceerde producten, productiegebonden/ondergeschikte detailhandel en zorgboerderijen.
de voor het publiek zichtbare en toegankelijke (besloten) winkelruimte ten behoeve van de detailhandel.
een bedrijf dat jaarrond een arbeidsbehoefte of -omvang heeft van tenminste één volledige arbeidskracht, met een daarbij passend jaarinkomen, en waarvan het behoud ook op langere termijn in voldoende mate en op duurzame wijze is verzekerd, dat wil zeggen zowel bedrijfseconomisch als milieuhygiënisch.
de denkbeeldige lijn die strak langs de voorgevel (i.c. de meest gezichtsbepalende gevel) van het hoofdgebouw wordt getrokken tot aan de zijdelingse bestemmingsgrenzen.
wijziging van de begrenzing van een bouwvlak zonder dat dit gepaard gaat met een vergroting van de totale oppervlakte.
bebouwing waarbij de hoofdgebouwen aan beide zijden niet zijn gebouwd in de perceelsgrens.
een van de woning (en haar aangebouwde bijgebouwen) vrijstaand bijgebouw, dat niet direct ten dienste staat van de woonfunctie, zoals een garage, berging, hobbyruimte en dat zowel wat betreft afmetingen als in functioneel opzicht ondergeschikt is aan het hoofdgebouw.
voorzieningen, die het waterhuishoudkundige belang dienen, zoals watergangen, waterlopen, retentievoorzieningen, kunstwerken, onderhoudsstroken ten behoeve van het beheer en onderhoud van een watergang of waterloop.
alle voor het openbaar verkeer openstaande wegen of paden met inbegrip van de daarin liggende bruggen en duikers en de tot die wegen behorende paden en bermen of zijkanten.
een werkzaamheid of constructie, geen gebouw of bouwwerk zijnde.
bouwwerk bedoeld voor het opwekken van elektriciteit door middel van wind(energie).
het gebruik van een complex van ruimten voor de huisvesting van niet meer dan één huishouden.
een (gedeelte van een) gebouw dat dient voor de zelfstandige huisvesting van één huishouden.
een geprefabriceerd, demontabel en/of relatief eenvoudig te verwijderen gebouw, bestaande uit één bouwlaag, geschikt en ingericht (met de basisvoorzieningen) ten dienste van een niet permanent (woon)verblijf.
een (voormalige) boerderij - inclusief bijbehorende gebouwen met uitsluitend een dagbestedingsfunctie, bestemd voor opvang van mensen met een zorgvraag waarbij sprake is van een combinatie van zorg en functioneel gebruik van de groene ruimte door het begeleid verrichten van eenvoudige activiteiten gerelateerd aan de boerderij.
een voorziening ten behoeve van de welzijnszorg, in combinatie met de verzorging/verpleging van mensen op het fysieke, psychische en/of sociale vlak in het kader van de verbetering van hun welzijn, met uitzondering van mantelzorg.
veehouderij die door het treffen van maatregelen, onder andere gericht op landschap, het verder sluiten van kringlopen op lokaal niveau, emissiebeperking en gezondheid voor mens en dier, ruimtelijk en maatschappelijk optimaal is ingepast in zijn omgeving.
het moment waarop een attractie dan wel recreatief verblijf op de betreffende gronden wordt opengesteld voor publiek.
het natuurgebied 'Het Loonsche Land', dat door middel van arcering is aangeduid op de kaart die als bijlage 4 bij de planregels is gevoegd.
een variant op een turborotonde, waarbij door het realiseren van meerdere, verspringende, rijstroken een optimale doorstroming wordt gerealiseerd.
toestel bestemd voor vermaak of ontspanning met een maximale hoogte van 4 m en waarbij uitsluitend van zwaartekracht of fysieke kracht van de mens gebruik wordt gemaakt.
een attractie die geheel inpandig wordt gerealiseerd, met dien verstande dat de opstelstrook voor de wachtrij in de openlucht gelegen mag zijn.
een attractie die niet inpandig, maar geheel of gedeeltelijk in de openlucht is gelegen.
binnen een gebouw, met dien verstande dat het gebouw met wanden omsloten dient te zijn.
Huisvestingssysteem als bedoeld in bijlage 1 Rav.
Regeling ammoniak en veehouderij zoals die regeling luidt ten tijde van de vaststelling van dit bestemmingsplan.
Bij de toepassing van deze regels wordt als volgt gemeten:
de afstand tot de bebouwing en de as van de weg.
de kortste afstand van het verticale vlak in de zijdelingse perceelsgrens tot enig punt van het op dat bouwperceel voorkomende bouwwerk.
de grondoppervlakte van alle op een bouwperceel aanwezige gebouwen tezamen.
het oppervlak dat met bouwwerken is bebouwd, uitgedrukt in procenten van de oppervlakte van het bouwperceel, voor zover dat is gelegen binnen de bestemming, of binnen een in de regels nader aan te duiden gedeelte van die bestemming.
tussen de buitenwerkse hoofdgevelvlakken en/of de harten van scheidingsmuren.
langs het dakvlak ten opzichte van het horizontale vlak.
vanaf het peil tot aan het hoogste punt van een gebouw of van een bouwwerk, geen gebouw zijnde, met uitzondering van ondergeschikte bouwonderdelen, zoals schoorstenen, antennes, en naar de aard daarmee gelijk te stellen bouwonderdelen.
vanaf het peil tot aan de bovenkant goot, c.q. de druiplijn, het boeibord, of een daarmee gelijk te stellen constructiedeel.
tussen de bovenzijde van de begane grondvloer, de buitenzijde van de gevels (en/of het hart van de scheidingsmuren) en de buitenzijde van daken en dakkapellen.
tussen de buitenwerkse gevelvlakken en/of de harten van scheidingsmuren, neerwaarts geprojecteerd op het gemiddelde niveau van het afgewerkte bouwterrein ter plaatse van het bouwwerk.
De voor 'Agrarisch' aangewezen gronden zijn bestemd voor:
Binnen deze bestemming mogen geen gebouwen worden gebouwd.
Voor het bouwen van bouwwerken, geen gebouwen zijnde, gelden de volgende voorwaarden:
De voor 'Bedrijf' aangewezen gronden zijn bestemd voor:
Voor het bouwen van bedrijfsgebouwen en overkappingen gelden de volgende voorwaarden:
Voor het bouwen van bedrijfswoningen gelden de volgende voorwaarden:
Voor het bouwen van vrijstaande bijgebouwen en overkappingen bij bedrijfswoningen gelden de volgende voorwaarden:
Voor het bouwen van bouwwerken, geen gebouwen zijnde, gelden de volgende voorwaarden:
Het bevoegd gezag kan een omgevingsvergunning verlenen voor het afwijken van het bepaalde in:
Het bevoegd gezag kan een omgevingsvergunning verlenen voor het afwijken van het bepaalde in lid 4.2.2 onder c voor het uitbreiden van het bebouwde oppervlak waarbij moet worden voldaan aan de volgende voorwaarden:
Binnen de bestemming 'Bedrijf' is de uitoefening van aan-huis-gebonden beroepen bij de bedrijfswoning toegestaan, waarbij de volgende bepalingen van toepassing zijn:
Risicovolle inrichtingen, zoals bedoeld in het Besluit externe veiligheid inrichtingen, zijn niet toegestaan, met uitzondering van de gronden ter plaatse van de aanduiding ‘verkooppunt motorbrandstoffen met lpg’.
Burgemeester en wethouders zijn bevoegd deze bestemming te wijzigen voor het vestigen van een ander soort bedrijf dan op basis van de bestemmingsomschrijving is toegestaan, waarbij moet worden voldaan aan de volgende voorwaarden:
De voor 'Bos' aangewezen gronden zijn bestemd voor:
Op of in deze gronden mogen uitsluitend bouwwerken geen gebouwen zijnde worden gebouwd voor extensief recreatief medegebruik, met uitzondering van speelvoorzieningen, mits de bouwhoogte niet meer bedraagt dan 3 m.
Binnen deze bestemmingen is het gebruik van de gronden ten behoeve van lawaaisporten niet toegestaan.
Het is verboden zonder of in afwijking van een omgevingsvergunning de volgende werken en werkzaamheden uit te voeren of te laten uitvoeren:
Het in lid 5.4.1 vervatte verbod is niet van toepassing op werken en werkzaamheden welke:
De in lid 5.4.1 genoemde omgevingsvergunning kan slechts worden verleend, indien geen onevenredige afbreuk wordt gedaan aan het behoud, het herstel en de ontwikkeling van de in de bestemmingsomschrijving genoemde waarden.
De voor 'Groen' aangewezen gronden zijn bestemd voor:
Voor het bouwen van gebouwen ten dienste van nutsvoorzieningen gelden de volgende regels:
Voor het bouwen van bouwwerken, geen gebouwen zijnde, gelden de volgende regels:
Het bevoegd gezag kan nadere eisen stellen ten aanzien van de situering en afmetingen van gebouwen en bouwwerken, geen gebouwen zijnde, uitgezonderd die waarvoor krachtens de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht geen omgevingsvergunning voor het bouwen nodig is, indien dit noodzakelijk is in verband met het bewerkstelligen van voor de verkeersveiligheid benodigde uitzichthoeken, met name op hoeken van wegen en paden.
Tot een gebruik, strijdig met deze bestemming, wordt in ieder geval gerekend het gebruik van de gronden ten dienste van parkeren.
De voor 'Horeca' aangewezen gronden zijn bestemd voor:
Voor het bouwen van gebouwen en overkappingen gelden de volgende voorwaarden:
Voor het bouwen van bedrijfswoningen gelden de volgende voorwaarden:
Voor het bouwen van vrijstaande bijgebouwen en overkappingen bij bedrijfswoningen gelden de volgende voorwaarden:
Voor het bouwen van bouwwerken, geen gebouwen zijnde, gelden de volgende voorwaarden:
Het bevoegd gezag kan een omgevingsvergunning verlenen voor het afwijken van het bepaalde in:
Het bevoegd gezag kan een omgevingsvergunning verlenen voor het afwijken van het bepaalde in lid 7.2.2 onder c voor het uitbreiden van het bebouwde oppervlakte waarbij moet worden voldaan aan de volgende voorwaarden:
Binnen de bestemming 'Horeca' is de uitoefening van aan huis gebonden beroepen bij de bedrijfswoning toegestaan, waarbij de volgende bepalingen van toepassing zijn:
Het college van burgemeester en wethouders is bevoegd deze bestemming te wijzigen in de bestemming 'Wonen' voor zover het de voormalige bedrijfswoning betreft, waarbij moet worden voldaan aan de volgende voorwaarden:
De voor ‘Maatschappelijk’ aangewezen gronden zijn bestemd voor:
Voor het bouwen van gebouwen en overkappingen gelden de volgende voorwaarden:
Voor het bouwen van bedrijfswoningen gelden de volgende voorwaarden:
Voor het bouwen van vrijstaande bijgebouwen en overkappingen bij bedrijfswoningen gelden de volgende voorwaarden:
Voor het bouwen van bouwwerken, geen gebouwen zijnde, gelden de volgende voorwaarden:
Het bevoegd gezag kan een omgevingsvergunning verlenen voor het afwijken van het bepaalde in:
Het bevoegd gezag kan een omgevingsvergunning verlenen voor het afwijken van het bepaalde in lid 8.2.2 onder c voor het uitbreiden van het bebouwde oppervlakte waarbij moet worden voldaan aan de volgende voorwaarden:
Binnen de bestemming ‘Maatschappelijk’ is de uitoefening van aan huis gebonden beroepen bij de bedrijfswoning toegestaan, waarbij de volgende bepalingen van toepassing zijn:
Burgemeester en wethouders zijn bevoegd deze bestemming te wijzigen in de bestemming 'Wonen' voor zover het de voormalige bedrijfswoning betreft, waarbij wordt voldaan aan de volgende voorwaarden:
De voor 'Natuur' aangewezen gronden zijn bestemd voor:
Op of in deze gronden mogen uitsluitend bouwwerken, geen gebouwen zijnde worden gebouwd voor recreatief medegebruik, mits de bouwhoogte niet meer bedraagt dan 3 m.
Het bevoegd gezag kan een omgevingsvergunning verlenen voor het afwijken van het bepaalde in lid 9.2 voor het bouwen van een uitkijktoren en/of schaapkooi in het Natuurgebied Het Loonsche Land waarbij moet worden voldaan aan de volgende voorwaarden:
Het bevoegd gezag kan een omgevingsvergunning verlenen voor het afwijken van het bepaalde in lid 9.2 voor het bouwen van een uitkijktoren en speel- en educatieve voorzieningen in de bestemming natuur die niet is begrensd als Natuur Netwerk Brabant waarbij moet worden voldaan aan de volgende voorwaarden:
Het bevoegd gezag kan een omgevingsvergunning verlenen voor het afwijken van het bepaalde in lid 9.2 voor het bouwen van gebouwen ten dienste van slechtweervoorzieningen, recreatief medegebruik en (artistieke) kunstwerken, waarbij moet worden voldaan aan de volgende voorwaarden:
Binnen deze bestemmingen is het gebruik van de gronden ten behoeve van lawaaisporten niet toegestaan.
Het is verboden zonder of in afwijking van een omgevingsvergunning de volgende werken en werkzaamheden uit te voeren of te laten uitvoeren:
Het in lid 9.5.1 vervatte verbod is niet van toepassing op werken en werkzaamheden welke:
De in lid 9.5.1 genoemde omgevingsvergunning kan slechts worden verleend, indien geen onevenredige afbreuk wordt gedaan aan het behoud, het herstel en de ontwikkeling van de natuurwaarden en landschappelijke waarden.
De voor ‘Recreatie - Dagrecreatie’ aangewezen gronden zijn bestemd voor:
de capaciteit van de bestaande rotondes bij de aansluiting op de N261 ter hoogte van Loon op Zand moet zijn verruimd door twee knierotondes aan te leggen conform de aan de planregels als bijlage 6 aangehechte tekeningen;
Voor het bouwen van gebouwen gelden de volgende voorwaarden:
Voor het bouwen van bedrijfswoningen gelden de volgende voorwaarden:
Voor het bouwen van bouwwerken, geen gebouwen zijnde, gelden de volgende voorwaarden:
Het bevoegd gezag kan nadere eisen te stellen aan verlichting ter plaatse van de aanduiding 'maximum bouwhoogte (m)' 50 m, zoals het gebruik van armaturen die niet uitstralen naar het Nationaal Park Loonse en Drunense Duinen, op basis van de volgende overwegingen:
Het bevoegd gezag kan een omgevingsvergunning verlenen voor het afwijken van het bepaalde in:
30 m | ter plaatse van de aanduiding 'maximum bebouwingspercentage' 60% |
35 m | ter plaatse van de aanduiding 'maximum bebouwingspercentage' 11% |
60 m | ter plaatse van de aanduiding 'maximum bebouwingspercentage' 11% én de aanduiding 'maximum bouwhoogte (m)' 50 m. Hierbij geldt aanvullend dat ten hoogste 2 gebouwen toegestaan zijn met een maximale bouwhoogte van 60 m. |
mits middels onderzoek kan worden aangetoond dat de landschappelijke waarden van de omgeving niet onevenredig worden geschaad;
30 m | ter plaatse van de aanduiding 'maximum bebouwingspercentage' 60% |
35 m | ter plaatse van de aanduiding 'maximum bebouwingspercentage' 11% |
60 m | ter plaatse van de aanduiding 'maximum bebouwingspercentage' 11% én de aanduiding 'maximum bouwhoogte (m)' 50 m. Hierbij geldt aanvullend dat ten hoogste 2 bouwwerken toegestaan zijn met een maximale bouwhoogte van 60 m. |
De gronden ten westen van de Dodenauweg mogen enkel worden ingericht ten behoeve van de in lid 10.1 genoemde functies nadat ter plaatse van de Dodenauweg zodanige verkeersmaatregelen zijn getroffen dat de verkeersstromen van het Eftelingverkeer en van het overige verkeer elkaar niet gelijkvloers kruisen.
Ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van recreatie – indoor attracties' zijn uitsluitend overdekte attracties toegestaan. Buitenattracties zijn, met uitzondering van speeltoestellen, niet toegestaan.
De gronden ten westen van de Dodenauweg waar ontwikkelingen plaatsvinden mogen enkel worden ingericht ten behoeve van de in lid 10.1 genoemde functies nadat uit aanvullend onderzoek ter plaatse naar vleermuizen en vogels met vaste nestplaatsen is gebleken dat mogelijke effecten op deze beschermde soorten de uitvoering van het bestemmingsplan niet in de weg staan. Afhankelijk van de resultaten van dit onderzoek dienen voldoende mitigerende en compenserende maatregelen te worden getroffen zodat eventueel benodigde ontheffingen verkregen worden.
Ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van recreatie - parkeren touringcars uitgesloten' is het parkeren van touringcars niet toegestaan.
De volgende gebruiksregels zijn van toepassing op verblijfsrecreatieve voorzieningen:
Het gebruik van de gronden met de bestemming 'Recreatie - Dagrecreatie' mag niet leiden tot een aantasting van de milieusituatie ter plaatse van het stiltegebied Loonse en Drunense Duinen door bij het realiseren van attracties:
Het bevoegd gezag kan een omgevingsvergunning verlenen voor het afwijken van het bepaalde in lid 10.1, onder a, door te bepalen dat in plaats van knierotondes alternatieve verkeersmaatregelen gerealiseerd mogen worden, indien op basis van een nader verkeersonderzoek is aangetoond dat bij meer dan 6,33 miljoen bezoeken per jaar door middel van deze alternatieve verkeersmaatregelen een deugdelijke verkeersafwikkeling gegarandeerd is op de aansluiting op de N261 ter hoogte van Loon op Zand.
De voor 'Recreatie - Kampeerterrein 4' aangewezen gronden zijn bestemd voor:
Voor het bouwen van recreatieverblijven gelden de volgende voorwaarden:
Voor het bouwen van gemeenschappelijke voorzieningen gelden de volgende voorwaarden:
Voor het bouwen van bedrijfswoningen gelden de volgende voorwaarden:
Voor het bouwen van vrijstaande bijgebouwen en overkappingen bij bedrijfswoningen gelden de volgende voorwaarden:
Voor het bouwen van bouwwerken, geen gebouwen zijnde gelden de volgende voorwaarden:
Het bevoegd gezag kan een omgevingsvergunning verlenen voor het afwijken van het bepaalde in:
Binnen de bestemming 'Recreatie - Kampeerterrein 4' is de uitoefening van aan huis gebonden beroepen bij de bedrijfswoning toegestaan, waarbij de volgende bepalingen van toepassing zijn:
Het aantal toeristische standplaatsen mag niet meer bedragen dan 90.
De volgende gebruiksregels zijn van toepassing op verblijfsrecreatieve voorzieningen:
De voor ‘Recreatie - Sport’ aangewezen gronden zijn bestemd voor:
Voor het bouwen van gebouwen en overkappingen gelden de volgende voorwaarden:
Voor het bouwen van bouwwerken, geen gebouwen zijnde, gelden de volgende voorwaarden:
Het gebruik van de gronden ter plaatse van de aanduiding 'minimum percentage groen (%)' is uitsluitend toegestaan indien ten minste het ter plaatse aangegeven percentage aan groen c.q. water gelijktijdig wordt gerealiseerd en in stand wordt gehouden. Aangezien sprake zal zijn van een fasegewijze ontwikkeling zal het ter plaatse aangegeven percentage worden gerelateerd aan de grondoppervlakte van het te ontwikkelen gebied waardoor het aandeel groen c.q. water toeneemt naarmate het gebied uitontwikkeld wordt om uiteindelijk het ter plaatse aangegeven percentage te bedragen.
De gronden ten westen van de Bernsehoef en Duiksehoef waar ontwikkelingen plaatsvinden mogen enkel worden ingericht ten behoeve van de in lid 12.1 genoemde functies nadat uit aanvullend onderzoek ter plaatse naar vleermuizen en vogels met vaste nestplaatsen is gebleken dat mogelijke effecten op deze beschermde soorten de uitvoering van het bestemmingsplan niet in de weg staan. Afhankelijk van de resultaten van dit onderzoek dienen voldoende mitigerende en compenserende maatregelen te worden getroffen zodat eventueel benodigde ontheffingen verkregen worden.
De volgende gebruiksregels zijn van toepassing op verblijfsrecreatieve voorzieningen:
De voor 'Recreatie - Verblijfsrecreatie' aangewezen gronden zijn bestemd voor:
Voor het bouwen van bouwwerken, geen gebouwen zijnde, gelden de volgende voorwaarden:
Het bevoegd gezag kan een omgevingsvergunning verlenen voor het afwijken van het bepaalde in lid 13.2 voor het bouwen van een uitkijktoren en/of schaapkooi in het Natuurgebied Het Loonsche Land waarbij moet worden voldaan aan de volgende voorwaarden:
Het bevoegd gezag kan een omgevingsvergunning verlenen voor het afwijken van het bepaalde in lid 9.2 voor het bouwen van een uitkijktoren en speel- en educatieve voorzieningen in de bestemming natuur die niet is begrensd als Natuur Netwerk Brabant waarbij moet worden voldaan aan de volgende voorwaarden:
Het gebruik van de gronden ter plaatse van de aanduiding 'minimum percentage groen (%)' is uitsluitend toegestaan indien ten minste het ter plaatse aangegeven percentage aan groen c.q. water gelijktijdig wordt gerealiseerd en in stand wordt gehouden. Aangezien sprake zal zijn van een fasegewijze ontwikkeling zal het ter plaatse aangegeven percentage worden gerelateerd aan de grondoppervlakte van het te ontwikkelen gebied waardoor het aandeel groen c.q. water toeneemt naarmate het gebied uitontwikkeld wordt om uiteindelijk het ter plaatse aangegeven percentage te bedragen.
De gronden ten westen van de Bernsehoef en Duiksehoef waar ontwikkelingen plaatsvinden mogen enkel worden ingericht ten behoeve van de in lid 13.1 genoemde functies nadat uit aanvullend onderzoek ter plaatse naar vleermuizen en vogels met vaste nestplaatsen is gebleken dat mogelijke effecten op deze beschermde soorten de uitvoering van het bestemmingsplan niet in de weg staat. Afhankelijk van de resultaten van dit onderzoek dienen voldoende mitigerende en compenserende maatregelen te worden getroffen zodat eventueel benodigde ontheffingen verkregen worden.
De volgende gebruiksregels zijn van toepassing op verblijfsrecreatieve voorzieningen:
De voor ‘Sport - Manege' aangewezen gronden zijn bestemd voor:
Voor het bouwen van bedrijfsgebouwen gelden de volgende voorwaarden:
Voor het bouwen van bedrijfswoningen gelden de volgende voorwaarden:
Voor het bouwen van vrijstaande bijgebouwen en overkappingen bij bedrijfswoningen gelden de volgende voorwaarden:
Voor het bouwen van bouwwerken, geen gebouwen zijnde, gelden de volgende voorwaarden:
Binnen de bestemming 'Sport - Manege' is de uitoefening van aan-huis-gebonden beroepen bij de bedrijfswoning toegestaan, waarbij de volgende bepalingen van toepassing zijn:
De voor ‘Tuin’ aangewezen gronden zijn bestemd voor:
Voor het bouwen van bouwwerken, geen gebouwen zijnde gelden de volgende voorwaarden:
Het bevoegd gezag kan een omgevingsvergunning verlenen voor het afwijken van het bepaalde in 15.2:
De voor 'Verkeer' aangewezen gronden zijn bestemd voor:
Binnen deze bestemming mogen uitsluitend gebouwen van openbaar nut, zoals wachthuisjes voor het openbaar vervoer/ontvangen van recreanten, worden gebouwd, waarvan de bouwhoogte niet meer bedraagt dan 3,5 m en de oppervlakte niet meer bedraagt dan 20 m².
Voor het bouwen van een overbouwing gelden de volgende voorwaarden:
Voor het bouwen van bouwwerken, geen gebouwen zijnde, gelden de volgende voorwaarden:
De voor 'Water' aangewezen gronden zijn bestemd voor:
Er mogen uitsluitend bouwwerken geen gebouwen zijnde zoals, weg- en waterbouwkundige kunstwerken, ten dienste van de bestemming worden gerealiseerd.
Voor het bouwen van bouwwerken geen gebouwen zijnde geldt dat de bouwhoogte van de bouwwerken geen gebouw zijnde niet meer mag bedragen dan 3 m.
De voor 'Wonen' aangewezen gronden zijn bestemd voor:
Voor het bouwen van woningen gelden de volgende voorwaarden:
Voor het bouwen van vrijstaande bijgebouwen en overkappingen gelden de volgende voorwaarden:
mits het betreffende bestemmingsvlak voor niet meer dan 50% is bebouwd;
Voor het bouwen van bouwwerken, geen gebouwen zijnde, gelden de volgende voorwaarden:
Het bevoegd gezag kan een omgevingsvergunning verlenen voor het afwijken van lid 18.2.1 onder d voor het bouwen binnen 5 m van de zijdelingse en/of achterste bestemmingsgrens, mits hierdoor het stedenbouwkundig beeld en de verkeersveiligheid niet wordt aangetast.
Het bevoegd gezag kan een omgevingsvergunning verlenen voor het afwijken van het bepaalde in lid 18.2.4 voor het bouwen van paardenbakken bij de woning, waarbij moet worden voldaan aan de volgende voorwaarden:
Het bevoegd gezag kan een omgevingsvergunning verlenen voor het afwijken van het bepaalde in lid 18.2.2 onder a voor het vergroten van de inhoud van bestaande woningen, waarbij moet worden voldaan aan de volgende voorwaarden:
Binnen de bestemming 'Wonen' is de uitoefening van aan-huis-gebonden beroepen bij de woning toegestaan, waarbij de volgende bepalingen van toepassing zijn:
Het bevoegd gezag kan een omgevingsvergunning verlenen voor het afwijken van het bepaalde in lid 18.1 voor het toestaan van aan-huis-gebonden bedrijven binnen de gebouwen, mits aan de volgende voorwaarden wordt voldaan:
Het bevoegd gezag kan een omgevingsvergunning verlenen voor het afwijken van het bepaalde in lid 18.1 voor het vestigen van een kleinschalige logeervoorziening en/of kleinschalige kampeervoorziening bij de woning, mits aan de volgende voorwaarden wordt voldaan:
De voor 'Leiding - Water' aangewezen gronden zijn, behalve voor de andere daar voorkomende bestemming(en), mede bestemd voor de aanleg, instandhouding en/of bescherming van een afvalwaterleiding ter plaatse van de aanduiding 'hartlijn leiding - water' en de bijbehorende belemmeringenstrook.
In afwijking van hetgeen elders in deze regels is bepaald ten aanzien van het bouwen krachtens de overige bestemmingen van deze gronden, mogen op of in deze bestemming begrepen grond uitsluitend bouwwerken tot een maximale bouwhoogte van 3 m worden gebouwd ten behoeve van de aanleg en instandhouding van de ondergrondse leiding(en).
Het bevoegd gezag kan een omgevingsvergunning verlenen voor het afwijken van het bepaalde in 13.2 voor het bouwen ten behoeve van de overige bestemmingen van deze gronden, waarbij moet worden voldaan aan de volgende voorwaarden:
Het is verboden op de gronden met de bestemming 'Leiding - Water' zonder of in afwijking van een omgevingsvergunning de volgende werken, geen bouwwerken zijnde, en werkzaamheden uit te voeren of te laten uitvoeren:
Het in lid 19.4.1 vervatte verbod is niet van toepassing op werken en werkzaamheden welke:
De in lid 13.4.1 genoemde omgevingsvergunning kan slechts worden verleend, indien het behoud van een veilige ligging en de continuïteit van de leiding zijn gewaarborgd. Alvorens te beslissen over het verlenen van een omgevingsvergunning wint het bevoegd gezag advies in bij de betreffende leidingbeheerder.
De voor 'Waarde - Archeologie - 1' aangewezen gronden zijn, behalve voor de andere daar voorkomende bestemmingen, mede bestemd voor het behoud en de bescherming van de archeologische waarden van de gronden.
Het bevoegd gezag kan een omgevingsvergunning verlenen voor het afwijken van het bepaalde in lid 20.2 onder a indien de archeologische waarde van het terrein in andere beschikbare informatie afdoende is vastgesteld.
Het is binnen deze bestemming verboden zonder of in afwijking van een omgevingsvergunning de volgende werken en werkzaamheden uit te voeren of te laten uitvoeren:
Het in lid 20.4.1 vervatte verbod is niet van toepassing op werken en werkzaamheden welke:
De voor 'Waarde - Archeologie - 2' aangewezen gronden zijn, behalve voor de andere daar voorkomende bestemming, mede bestemd voor het behoud en de bescherming van de te verwachten archeologische waarden van de gronden.
Het bevoegd gezag kan een omgevingsvergunning verlenen voor het afwijken van het bepaalde in lid 21.2 onder a indien de archeologische waarde van het terrein in andere beschikbare informatie afdoende is vastgesteld.
Het is binnen deze bestemming verboden zonder of in afwijking van een omgevingsvergunning de volgende werken en werkzaamheden uit te voeren of te laten uitvoeren:
Het in lid 21.4.1 vervatte verbod is niet van toepassing op werken en werkzaamheden welke:
Burgemeester en wethouders zijn bevoegd deze bestemming geheel of gedeeltelijk te verwijderen, indien op basis van archeologisch onderzoek is aangetoond dat ter plaatse geen archeologische waarden (meer) aanwezig zijn.
De voor 'Waarde - Archeologie - 3' aangewezen gronden zijn, behalve voor de andere daar voorkomende bestemming, mede bestemd voor het behoud en de bescherming van de te verwachten archeologische waarden van de gronden.
Het bevoegd gezag kan een omgevingsvergunning verlenen voor het afwijken van het bepaalde in lid 22.2 onder a indien de archeologische waarde van het terrein in andere beschikbare informatie afdoende is vastgesteld.
Het is binnen deze bestemming verboden zonder of in afwijking van een omgevingsvergunning de volgende werken en werkzaamheden uit te voeren of te laten uitvoeren:
Het in lid 22.4.1 vervatte verbod is niet van toepassing op werken en werkzaamheden welke:
Burgemeester en wethouders zijn bevoegd deze bestemming geheel of gedeeltelijk te verwijderen, indien op basis van archeologisch onderzoek is aangetoond dat ter plaatse geen archeologische waarden (meer) aanwezig zijn.
De voor 'Waarde - Archeologie - 4' aangewezen gronden zijn, behalve voor de andere daar voorkomende bestemming, mede bestemd voor het behoud en de bescherming van de te verwachten archeologische waarden van de gronden.
Het bevoegd gezag kan een omgevingsvergunning verlenen voor het afwijken van het bepaalde in lid 23.2 onder a indien de archeologische waarde van het terrein in andere beschikbare informatie afdoende is vastgesteld.
Het is binnen deze bestemming verboden zonder of in afwijking van een omgevingsvergunning de volgende werken en werkzaamheden uit te voeren of te laten uitvoeren:
Het in lid 23.4.1 vervatte verbod is niet van toepassing op werken en werkzaamheden welke:
Burgemeester en wethouders zijn bevoegd deze bestemming geheel of gedeeltelijk te verwijderen, indien op basis van archeologisch onderzoek is aangetoond dat ter plaatse geen archeologische waarden (meer) aanwezig zijn.
Grond die eenmaal in aanmerking is genomen bij het toestaan van een bouwplan waaraan uitvoering is gegeven of alsnog kan worden gegeven, blijft bij de beoordeling van latere bouwplannen buiten beschouwing.
In die gevallen, dat de (goot)hoogte, de oppervlakte, de inhoud, een bebouwingspercentage en/of de afstand tot de weg of bestemmingsgrenzen, ondergrondse bouwdiepte en andere maten, voor zover in overeenstemming met het bepaalde in de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht tot stand gekomen, op het tijdstip van terinzagelegging van het ontwerp van het plan minder dan wel meer bedraagt dan in de bouwregels in hoofdstuk 2 van deze regels is voorgeschreven respectievelijk toegestaan, geldt die bestaande maatvoering in afwijking daarvan als minimaal respectievelijk maximaal toegestaan.
Indien de omvang van het Eftelingbezoek 6,54 miljoen bezoeken per jaar bedraagt, dient de capaciteit van de bestaande rotondes op de aansluiting Loon op Zand zodanig te zijn verruimd dat sprake is van een verantwoorde verkeersafwikkeling. Anticiperend hierop dient, indien de omvang van het Eftelingbezoek 6,33 miljoen bezoeken per jaar bedraagt, de omgevingsvergunningenprocedure voor de aanpassing van deze rotondes opgestart te zijn. Zolang geen sprake is van een verantwoorde verkeersafwikkeling op de aansluiting Loon op Zand, mag het Eftelingbezoek niet meer bedragen als 6,54 miljoen bezoeken per jaar.
De verblijfsrecreatieve voorzieningen ten westen van de Bernsehoef (gebiedspaspoort 8.4 van het Beeldkwaliteitsplan (Efteling verblijf)) mogen uitsluitend gebruikt worden indien:
De ingebruikname van gronden ten behoeve van de uitbreiding van het bestaande attractiepark zoals aangeduid op pagina 7 van het Beeldkwaliteitsplan als'Efteling Park' en die zijn weergegeven in gebiedspaspoort 8.1 (Efteling Park - Oost), gebiedspaspoort 8.2 (Efteling Park - West l), gebiedspaspoort 8.3 (Efteling Park - West ll) van het Beeldkwaliteitsplan is uitsluitend toegestaan indien:
ten opzichte van de vergunde dieraantallen en huisvestingssystemen zoals die volgen uit de milieuvergunning van 8 augustus 2006 met nummer 0618 opgenomen als Bijlage 8 bij de planregels.
Met deze melding is verzekerd dat sprake is van een afname van ten minste 50 stuks vrouwelijk jongvee en ten minste 46 melk- en kalfkoeien ouder dan 2 jaar in de betreffende huisvestingssystemen, zoals die volgen uit de Hinderwetvergunning d.d. 10 december 1991 nr. 9139 opgenomen als Bijlage 9 bij de planregels (vergunde rechten op de relevante referentiedatum 7 december 2004);
2. de melding als bedoeld onder e.1 door het college van burgemeester en wethouders schriftelijk is geaccepteerd;
3. uit de melding als bedoeld onder e.1 en de acceptatie als bedoeld onder e.2 blijkt dat de gedeeltelijke bedrijfsbeëindiging strekt ten behoeve van de uitbreiding van het bestaande attractiepark zoals in de aanhef van dit artikel 26.3.1 is geformuleerd;
4. het houden van vee in het bedrijf Loonse Molenstraat 45 in Loon op Zand (5175 PS) feitelijk is beëindigd en voor zolang dat gebruik gestaakt blijft.
Burgemeester en wethouders kunnen een omgevingsvergunning verlenen om af te wijken van het bepaalde in artikel 26.3.1 onder a tot en met d, indien door middel van onderzoek is aangetoond dat dit, met inbegrip van de activiteiten die in de omgevingsvergunning worden toegelaten, geen significant negatieve gevolgen heeft op gevoelige habitats in Natura 2000-gebied Loonse en Drunense Duinen & Leemkuilen.
De bouw van gebouwen, attracties en recreatieverblijven in de nieuw te ontwikkelen deelgebieden waarvoor gebiedspaspoorten zijn opgesteld in het beeldkwaliteitsplan is uitsluitend toegestaan indien op de gronden ter plaatse van de aanduiding 'overige zone - voorwaardelijke verplichting landschappelijke inpassing' de ruimtelijke inpassing zoals opgenomen in het beeldkwaliteitsplan, zie bijlage 2 van deze regels, gelijktijdig wordt gerealiseerd en in stand wordt gehouden. Aangezien sprake zal zijn van een fasegewijze ontwikkeling zal de landschappelijke inpassing worden gerelateerd aan het te ontwikkelen gebied.
Het Parkeerterrein West mag niet direct ontsloten worden op de Eftelingsestraat vanuit de zuidzijde maar mag enkel aangereden worden vanaf de interne weg die ter hoogte van de camping aan de Bernsehoef achter de bestaande grondwal komt te liggen.
De ontwikkeling van nieuwe recreatieve voorzieningen in de deelgebieden waarvoor gebiedspaspoorten zijn opgesteld in het beeldkwaliteitsplan is uitsluitend toegestaan indien de ruimtelijke inpassing zoals opgenomen in het beeldkwaliteitsplan, zie bijlage 2 van deze regels, is gewaarborgd.
Tot een gebruik strijdig met de gegeven bestemmingen wordt in ieder geval gerekend:
Tabel 1 Grenswaarden langtijdgemiddeld beoordelingsniveau
Beoordelingspunt | X | Y | Hoogte | dag | avond | nacht |
[m] | [m] | [m] | [dB(A)] | [dB(A)] | [dB(A)] | |
1 | 131966,5 | 407316,1 | 5 | 60 | 55 | 50 |
2 | 131732,8 | 407291,7 | 5 | 51 | 48 | 40 |
3 | 131538,2 | 407281,9 | 5 | 50 | 50 | 41 |
4 | 131355,4 | 407285,4 | 5 | 49 | 48 | 43 |
5 | 131004,2 | 407207,7 | 5 | 52 | 50 | 43 |
6 | 130908,6 | 407024,6 | 5 | 50 | 47 | 42 |
7 | 130772,2 | 407038,8 | 5 | 50 | 49 | 42 |
8 | 130469,2 | 406971,8 | 5 | 53 | 52 | 45 |
9 | 130053,1 | 407004,7 | 5 | 51 | 49 | 42 |
10 | 129636,7 | 406563,5 | 5 | 47 | 45 | 39 |
11 | 129625,2 | 406353,3 | 5 | 45 | 45 | 35 |
12 | 129769,5 | 405714,5 | 5 | 45 | 45 | 35 |
13 | 130017,4 | 405069,3 | 5 | 45 | 45 | 35 |
14 | 132278,4 | 405666,6 | 5 | 53 | 52 | 45 |
15 | 132140,6 | 406258,5 | 5 | 56 | 52 | 48 |
18 | 131948,5 | 407098,3 | 5 | 46 | 45 | 37 |
19 | 130522,5 | 406176,7 | 5 | 45 | 45 | 35 |
20 | 130802,7 | 405842,2 | 5 | 45 | 45 | 35 |
21 | 131277,1 | 405710,6 | 5 | 48 | 40 | 30 |
22 | 130841,5 | 405547,6 | 5 | 45 | 45 | 35 |
Op de gronden ter plaatse van de aanduiding 'veiligheidszone - lpg' is geen nieuwbouw van (beperkt) kwetsbare objecten, zoals bedoeld in het Besluit externe veiligheid inrichtingen, toegestaan.
Ter plaatse van de aanduiding 'overige zone - in verordening ruimte te verwijderen structuur Natuur Netwerk brabant' wordt de structuur 'Natuur Netwerk Brabant' verwijderd.
Ter plaatse van de aanduiding 'overige zone - in verordening ruimte toe te voegen aanduiding integratie stad - land' wordt de aanduiding 'Integratie stad - land' toegevoegd.
Ter plaatse van de aanduiding 'overige zone - vlieggebied - dient het vlieggebied zoals dat is afgebakend in de geldende vergunning gerespecteerd te worden. Dit brengt met zich mee dat bij de ontwikkeling van nieuwe holes de inrichting en situering van de holes en de Tee (afslagplaats) in overleg met de vliegvereniging zodanig gesitueerd en ingericht moeten worden zodat het vlieggebied van de vereniging niet onevenredig beperkt wordt.
Ter plaatse van de aanduiding 'overige zone - zoekgebied trace hoogspanningsverbinding' zijn de gronden, naast het bepaalde in de andere voor die gronden aangewezen bestemmingen, bestemd als zoekgebied voor de ontwikkeling van een hoogspanningsverbinding.
Op gronden ter plaatse van de aanduiding 'overige zone - zoekgebied trace hoogspanningsverbinding' zijn geen nieuwe ontwikkelingen toegestaan die de aanleg, het beheer en het onderhoud van de hoogspanningsverbinding belemmeren.
Het bevoegd gezag kan een omgevingsvergunning verlenen voor het afwijken van het bepaalde in lid 27.5.2 voor het bouwen ten behoeve van de onderliggende bestemmingen van deze gronden, waarbij moet worden voldaan aan de volgende voorwaarden:
Burgemeester en wethouders zijn bevoegd de aanduiding 'overige zone - zoekgebied trace hoogspanningsverbinding' geheel of gedeeltelijk te verwijderen, indien op basis van een inpassingsplan is aangetoond dat ter plaatse geen belemmeringen voor ontwikkelingen (meer) aanwezig zijn.
Het bevoegd gezag kan, indien geen onevenredige aantasting plaatsvindt van het straat- en bebouwingsbeeld, de verkeersveiligheid, de sociale veiligheid, de milieusituatie en de gebruiksmogelijkheden van de aangrenzende gronden, een omgevingsvergunning verlenen voor:
De in lid 28.1 genoemde omgevingsvergunningen mogen slechts worden verleend indien hierdoor geen onevenredige afbreuk wordt gedaan aan de gebruiksmogelijkheden van de aangrenzende gronden en bouwwerken.
Burgemeester en wethouders kunnen de in het plan opgenomen bestemmingen wijzigen ten behoeve van overschrijding van bestemmingsgrenzen, voor zover zulks van belang is voor een technisch betere realisering van bestemmingen of bouwwerken dan wel voor zover zulks noodzakelijk is in verband met de werkelijke toestand van het terrein. De overschrijdingen mogen echter ten hoogste 20 m bedragen en het bestemmingsvlak mag met ten hoogste 20% worden vergroot. Toepassing van deze wijzigingsregel mag niet leiden tot aantasting van het Natuur Netwerk Brabant.
Burgemeester en wethouders kunnen het plan wijzigen ten behoeve van de aanpassing van de positionering van de te realiseren attracties die bestemd zijn voor 'Recreatie - Dagrecreatie' met bouwvlak, waarbij geldt dat:
Burgemeester en wethouders zijn bevoegd de bestemming ‘Agrarisch’ te wijzigen in de bestemming ‘Bos’ en/of ‘Natuur’ ten behoeve van behoud en/of ontwikkeling van bos, landschapselementen en/of de natuur, waarbij de wijziging uitsluitend kan plaatsvinden ten behoeve van de realisatie van vastgesteld natuur- en landschapsbeleid, zoals het beleid voor Natuur Netwerk Brabant en bos-, natuur-, en/of landschapscompensatie.
Burgemeester en wethouders zijn bevoegd de bestemming ‘Agrarisch’ te wijzigen in de bestemming ‘Water’ ten behoeve van behoud en/of ontwikkeling van water, waarbij de wijziging uitsluitend kan plaatsvinden ten behoeve van de realisatie van vastgesteld natuur- en waterbeleid, zoals het beleid voor Natuur Netwerk Brabant, beekherstel, waterberging of waterzuivering.
Burgemeester en wethouders zijn bevoegd dit plan te wijzigen door de aanduiding ‘veiligheidszone - lpg’ te wijzigen of geheel of gedeeltelijk te verwijderen, indien dit noodzakelijk is voor de bescherming van het woon- en leefmilieu, of, bij verwijdering, de bescherming van het woon- en leefmilieu ter plaatse niet meer noodzakelijk is.
Burgemeester en wethouders zijn bevoegd dit plan te wijzigen door een aanduiding zoals genoemd in de artikelen 3 tot en met 23 en/of 27 te verwijderen, indien het betreffende gebruik definitief is beëindigd danwel de betreffende bebouwing en/of waarden niet meer aanwezig zijn.
De wettelijke regelingen waarnaar in de regels wordt verwezen, gelden zoals deze luiden op het moment van vaststelling van het plan.
Deze regels worden aangehaald als: 'Regels van het bestemmingsplan Wereld van de Efteling 2030 van de gemeente Loon op Zand'.