direct naar inhoud van Artikel 16 Leiding - Gas
Plan: Nieuwkuijk
Status: vastgesteld
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.0797.Bpnieuwkuijk-VG01

Artikel 16 Leiding - Gas

16.1 Bestemmingsomschrijving

De voor Leiding - Gas aangewezen gronden zijn naast de overige daaraan gegeven bestemmingen primair bestemd voor:

  • a. de aanleg, instandhouding en/of bescherming van ondergrondse gastransportleidingen;
  • b. groenvoorzieningen.

16.2 Bouwregels

In afwijking van hetgeen elders in deze planregels is bepaald ten aanzien van het bouwen krachtens de overige bestemmingen van deze gronden, mogen op of in deze bestemming begrepen grond uitsluitend worden gebouwd:

  • a. bouwwerken voor de aanleg en instandhouding van de ondergrondse gastransportleidingen tot een maximale bouwhoogte van 3 m.

16.3 Afwijken van de bouwregels

Bij omgevingsvergunning kan worden afgeweken van het bepaalde in 16.2 voor het bouwen ten behoeve van de overige bestemmingen van deze gronden, met dien verstande dat:

  • a. het behoud van een veilige ligging en de continuïteit van de energie dient te zijn gewaarborgd;
  • b. schriftelijk advies is ingewonnen bij de betreffende leidingbeheerder.

16.4 Omgevingsvergunning voor het uitvoeren van een werk, geen bouwwerk zijnde, of van werkzaamheden
16.4.1 Vergunningplicht

Het is verboden op de gronden met de bestemming 'Leiding – Gas' zonder of in afwijking van een omgevingsvergunning voor het uitvoeren van werken, geen bouwwerk zijnde, of van werkzaamheden de volgende werken, geen bouwwerken zijnde, en werkzaamheden uit te voeren of te laten uitvoeren:

  • a. het aanleggen van wegen of paden en/of andere oppervlakteverhardingen;
  • b. het uitvoeren van graafwerkzaamheden;
  • c. het uitvoeren van heiwerken of het anderszins indrijven van voorwerpen in de bodem;
  • d. het aanbrengen van diepwortelende beplanting en/of bomen;
  • e. het ophogen, verlagen, afgraven of egaliseren van de bodem, of anderszins wijzigen in maaiveld- of weghoogte;
  • f. het permanent opslaan van goederen.

16.4.2 Uitzonderingen

Het in 16.4.1 vervatte verbod is niet van toepassing op werken en werkzaamheden, die:

  • a. het normale onderhoud betreffen overeenkomstig de overige bestemmingen van deze gronden, dan wel van ondergeschikte betekenis zijn en/of voortvloeien uit het normale gebruik overeenkomstig de bestemming;
  • b. reeds in uitvoering zijn op het tijdstip van het van kracht worden van dit bestemmingsplan.

16.4.3 Toelaatbaarheid

De in 16.4.1 genoemde omgevingsvergunning kan slechts worden verleend:

  • a. indien het behoud van een veilige ligging en de continuïteit van de gastransport door de leiding zijn gewaarborgd;
  • b. nadat advies is ingewonnen bij de betreffende leidingbeheerder.