direct naar inhoud van 2.2 Gemeentelijk beleid
Plan: Meerendonk, deel 5
Status: vastgesteld
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.0796.0002191-1401

2.2 Gemeentelijk beleid

2.2.1 Ruimtelijke StructuurVisie ’s-Hertogenbosch 2003 'Stad tussen stromen'

In de Ruimtelijke Structuurvisie 's-Hertogenbosch 2003 'Stad tussen stromen' is het stedelijk gebied van 's-Hertogenbosch opgedeeld in stedelijke vleugels, gescheiden van elkaar door 'groenblauwe slingers', gebaseerd op de ligging van 's-Hertogenbosch in de samenvloeiing van de Aa, de Dommel en de Maas. De zuidoostelijke 'Gestelse vleugel' die zich uitstrekt van de binnenstad tot de grenzen van de gemeente Sint-Michielsgestel is de kleinste vleugel en is matig stedelijk ontwikkeld: hij wordt doorsneden door de Zuid-Willemsvaart, de stadsring en de A2. Woongebied Meerendonk is onderdeel van deze vleugel.

Het wat achteraf gelegen gebied Meerendonk werd bij de totstandkoming van de Ruimtelijke StructuurVisie vrij extensief gebruikt en werd, vanwege de ligging van het gebied dichtbij de binnenstad, de stadsring en binnen de ruit van snelwegen rond de stad, kansrijk gevonden voor verdere verstedelijking. Intensivering en verdichting zijn nu de uitgangspunten bij de aanpak van het gebied. De Ruimtelijke StructuurVisie wil voor het gebied Meerendonk een mix van wonen, kantoren, bedrijven, sport en recreatie en stedelijke voorzieningen. Langs het kanaal wordt een stedelijke verbindingsas ontwikkeld waardoor de relatie met de binnenstad wordt verbeterd.

De belangrijkste uitgangspunten in de Ruimtelijke StructuurVisie voor de Meerendonk zijn:

  • 1. bijdragen aan de versterking van het economisch profiel van de stad door een optimale benutting van de ligging aan de A2;
  • 2. ontwikkeling van een nieuwe stedelijke verbindingsas langs de Zuid-Willemsvaart;
  • 3. verkrijgen van meer functionele en ruimtelijke samenhang in de zuidoostelijke Gestelse vleugel alsook van meer interne samenhang in Meerendonk;
  • 4. versterking van de Gestelse buurt als aandachtsbuurt in het kader van het GSB-beleid.

De nieuwe woningen en de wijkspeelplaats maken deel uit van het nieuwe woongebied Meerendonk. De ontwikkeling van het nieuwe woongebied sluit aan op rijks- en provinciaal beleid en gemeentelijk ruimtelijke-ordeningsbeleid. De woningen dragen bij aan de ontwikkeling van de nieuwe stedelijke verbindingsas langs de Zuid-Willemsvaart en aan meer functionele en ruimtelijke samenhang in de zuidoostelijke Gestelse vleugel, in de Gestelse buurt en in woongebied Meerendonk zelf.

2.2.2 Gemeentelijke visie woongebied Meerendonk

In de 'Gemeentelijke visie woongebied Meerendonk' die de gemeente 's-Hertogenbosch in november 2007 opstelde, zijn de volgende uitgangspunten geformuleerd voor de ontwikkeling van woongebied Meerendonk:

  • Uitbreiding Gestelse buurt. De geplande woningbouw in het ontwikkelingsgebied Meerendonk sluit aan bij de Gestelse buurt. In het gemeentelijk woonbeleid wordt bij de bouw van woningen in/bij verdichtinglocaties uitgegaan van een strategische toevoeging aan de voorraad in bestaande wijken. Deze toevoeging, naast de ingrepen in de Gestelse buurt zelf, moet leiden tot een meer gedifferentieerd en gevarieerd woningaanbod in deze buurt. De nieuwbouw in de Meerendonk moet leiden tot een woongebied dat in zichzelf een duidelijke samenhang heeft en tegelijkertijd voldoende aanknopingspunten biedt voor een afgewogen integratie met (en opwaardering van) de bestaande woonbuurt.
  • De zone langs de Zuid-Willemsvaart. Gezien de potentiële kwaliteiten langs de Zuid-Willemsvaart - de ligging aan het water en de relatieve nabijheid van de binnenstad - komt hier een karakteristiek stedelijk woon- en werkmilieu in de vorm van een 'stedelijke as'. Te denken valt aan een combinatie van stadswoningen c.q. gestapelde woningen met stedelijke voorzieningen en lichte bedrijvigheid. De verbindingsas is een geschikte vestigingsplaats voor bedrijven die de stad als verzorgingsgebied hebben. Daarbij kan het gaan om uiteenlopende activiteiten, zoals zakelijke dienstverlening maar ook groothandel en lichte industriële bedrijvigheid. De menging van wonen met bedrijvigheid wordt in oostelijke richting beperkt door de geluidscontouren van de rijksweg A2.
  • Bedrijventerrein Zuid 1966. Het bestaande bedrijventerrein Zuid 1966 gaat op termijn op de schop. Gedacht wordt aan transformatie en verdichting van het bedrijventerrein, gemengd met stedelijk wonen en stedelijke voorzieningen. Dit kan worden gecombineerd met de verbetering van de aansluiting van de Gestelseweg op de Lambooybrug. Belangrijk is dat de Van Veldekekade rechtstreeks wordt aangesloten op de Poeldonkweg: het rechttrekken van het tracé op de zuidelijke kanaaloever. Hierdoor wordt het gebied beter verbonden met de binnenstad. In de visie wordt overwogen om de watergebonden bedrijvigheid (margarinefabriek Campina en betoncentrale Mebin) op termijn, in verband met deze ontwikkeling en in verband met de omlegging van de Zuid-Willemsvaart te verplaatsen.
  • De Kruithoorn e.o. Het voormalige bedrijfsterrein van munitifabriek De Kruithoorn is nu in gebruik als bedrijvencentrum. Denkbaar is dat na sanering van de vervuilde grond de bestaande bedrijfsbebouwing geheel of gedeeltelijk wordt gesloopt om daarna efficiënter ruimtegebruik mogelijk te maken. Het ruimtegebruik kan nog aanzienlijk worden geïntensiveerd.
  • Zone langs de A2. De zone langs de rijksweg A2 is als zichtlocatie een aantrekkelijke vestigingsplaats voor bedrijven die hechten aan een goede ligging nabij het snelwegennet en een representatieve locatie. Te denken valt aan hoogwaardige handels- en kennisbedrijven. Daarbij gaat het om bedrijven met een regionaal, nationaal of internationaal verzorgingsgebied die sterk autoafhankelijk zijn.
  • Toekomstig recreatiegebied. De afgewerkte vuilstort biedt ruimte voor het te verplaatsen sportpark van de voetbalvereniging BLC. Het sportpark ligt nu langs de rijksweg A2 maar kan door verplaatsing centraal in het gebied Meerendonk komen te liggen, dichtbij de Gestelse buurt. Hierdoor komt ruimte vrij langs de A2: de meest aantrekkelijke locatie voor bedrijfsbebouwing. De compacte oefengolfbaan op het afgewerkte gedeelte van de vuilstort blijkt ook in een stedelijke behoefte te voorzien. Dit thans parkachtig heringerichte deel van de vuilstort heeft de aantrekkelijkheid en de herkenbaarheid van het gebied aanmerkelijk verhoogd en sluit goed aan bij het imago en de uitstraling van aangrenzend kantoormilieu van het Pettelaarpark.
  • Het transferium. Het transferium Meerendonk heeft in de toekomst een belangrijke functie voor bezoekers en werkers van de binnenstad. Deze parkeervoorziening moet tegelijkertijd zoveel mogelijk dubbel worden gebruikt. De definitieve locatie moet worden gekoppeld aan één van de invalswegen naar de binnenstad. De voorkeur gaat uit naar de locatie tussen De Kruithoorn en de rijksweg A2. Deze locatiekeuze wordt echter geheel bepaald door het al dan niet kunnen aanleggen van nieuwe bruggen over de Zuid-Willemsvaart. Het transferium kan mogelijk worden gecombineerd met stedelijke voorzieningen, zoals bijvoorbeeld kinderopvang en een uitgiftedepot voor het afhalen van grote aankopen in de binnenstad.
  • Water- en groenstructuur. De groenstructuur in de Meerendonk wordt ingericht als wandel- en recreatiegebied en kan tevens ruimte bieden voor waterberging. Door goede verbindingen met de Gestelse buurt kan het groen dichtbij huis toegankelijk worden gemaakt.

Na de bouw van de eerste 76 woningen in woongebied Meerendonk dragen ook de geplande twee-aaneenwoningen en geschakelde woningen langs de nieuwe Henriette R. Holstlaan bij aan een meer gedifferentieerd en gevarieerd woningaanbod in deze buurt (zie paragraaf 2.2.5). Deze woningen maken het gebied aantrekkelijk voor diverse woongroepen en leefstijlen. Hetzelfde geldt voor de wijkspeelplaats, mede als onderdeel van de water- en groenstructuur, ten behoeve van zowel de bestaande Gestelse buurt als het nieuwe woongebied.

2.2.3 Nota van uitgangspunten bestemmingsplan Zuid / Bestemmingsplan Zuid

Op 18 december 2007 stelde de gemeenteraad van 's-Hertogenbosch de nota van uitgangspunten vast voor bestemmingsplan Zuid. In deze nota wordt de omgeving van de Gestelseweg en het kanaal aangeduid als dynamisch beheergebied. De gemeente 's-Hertogenbosch wil er het aanbod van woningen en woningtypen uitbreiden, zodat bewoners meer mogelijkheden krijgen om in hun eigen wijk wooncarrière te maken. Het gaat in de Gestelse buurt vooral om de bouw van woonzorgprojecten en zorgwoningen. Conform de nota van uitgangspunten wordt in de Meerendonk verder de mogelijkheid gecreëerd voor de realisatie van een school en maatschappelijke voorzieningen ten dienste van de buurt zoals een ontmoetingsruimte en voorzieningen voor ouderen.

De uitbreiding van de Gestelse buurt wordt gekoppeld aan een structurele verbetering en opwaardering van de bestaande buurt, waarbij één ruimtelijk samenhangend geheel dient te ontstaan. Gelet op wat de 'Gemeentelijke visie woongebied Meerendonk' stelt ten aanzien van de uitbreiding van de Gestelse Buurt, zijn voor de ontwikkeling van woongebied Meerendonk de volgende randvoorwaarden geformuleerd:

  • 1. Het woongebied bestaat overwegend uit grondgebonden woningen met slechts op specifiek daarvoor geëigende plekken gestapelde bouw.
  • 2. Door een mix in woningtypen zal dit gebied aantrekkelijk worden gemaakt voor diverse woongroepen en leefstijlen. De nota van uitgangspunten gaat uit van de realisatie van circa 280 woningen.
  • 3. De volgende mix in woningcategorieën zal in het gebied worden gehanteerd:
    • a. 36 % sociale woningbouw;
    • b. 14 % middelduur;
    • c. 50 % dure woningen.

Op 17 mei 2011 stelde de gemeenteraad van 's-Hertogenbosch bestemmingsplan 'Zuid' vast. Het plan is sinds 29 augustus 2011 onherroepelijk. In bestemmingsplan 'Zuid' zijn de eerste twee delen van woongebied Meerendonk positief bestemd: 76 eengezinswoningen in aansluiting op de Gestelse Buurt en een Brede Bossche School (BBS Nieuw Zuid). Met de bouw van twee-aaneenwoningen en geschakelde woningen wordt verder invulling gegeven aan de nota van uitgangspunten.

2.2.4 Beeldkwaliteitsplan 'Meerendonk - uitbreiding Gestelse buurt 1e fase'

Op 9 september 2008 stelde de gemeenteraad het beeldkwaliteitsplan 'Meerendonk - uitbreiding Gestelse buurt 1e fase' vast. Samen met de gemeentelijke Welstandsnota biedt het Beeldkwaliteitsplan burgers en marktpartijen informatie over de criteria en uitgangspunten die de Welstandscommissie bij haar adviezen hanteert. Nadat in de 'Gemeentelijke visie woongebied Meerendonk' en in de 'Nota van uitgangspunten bestemmingsplan Zuid' globaal regels zijn gegeven voor de uitbreiding van de Gestelse buurt, worden in het beeldkwaliteitsplan meer inhoudelijke beeldkwaliteitseisen geformuleerd om richting te geven aan de ontwikkeling van bouwplannen. De welstandscriteria die aan het einde van het beeldkwaliteitsplan zijn toegevoegd maken een welstandsbeoordeling mogelijk, ook in de beheerfase na de ontwikkeling van de bouwplannen. De algemene welstandscriteria (in de gemeentelijke Welstandsnota) zijn daarvoor te algemeen en te weinig gedetailleerd.

Een bouwplan voor de nieuwe woningen moet zowel aan het bestemmingsplan worden getoetst als aan redelijke eisen van welstand, i.c. het beeldkwaliteitsplan 'Meerendonk - uitbreiding Gestelse buurt 1e fase'.

2.2.5 Nota Wonen 2012

Ten tijde van de aanbieding van dit bestemmingsplan ter vaststelling door de gemeenteraad in haar vergadering van 9 oktober 2012 lag in de raadsvergadering van 11 september 2012 de vaststelling van de Nota Wonen 2012 voor. Conform deze nota streeft de gemeente naar een evenwichtige woningmarkt met voldoende, goede, betaalbare en passende woningen, nu en in de toekomst, en naar sterke en leefbare buurten waar mensen zich thuis voelen. In het licht van de economische omstandigheden ten tijde van de vaststelling en de verwachte groei van het inwonertal is de ambitie geformuleerd om de positie van 's-Hertogenbosch als een van de aantrekkelijkste woonsteden te behouden. Tot 2030 moeten nog zo'n 9.800 woningen worden toegevoegd.

De problemen op de woningmarkt ten tijde van de vaststelling van de nota kunnen alleen gezamenlijk worden aangepakt, samen met bouwbedrijven, woningcorporaties, maatschappelijke organisaties en met inwoners en bedrijven uit de stad: het belangrijkste uitgangspunt van de Nota Wonen 2012. In de nota zijn vier speerpunten geformuleerd: voldoende woningen bouwen, inzetten op betaalbaar wonen én op passend wonen en het maken van sterke en leefbare buurten. De vier speerpunten zijn vertaald in een aantal concrete doelen, waaronder:

  • een woningproductie van gemiddeld 700 woningen per jaar voor de periode tot 2030, met een bandbreedte van 500 tot 800 woningen per jaar;
  • minimaal 25% woningen in de sociale sector (huur en koop);
  • stimulering van het particulier opdrachtgeverschap (C)PO;
  • herintroductie van de starterslening voor bestaande koopwoningen;
  • nieuwbouw, omzetting van bestaande verzorgingsplaatsen en ambulante zorgverlening ten behoeve van de groeiende behoefte aan woonzorgarrangementen voor ouderen en mensen met een beperking;
  • verbetering van de woningkwaliteit in buurten door onder meer renovatie, groot onderhoud en energiebesparende maatregelen.

Het bestemmingsplan staat twee-aaneenwoningen en geschakelde woningen toe. De woningen worden verkocht in het duurdere segment. Deze woningen leveren in de eerste plaats een bijdrage aan de woningproductie. In de tweede plaats wordt met deze woningen het woningaanbod in het nieuwe woongebied verder verbreed, zowel in prijsklassen als in woningtypen. In het nieuwe woongebied zijn inmiddels al 76 rijtjeswoningen gebouwd in verschillende prijsklassen. Tussen deze woningen en de nieuwe woningen zullen in de driehoek tussen de Henriette R. Holstlaan, de Louis Couperuslaan en het Marcellus Emantspad starterswoningen worden gebouwd. Ten noorden van BBS Nieuw Zuid zijn (zorg)appartementen geprojecteerd.

2.2.6 Ruimte voor jongeren in 'eigen domein', onderdeel Buiten Spelen

Op 24 januari 2002 stelde de gemeenteraad van 's-Hertogenbosch de nota 'Ruimte voor jongeren in 'eigen domein' onderdeel Buiten Spelen' vast. De nota biedt het beleidskader voor buitenspelen in de gemeente 's-Hertogenbosch op de daarvoor formeel bestemde plekken in de openbare ruimte. Per wijk is/wordt hiervoor een wijkspeelplan opgesteld dat inzicht geeft in de verschillende speelplekken die in een wijk voor de verschillende leeftijdsgroepen gerealiseerd moeten worden. Daarbij wordt onder andere rekening gehouden met de bevolkingssamenstelling naar leeftijd en met de reeds aanwezige speelplekken in de wijk.

Voor wat betreft de speelplekken wordt onderscheid gemaakt in verschillende leeftijdscategorieën, aangezien elke categorie haar eigen behoeften en beperkingen heeft. Er wordt rekening gehouden met jonge kinderen van 0-6 jaar (spelen tot 100 meter van de eigen woning), met schoolkinderen van 6-12 jaar (spelen tot 400 meter van de eigen woning) en jongeren van 12-18 jaar (spelen tot circa 1000 meter van de eigen woning). Bij de uitgevoerde inventarisatie is een speelplek ingedeeld in één van de bovengenoemde leeftijdscategorieën, indien zich daar een speeltoestel bevindt dat geschikt is voor de overeenkomende leeftijdscategorie. Iedere speelplek is vervolgens voorzien van een cirkel, behorende bij de leeftijdscategorie, zodat een duidelijk beeld ontstaat van de spreiding van de speelplekken in de wijk.

Een wijkspeelplaats is een speelplek op een hoger schaalniveau. Het is een herkenbare plek in de buurt met een eigen identiteit. De wijkspeelplaats heeft speel- en ontmoetingsvoorzieningen voor jonge kinderen, schoolkinderen en jongeren. Voor schoolkinderen en jongeren is een wijkspeelplaats de belangrijkste en vaak ook de enige speelplek in de buurt. Bij de inrichting van een wijkspeelplaats wordt hiermee rekening gehouden: zoveel mogelijk verschillende spelvormen (bewegen, fantasiespel) komen aan bod en overdekte picknicksets bieden een voorziening om elkaar te ontmoeten. De wijkspeelplaats biedt ook een ontmoetingsmogelijkheid voor volwassenen. Dit kan in de vorm van een jeu-des-boulesbaan of bankjes.

De nota 'Ruimte voor jongeren in 'eigen domein', onderdeel Buiten Spelen' is voor de wijken Zuid en Oost uitgewerkt in het Wijkspeelplan Zuid oost. In de bestaande situatie was in de Meerendonk, aan de achterzijde van de Albert Verweijstraat, een speelplek voor 12- tot 18-jarigen gesitueerd. Met de bouw van de eerste 76 woningen in het nieuwe woongebied moest deze speelplek verdwijnen. In het wijkspeelplan is compensatie in de vorm van een wijkspeelplaats aangekondigd. Dit bestemmingsplan maakt de aanleg van deze wijkspeelplaats mogelijk.

2.2.7 Koersnota Infrastructuur

In het verlengde van de nota ‘s-Hertogenbosch Bereikbaar uit maart 2000 sprak de gemeenteraad zich op 21 mei 2008 uit over ambities en wensen ter bevordering van de bereikbaarheid van stad, wijken en regio. Op 13 mei 2009 stelde de gemeenteraad van 's-Hertogenbosch de 'Koersnota Hoofdinfrastructuur' vast met daarin een analyse van en oplossingsrichtingen voor bestaande en toekomstige knelpunten. De ambitie van de 'Koersnota Hoofdinfrastructuur' is om het autogebruik terug te dringen ten gunste van het openbaar vervoer en de fiets. Van direct of indirect belang voor woongebied Meerendonk zijn de volgende toekomstige ontwikkelingen:

  • De Gestelseweg. De Gestelseweg is in de Koersnota aangewezen als doorstroomas en als een onderdeel van de hoofdinfrastructuur. Een doorstroomas is een wegtype dat zich kenmerkt door het gescheiden afwikkelen van verschillende vervoerswijzen en door het beperken van conflicten tussen modaliteiten. Het scheiden van de verschillende vervoerswijzen betekent concreet het realiseren van (vrijliggende) voorzieningen voor fiets, OV en auto (denk aan gescheiden rijbanen, fietspaden en busbanen). Het voorkomen van conflicten tussen de verschillende vervoerswijzen kan worden gerealiseerd door het aanleggen van kunstwerken (denk aan tunnels en bruggen). Gemeente 's-Hertogenbosch overweegt om de kruising Gestelseweg / Pettelaarseweg conflictvrij te maken door middel van een fietsbrug.
  • Omlegging Zuid-Willemsvaart. In het kader van de omlegging van de Zuid-Willemsvaart wordt overwogen om de rijbaan langs de Zuid-Willemsvaart te verleggen. Woongebied Meerendonk zal daardoor beter worden ontsloten op het hoofdwegennet en het rijkswegennet (A2, A59). De weg ten zuiden van de Zuid-Willemsvaart zal in dat geval direct aansluiten op de verkeersstructuur van Meerendonk. De verlegde rijbaan langs de Zuid-Willemsvaart zal daarmee tevens dienen als hoofdontsluiting van woongebied Meerendonk.

De ambities voor de fiets zijn verwoord in de Koersnota en in de uitwerking ervan in de nota 'Lekker Fietsen!'. Het belangrijkste doel is het verhogen van het fietsgebruik en het fietscomfort. Dit gebeurt veelal met fysieke maatregelen. In de nota zijn ook de belangrijkste fietsroutes vastgelegd. In woongebied Meerendonk zelf liggen geen fietsvoorzieningen die onderdeel zijn van het hoofdfietsroutenetwerk. De Gestelseweg is in de omgeving de belangrijkste fietsroute en onderdeel van het hoofdfietsroutenetwerk. Een andere belangrijke route is de Zuiderparkweg. De Zuiderparkweg vervult een belangrijke functie op wijkniveau en leidt naar woongebied Meerendonk.

In paragraaf 5.1 is beschreven hoe woongebied Meerendonk, in het bijzonder de nieuwe woningen en de wijkspeelplaats, wordt ontsloten voor auto en fiets.

2.2.8 Nota Parkeernormen

De gemeentelijke Bouwverordening schrijft voor dat 'indien de omvang of de bestemming van een gebouw daartoe aanleiding geeft ten behoeve van het parkeren of stallen van auto's in voldoende mate ruimte moet zijn aangebracht in, op of onder het gebouw, dan wel op of onder het onbebouwde terrein dat bij dat gebouw behoort'. Op 9 december 2003 stelde de raad van 's-Hertogenbosch hiertoe de nota 'Parkeernormen, inclusief een methode voor het berekenen van het aantal parkeerplaatsen met behulp van de parkeerbalans' vast. Met behulp van de parkeerbalans kan een evenwicht worden gevonden tussen de vraag naar parkeerplaatsen aan de ene kant en de kwaliteit van de openbare ruimte aan de andere kant.

In de regels van dit bestemmingsplan wordt bepaald dat parkeervoorzieningen in voldoende mate op eigen terrein moeten worden gerealiseerd en gehandhaafd. Er is een afwijkingsmogelijkheid opgenomen, als de noodzakelijke parkeervoorzieningen op eigen terrein in onvoldoende mate kunnen worden gerealiseerd en op andere wijze in de parkeerbehoefte wordt voorzien en de situering van de parkeerplaatsen (in het openbaar gebied) het stedenbouwkundig beeld van de omgeving, de verkeersveiligheid en de gebruiksmogelijkheden van aangrenzende gronden niet onevenredig aantast. Een bouwplan voor de nieuwe woningen moet, al dan niet met gebruikmaking van deze afwijking, aan deze regels voldoen.