direct naar inhoud van Artikel 13 Verkeer
Plan: Paleiskwartier-Willemspoort-Station
Status: vastgesteld
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.0796.0002185-1401

Artikel 13 Verkeer

13.1 Bestemmingsomschrijving

De voor Verkeer aangewezen gronden zijn bestemd voor:

  • a. wegverkeer;
  • b. geluidwerende voorzieningen;
  • c. verkeersvoorzieningen;
  • d. verblijfsgebied;
  • e. verblijfsvoorzieningen;
  • f. fiets- en wandelpaden;
  • g. fietsenstalling;
  • h. parkeervoorzieningen;
  • i. sport- en speelvoorzieningen waaronder wijkspeelplaatsen;
  • j. openbaar vervoer;
  • k. openbaarvervoersvoorzieningen;
  • l. aan de hoofdfunctie ondergeschikte voorzieningen zoals groen en groenvoorzieningen, water en waterhuishoudkundige voorzieningen, nutsvoorzieningen, standplaatsen en terrassen.
13.2 Bouwregels
13.2.1 Gebouwen

Binnen deze bestemming mogen gebouwen ten dienste van deze bestemming worden gebouwd met inachtneming van de volgende regels:

  • a. de gebouwen mogen uitsluitend worden gebouwd binnen het bouwvlak;
  • b. het bouwvlak mag volledig worden bebouwd;
  • c. de bouwhoogte mag niet meer bedragen dan in het bouwvlak is aangegeven;
  • d. in afwijking van het bepaalde onder a en onverminderd het bepaalde onder e mogen gebouwen worden gebouwd tot een oppervlakte van 30 m2 en een bouwhoogte van 3 meter;
  • e. in afwijking van het bepaalde onder a mogen ondergronds en/of halfverdiept gebouwen voor parkeervoorzieningen worden gebouwd tot een bouwhoogte van 2 meter.
13.2.2 Bouwwerken, geen gebouwen zijnde

Binnen deze bestemming mogen bouwwerken, geen gebouwen zijnde, ten dienste van deze bestemming worden gebouwd met inachtneming van de volgende regels:

  • a. de bouwhoogte mag niet meer bedragen dan:
    • 1. 10 meter voor kunstobjecten, geluidwerende voorzieningen en bouwwerken ten behoeve van verlichting, geleiding, beveiliging en regeling van het verkeer;
    • 2. 5 meter voor overige bouwwerken, geen gebouwen zijnde.
13.3 Nadere eisen

Burgemeester en wethouders kunnen nadere eisen stellen aan de plaats en afmeting van de bebouwing, ten behoeve van:

  • a. een samenhangend straat- en bebouwingsbeeld;
  • b. de verkeersveiligheid;
  • c. de milieusituatie;
  • d. de sociale veiligheid;
  • e. de gebruiksmogelijkheden van de aangrenzende gronden.