direct naar inhoud van Artikel 8 Water
Plan: Bedrijventerrein De Rietvelden, De Vutter, Het Ertveld
Status: vastgesteld
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.0796.0002071-1402

Artikel 8 Water

8.1 Bestemmingsomschrijving

De voor Water aangewezen gronden zijn bestemd voor:

  • a. water en waterhuishoudkundige voorzieningen;
  • b. beroepsvaart;
  • c. ligplaatsen ten behoeve van de beroepsvaart;
  • d. recreatievaart;
  • e. groen en groenvoorzieningen;
  • f. oeverbeschoeiingen, taluds en bermen;
  • g. kunstwerken en kademuren;
  • h. behoud, herstel en ontwikkeling van natuurwaarden;
  • i. ter plaatse van de aanduiding 'woonschepenligplaats': tevens ligplaatsen ten behoeve van woonboten en het daarbij behorende woongebruik;
  • j. ter plaatse van de aanduiding 'jachthaven': tevens een jachthaven met bijbehorende voorzieningen;
  • k. ter plaatse van de aanduiding 'ligplaats': tevens ligplaatsen ten behoeve van de beroepsvaart;
  • l. ter plaatse van de aanduiding 'laad- en losplaats': tevens een laad- en loswal;
  • m. vuilwaterinnamepunten en andere nutsvoorzieningen;
  • n. ondergeschikte verkeers- en verblijfsvoorzieningen.
8.2 Bouwregels
8.2.1 Gebouwen
  • a. Op of in gronden met deze bestemming mogen geen gebouwen worden gebouwd;
  • b. Uitsluitend ter plaatse van de aanduiding 'woonschepenligplaats' mogen woonboten worden gerealiseerd of aangemeerd, waarbij:
    • 1. het aantal woonboten niet meer mag bedragen dan 11;
    • 2. de bouwhoogte van een woonboot niet meer mag bedragen dan 5 meter vanaf het waterpeil;
    • 3. de woonboot niet breder mag zijn dan 9 meter, inclusief gangboorden.
8.2.2 Bouwwerken, geen gebouwen zijnde

Binnen deze bestemming mogen bouwwerken, geen gebouwen zijnde, ten dienste van deze bestemming worden gebouwd met inachtneming van de volgende bepalingen:

  • a. de bouwhoogte van bouwwerken, geen gebouwen zijnde, mag niet meer bedragen dan 5 meter;
  • b. ter plaatse van de aanduiding 'laad- en losplaats' mogen bouwwerken, geen gebouwen worden opgericht ten dienste van laad- en losaktiviteiten, waarbij de hoogte van de bebouwing niet meer mag bedragen dan 25 meter;
  • c. de oppervlakte van overige bouwwerken, geen gebouwen zijnde, mag niet meer bedragen dan 25 m².
8.3 Nadere eisen

Burgemeester en wethouders kunnen nadere eisen stellen aan de plaats en afmeting van de bebouwing, ten behoeve van:

  • a. een samenhangend bebouwingsbeeld;
  • b. de verkeersveiligheid;
  • c. de milieusituatie;
  • d. de (sociale) veiligheid;
  • e. de gebruiksmogelijkheden van de aangrenzende gronden en water.
8.4 Specifieke gebruiksregels
  • a. Het is verboden de in deze bestemming begrepen gronden en de daarop voorkomende bouwwerken te gebruiken of in gebruik te geven of te laten voor een doel of op een wijze strijdig met deze bestemming.
  • b. Tot een gebruik, strijdig met de gegeven bestemming wordt in ieder geval gerekend het gebruik van de gronden en bouwwerken ten behoeve van :
    • 1. een sexinrichting;
    • 2. detailhandel.
8.5 Afwijken met omgevingsvergunning
  • a. Het bevoegd gezag kan met een omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde bepaalde in 8.2.2 voor het bouwen van bouwwerken, geen gebouwen zijnde, ten behoeve van de laad- en loswal tot een hoogte van maximaal 30 meter, mits geen onevenredige aantasting plaatsvindt van:
    • 1. het bebouwingsbeeld;
    • 2. de verkeersveiligheid;
    • 3. de milieusituatie;
    • 4. de (sociale) veiligheid;
    • 5. de gebruiksmogelijkheden van de aangrenzende gronden en water;
  • b. Het bevoegd gezag kan met een omgevingsvergunning ook voor gebieden zonder aanduiding 'laad- en losplaats' de oprichting en het gebruik van laad- en losvoorzieningen toestaan, mits de bereikbaarheid van omliggende percelen en bedrijven voldoende is gewaarborgd en een veilige doorvaart van het scheepvaartverkeer niet wordt belemmerd.